Aandelenhandel

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 5e klas vwo | 4914 woorden
  • 7 april 2004
  • 104 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
104 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Inleiding De effectenbeurs, kortweg de beurs, is een markt waar vragers en aanbieders van vermogen elkaar treffen. De vragers zijn bedrijven die geld willen aantrekken om de activiteiten van hun onderneming te kunnen financieren. De aanbieders van vermogen worden beleggers genoemd. Dat kunnen zowel individuele personen zijn als grote organisaties (bijvoorbeeld pensioenfondsen en verzekeraars). De vragers van vermogen bieden zogenaamde aandelen aan op de beurs. Het Nederlandse bedrijf de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) is in 1602 als eerste begonnen met het uitgeven van aandelen. Dit deed zij omdat de enorme investering die nodig was om schepen te bouwen voor de handel met Indië, niet kon worden opgebracht door een handvol rijke personen. Toen steeds meer bedrijven aandelen gingen uitgeven, ontstond er behoefte aan een aparte marktplaats om deze aandelen te verhandelen. Naast aandelen zijn er nog meer manieren om vermogen aan te trekken op de beurs. Een andere belangrijke manier is het uitgeven van obligaties. Deze vorm van lenen wordt vaak toegepast door de overheid en grote bedrijven. Welke factoren spelen een rol bij de prijsvorming van aandelen en effecten? Een beurs is een belangrijk onderdeel van de economie. Ze vervult een belangrijke functie en wordt vaak gezien als graadmeter van de economie. Daarom is de beurs ook vaak op TV. In het volgende stuk gaan we in op de relatie tussen de beurs en de rest van de economie. Het grootste gedeelte van de handel op de beurs is niet tussen bedrijven die vermogen nodig hebben en aanbieders van vermogen, maar tussen aanbieders onderling. Er vindt als het ware "tweedehands" handel plaats in aandelen. De aanbieders van vermogen noemt men ook wel beleggers. De beleggers kopen bijvoorbeeld aandelen voor een bepaalde prijs in de verwachting dat zij er in de toekomst meer geld voor terugkrijgen. Dit terugkrijgen van geld kan het gevolg zijn van het doorverkopen van het aandeel of van dividend dat een bedrijf uitkeert aan de aandeelhouder. Een belegger zal proberen een rendement te krijgen dat zo hoog mogelijk is. Omdat hij of zij verwachtingen heeft over wat er in de toekomst wordt uitgekeerd aan dividend en wat de koers zal zijn op een bepaald moment, zal hij kiezen voor het aandeel waarvan hij of zij denkt dat het rendement het hoogst zal zijn. Belangrijk hierbij is te beseffen dat er altijd een bepaald risico is dat de verwachtingen niet uitkomen. Dit risico zal verschillen per sector en per bedrijf en de belegger zal daar natuurlijk rekening mee houden. Op de Amsterdamse beurs wordt er constant door tussenkomst van een specialist een zogenaamde bied- en laatprijs afgegeven. Dit betekent dat er op elk moment tijdens de handel een prijs is waartegen je een aandeel kunt kopen of verkopen. Als de specialist merkt dat er tegen een bepaalde prijs geen kopers zijn, zal hij de laatprijs moeten verlagen om toch te kunnen verkopen. Omdat de specialist een bepaalde marge wil tussen de bied- en laatprijs, zal dat betekenen dat hij de biedprijs ook zal verlagen. (De biedprijs waartegen de specialist koopt is dus altijd lager dan de laatprijs waartegen hij verkoopt!) Dit betekent dus dat de koers van een aandeel daalt tot er een prijs is waartegen een belegger wil kopen. Andersom zal de koers stijgen tot een belegger tegen een bepaalde koers wil verkopen. Omdat verwachtingen veranderen en iedere belegger zijn eigen verwachtingen heeft, willen sommige beleggers hun aandeel in een bepaald bedrijf verkopen en andere beleggers willen het juist kopen. Door de handel tussen de aanbieders en de vragers ontstaat een prijs voor het aandeel. Één van de redenen om een