Inleiding:
“Wat is de oorzaak van het uitbreken van de 30-jarige oorlog?” Dat is de vraag wat er in dit P.O wordt behandeld. Ik ben aan dit onderwerp gekomen via het vak Nederlands (onderwerp literatuur). We hadden een hoofdstuk behandelt waarin de 80-jarige oorlog in voorkwam. Dan was eerst mijn bedoeling om de 80-jarige oorlog te nemen voor dit P.O. Maar ik zag ergens de 30-jarige oorlog staan. En omdat ik daar niet zo veel over wist heb ik maar gekozen om de 30-jarige oorlog te behandelen.
Wat speelde er vooraf?
De keizers uit het huis Habsburg waren voor ieder keizersverkiezing afhankelijk van de welwillendheid van de zeven keurvorsten à zij vormen de regering(samen met de keizer). En die zeven keurvorsten waren: de drie aartsbisschoppen (van Keulen, Mainz en Trier), de koning van Bohemen, de hertog van Saksen, de markgraaf van Brandenburg en de Palts-graaf van de Rijn.
De drie laatst genoemde keurvorsten (hun mochten o.a. de vorst kiezen via een soort verkiezing), waren protestants dus dat betekent dat de eerste vier in dit geval katholiek zijn. En wat ook bekent is over deze tijd, is dat protestanten en katholieken soort rivalen van elkaar zijn geweest. Dus de keurvorsten werden op een of ander manier ‘verdeeld’ in twee kampen; de katholieke en de protestantse groep.
Aan de samenwerkingn tussen keizer en de belangrijke vorstenfamilies, kwam een einde tijdens Rudolf II (1526-1612). Rudolf II trok zich terug op een nieuw hof, in Praag. Daar omgaf Rudolf zich o.a. met kunstenaars en geleerden ( waaronder Kepler). Het Praagse hof kwam tot Europese aanzien. En dat terwijl de belangrijkste Duitse vorstenfamilies zich buitenspel geplaatst voelden. Die Duitse vorstenfamilies verklaardeb Rudolf II echter krankzinnig zodat ze hun oude machtsposities weer konden innemen. Rudolf werd opgevolgd door zijn broertje Matthias. Na de onenigheid tussen de vorsten en de keizer, werd het terugwinnen van het vertrouwen van de(belangrijkste) vorsten als iets belangrijks gezien.
De keizer Matthias stierf in 1619, maar hij had (helaas) geen nakomelingen. Maar toch kwam er een opvolger. De keizerlijke titel zou uiteindelijk gaan naar de Habsburger Ferdinand(II) van Stiermarken(1619-1637), hij was afkomsig uit een andere tak. Deze aanstaande keizer had nog nauwelijks met de rijkszaken bemoeid, en was bovendien ook niet vertrouwd met de belangrijkste vorstenfamilies.
Ferdinand ging meer zijn eigen weg. Hij ontweek o.a. de compromissen die eerdere Habsburgers (de katholieken) met de Boheemse (die protestants was) adel hadden gesloten. Voor de katholieken betekende dit dat de traditionele evenwicht verstoord zou worden, tenminste, er was dreiging.
De standen (er was nog sprake van een standenmaatschappij)van Bohemen, waar de calvinisten nog ‘buitenspel’stonden, kwamen in verzet. Ferdinand was geschokt en deed de Boheemse standen in de ban. Deze standen kozen toen de keurvorst (Frederik) van de Palts (die de enige calvinistische vorst in het Rijk was, tot koning van Bohemen (winter eind 1619). Dat deden de Bohemers ook omdat ze de hulp van de Palts nodig hadden. Ferdinand, intussen al keizer, verklaarde de Bohemers de oorlog. Maar de Bohemers werden verslagen, de keurvorst van de Palts werd begin(winter)1620 afgezet.
En doordat hij allen koning was in de winterperiode, kreeg hij de bijnaam “Winterkoning”. Dat betekende dat de keizerrijken naast Bohemen, ook de Palts in beslag kon nemen. De Winterkopning wist na zijn afzetting te ontkomen. Hij vluchtte naar Den Haag.
Intussen ontmoette Ferdinand een zekere Wallenstein. Dat was een van de onderaanvoerders geweest van het keizerlijke leger van Bohemen in 1620. en bovendien had Wallenstein ook goede relaties met de buitenwereld. Enkele voorbeelden: hij had enkele connecties met invloedrijke personen aan het Weense hof en de Praagse bankier Hans de Witte (agent Antwerpse bankiershuis).
En doordat die Wallenstein zulke connecties had, was de keizer, Ferdinand onder de indruk. En besloot zo Wallenstein het opperbevel te geven voor een nieuw keizerlijk leger.
