Staafjes & Kegeltjes

Beoordeling 5.4
Foto van een scholier
  • Proef door een scholier
  • 4e klas havo | 464 woorden
  • 10 augustus 2005
  • 62 keer beoordeeld
Cijfer 5.4
62 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
Staafjes en kegeltjes in het netvlies

In het netvlies liggen twee soorten zintuigcellen: staafjes en kegeltjes. De staafjes zijn gevoelig voor bijna alle kleuren zichtbaar licht, maar vrijwel ongevoelig voor rood licht. Met de staafjes worden alleen contrasten waargenomen in zwartgrijswit. De kegeltjes zijn gevoelig voor bepaalde kleuren. Er zijn drie typen kegeltjes. Één type kegeltje is gevoelig voor rood licht, een ander voor groen licht en het derde type voor blauw licht.
Hoe die kegeltjes en staafjes op het netvlies liggen kun je onderzoeken met de onderzoeksvraag: Als aan de zijkant een potlood steeds dichterbij komt, wanneer zie je hem dan en wanneer zie je welke kleur hij heeft?

Hypothese: wij denken dat als je het potlood ziet je ook meteen ziet welke kleur hij heeft.

Als de hypothese klopt dan zal je elk potlood op hetzelfde punt zien en op hetzelfde punt ook zijn kleur herkennen.

Benodigdheden:

- een huishoudcentimeter
- plakband
- een lucifer
- kleurpotloden in de kleuren rood, oranje, geel, groen, blauw, zwart en wit.

Aan het einde van een tafel hebben een lucifer geplakt met de kop net boven de tafel uit. Aan de zijkant van de tafel hebben we de centimeter op de tafel geplakt. Toen is een van ons voor de tafel gaan zitten, net boven de tafel uitkijkend, en met het oog aan de kant van de centimeter open en de andere dicht. Toen hebben we elk potlood een voor een langs de centimeter geschoven totdat die persoon hem zag en totdat diegene de kleur zag. Daarna hebben we een tabel gemaakt van de kleurpotloden en centimeters. En op welke afstand deze werden waargenomen.

Resultaten:

Waarnemingen

Kleur 1e keer kleur gezien 2e keer kleur gezien Gezien maar niet de kleur
Rood 10 centimeter 12,2 centimeter 2 centimeter
Oranje 8,3 centimeter 11,4 centimeter 2,5 centimeter
Geel 4,2 centimeter 5,2 centimeter 2,3 centimeter
Groen 9,2 centimeter 13,6 centimeter 2 centimeter
Blauw 6,7 centimeter 7,7 centimeter 2,5 centimeter
Zwart 6,5 8,8 2,2 centimeter
Wit 10,8 17,8 2 centimeter

Conclusie en discussie:

Bij de kleuren geel, wart, blauw wordt al vrij snel, geconstateerd door de persoon, dat het die kleur heeft. Bij de andere kleuren, duurt dat wat langer. Hier uit maak ik op dat de kegeltjes die voor het zien van geel, zwart en blauw op een plek in het oog liggen, waar de eerste stralen binnen komen. Uit de resultaten is ook af te leiden, dat het voorwerp, wel telkens, op ongeveer het zelfde punt waargenomen werd.
Uit deze gegevens, hebben wij geconcludeerd dat onze hypothese niet klopt, want het waarnemen van het voorwerp en waarnemen van de kleur, komt niet op het zelfde moment.
We hadden ons onderzoek kunnen verbeteren door meerdere keren met de kleur langs te gaan, om betere gemiddelde cijfers te krijgen. Want er is nogal variatie tussen de centimeters, waar de kleur zichtbaar werd.
Voor vervolg onderzoek zouden we kunnen uitzoeken, op welke afstanden mengkleuren waargenomen worden. Kleuren zoals paars, roze, bruin en grijs.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.