aandeel te verhandelen op de beurs is dat je denkt de beste prijs voor je aandeel te kunnen krijgen. In het verlengde hiervan betekent dit dat een prijs voor een aandeel op de beurs de echte waarde van het aandeel weerspiegelt. Hoe kan het dan zo zijn dat er tegen een bepaalde prijs zowel verkopers als kopers zijn? Dat wordt vaak verklaard door het bestaan van informatie asymmetrie. Dit komt er op neer dat de beleggers niet allemaal dezelfde informatie hebben en daardoor andere verwachtingen hebben over de toekomstige prijs van het aandeel. Er wordt verondersteld dat er in een efficiënte markt een eerlijke prijs tot stand komt die de waarde weerspiegelt of benadert. In de theorie van de efficiënte markt bestaan er verschillende stadia van efficiëntie. De meest zwakke vorm van de efficiënte markt houdt in dat in de prijs van het aandeel alle informatie uit het verleden is verwerkt. Vervolgens is er een half-sterke vorm waarin, naast de informatie uit het verleden, ook alle overige gepubliceerde informatie is verwerkt. Onder de overige gepubliceerde informatie worden bijvoorbeeld verstaan jaarverslagen en winstprognoses. Tenslotte is er de sterke vorm die naast alle publieke (gepubliceerde) informatie ook alle overige informatie bevat omtrent het aandeel. Dit moet je heel ruim zien. Zo zijn lange termijn ontwikkelingen van de economie ook van belang voor de waarde van een aandeel. In de meeste gevallen kun je spreken van een half-sterke vorm van marktefficiëntie. Een belangrijk probleem hierbij is dat er beleggers kunnen zijn die eerder bepaalde informatie hebben dan andere. Dat kan bijvoorbeeld doordat de belegger werkzaam is bij een bedrijf waarin hij belegd heeft. Als hij tijdens zijn werk te horen krijgt dat het bedrijf een enorme blunder heeft gemaakt waardoor het verlies gaat maken, kan hij zijn aandelen verkopen tegen een (te) hoge prijs. Dit betekent dat de belegger die de aandelen gekocht heeft benadeeld wordt omdat hij onmogelijk kon weten dat de aandelen minder waard waren dan wat hij of zij ervoor betaalde. Indien iemand op dergelijke wijze misbruik maakt van zijn positie dan spreekt men van handel met voorkennis. Dit is strafbaar, maar in de meeste gevallen moeilijk te bewijzen. Als er sprake is van een min of meer efficiënte markt dan betekent dat dat een wijziging in de prijs van bijvoorbeeld aandelen ook moet leiden tot een wijziging in de koersen van de afgeleide produkten zoals opties. Wat is nu de relatie tussen de koersen op de optiebeurs en de aandelenbeurs? Is de optiebeurs slechts een afgeleide van de aandelenbeurs of heeft deze beurs een eigen dynamiek?
Beurs Crasch Als er een grote daling is van de waarde van de index spreekt men over een crash (een sterke daling van de aandelenkoersen). Vaak betekent zo'n crash een daling van tientallen procenten op de koersen. In dit gedeelte gaan we in op wat de gevolgen hiervan zijn voor de economie en wat de oorzaken zijn van een crash. Vaak blijkt dat een crash van korte duur is. Binnen een jaar na de crash zijn veel koersen al weer op het peil van voor de crash. Een crash gaat vaak gepaard met veel handel en daardoor veel omzet op de beurs. Betekent dat dan ook dat de beurs blij is met een crash? Als één van de grote beurzen in de wereld crasht, slaat dat vaak over naar de andere beurzen. Werkt een beurs wel goed als psychologische effecten zo'n grote rol spelen? De beurs als afspiegeling van de economie Wat betekent het als er een sterke stijging of daling is op de beurs? Betekent het dat we dan een crisis hebben, gaan we daardoor minder verdienen? Gelukkig valt dat allemaal wel mee, maar de beurs is in de meeste gevallen wel een goede barometer voor de economie. Omdat de prijsvorming op de beurs het gevolg is van verwachtingen over toekomstige ontwikkelingen wordt de beurs vaak gezien als een leading indicator. Dit betekent dat de index informatie geeft over de toekomstige