Eindexamens 2025

Wij helpen je er doorheen ›

Global Shift en Globalisering

Beoordeling 5.7
Foto van een scholier
  • Profielwerkstuk door een scholier
  • 6e klas vwo | 5890 woorden
  • 30 november 2006
  • 145 keer beoordeeld
Cijfer 5.7
145 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
De ultieme examengids voor mensen die echt niet willen slagen

Eindexamens. Die periode waar je al tijden naar uitkijkt (not) en waar je je super goed op hebt voorbereid (ook not). Geen paniek: wij hebben de ultieme survivalgids voor je samengesteld. Met deze tips ga je het (waarschijnlijk niet) redden. Maar ze zijn wel leuk. 

Bekijk de tips
Inhoudsopgave

 Voorwoord
 Inleiding
 Deelvraag 1: Wat rekent met tot Globalisering en Global Shift?
 Deelvraag 2: Welke relatie bestaat er tussen de Interactietheorie en Global Shift/ Globalisering?
 Deelvraag 3: Wat zijn de achtergronden waardoor bedrijven Global Shift veroorzaken?
 Deelvraag 4: Welke werelddelen hebben te maken met Global Shift en hoe dat zo?
 Deelvraag 5: Wat zijn de voor- en nadelen van Global Shift?
 Deelvraag 6: Zijn er eventuele oplossingen om Global Shift tegen te gaan of te bevorderen?
 Conclusie
 Evaluatie
 Bronnenlijst
 Bijlagen

Voorwoord

Heel wat jaren geleden was er de Aarde met landen verspreid over zeven werelddelen. Toen werd er niet gedacht aan samenwerking met anderen van buiten, toen voelden mensen zich nog geen één met andere mensen. Het enige wat telde was je eigen land en de voorziening van behoeftes van je ingezetenen.

Later begon de Kolonisatie periode en men maakte voor het eerst contact met de “anderen”. Na vele jaren had je twee Wereldoorlogen, men leerde samenwerken was het gevolg, daarna was er de Kennis periode aangebroken en men deed aan veel kennisoverdracht. Kennis betekende dat “zwaar” vervangen kon worden door “licht” (arbeid dus). Niet iedereen had dit door en de kloof tussen arm en rijk die er al was werd weer een stapje groter. Rijke landen waren het gevolg met bedrijven waar arbeiders werkten voor hoge lonen. Aan de andere kant waren er ook de Arme landen met voornamelijk landbouw i.p.v industrie.
Na een tijd begonnen landen (in Azië bijv) die initieel arm waren met een sprong voorwaarts. Zij maakten hun landen aantrekkelijker voor bedrijven in rijkere gebieden, doordat zij een troef hadden die het rijke Westen niet bezat, lage-loon-arbeiders. Bedrijven zagen hun kansen en begonnen mondjesmaat hun productieketens te verplaatsen naar arme gebieden.
Dit proces heet Global Shift, waarbij het “eenwordende” Aarde- proces, dat ermee samenhangt Globalisering wordt genoemd.
Dit proces is nog steeds aan de gang en zal ook nog een lange tijd zo blijven doorgaan. Het “probleem” is dus redelijk actueel en daarom hebben wij besloten om onze profielwerkstuk in die trend te gaan voortzetten.
Dit is dan voor voorlopig het laatste wat wij zeggen:
Veel Leesplezier.
Inleiding

Zoals bekend gaan wij onze profielwerkstuk houden over Global Shift en Globalisering.
Daarom is onze hoofdvraag dan ook: Waarom Global Shift en wat is de samenhang met Globalisering?

De deelvragen die we erbij bedacht hebben zijn:
1. Wat rekent men tot Globalisering en Global Shift?
2. Welke relatie bestaat er tussen de Interactietheorie en Globalisering/ Global Shift?
3. Wat zijn de achtergronden waardoor bedrijven Global Shift veroorzaken?
4. Welke werelddelen hebben met Global Shift te maken en hoe komt dat zo?
5. Wat zijn de voor- en nadelen van Global Shift?
6. Zijn er eventuele oplossingen om Global Shift tegen te gaan?
Wij hebben er ook een hypothese bij bedacht: Global Shift is een proces dat veroorzaakt wordt door vele factoren, die uitgelegd kunnen worden met behulp van de Interactietheorie, waarbij verdere Globalisering het gevolg zal zijn van het reeds bovengenoemde proces.
Dat is wat wij ervan denken, en door middel van dit onderzoek hopen wij op hetzelfde uit te komen, en zoniet dan komen we wel erachter hoe de steel in de pan zit.
Kortom we kunnen twee kanten uit en die zullen wij ook nemen maar het doel is uiteindelijk toch hetzelfde hoe je het ook bekijkt.
§ 1. Wat rekent men tot Globalisering en Global Shift?

Bij het maken van dit werkstuk spelen de begrippen globalisering en global shift een zeer belangrijke rol. Dit zijn de begrippen die antwoord zullen gaan moeten geven op onze hoofdvraag, zeer belangrijk dus. Maar het is eerst heel belangrijk dat we weten wat deze twee begrippen afzonderlijk betekenen, daarom is er deze paragraaf. In subparagraaf 1.1 en 1.2 zullen wij resp. de twee begrippen nader uiteenzetten.