Wallenstein sloot een dealtje met de bankiers zodat hij zelf op kon draaien voor de kosten die de leger maakte.
Waar speelde de oorlog zich af?
De 30-jarige oorlog is niet tot Duitsland beperkt gebleven(wel voor de grootste gedeelteà Bohemen e.d.).
Parallel aan deze oorlog werd in het westen oorlog gevoerd tussen Spanje, de Republiek(àNederland viel daar onder) en vanaf 1635 ook Frankrijk. Tussen beide oorlogen is een nauwe verband aanwijsbaar. Frankrijk en Spanje vochten ook in Duitsland mee, de Republiek beperkte zich tot geldende steun.
En door allerlei onstandigheden, namen ook andere landen het besluit om zich te mengen met de oorlog. Dat betekende dat eerst Denemarken deel nam aan deze oorlog(1625), en daarna Zweden (1630). Denemarken trok zich in 1629 terug nadat ze verslagen waren, maar de Zweden bleven tot het bittere einde doorvechten.
Frankrijk storte zich in 1635 onder leiding van Richelieu ook in het oorlog. Het vocht mee aan de protestantse zijde.
De Franse motief om deel te nemen aan de stijd was dat er een dreiging was er een Spaans of Duits(Habsburgse) overwicht zou heersen in Europa. En daarnaast wilden de Fransen de Rijn bereiken als hun “natuurlijke” grens.
We gaan hier in op de Duitse kant. Als de Duitsers (FerdinandII) vrede zouden sluiten met Nederland en Zweden, dan zouden de Habsburgers oppermachtig worden in Europa. En dan zou Frankrijk niet meer zoveel te zeggen hebben in Europa.
Dus wat je hieruit kunt opmaken is dat er een Europese oorlog gaande is, die grotendeels plaatsvindt in Duitsland.
Wie speelde(n) hier een hoofdrol?
Omdat de oorlog zich grotendeels afspeelt in Duitsland, is er natuurlijk een hoofdrol weggelegd voor de Duitsers(Habsburgers).
Omdat we in de vorige deelvragen al achtergekomen zijn wie er ongeveer allemaal deelnamen, gaan we nu kijken wat voor rol ieder land heeft gespeeld in deze oorlog. We kunnen de oorlog hierdoor verdelen in vier fasen:
- de Boheemse fase (1618-1623)
- de Deense fase(1625-1629)
- de Zweedse fase(1630-1635)
- de Franse fase(va.1635-1648)
De Boheemse fase (grotendeels behandelt in 1e hoofdstuk)
De opstandige Bohemers weigerden bij de dood van keizer Matthias (1619) zijn wettige opvolger, de fanatiek rooms-katholieke Ferdinand II, te erkennen en riepen de calvinistische keurvorst van de Palts tot hun koning uit (Frederik V). De Boheemse koning kreeg ook een aparte bijnaam; ”de Winterkoning”. Daarmee wordt bedoeld dat hij alleen één winter lang koning is geweest van Bohemen. Dat verzetje werd uiteindelijk gewonnen door de Habsburgers, waardoor ze gemakkelijk nieuwe stukken land veroverden.
Bohemen en Habsburg (Duitsland) hadden dus een hoofdrol.
De Deense fase
De ontbinding van de Protestantse Unie (1621) en de definitieve toekenning van de keurvorstelijke waardigheid aan de hertog van Beieren (Rijksdag te Regensburg, 1623) deden de lutherse vorsten hun vroegere afzijdigheid betreuren. Beducht voor de vorderingen van de Contrareformatie, sloten zij een militair verbond met Denemarken, Engeland en de Republiek der Verenigde Nederlanden, terwijl zij het opperbevel over hun leger toevertrouwden aan Christiaan IV van Denemarken. De keizer van zijn kant wist zich de onschatbare hulp te verzekeren van Wallenstein. Deze versloeg de verbondenen bij Dessau (25 april 1626), terwijl Tilly Christiaan IV bij Lutter in Brunswijk versloeg (1626). Samen verjoegen zij de Denen uit Holstein, Sleeswijk en Jutland en veroverden verschillende Oostzeeplaatsen, tot zij in 1628 voor Stralsund tot staan werden gebracht. Bij de Vrede van Lübeck (22 mei 1629) kreeg Denemarken de verloren gebieden terug, maar verbond zich ertoe voortaan af te zien van elke inmenging in het Duitse Rijk. Hier wist Ferdinand II zijn positie te verstevigen en door het Restitutie-edict (6 maart 1629) verplichtte hij de protestanten het kerkelijk goed dat zij rond 1555 geseculariseerd hadden, terug te geven.