toestand van de bedrijven en daardoor over de toekomstige toestand van de economie. Omdat in een efficiënte markt. sprake is van directe verwerking van beschikbare informatie zijn de koerswijzigingen een indicatie van de toekomstige status van de economie. Samengevat betekent dat dus dat de koers van de beurs informatie geeft over de economie voordat de gevolgen direct merkbaar zijn. Vaak denkt men echter dat de beurs zelf ook invloed heeft op de economie. De wetenschappers hebben hier verschillende meningen over. Zo blijkt uit onderzoek dat het bestaan van een beurs in een land een gunstige werking heeft op de verdeling van kapitaal en daardoor ook op de economische prestatie. Koerswijzigingen op zichzelf hebben vaak een beperkte invloed op de economie. Bij een daling van de koers lijden beleggers "verlies", waardoor ze minder winst genereren die zij opnieuw in de economie kunnen investeren. Er wordt pas echt verlies geleden als men een lagere prijs voor een vermogenstitel ontvangt dan men ervoor betaald heeft. Als dat gebeurt, betekent dit dat er tegelijkertijd winst wordt gemaakt door iemand anders, omdat die het aandeel heeft gekocht voor een lagere prijs dan vroeger. Er wordt daardoor gesproken van een zero sum game. Per saldo (waar elke belegger en intermediair in is verrekend) maakt niemand verlies of winst. Avondhandel op de beurs: een goed idee? De supermarkt op de hoek is tegenwoordig elke avond open en in de grote steden van Nederland kun je elke zondag winkelen. We leven in een 24-uurs economie. Waarom is het dan niet mogelijk om 's avonds en in het weekend op de beurs te handelen? Over deze vraag is de laatste tijd een levendige discussie ontstaan tussen voor- en tegenstanders van avond- en weekendhandel. Laten we eens beginnen met de argumenten van de voorstanders. Zij vinden dat avondhandel een uiting is van een onderliggende trend, namelijk dat particuliere beleggers consumenten worden die kopen op tijdstippen en plaatsen dat zij dit willen. De effectenbranche zal hierop moeten inspelen. Het belangrijkste argument van de tegenstanders is dat beleggers bij avondhandel terecht zullen komen in een te enge markt, waar een middelgrote order de prijs al kan beïnvloeden. Doordat er veel minder kopers en verkopers actief zijn dan overdag is de prijsvorming minder betrouwbaar, waardoor de kloof tussen beurskoers en fundamentele waarde van een aandeel zal groeien. Dit vermindert de efficiëntie van de markt. Voorstanders brengen hier tegen in dat het voor veel fondsen op de beurs ook gedurende de dag te prefereren zou zijn als er slechts één of twee handelsmomenten zijn. Op de Parijse beurs is dit de praktijk. Het probleem is volgens hen niet de openingstijden van de beurs maar de liquiditeit van de fondsen. Naast onjuiste prijsvorming is het gevaar van onbetrouwbare informatie volgens de tegenstanders een ander belangrijk nadeel van avondhandel. Eigenlijk vloeit dit gevaar voort uit het eerste nadeel, de dunbevolkte markt. In een markt met weinig grote spelers wordt het een stuk gemakkelijker om de koersen te manipuleren. Kleine beleggers zullen reageren op geruchten, verspreid door malafide traders die door middel van enkele goedgemikte aanbevelingen via bijvoorbeeld het Internet de aandelenkoersen in de gewenste richtingen kunnen bewegen. In een recent artikel in The Economist werd een voorbeeld gegeven van een vorm van manipulatie tijdens avondhandel. Vermogensbeheerders geven hun klanten doorgaans maandelijks een overzicht van hun prestaties. Als de koersen op de laatste dag van de maand omhoog zouden gaan, kunnen ze de cliënten tevreden stellen met extra hoge rendementen. The Economist schrijft dat het aandeel Charles Schwab (nota bene zelf een vermogensbeheerder!) in de nabeurshandel van 31 juli 2000 plotseling $ 38,12 kostte, terwijl de koers tijdens de drukke handel van dezelfde en de volgende dag rond de $ 36 schommelde. De