§1.1: Globalisering, wat is dat?
Zoals de naam al doet vermoeden heeft globalisering iets te maken met de wereld, en dat klopt ook want globalisering is eenvoudig weg de eenwording van de wereld. Maar dat klinkt nogal vaag en wat wij willen weten is wat het exact is. Globalisering is een proces van economische, politieke en culturele integratie. Dit proces ontstaat door ontwikkelingen op het gebied van vervoer en “telecommunicatie” . Kenmerkend voor economische globalisering is verregaande schaalvergroting.
“De term globalisering werd in 1983 bedacht door Theodore Levitt, die het begrip toen lanceerde in het tijdschrift Harvard Business Review. Hij beschreef globalisering als: de veranderingen in sociale gedragspatronen en technologie die bedrijven in staat stellen om hetzelfde product over de hele wereld te verkopen”.
(bron: http://nl.wikipedia.org/wiki/Globalisering)
Globalisering is een proces dat pas goed tot stand komt aan het eind van de 20ste en het begin van de 21ste eeuw. Vroeger was het namelijk zo dat producten in één land werden geproduceerd en ook in hetzelfde land werden verbruikt, maar mede door het proces van globalisering zien we vanaf de eerdergenoemde periodes een verandering ontstaan. Namelijk dat producten in één land worden geproduceerd en in eigen + andere landen worden verbruikt.
Voor wat duidelijkheid hebben we alles vertaald in bron 1.
Bron 1
“Globalisering wordt ook in verband gebracht met het afslijten van de nationale grenzen doordat in grote gebieden van de wereld wetgeving en vrij verkeer op elkaar wordt afgestemd. Hierdoor wordt steeds meer macht op supranationale organisaties overgedragen. Voorbeeld is de Europese Unie die steeds verder in Oost-Europa oprukt. Ook landen die niet hierbij horen passen uit economische en handelsoverwegingen hun wetgeving aan de EU aan. Een zelfde proces is tussen de landen in Noord- en Zuid-Amerika en in Azië aan de gang”.
(Bron: http://users.pandora.be/wost/wat%20is%20globalisering.htm)
Globalisering speelt zich niet alleen af op economisch vlak, maar ook op technologisch, financieel, sociaal, ecologisch en zelfs cultureel vlak.
§1.2: Wat betekent Global Shift nou eigenlijk?
Global = wereld
Shift = verschuiving
Als we alleen maar af zouden gaan op de betekenis van deze twee woorden dan klinkt het woord global shift anders dan wat er eigenlijk mee bedoeld wordt.
Global shift is een proces van het verplaatsen van de belangrijkste handelsstromen over de aarde in verloop van tijd. We zien nu een verplaatsing van het zwaartepunt van de wereldhandel: van de randen van de Atlantische Oceaan naar die van de Stille Oceaan, de zgn. Pacific Rim. Het is duidelijk dat er gedoeld wordt op de verschuiving van de handelsmacht van Noord-Amerika en West-Europa naar Azië.
Global Shift heeft ook een samenhang met de interactie-theorie van Ullman, maar dat wordt in paragraaf 2 nader toegelicht.
§2. Welke relatie bestaat er tusen Globalisering en Global Shift aan de ene kant en de theorie van Ullman aan de andere kant?

We weten inmiddels dankzij de voorafgaande paragraaf wat de begrippen Globalisering en Global Shift inhouden, maar voordat we relatieverbanden gaan leggen moeten we ook eerst weten wat de zgn. theorie van Ullman inhoudt. Deze theorie van de Geograaf Ullman staat ook wel bekend als de interactietheorie en dat houdt het volgende in:

§2.1: Wat is de theorie van Ullman?
Volgens Ullman is verplaatsing van mensen of stromen (denk bijv aan goederenstromen) alleen mogelijk als er aan drie voorwaarden voldaan is. Dit zijn:
• Complementariteit : De gebieden vullen elkaar aan.
Voorbeeld: Een gebied (A) met een tekort aan arbeidskrachten en een gebied (B) met een overschot aan arbeidskrachten. In dat geval stuurt B arbeidskrachten naar gebied A. (zie bron 2)
Bron 2: Hier ziet u bovenaan eerst de situatie voor Complementariteit en de situatie eronder is de situatie na de Complementariteit.
Complementariteit
Complementariteit
Deze bron lijkt in principe heel eenvoudig maar dat klopt niet helemaal want de tekens en kleuren, en zelfs de vormen hebben een relevante betekenis. In de bovenste situatie is gebied A kleiner dan gebied B daarmee worden de zinnen in de gebieden verduidelijkt, dat wordt ook weer ondersteund door de kleuren want tekort is niet iets dat goed is, daarom is dat gebied rood. Maar een overschot is wel goed daarom in het groen. Na Complementariteit is er een evenwichtssituatie ontstaan en daarom zijn de gebieden beiden even groot en ook in het groen maar dan wat lichter, want van het donkergroene gebied is die hoeveelheid groen, die nodig was voor rood om te veranderen “overgeheveld” naar het rode gebied, daarom zijn de twee gebieden in de perfecte situatie bieden lichtgroen
Dat was de verklaring voor bron 2. Nu gaan we verder met de twee andere voorwaarden.
• Transferability: Migratie komt niet opgang als je de afstand niet kan overbruggen. Het gaat dan zelfs over de relatieve afstand. Is de plaats makkelijk te bereiken, tijd, en kosten die je ervoor moet dragen.
• Intervening opportunities: tussenliggende mogelijkheid. (zie bron 3)
OF
Bron 3: Intervening opportunities
In bron 3 is een vereenvoudigde weergave te zien van wat bedrijven (we praten immers over Global Shift en Globalisering) denken als zij hun units van een welvarend gebied met loonarbeiders van de hoge kant verplaatsen naar een gebied in opkomst maar met lage loonarbeiders. In bron 3 heeft het bedrijf twee opties om zijn units naartoe te verplaatsen. Naar gebied A en B. Beide gebieden zijn gewaagd aan elkaar maar waar zal het bedrijf toch voor kiezen?
Het bedrijf zal kiezen voor gebied A want dat kost veel minder tijd om naartoe te reizen, dus veel minder geld om uit te geven en ook minder moeite. Kort samengevat: het kiest gebied A want zowel de relatieve als daadwerkelijke afstand is kleiner.
Dus punt 3 heeft punt 2 nodig om verklaard te worden!
§2.2: Wat zijn de verbanden tussen de Interactietheorie en Global Shift en Globalisering?
Nu weten we dus wat met de “Interactietheorie” van Ullman wordt bedoeld. Daarom is het nu ook wat makkelijker geworden om verbanden te leggen tussen Global Shift + Globalisering en deze reeds uitgelegde theorie.
Voor Global Shift is de Interactietheorie een belangrijk gegeven, immers dit proces komt zonder de Interactietheorie niet tot stand. Global Shift zoals bekend gaat over het “verhuizen” van bedrijven van “dure” naar “goedkope” gebieden. Met duur en goedkoop wordt natuurlijk het loon van arbeiders bedoeld.
Maar bedrijven verhuizen niet zomaar naar “goedkope” gebieden. Stel we nemen Nederland als voorbeeld, dan is het zo dat een Nederlands bedrijf kan kiezen uit een aantal mogelijkheden om zijn “main units” naar opkomende gebieden in bijv (gezien de huidige stand van zaken) Azië te verhuizen.
De vraag is echter waar je in Azië je bedrijf moet vestigen. Dat kan in China, Japan, maar ook bijv India. Japan is in dit geval helemaal uitgesloten want het ligt verder dan China en India. Dus nu een keuze tussen deze twee landen. Dan is het duidelijk dat er gekozen wordt voor India want het ligt dichterbij in vergelijking tot Nederland. Er is hier dus tweemaal sprake van Intervening opportunities want China ligt dichterbij dan Japan, maar India ligt dichterbij dan China.
In dit kader is ook Transferability een geldige reden want doordat India dichterbij ligt is de afstand kleiner, waarmee ook de tijd die erover gedaan moet worden korter is en dus ook de kosten die men ervoor moet dragen lager zijn.
Het enige dat niet in dit kader past is de Complementariteit want zowel in Nederland als in India zijn er genoeg werknemers die zouden willen werken voor het bedrijf, maar omdat de productiekosten in India lager zijn, wat ook geldt voor de lonen van arbeiders, kiezen bedrijven voor India i.p.v Nederland.
http://www.nibudjong.nl/LAS/APP=SEMLITE/_run/01,0496,000,00/
Volgens bovenstaande site, waar je het minimumloon van 23 of ouder kunt opzoeken, bedraagt het minimumloon €8,00 bruto per uur in NL.
Volgens deze site: http://www.mataf.net/en/exchange-INR.htm
Is 1 Indiase Rupee gelijk aan €0,02. Dus een Nederlander met een minimumloon van €8,- zou pas voor een bedrag van 464.78 Rupee werken per uur voor het bedrijf.
Volgens deze site: http://labourbureau.nic.in/wagetab.htm
In India echter bedraagt het minimumloon 52,69 rupees (uitgaande van de hoofdstad Mumbai,want alle steden volgen een eigen beleid) en dat is gelijk aan €0,91 eurocent !!
Deze vooraf gegeven gegevens zouden dus de schijn kunnen opwekken dat alle bedrijven naar India zouden verhuizen, maar dat is niet waar. Naast de Interactietheorie spelen ook andere zaken een rol die een keuze voor een land beïnvloeden, maar omdat dit meer met de economische kant te maken heeft gaan wij hier niet verder op in. Al met al gaat het resultaat van de Interactietheorie zoals wij net omschreven hebben met voorbeelden wel degelijk op in de meeste gevallen, wat betreft India.
§ 3. Waarom besluit men om over te gaan op Globalisering/Global Shift?

