Van Gogh museum

Verslag Van Gogh Museum

Korte beschrijving Van Gogh Museum.

Het Van Gogh Museum is gelegen aan het Museumplein in Amsterdam, tussen het Rijksmuseum en het Stedelijk Museum. De ingang van het museum bevindt zich aan de Paulus Potterstraat 7. Het museum is bereikbaar met tram 2 en 5 en 20 vanaf het Centraal Station. Voor invaliden is het museum goed toegankelijk. Alle verdiepingen zijn via een lift bereikbaar. Rolstoelen en wandelwagens zijn er ook gratis beschikbaar. Op de tweede etage van het museum bevindt zich een studieruimte. Hier kun je meer informatie vinden over Van Gogh en 19de-eeuwse kunst, door middl van boeken en computers (die doorgeschakeld staat, met de website). Ook is er een educatieve presentatie waarin Van Goghs manier van werken met voorbeelden wordt toegelicht. Een wisselvitrine biedt plaats aan kleine, kortdurende presentaties over uiteenlopende onderwerpen en het open depot toont een ruime selectie kleinere werken uit de overvolle museumcollectie.

Familie Van Gogh.

Theodorus Van Gogh, dominee van de Nederlandse Hervormde Kerk, en Anna Cornelia Carbentus, dochter van een boekhandelaar, treden in 1851 in het huwelijk. Hun eerste kind, Vincent Willem van Gogh, wordt op 30 maart 1853 geeboren in het Branbantse Zundert. Het echtpaar brengt nog vijf kinderen ter wereld, onder wie Vincents favoriete broer Theo(dorus).

De vorming van de jonge Vincent begint in 1861 op de dorpsschool. Later sturen zijn ouders hem naar 2 kostscholen. Vincent blinkt uit in taal en bekwaamt zich in het vak Frans, Engels en Duits. In maart 1868, midden in het schooljaar, gaat hij abupt van school en keert terug naar Zundert, hij heeft zijn officiële schoolopleiding nooit hervat.
Vincent gaat dan in filialen werken van internationale kunsthandel, waarbij de filiaal van Den Haag door oom Vincent is opgericht. De hoofdzetel lag in Parijs.
Toen hij in Londen actief was, ging hij meer voelen voor de kunst, met name de schilderijen en tekeningen. Maar daar verliest hij geleidelijk zijn belangstelling over de bezigheden bij het bedrijf en hij gaat zich verdiepen in de bijbel.
Na veel pendelen tussen Londen en Parijs houdt hij eindelijk zijn eerste preek als dominee. Vervolgens gaat hij in Amsterdam studeren voor Theologie.

Na veel problemen daarna met onder meer drank en mogelijk ook tabak, moet hij worden opgenomen worden in het ziekenhuis. Uit angst voor herhaling laat hij zich in de psychiatrische inrichting opnemen. In Saint-Rémy, waar hij dus opgesloten zit voor een jaar, maakt hij 150 schilderijen. Tijdens zijn verblijf in Arles en Saint-Rémy stuurt Vincent zijn doeken naar Theo in Parijs. Ondanks zijn ziekte schildert hij in deze periode het ene meesterwerk na het andere.
In mei 1890 verlaat Vincent de inrichting. Vincent vertrekt naar een plaatje nabij Parijs, waar hij een geneesheer ontmoet. Hij zegt dat Vincent de ziekte uit zijn hoofd moet zetten en zich volledig op het schilderen moet concentreren. Daarom gaat hij meteen aan de slag. Hij maakt portretten van nieuwe kennissen en schildert veel uit de omgeving. Hij schildert met een hoge intensiteit en in die maanden produceert hij daarom ook bijna één schilderij per dag. Hij maakt een serie van twaalf opvallende doeken in een langgerekt formaat, dat is een eerbetoon aan het leven van het platteland. De woorden die hij erover niet kan omschrijven heeft hij in het schilderij verwerkt.

Op 27 juli 1890 loopt Vincent een korenveld in en schiet zichzelf in de borst. Hij strompelt terug naar zijn kamer, waar hij twee dagen later, op 29 juli, in Theo´s bijzijn overlijdt. De dag erna wordt hij in Auvers begraven.

Vincents schilderijen worden nagelaten aan Theo. Zijn werk zal uiteindelijk een enorme invloed hebben op vooruitstrevende kunstenaars van de twintigste eeuw.

Wanneer de Nederlandse overheid het initiatief neemt tot de bouw van een aan Vincent gewijd museum, draagt Vincent Willen van Gogh de geërfde werken in 1962 over aan de nieuwe opgerichte Vincent van Gogh Stichting. De bouw van het museum gaat in 1969 van start en wordt uitgevoerd naar een ontwerp van Gerrit Rietveld. Vanaf de officiële opening in 1973 herbergt het museum de grootste collectie Van Goghs ter wereld, in bruikleen van de Vincent van Gogh Stichting.

In dit verslag zal ik vooral over het schilderij De Aardappeleters wat vertellen.


Op het schilderij van de aardappeleters was het beeld van het boerenleven duidelijk zichtbaar. De figuren op het schilderij hadden best wel rare hoofden. Wel gewone normale, maar toch iets afwijkends, waardoor je gaat denken dat het een ander type mens is.

Gegevens:
Vincent van Gogh (1853-1890)
De Aardappeleters (1885)
Olieverf op doek, 82 x 114 cm.
Van Gogh Museum, te Amsterdam
(Vincent v. Gogh Stichting)

De kleur van het schilderij is een beetje donker. Je ziet mensen uit een schaal aardappels eten. Diepte is wel te zien, maar daar zal wel niet echt goed op gelet zijn. Maar wat er uit compositiestudies van De aardappeleters- een tekening en een olieverfschets – blijkt, is dat daar vier figuren zijn afgebeeld, als een groep zit men dus rond de tafel met een schaal aardappelen. In een latere schets voegde Vincent een vijfde persoon toe. De anderen schoven een stukje op. De opbouw van kleur, vorm enz….bleven wel uiteraard hetzelfde. Maar één vrouw kreeg een andere functie op het schilderij. Zij kwam te ver van de aardappels te zitten, en werd toen afgebeeld als de vrouw die de koffie inschonk voor het viertal.
Wat vooral raar is, is de combinatie van koffie en aardappelen. Meestal gaat deze combinatie niet vaak samen, maar ook is het zo dat het vroeger al helemaal niet populair was.


Maar wat ik ook zelf in het schilderij zag, is dat de figuren een beetje houterig werden afgebeeld. Niet echt volgens een bepaalde structuur. Maar je ziet de personages wel precies als dezelfde mensen terugkomen op de schilderijen die bij dit thema horen, zoals op het schilderij ´Boerengezin aan tafel´.