sprong in de koers werd veroorzaakt door een transactie van amper honderd aandelen. Voor een vermogensbeheerder is deze techniek dus een goedkope manier om zijn resultaten (kunstmatig) op te poetsen. De voorstanders van avondhandel beweren dat het probleem van onjuiste informatie niet is terug te voeren op de openingstijden. Immers, toezichthouders hebben regels opgesteld voor het verschaffen van koersgevoelige informatie. Deze regels zullen ook gelden in de avonduren. Als laatste argument wordt door de tegenstanders de kosten genoemd. Meer handelsuren leidt niet noodzakelijkerwijs tot veel meer handel. De extra inkomsten zijn dus beperkt, terwijl de extra kosten wel gewoon oplopen. Wat zijn aandelen? Aandelen zijn eigendomsbewijzen van een onderneming. Als je een aandeel koopt ben je dus voor een stukje eigenaar van dat bedrijf. Zo is het mogelijk om verschillende personen te laten meedoen in de financiering van het vermogen van een onderneming. Aandelen geven naast het recht op een deel van de toekomstige winsten ook stemrecht. Als op aandeelhoudersvergaderingen wordt gestemd, heeft degene met de meeste aandelen ook de meeste stemmen. Bij grote ondernemingen is er meestal een Raad van Commissarissen. Deze houdt toezicht houdt op de Raad van Bestuur, die de dagelijkse leiding heeft. Vaak is het zo dat als je een bepaalde hoeveelheid aandelen bezit, je ook inspraak hebt bij de benoeming van commissarissen. Als er bijvoorbeeld vijf commissarissen zijn, dan kan het zijn dat iemand die minimaal 20% van de aandelen heeft één commissaris mag aanwijzen. Bij een besloten vennootschap (BV) is het alleen mogelijk om aandelen te verkopen onder bepaalde regels. Zo mag een aandeelhouder vaak pas aandelen verkopen aan personen die nog geen aandeelhouder zijn, nadat de aandelen eerst zijn aangeboden aan de bestaande aandeelhouders. Ook kan het zo zijn dat de aandeelhouder pas na een lange periode de aandelen mag verkopen. Op die manier hebben de andere aandeelhouders de mogelijkheid geld te verzamelen om de aandelen te kopen en daardoor andere personen buiten het bedrijf te houden. Naast allerlei andere verschillen in wetgeving is het grootste verschil tussen een BV en een naamloze vennootschap (NV) dat de aandelen van een NV wél vrij verhandelbaar zijn. Iedereen mag dus zijn aandelen verkopen aan iedereen. Dat is de reden dat alleen aandelen van NV's op de beurs worden verhandeld. Bij een BV worden alle aandeelhouders bijgehouden in een aandelenregister. In dat register staan de persoonlijke gegevens van de aandeelhouders en het aantal aandelen dat zij in het bedrijf hebben. Bij de meeste NV's komt zo'n register niet voor, zeker niet bij NV's waarvan de aandelen op de beurs worden verhandeld. Aandelen worden dan vaak op papier gezet. Deze worden dan aandelen aan toonder genoemd omdat iedereen die een dergelijk papier kan laten zien (tonen), de rechten kan uitoefenen die verbonden zijn aan het aandeel (zoals bijvoorbeeld stemrecht tijdens een aandeelhoudersvergadering). Natuurlijk zijn deze stukken papier moeilijk na te maken en zijn ze allemaal genummerd, zodat criminelen er geen misbruik van kunnen maken. Omdat bij grote bedrijven een groot eigen vermogen nodig is en men zoveel mogelijk mensen de mogelijkheid wil geven om een aandeel te kopen, is het eigen vermogen vaak opgedeeld in heel kleine aandelen. Sommige aandelen zijn bijvoorbeeld bij oprichting van een bedrijf maar tien gulden waard. Mensen die veel aandelen hebben in een NV zouden dan heel veel papieren moeten bewaren. Omdat dat lastig is, zeker als je de aandelen wilt verkopen, worden bijna alle aandelen die worden verhandeld op de beurs bewaard door één organisatie: de Kas-Associatie. Deze houdt voor elke belegger op de beurs bij welke aandelen van hem zijn. Naast aandelen worden ook obligaties en andere waardepapieren bewaard door de Kas-Associatie. Gedurende het bestaan van een