Vijf eeuwen geleden, is de economische globalisering begonnen.
Het begon allemaal bij de ontdekking van de wereld. Na deze ontdekkingen voerden Europese landen over de zeeën om streken te omarmen met hun kapitalistische economische systeem. Voor het eerst in de geschiedenis ontstond een wereldsysteem dat langzamerhand greep kreeg op het totale wereldoppervlak. Het doel van dit systeem was de productie van goederen voor de markt met het doel winst te maken. Handel lag dus aan de basis van deze eerste globaliseringgolf. Voor het eerst in de geschiedenis was er sprake van een wereldmarkt. Handelaars werden steenrijk door de invoer van allerlei producten (zoals specerijen, textiel, goud, zilver, …) uit Amerika en Azië die ze met serieuze winst verkochten. Destijds was het dus omwist te maken.
In de periode tussen de twee wereldoorlogen (1918-1940) werd een rem gezet op de globalisering. Maar na de tweede wereldoorlog werd alles in het werk gesteld om een nieuwe crisis te vermijden. De nieuwe globaliseringgolf kwam er na de oorlog toen de V.S. de heropbouw in West-Europa met een Marshallplan ondersteunde. Dit om een politiek blok te creëren dat de Amerikaanse dominantie in de wereld gunstig gezind was en het verzekeren van een afzetmarkt voor Amerikaanse producten.
De globaliseringgolf was niet volledig door de vorming van het Communistische Oostblok. Tussen 1948 en 1971 bedroeg de jaarlijkse groei van de wereldhandel ruim 7%.
Ook liggen er andere gedachten achter Globalisering. De mens zal eeuwig op zoek zijn naar het goedkoopste waarmee hij zoveel mogelijk geld bespaard. Ze zullen zich dan ook gaan vestigen in die gebieden waar de lonen voor arbeiders zo min mogelijk zijn.

Niet alleen loonkosten spelen een rol, maar ook de milieuwetten. Bedrijven vestigen zich in gebieden waar de milieuwetten hen het minst hinderen(besproken in paragraaf 2.).
Een ander factor is of er benodigde grondstoffen zijn in dat gebied. Olieraffinaderijen vind je in gebieden waar zich olie in de grond bevindt. Men vestigt zich dus in een gebied waar zich de benodigde grondstoffen bevinden waar zij gebruik van kunnen/mogen maken.
Opleidingsniveau kan ervoor zorgen dat gebieden meer aantrekkelijk worden om bijv. een ICT-afdeling van een multinational te verplaatsen. Die mensen hebben soms zelfs een hoger opleidingsniveau en werken ook nog eens voor minder loon.
In de laatste decennia van de vorige eeuw is een krachtige beweging in een tegenovergestelde richting in gang gezet; een beweging die zich afzet tegen de inmenging door de overheid en, algemener, tegen (publieke maar ook private) monopolies. Liberalisering, deregulering en privatisering zijn de richtinggevende principes achter deze beweging(nader uitgelegd in paragraaf 6).
Al deze factoren spelen een rol bij het overgaan op Globalisering/Global Shift.
§4. Welke werelddelen hebben met Global Shift te maken, welke werelddelen weer niet? en hoe komt dat?

Als antwoord op bovenstaande vraag zou je heel melig kunnen zeggen:”nou de rijke werelddelen wel en de arme werelddelen niet, en dat komt doordat de rijken het wel kunnen veroorloven en de arme werelddelen niet.”

Jammer genoeg zit het niet zo eenvoudig in elkaar, want wat is nou arm en wat is rijk?
Als je over arm of rijk gaat praten hebben we het dan over kapitaal of over land? We gaan weer twee gebieden vergelijken maar dan op een groter schaalniveau: Europa en Afrika.
Praten we over rijk in de zin van kapitaal dan is Europa vele malen rijker dan Afrika, maar praten we over rijk in de zin van land dan is Afrika weer vele malen rijker dan Europa.
Dus als je antwoord wilt gaan geven op die vraag dan zul je een onderscheid moeten gaan maken.
In deze context zullen we “rijk” gaan definiëren als “een grote hoeveelheid kapitaal”.
§4.1 Welke werelddelen?
Onze Aarde kent 7 werelddelen (van west naar oost) n.l: Noord- Amerika, Zuid- Amerika, Europa, Afrika, Azië, Australië / (Oceanië) , en Antarctica.
Als we dan een onderscheid gaan maken tussen de rijkere en de armere gebieden dan krijg je een schema net zoals hieronder:
Rijke gebieden (*thans) Arme gebieden
- Noord- Amerika - Zuid- Amerika
- Europa - Afrika
- Australië - *Azië
- Antarctica
Het is heel duidelijk dat Europa al te maken heeft met Global Shift want vele bedrijven verhuizen naar Azië. Dit zal waarschijnlijk ook gelden voor Noord- Amerika. Van Australië weten wij het bijna heel zeker. Dat komt door een stukje van deze website:
https://www.cia.gov/cia/publications/factbook/geos/as.html
Het betreft dit stukje:
“Australia has an enviable Western-style capitalist economy with a per capita GDP on par with the four dominant West European economies. Rising output in the domestic economy, robust business and consumer confidence, and rising exports of raw materials and agricultural products are fueling the economy. Australia's emphasis on reforms, low inflation, and growing ties with China are other key factors behind the economy's strength. The impact of drought, weak foreign demand, and strong import demand pushed the trade deficit up from $8 billion in 2002, to $18 billion in 2003, $13 billion in 2004, and nearly $17 billion in 2005. Housing prices probably peaked in 2005, diminishing the prospect that interest rates would be raised to prevent a speculative bubble. Conservative fiscal policies have kept Australia's budget in surplus from 2002 to 2005.”
Het zal eenieder die dit leest wel duidelijk zijn dat de kolom met arme gebieden niet besproken hoeft te worden want waar een gebied met bedrijven waar lage-loon-arbeiders werken is, daar hoeven de bedrijven zich geen zorgen te maken over Global Shift.
§4.2 Hoe dat zo?
Dit hele proces van “verhuizing” wordt veroorzaakt doordat de mens eeuwig op zoek zal zijn naar het goedkoopste waarmee hij zoveel mogelijk geld bespaart.
Zo kan je bedrijven ook zien, ze zullen zich gaan vestigen in die gebieden waar de lonen voor arbeiders zo min mogelijk zijn en waar de milieuwetten hen het minst hinderen.
Ze letten bijvoorbeeld op hoe streng de wetten zijn voor het lozen van afvalwater, de uitstoot van schadelijke stoffen en het verwerken van schadelijke stoffen in hun producten.
Landen waar de milieuregels nog niet zo streng zijn, zullen niet snel strengere regels invoeren, omdat bedrijven in hun land daartegen in verzet zouden komen. Die zouden dan immers meer kosten moeten maken. Hun producten worden dan duurder dan dezelfde producten van andere bedrijven in een ander land en daardoor minder verkopen.
Dit alles is al besproken in paragraaf 2.
§ 5. Wat zijn de voor- en nadelen van Globalisering?