De Zweedse fase
Na zich verbonden te hebben met Richelieu, viel Gustav II Adolf (van Zweden), ontstemd over het opdringen van de Contrareformatie in de richting van de Baltische Zee, Duitsland binnen. De inneming van Maagdenburg door de keizerlijken (1631) en de aldaar aangerichte moordpartij bezorgden hem het bondgenootschap van de Duitse protestanten, die eerst een afwachtende houding hadden aangenomen. De bondgenoten zegevierden aan alle kanten (o.a. in de Slag bij Breitenfeld, waar de macht van de rooms-katholieken in Noord-Duitsland gebroken werd) en kregen bijna driekwart van het Duitse gebied in handen, tot zij beslissend verslagen werden bij Nördlingen (1634). Gustav Adolf was inmiddels bij Lützen gesneuveld (1632). Bij de Vrede van Praag (30 mei 1635) sloten de voornaamste protestantse rijksvorsten zich bij de keizer aan na diens belofte het Restitutie-edict voor een periode van veertig jaar te schorsen. Intussen was Wallenstein in 1634 vermoord, nadat hij zich door zijn eigenmachtige politiek bij de keizerlijke partij gevreesd had gemaakt.
De Franse fase
Nu besloot Richelieu niet langer alleen diplomatieke en financiële hulp te verlenen, maar Frankrijk rechtstreeks aan de oorlog te laten deelnemen. Hij verklaarde de Duitse keizer en Spanje de oorlog en sloot een verbond met de Nederlanden, die nog met Spanje in oorlog waren, en met Zweden. Aanvankelijk werden belangrijke delen van Frankrijk onder de voet gelopen. Vanaf 1638 echter keerde de krijgskans. De Fransen onder Bernhard van Saksen-Weimar veroverden Breisach en de Elzas (1639), Artois (1641), Perpignan (1642) en het grootste deel van het Rijngebied (1643). Vervolgens verwoestten zij Beieren (1646), hierbij geholpen door de Zweden, die daarna Bohemen overrompelden. Eindelijk maakte in 1648 de voor de Habsburgers nadelige Vrede van Westfalen een einde aan de oorlogshandelingen.
Hoe is deze oorlog afgelopen?
De Dertigjarige Oorlog had verstrekkende gevolgen. Hij bezegelde de ondergang van de keizerlijke macht in het Duitse Rijk en versterkte die van de rijksvorsten in aanzienlijke mate. Tevens maakte hij een eind aan de vorderingen van de Contrareformatie. Ten slotte veroorzaakte hij de ondergang van het Duitse Rijk als een politieke grootmacht. De vitale delen van het rijk waren volkomen verwoest, de ontvolking was schrikbarend.
In Europees verband veroorzaakte de Dertigjarige Oorlog de verzwakking van de Habsburgers: de Oostenrijkse tak werd teruggedrongen binnen de Habsburgse erflanden en de Spaanse tak verloor ten gunste van Frankrijk de opperheerschappij over Europa.
Na de oorlog wordt is het Duitse rijk behoorlijk veranderd.
Conclusie
Nog even alles op een rijtje:
Hij had zowel een politiek als een godsdienstig aspect. De Godsdienstvrede van Augsburg (1555) had de verhouding tussen rooms-katholieken en protestanten niet definitief geregeld, zodat er steeds conflicten bleven. Zo gingen de protestanten voort kerkelijke bezittingen te seculariseren, ondanks het formele verbod, opgelegd door de godsdienstvrede. De rooms-katholieken hadden sinds het midden van de 16de eeuw hun positie aanmerkelijk verstevigd in Oostenrijk en Beieren. Van de protestanten genoten alleen de lutheranen de in Augsburg afgekondigde tolerantie. De calvinisten, die vrij talrijk waren en bijvoorbeeld in de Palts de meerderheid van de bevolking vertegenwoordigden, bezaten geen wettelijk statuut.
Wat de politieke oorzaken van de Dertigjarige Oorlog betreft: de Oostenrijkse Habsburgers (zie Habsburg) steunden, voornamelijk sedert de troonsbestijging van keizer Ferdinand II, uit alle macht de Contrareformatie. Zij hoopten hierdoor in Duitsland samen met de kerkelijke eenheid ook de politieke hegemonie van de keizer, die sedert de troonsafstand van Karel V ernstig bedreigd was, te herstellen. De Dertigjarige Oorlog werd vrij snel een internationaal conflict, doordat beide partijen steun kregen van het buitenland. Ook hier speelden geloofsbanden een rol, maar niet alleen. In de eerste plaats was Frankrijk bevreesd voor een overwicht van de Habsburgers in Europa en gaf daarom zijn steun aan de vijanden van de Duitse keizer.