bedrijf wordt een deel van de winst in de vorm van reserves toegevoegd aan het eigen vermogen. Deze waardetoename en hoge verwachtingen over de toekomstige winsten van een bedrijf kunnen tot gevolg hebben dat de prijs van een aandeel op de beurs veel hoger is van de waarde die vermeld staat op het aandeel (de zogenaamde nominale waarde). De meeste bedrijven betalen één maal per jaar dividend aan hun aandeelhouders. Dat is een financiële vergoeding per aandeel. Een aandeel brengt dus niet alleen wat op als de prijs stijgt. Wat zijn de voor- en nadelen van aandelen? Wat heb je als particuliere belegger aan aandelen? Een heleboel kopzorgen, dat zeker. Maar tegelijkertijd kan je met aandelen ook een mooie meerwaarde realiseren. Door aandelen uit te geven kan een onderneming haar activiteiten financieren zonder dat er een schuld (met bijbehorende rentelasten) ontstaat die ze op bepaalde tijdstippen moet terugbetalen. De levensduur van een vennootschap is in de praktijk immers (doorgaans) onbegrensd. Dat is een belangrijk verschil met een obligatie, die een vaste looptijd kent. Aandelen vormen het risicokapitaal van een bedrijf. Bij een eventuele vereffening staat de aandeelhouder helemaal achteraan. De recten van alle schuldeisers hebben dan voorrang op die van de aandeelhouders. Je hebt dan ook geen enkele waarborg dat je als aandeelhouder op zijn minst de oorspronkelijke (inteken)waarde zal terugkrijgen. Vandaar ook de term 'risicokapitaal'. Je kan natuurlijk wel een mooie meerwaarde op je aandelen krijgen, naast de verwachte dividenden. Maar dat veronderstelt dat de vennootschap genoeg toegevoegde waarde creëert zodat het maatschappelijk vermogen steeds verder toeneemt. Bovendien is de meerwaarde op aandelen belastingvrij in België. Als je je aandelen duurder kan verkopen, moet je de fiscus dus niet in de winst laten delen. Bij beleggen in aandelen blijft er grote onzekerheid over de toekomstige opbrengst. Daarom eisen aandelenbeleggers een hoger rendement op hun investering: ze vragen een risicopremie . De aandelenkoersen zullen die eis moeten weerspiegelen. Een voldoende hoge risicopremie zorgt ervoor dat beleggers uiteindelijk toch een belegging in aandelen verkiezen boven een riscovrije belegging in staatsleningen.
Wat zijn obligaties? In plaats van naar een bank te gaan is het voor een bedrijf vaak goedkoper om een grote lening direct op de kapitaalmarkt te plaatsen. Dat gebeurt door middel van obligaties. Een obligatie is dus gewoon een lening, en wordt daarom ook wel obligatielening genoemd. Het bedrag dat een bedrijf wil hebben wordt onderverdeeld in kleinere eenheden en net als aandelen op papier gedrukt (de feitelijke obligatie). Op dat papier staat het geleende bedrag vermeld. Dit bedrag wordt aan het eind van de looptijd van de obligatie weer terugbetaald aan de houder ervan. Daarnaast zijn er op veel obligaties coupons te vinden. Dat zijn kleine stukjes papier die je van de obligatie kunt afscheuren. Bij de meeste obligaties wordt jaarlijks een rentebedrag betaald. De coupon dient dan om het rentebedrag te ontvangen. Voor elk jaar van de looptijd is er een coupon te vinden op de obligatie. Er zijn ook obligaties die geen coupons hebben en die niet jaarlijks een rentebedrag uitkeren. Deze obligaties heten toepasselijk 'zero-coupon bonds'. De rente wordt dan verrekend doordat er bij aankoop van de obligatie minder geld wordt betaald dan op de obligatie staat vermeld. Dat betekent dus dat de rente in zijn geheel bij de aflossing aan het einde van de looptijd wordt voldaan. Obligaties worden veel uitgegeven door de Nederlandse overheid. Deze worden overheidsobligaties genoemd. Omdat deze obligaties bijna zonder risico zijn, worden ze door veel banken aangehouden als reservemiddel. Kleinere bedrijven en overheden van minder kapitaalkrachtige landen geven soms ook obligaties uit. Omdat bij deze obligaties het risico groter is, wordt