Is Globalisering nou goed of slecht en wat zijn de voor- en nadelen? Er zijn hier verscheidene meningen over. Voorstanders van globalisatie vinden dat de vrijheid die economische integratie mogelijk maakt, op zich wenselijk is. Bovendien zeggen ze dat integratie goed is voor mensen in materieel opzicht daarom kiezen mensen het. Tegenstanders zijn het met beide punten niet eens: globalisatie hindert vrijheid en democratie en maakt de rijken nog rijker en houdt de armen arm. De verscheidene meningen worden hieronder één voor één besproken.
“Het is slecht voor sommige arme mensen. Vrije handel en vrije investeringen in andere landen brengt de werkgelegenheid van werknemers in de ontwikkelde wereld naar de goedkopere werknemers in de minder ontwikkelde landen. Niemand kan bijvoorbeeld een ondernemer verbieden om een oude fabriek te sluiten in de Verenigde Staten en nieuwe op te zetten in Mexico door het bestaande vrijhandelsverdrag.”, zeggen ze dan.
Tegenstanders zien dit als een dubbele misdaad. De werknemers in het rijkere land zijn nu werkloos. Dat vergroot het aanbod waardoor de lonen laag blijven. In de armere landen gaan de ondernemers ondertussen de werknemers uitbuiten. Ze krijgen minder betaald kan hun collega's in het rijkere land terwijl ze werken in slechtere omstandigheden. De eigenaar van het bedrijf profiteert dan als enige hier.
Op de vraag “Is Globalisatie nou beter voor iedereen?”, kan men reageren met het is deels juist. Door de internationale handel gaat een deel van de werkgelegenheid in rijkere landen naar armere landen. De winst gaat inderdaad omhoog, maar niet voor lang. Andere bedrijven volgen en verlagen hun prijzen. De prijsverlaging zorgt dat alle consumenten, rijk en arm, in totaal meer koopkracht krijgen en meer koopkracht betekend meer uitgaven waardoor de economie op gang komt. Aan de ene kant daalt het inkomen van de werknemers in rijkere landen en aan de andere kant profiteren ze van de lagere prijzen zoals iedereen. Over het geheel zullen sommigen slechter af zijn en anderen hebben het net zo goed als daarvoor. In het armere land gaat het loon omhoog omdat het aanbod van arbeid kleiner wordt.
Door de vrije handel verbeteren zowel in de arme als in het rijke land gemiddeld de levensomstandigheden. Dat geeft de overheid de ruimte om meer uit te geven aan sociale voorzieningen, onderwijs en andere zaken. En dat is weer goed voor de mensen.
Onderzoekingen wijzen uit dat technologische vooruitgang de voornaamste oorzaak is van de inkomensverschillen. De nieuwe technologie schept vijf keer zoveel inkomensverschillen als handel. Dit effect is algemeen erkend. Dit ontkracht het argument van de tegenstanders die vrijhandel zien als de voornaamste oorzaak van de inkomenskloof. Hieruit blijkt verder dat vrijhandel nauwelijks belangrijk is voor het vergroten van inkomensverschillen. Veel belangrijker is opleiding die de inkomensverschillen juist verkleint. Handel maakt de inkomensverschillen kleiner. Lonen in armere landen stijgen en blijft gelijk of daalt in rijkere landen en technologische vooruitgang maakt de inkomensverschillen veel groter. De manier om de verliezers te helpen is ze te scholen en te trainen zodat ze nieuwe banen kunnen vinden. Hiermee vergroten we voor iedereen het inkomen en beperken we het niet. Vrijhandel en vooruitgang scheppen voor iedereen een betere wereld.