Ten slotte had de Dertigjarige Oorlog ook een economisch karakter: de tussenkomst van Denemarken en van Zweden werd voornamelijk ingegeven door de wil om de heerschappij in de Baltische Zee te handhaven, die voor de handel van bijzonder grote betekenis was.
In 1608 en 1609 kwamen twee vijandige vorstenverbonden tot stand, de Protestantse Unie en de Katholieke Liga. In 1618 kwam het ten slotte tot een uitbarsting in Bohemen. Hier had de Duitse keizer Rudolf II een ruime godsdienstvrijheid toegestaan (Majesteitsbrief, 1609). Onder zijn opvolger, Matthias, werd dit privilege door de rooms-katholieken herhaaldelijk geschonden. Hierdoor nam de spanning toe. Op 23 mei 1618 brak te Praag een oproer los, dat inzette met het uit het raam gooien van twee keizerlijke ambtenaren, een gebeurtenis waarmee men in het algemeen de Dertigjarige Oorlog laat beginnen.
Mijn mening over de dertigjarige oorlog
Ook dit vond onderwerp vond ik behoorlijk interessant. Met name omdat het over een oorlog ging; “de dertigjarige oorlog” in Duitsland. Ik had gekozen voor de dertigjarige oorlog omdat ik altijd interesse heb gehad in oorlogsverhalen. En ook omdat ik me dan zodanig kan verdiepen, dat ik het dan niet voor niets doe (het telt mee voor m’n schoolexamencijfer). Maar tijdens deze P.O ben ik dingen te weten gekomen, die ik anders nooit te weten zou komen. Dingen zoals, dat Denemarken en Zweden er wat mee te maken zouden hebben. En ook dit bevestigt mijn visie op de oorlog; het gaat uiteindelijk alleen om macht. Daarmee doel ik nu even vooral op Frankrijk, die uiteindelijk koos voor de partij tegen de Duitsers, omdat de Fransen bang waren voor een Duits overwicht in Europa.
En wat we allemaal al weten is dat elke oorlog verwoestende werking heeft op het landschap. Dus waarom eigenlijk oorlog? Want ze hadden het ook gewoon kunnen uitpraten.
Bronvermelding:
- ‘Overzicht van de nieuwe geschiedenis; De algemene geschiedenis van het einde der middeleeuwen tot 1870’, geschreven door: D.J. Roorda
- ‘Een kennismaking met de geschiedenis van de nieuwe tijd’, geschreven door: M. van Os & M. R. Potjer
- ‘Sesam wereld geschiedenis; 17e &2e helft van de 18e eeuw’ (encyclopedie)
-Kramers woordenboek (Nederlands)
-sites:
www.boogolinks.nl (alles wat onder 30-jarige oorlog staat)
www.pipeline.com
Logboek
datum activiteit duur
1-11’01 Deelvragen verzonnen&gemaakt 30min
5-11’01 Ingeleverd deelvragen
Week’47 Boeken gezocht in Bibliotheek 90min
Week’48 Boeken doorgebladerd 2uur
Week’48 Gezocht op internet(zonder resultaat) 90min
Week’50 (do, vrij, za, zo) Paar sites op internet gevonden (alles in het Engels) Elke dag zo’n 85min
18-12’01 Voorpagina gemaakt 30min
18-12’01 Gekeken welke sites bruikbaar zijn 3uur
20-12’01 Inleiding gemaakt 45min
21-12’01 1e deelvraag gemaakt 90 min
28-12’01 2e deelvraag gemaakt 75min
4-1’02 3e deelvraag gemaakt 100min
5-1’02 4e deelvraag gemaakt 60min
7-1’02 Conclusie, mening, inhoudsopgave gemaakt 60min
9-12’02 Alles netjes in elkaar gezet (opmaak tekst e.d.) 45min
REACTIES
1 seconde geleden
N.
N.
jij bent encarta vergeten als bronvermelding
19 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
beste Casanova
Voor een voordracht die ik geef aan diverse gezelschappen wilde ik iets meer weten over de dertigjarige oorlog. Jouw werkstuk kwam voorbij . goed gedaan !!!!
Henk Mesman
15 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
Hmm, in mijn boek stond dat de aanleiding voor de 30-jarige oorlog ontstond dooreen conflict tussen katholieken en protestanten in de Duitse gebieden van het Habsburgse rijk (met name de Habsburgse erglanden), Maar als ik het goed begrijp zeg jij dat het komt door macht? Verder goed werkstuk :)
13 jaar geleden
Antwoorden