er een hogere rente vergoed. Deze obligaties worden vaak 'junk bonds' genoemd omdat het nog wel eens gebeurt dat de houder zijn obligaties bij het vuilnis (junk) kan gooien als blijkt dat de uitgever van de obligaties de rente en aflossing niet kan betalen. Welke mensen spelen een rol op de effecten beurs ? Op de beurs zijn diverse partijen actief die het mogelijk maken om te handelen. Een aantal van deze partijen wordt besproken in het gedeelte over het verloop van de handel. Belangrijk is te beseffen dat deze partijen geld verdienen door de handel mogelijk te maken. Zo verdient een commissionair een commissie met de opdrachten die hij uitvoert en de beursorganisaties verdienen geld door onder meer een bedrag te vragen van de genoteerde bedrijven. De mensen of organisaties die effecten in bezit hebben, noemt men beleggers. Beleggers investeren hun geld in diverse vermogenstitels. Zij doen dit om een bepaald rendement te behalen. Natuurlijk kun je je geld ook gewoon op een spaarrekening zetten bij de bank, maar beleggen heeft een aantal voordelen. Om te beginnen behaal je op lange termijn bijna altijd een hoger rendement met aandelen dan met een spaarrekening. Een belegger kan ook zijn geld beleggen via de bank. Hij kan dat doen door geld in beleggingsfondsen van banken te storten. Sommige beleggers hebben zelf veel kennis over de beurs en de fondsen en kiezen er daarom voor om zelf hun beleggingsportefeuille samen te stellen. Dit betekent dat zij zelf een keuze maken om in bepaalde fondsen wel of niet te beleggen. Een beleggingsportefeuille is een verzameling van verschillende vermogenstitels. Omdat iedere belegger een eigen houding heeft ten opzichte van het nemen van risico, zal hij kiezen voor een eigen samenstelling van zijn portefeuille. Zo zal iemand die het zich niet kan veroorloven veel geld te verliezen eerder in obligaties beleggen dan in aandelen. Om te zorgen dat er risicospreiding plaatsvindt zal de belegger niet al zijn geld steken in één vermogenstitel, maar dit spreiden over verschillende titels. Mocht toevallig een bedrijf failliet gaan, dan is de belegger niet meteen alles kwijt. Sommige organisaties, zoals pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen, beleggen veel geld op de beurs. Deze grote beleggers noemt men institutionele beleggers. Deze groep speelt een steeds grotere rol op de Nederlandse effectenbeurs. Dit komt omdat steeds meer mensen hun spaargeld onderbrengen bij levensverzekeraars en pensioenfondsen. De beleggers verdienen dus hun geld met uitkeringen van dividend, rente of aflossing en met waardeveranderingen van vermogenstitels. Een belegger zal daarom veel informatie willen hebben over de verschillende vermogenstitels om verstandige beslissingen te nemen. Commissionair Als je in Nederland een aandeel of een andere vermogenstitel wilt kopen mag je niet zomaar naar de beurs lopen, de vloer op stappen en gaan handelen. Niet alleen is de beurs op een bepaalde manier georganiseerd maar bij de wet is het zo geregeld dat je als particulier alleen maar via een professionele partij produkten mag kopen op de beurs. Zo'n professionele partij is een algemene bank, een gespecialiseerde bank (een zogenaamde effectenbank of investmentbank) of een commissionairsbedrijf. Als je als particulier wilt handelen in produkten op de beurs zul je dus eerst een bedrijf moeten vinden waar je je zaken wilt onderbrengen. Als je daar eenmaal een effectenrekening (rekening die bij een bank wordt aangehouden om vermogenstitels te kopen en verkopen). hebt geopend kun je aan de slag. Als je een bepaald produkt wilt kopen of verkopen kun je bellen naar je commissionair en die zorgt dat je opdracht dan wordt uitgevoerd. Je commissionair zal na het ontvangen van de opdracht een order doorgeven aan iemand op de vloer of zelf, indien mogelijk, via een computernetwerk de opdracht uitvoeren. Het bedrag van de transactie wordt