Landen die hun grenzen openstellen voor vrijhandel ontwikkelen zich sneller en krijgen meer welvaart dan landen die hun markten gesloten houden. Bijv. veertig jaar geleden hadden Kenia en Taiwan eenzelfde graad van ontwikkeling. Sindsdien zette Taiwan zijn grenzen open en zien we een reusachtige sprong voorwaarts. Momenteel hebben ze een ontwikkelingspeil dat vergelijkbaar is met dat van Spanje. Kenia daarentegen hield zijn grenzen gesloten en deed niet mee aan de internationale vrijhandel. Het is een lang gebleven met enorme achterstand, armoede en ellende.
Tegenstanders wijzen met een beschuldigende vinger naar de multinationale ondernemingen wanneer het gaat over kinderarbeid. Ze eisen ook dat landen geen handel meer drijven met andere landen waar kinderarbeid bestaat. Ik zal voor de duidelijkheid maar een voorbeeld geven. De Verenigde Staten besloten een aantal jaren terug om de import van textielproducten uit Bangladesh te verbieden omdat ze mee door kinderen gemaakt waren. Het gevolg was dat de bedrijven daar die kinderen ontsloegen. Toen diverse organisaties de gevolgen van deze maatregel onderzochten zagen ze dat de meeste van die kinderen terechtkwamen in prostitutie en criminaliteit. In zowat alle gevallen waren de kinderen er erger aan toe dan voorheen. Het probleem is dus veel breder dan dat. Kinderarbeid heeft altijd bestaan in arme landen, ook hier in Nederland zo een ruim 100 jaar geleden. Dit is simpelweg omdat ze het geld nodig hebben om te overleven. De enige oplossing is het creëren van welvaart. Zo hebben we kinderarbeid bij ons kunnen uitschakelen en zo zal het in de komende jaren ook in landen met een groeiende economie verdwijnen.
Globalisering heeft ook nog een ander voordeel namelijk dat het de mensenrechten juist wereldwijd bevordert. Omdat landen steeds meer met elkaar in verbinding staan, zijn er meer mogelijkheden dan ooit om druk uit te oefenen op regimes die mensenrechten niet respecteren. Het 'recht op gezondheid' is een mensenrecht. . Op veel plekken ter wereld ontbreken voorzieningen als schoon water, voedsel, sanitair en informatie over gezondheid. Veel landen onderhandelen met Westerse producenten over goedkope verstrekking van medicijnen. Multinationals spelen soms dus ook een rol in de verspreiding van medicijnen onder hun werknemers in ontwikkelingslanden. Heineken bijvoorbeeld.
Een belangrijk aspect gaan we nu bespreken. Namelijk de invloed van Globalisatie op het milieu. Ik zet eerst de gevolgen ervan op het milieu op een rij en daarna bespreken we wat de WTO( World Trade Organisation) erover te zeggen heeft.
• Vrijhandel houdt de invoering van strenge milieuwetten tegen.
• Vrijhandel zorgt voor meer vervoer en dus voor meer luchtvervuiling
• Vrijhandel leidt tot overproductie en verspilling.
• Vrijhandel leidt tot uitputting van grondstoffen.
• Vrijhandel telt milieukosten niet mee.
• Investeringen leiden vaak tot milieuschade.
Overproductie en verspilling. Luchtvervuiling.
Luchtvervuiling
Wat heeft de WTO hier nou op tegen in te brengen?
De WTO geeft een verklaring waarin ze vermelden dat de WTO zich zal inzetten voor duurzame ontwikkeling. Volgens de WTO kan vrijhandel dus zelfs voor een beter milieu zorgen dat ieder land nagaat wat voor gevolgen zijn handelspolitiek heeft voor het milieu in eigen land. Dat doen ze omdat ze dat zélf willen, zegt de WTO.
”Maar de maatregelen die de landen nemen om de gezondheid van mensen, dieren en planten te beschermen, mogen niet in strijd zijn met de regels die de WTO voor de internationale handel heeft opgesteld. En de maatregelen mogen niet de bedoeling hebben om de handel van andere landen te belemmeren onder het mom van milieuwetgeving.
De WTO gaat er niet vanuit dat vrijmaking van de internationale handel al voldoende is om milieu en natuur te beschermen. Daarom moeten de overheden van de lidstaten van de WTO wetten maken om die te beschermen. Zolang die wetten maar niet de handel belemmeren.
De bepaling dat milieuwetten de internationale handel niet mogen belemmeren, kan een land omzeilen door samen met andere landen milieuwetten te maken die voor alle landen precies hetzelfde zijn. Dan gelden voor bedrijven in deze landen dezelfde regels en wordt géén van de landen bevoordeeld of benadeeld.
Zo mag er in de hele EU geen vlees met hormonen worden verkocht. Hoe meer landen een dergelijk afspraak maken, hoe beter het is voor de internationale handel. Als bijvoorbeeld de VS net als de EU verbieden om vlees met hormonen erin te verkopen, komt er een einde aan de ruzie tussen de VS en EU over Amerikaans hormonvlees.”, aldus de verklaring van de WTO.
De tegenstanders zien globalisering vooral als een truc van de rijke landen om nog meer welvaart te bereiken ten koste van de armen in de wereld. De drie welvarende blokken, Amerika, Europa en Japan, zijn wel bereid om de arme landen een beetje te helpen, maar uiteindelijk jagen ze alleen maar op meer, meer, meer voor zichzelf. En ze zullen ook niet terugschrikken voor het verwoesten van het milieu in de Derde Wereld als ze daar beter van kunnen worden.
Wanneer we alles afwegen kunnen we opmerken dat globalisering de beste medicijn is voor de economische ziektes van de arme landen. Die kunnen hun armoede niet beter bestrijden dan door toe te treden tot die geglobaliseerde wereld. Ze zullen delen in de toenemende welvaart en kunnen daardoor zorgen voor armoedebestrijding, voor onderwijs, gezondheidszorg en voor een modernisering van hun land.
§ 6. Zijn er mogelijke oplossingen om Globalisering/Global Shift tegen te gaan of te bevorderen?