van je rekening afgehaald als je wat gekocht hebt en erbij geschreven als je wat hebt verkocht. Een overzicht van de produkten die je gekocht en/of verkocht hebt, wordt je toegestuurd zodat je kunt controleren of er geen fouten zijn gemaakt. Voor elke order die de commissionair uitvoert, krijgt hij een bepaalde vergoeding, die wordt verrekend met het saldo op je rekening Floorbroker Het beroep van een handelaar op de vloer, een floorbroker, is zwaar. Elke dag begint de handel met een slag op de gong. Een beursmedewerker slaat aan het begin en aan het einde van de handelsdag op de gong. Dit gebeurt zowel op de effectenbeurs als op de optiebeurs. Omdat er veel fondsen zijn op de optiebeurs, komt het soms voor dat de handelaren van een bedrijf een verdeling maken. Dit kan betekenen dat een floorbroker alleen in een beperkt aantal fondsen handelt. De AEX-index Als er in het journaal wordt gesproken over de beurs gaat het meestal over de AEX-index. Deze index is een gemiddelde van de koersen van de 25 grootste bedrijven die op de Amsterdamse beurs staan genoteerd. Deze bedrijven worden geselecteerd op basis van de marktwaarde van het bedrijf. Die marktwaarde is gelijk aan het aantal aandelen vermenigvuldigd met de prijs van een aandeel. De selectie van de bedrijven gebeurt één keer per jaar. De prijzen van de aandelen van de 25 bedrijven met de grootste marktwaarde bepalen de AEX-index. Hoe hoger de gemiddelde prijs, hoe hoger de AEX-index. Op de Amsterdamse effectenbeurs hangt een scherm waarop handelaren continu de stand kunnen zien van de AEX-index. Ook hangt er een bord waarop alle overige belangrijke indices van de wereld staan.
De beursgang Een bedrijf wil naar de beurs om kapitaal te verkrijgen om haar activiteiten mee te financieren. Nu kun je je afvragen waarom dat niet op een andere manier gebeurt. Een onderneming kan natuurlijk naar de bank gaan voor een lening, maar de bank zal slechts leningen verstrekken tot op zeker hoogte. De beurs is niet geschikt voor elk bedrijf. Sommige bedrijven zullen niet naar de beurs gaan. Bull staat voor de goede gang op de beurs Bij het beoordelen of een onderneming in aanmerking komt voor een lening zal een bank onder andere kijken naar het eigen vermogen van het bedrijf. Eigen vermogen (aandelen) is kapitaal dat het meest risicovol is. Als een onderneming failliet gaat, komen de eigenaren van de onderneming - degenen die het eigen vermogen hebben geleverd - pas aan het einde aan bod bij uitbetaling. Als de bezittingen van de onderneming zijn verkocht, is er een bepaalde volgorde van uitbetaling. Nadat de kosten van het faillissement zijn betaald, komt eerst de belastingdienst, daarna komen de overige schuldeisers. Als er daarna iets overblijft (wat bijna nooit zo is) dan is dat voor de personen die eigen vermogen hebben geleverd. Het is natuurlijk logisch dat de bank wil dat er veel eigen vermogen is, want hoe groter het eigen vermogen, hoe groter de kans dat er bij een faillissement voldoende geld is voor de schuldeisers (waaronder de bank). Op het moment dat een onderneming nieuwe investeringen wil doen, zal zij daarvoor geld nodig hebben. Als er onvoldoende mogelijkheden zijn voor het verkrijgen van een lening, zal het eigen vermogen moeten worden vergroot. Op het moment dat de eigenaren dat vermogen niet kunnen opbrengen, zal er bij anderen nieuw vermogen moeten worden aangetrokken. Het vergroten van het eigen vermogen van een onderneming gebeurt door het uitgeven van nieuwe aandelen. Als een onderneming relatief klein is, kan zij deze nieuwe aandelen misschien verkopen aan slechts één nieuwe belegger. Als een onderneming zo groot is dat het kapitaal niet meer opgebracht kan worden door één belegger, is de effectenbeurs de aangewezen plaats om vermogen aan te trekken. Doordat hier veel beleggers zijn, zal er een goede prijs ontstaan voor het te verkopen aandeel. Daardoor weet je als onderneming zeker dat je niet te kort wordt gedaan. Ook is er zoveel kapitaal aanwezig dat het bedrijf zo goed als zeker voldoende vermogen weet aan te trekken. Het uitgeven van nieuwe aandelen heet een emissie. De eerste keer dat een bedrijf aandelen uitgeeft op de beurs wordt een beursintroductie (T.3.1) genoemd. Naast het vergroten van het eigen vermogen kan de wens tot verkoop van de bestaande aandelen door de eigenaren ook reden zijn voor een beursintroductie. Als een aandeelhouder zijn aandelen wil verkopen, kan het zijn dat hij deze niet kan of wil verkopen aan de overige aandeelhouders of dat hij een betere prijs denkt te krijgen op de beurs. Sommige fondsen die zijn genoteerd op de Amsterdamse beurs, zijn ook genoteerd op een andere beurs in de wereld, bijvoorbeeld die in New York. Zou de Amsterdamse Beurs dat jammer vinden? Eisen en voorschriften Kan ieder bedrijf een notering krijgen op de Amsterdamse beurs of zijn er bepaalde voorwaarden? De beurs stelt een aantal eisen aan de bedrijven die genoteerd zijn en aan bedrijven die naar de beurs willen. Allereerst worden er eisen gesteld aan de omvang van het aandelenkapitaal dat wordt geplaatst. Daarnaast moet men aan de toekomstige aandeelhouders informatie verstrekken. Om in aanmerking te komen voor een notering moet het bedrijf een track record (overzicht van het verleden van een bedrijf wat betreft groei, winst, omzet, enz). hebben van drie jaar. Hieruit kan de belegger informatie halen om de beslissing te nemen om wel of niet aandelen te kopen van het betreffende bedrijf. Daarnaast zijn er ook enkele eisen met betrekking tot het bestuur van de onderneming. Op het moment dat het bedrijf uiteindelijk genoteerd wordt op de beurs moet het zich nog aan enkele voorschriften houden. Zo moet het bedrijf alle informatie die van belang is voor het koersverloop van de onderneming direct openbaar bekendmaken. Dit is bedoeld om handel met voorwetenschap te bestrijden. Eveneens moet bepaalde informatie periodiek kenbaar worden gemaakt waaronder de winstprognoses en het jaarverslag. De Nieuwe Markt Amsterdam (NMAX) Sinds 1996 is het ook mogelijk een notering aan te vragen bij de Nieuwe Markt Amsterdam (NMAX). Hiervoor gelden andere eisen dan voor de normale beurs. Vele eisen die daar gelden zijn versoepeld. Zo hoeft een onderneming niet 3 maar 2 jaar een track-record te hebben en is de minimale omvang van het aandelenkapitaal een stuk lager dan op de reguliere beurs. Vooral jonge, innovatieve bedrijven vragen een beursnotering aan op de NMAX. Veel van die bedrijven hebben namelijk moeite om tegen acceptabele tarieven leningen te krijgen bij banken, omdat hun verleden en toekomst niet duidelijk genoeg zijn. Omdat die bedrijven veel groeipotentieel hebben en vaak grote investeringen moeten doen om die groei waar te maken is deze beurs opgericht. Deze markt is erg belangrijk voor de Amsterdamse Beurs. Niet zo zeer vanwege de omvang, maar meer vanwege concurrentie overwegingen. Kleine bedrijven hadden vroeger niet de mogelijkheid om op de Amsterdamse Beurs kapitaal te vergaren er gingen daardoor naar andere (buitenlandse) beurzen. Vooral de EASDAQ, de Europese tak van de Amerikaanse NASDAQ-beurs die enkel met schermenhandel werkt, is hier een grote concurrent. De Amsterdamse Beurs besefte dat het van belang is om steeds nieuwe bedrijven te krijgen om een gunstige concurrentieverhouding te hebben. Daarom is de NMAX opgericht. Stukje dagverloop aandeel Koninklijke Olie
Laatste koers 40.36
Datum 07-04-2004
Tijd 11:18:00
Relatieve verandering 0.52% Absolute verandering 0.21
Open 40.10
Hoog 40.41
Laag 39.95
Bieden 40.36
Laten 40.38
Volume 1603452
Vorige slotkoers 40.15
Intraday grafiek
Voorbeeld van een aandeel koers op Internet Tweejaarsgrafiek

REACTIES

P.

P.

Plagiaat uit gedeeltelijk economie-, gedeeltelijk een Management & Organisatieboek.

17 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.