Aangezien de voordelen ervan zwaarder wegen zal men er meer aan doen om het te bevorderen. Een ding is zeker en dat is dat Globalisering of Global Shift misschien wel heel klein beetje te verminderen is maar zeker niet te vermijden. Wel moeten we inzien dat als we maatregelen nemen, bijv. zoals strengere milieuwetten, dat de inheemse bevolking er meer ellende van zal hebben dan dat ze er profijt van hebben. Het zal dus slechte gevolgen hebben dus het tegengaan van Globalisering/Global Shift is geen optie.

Globalisering bestaat al meer dan vijfhonderd jaar dus de globalisering zal nog wel een tijdje verdergaan. Wat aan ons ligt is het beste ervan maken. Dit kan door extra wetten en regels.
Wat er bijv. zou kunnen gebeuren is dat er op de één-wereld-markt eerlijke handelsregels zouden gelden. Met de landbouwsubsidies en importheffingen tref je ontwikkelingslanden in de enige sector waar ze 'beter' kunnen produceren dan de EU.
Een ander optie is liberalisering. De bedoeling van liberalisering is dat men de economie zoveel mogelijk aan de vrije markt overlaat, het volledig vrijmaken van handel, goederen en diensten. Dit houdt de afbouw in van alle obstakels ten opzichte van de handel en de productie. Liberalisering zou dan leiden tot de bevordering en dus tot meer groei en welvaart voor iedereen. Een voorbeeld waar liberalisering in Europa al is doorgevoerd zijn de energiemarkten. Volgens de Europese Commissie zijn de energieprijzen door een gedeeltelijke liberalisering al 20 procent gedaald.
Vaak gaan liberalisering en deregulering samen. Deregulering betekent letterlijk het afschaffen van alle regels die handel, investeringen belemmeren. Het betekent dat de staat minder regels oplegt aan de economie. In de plaats daarvan moeten de krachten van de markt ( de producenten, de consumenten en de financiers) als principe optreden.
Deregulering "verlost" bedrijven van allerlei beperkende overheidsmaatregelen en zorgt voor het opengooien van sectoren die traditioneel onder staatsmonopolie vielen. Dereguleringsmaatregelen geven buitenlandse bedrijven gemakkelijker toegang tot sectoren die tot dan toe sterk afgeschermd waren of onder direct overheidstoezicht stonden.
De stap van deregulering en liberalisering naar privatisering is klein. Met privatisering bedoelt men dat de overheid vrijwillig afstand doet van een aantal van haar taken. Het privatiseren van de overheid is de laatste 10 jaar aan een nooit geziene opmars bezig. Privé-bedrijven zouden dan ook economisch efficiënter werken dan de overheid. In Polen is sinds 1990 de BBP met 23% gestegen.
Conclusie

Dit is dan eindelijk die bladzijde waarnaar wij gestreefd hebben bij het maken van dit werkstuk. Die pagina die alles in een notendop samenbrengt en daarnaast ook antwoord geeft op de hoofdvraag:

“Waarom Global Shift en wat is de samenhang met Globalisering?”
Wij zullen eerst van elke paragraaf een korte samenvatting geven, en daarna de hoofdvraag beantwoorden.
§1.
Globalisering is een proces dat door vernieuwde technologieën en nieuwe media ervoor zorgt dat niet de werkelijke afstand maar de relatieve afstand kleiner wordt. Dit proces zorgt er als het ware voor dat de Aarde en haar inwoners veel dichter tot elkaar staan.
Global Shift is een proces waarbij bedrijven van ontwikkelde economieën hun productieketens verplaatsen naar opkomende economieën.
§2.
Global Shift en het daarmee samenhangende globalisering kunnen niet worden behaald als er niet aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Het gebied moet makkelijk bereikbaar zijn, niet te veel moeite en ook niet te veel kosten moeten een rol spelen. Om dit proces te verklaren heb je de Interactietheorie van Ullman nodig.
§3.
Bedrijven gaan vaak over op globalisering omdat de lonen van arbeiders in andere landen veel lager zijn, ze hoeven zich ook geen zorgen te maken over allerlei regels m.b.t. het milieu en daarom zijn die gebieden dan ook heel aantrekkelijk voor bedrijven.
§4.
Het is duidelijk dat tot op heden er een groot verschil bestaat tussen WEST en OOST, daarom zijn het dan ook bijna alle gebieden in WEST die met dit proces te maken hebben. Met bijna alle gebieden doelen wij in grotere mate op het EU- grondgebied en Noord-Amerika. Afrika is daarvoor te arm, Azië is in ontwikkeling en dus krijgen zij bedrijven binnen en niet andersom, en zo zijn er ook andere gebieden die wel of niet met het proces te maken hebben.
§5.
Bij elk proces heb je altijd de voorstanders en de tegenstanders. Voorstanders beweren dat economische vrijheid economische integratie bevordert, maar tegenstanders zeggen dat dit juist vrijheid hindert en dus economische integratie onderdrukt.
§6.
Globalisering tegen gaan is geen goede oplossing want de voordelen die genoemd werden in §5 wegen zwaarder af tegen de genoemde nadelen. Wel is het zo dat de bedrijven niet te veel vrijheid moeten krijgen want dan zullen ze zichzelf niet in de hand houden en duurzame ontwikkeling niet mogelijk maken.
Dat was dan de korte samenvatting van alle zes de paragrafen. Dan gaan we nu de hoofdvraag beantwoorden.
“Waarom Global Shift en wat is de samenhang met Globalisering?”
Global Shift is een proces dat niet tegen te houden is. De mens is van nature zo dat zij altijd het beste voor de laagste prijzen en de minste moeite wilt verkrijgen. Dit proces zorgt ervoor dat de arm-rijk tegenstelling niet verdwijnt maar misschien van positie verandert. Misschien een vorm van Isostasie. Wel is het zo dat de bedrijven die bezig zijn met Global Shift streng in de gaten moeten worden gehouden want het milieu daar denkt geen bedrijf aan, het gaat om de meeste winst voor de laagste prijs, en dat kan omdat in opkomende economieën de lonen van arbeiders laag zijn, en omdat de regels er niet strenger zijn.
De samenhang met globalisering is het volgende: Doordat bedrijven van bijv NL zich in India, of China zullen gaan vestigen worden de afstanden tussen de landen relatief gezien veel kleiner omdat er samenwerking plaatsvindt tussen landen die ver van elkaar liggen, maar die niet zo ver van elkaar meer zijn. Doordat dit proces van Global Shift zo doorgaat wordt op den duur de afstand tussen alle landen relatief gezien kleiner en dan is er pas echt sprake van Globalisering = één aarde.
Evaluatie

Het maken van dit werkstuk heeft ons heel wat geleerd over een onderwerp dat heel actueel is, maar tegelijkertijd ook een onderwerp is dat op zich simpel lijkt maar dat helemaal niet is. Je zou denken dat er genoeg bronnen zouden moeten zijn over dit onderwerp maar dat is dus helemaal niet zo. Het feit dat iets een actueel onderwerp is hoeft niet per sé als gevolg te hebben dat er genoeg bronnen aanwezig zijn. Ten minste dat hebben wij geleerd.

Dan was er ook nog de verwerking van de informatie in het grotere geheel, namelijk het werkstuk zelve. Dat ging ook niet echt gepaard met het uiterste gemak. Wij willen nou ook weer niet beweren dat dit een onoverkomelijke opdracht was want dat was het niet, anders zouden we nooit dit resultaat geleverd kunnen hebben.
De moeilijkste paragrafen waar we aan gewerkt hebben waren zeker wel paragraaf 3 en paragraaf 5. Bij deze paragrafen werd er duidelijk onze analytisch vermogen zwaar op de proef gesteld, want in de overige paragrafen was er een duidelijke “rode draad”, namelijk dat van verwerken van gevonden informatie, maar bij resp. 3 en 5 moest je diep nadenken en verbanden kunnen leggen tussen de begrippen die eerder uitgelegd zijn en je moest ook aan oplossingen denken die een gunstig verloop van het proces teweeg zou kunnen brengen.
Dat was dan de verwerking van de info zelf, maar naast het verwerken stond ook planning en samenwerking hoog op de agendalijst. Die twee dingen hebben wij niet alleen gedaan, daar willen wij ook meneer de Jong voor bedanken. Wij danken hem omdat hij het hele proces in goede banen heeft weten te leiden. Kortom de wagen reden we zelf en de routes die erbij hoorden kozen we ook zelf, maar de wegen waarop de wagen moest rijden waren er voor ons al.
Dus al met al is ook deze werkstuk, die van heel hoog belang is, met een succesvolle samenwerking verlopen.
Gamze en Sherwien.
Bronnenlijst

Websites
- http://www.globalisering.com/index.php?page=2&backgroundId=25
- http://nl.wikipedia.org/wiki/Globalisering
- http://users.pandora.be/wost/wat%20is%20globalisering.htm

Boeken
- Globalisering: zegen en vloek/in een hoofdred. van Philippe Naert en Bruno Coppieters

- Global shifting: the new market ideology/Manfred B. Steger

- De mondialisering en haar tegenstanders/Daniel Cohen ; vert. uit het Frans door Anneke van der Straaten en Harrie Nelissen

- Leve de globalisering/Johan Norberg ; vert. [uit het Zweeds] Bea De Koster

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.