Ik ben zelf naar het Van Gogh museum toe geweest. Ik was er al eerder geweest, dus ik wist precies wat me te wachten stond. Toch moest ik het gebouw zelf nu ook gaan bekijken. Dat was wel eens even wat anders. Ik hoop dat u kan zien dat ik goed mijn best heb gedaan op deze opdracht, die al met al toch niet zo makkelijk was…!
Hoofdstuk 1 - het van Gogh museum
Terwijl je in de rij staat te wachten, kijk je alvast de via de glazen wand naar binnen in het museum. Het enige dat je ziet is een suppoost. Als je vervolgens hebt betaalt en dan naar binnen loopt, is het eerste dat ze zeggen 'Please hang up your jackett and backpack! Those aren't allowed inside.' Een beetje geschrokken van deze onvriendelijke en commerciële (Engels!) benadering, loop je door. Eerst moet je eventjes zoeken waar je heen moet, maar even later dool je door het gebouw. En dat maakt veel goed…
1.1 Het van Gogh museum in het kort
Het museum is in 1973 geopend. Eerst exposeerde het museum alleen maar werken van de familie van Gogh. Dat was bijeengebracht door Vincent's jongere broer Theo, die kunsthandelaar en verzamelaar was. Tijdens zijn leven stuurde Vincent steeds werk naar zijn broertje. Theo verhandelde en verzamelde, naar het werk van Vincent, ook werk van andere 19e-eeuwse schilders als Paul Gauguin, Camille Pissarro en Adolphe Monticelli. Zijn weduwe, Johanna van Gogh- Bonger, hield een belangrijk deel van de collectie samen. Dankzij haar zoon Vincent Willem van Gogh kwam de verzameling, die inmiddels ondergebracht was in de Vincent van Gogh stichting, uiteindelijk terecht in een speciaal hiervoor ontworpen museumgebouw van de architect Gerrit Rietvelt.
Deze collectie, door de Vincent van Gogh stichting in permanent bruikleen gegeven aan het Van Gogh Museum, is in de loop van de jaren uitgebreid met vele aankopen, bruiklenen en schenkingen.
Door een vele en gerichte aankopen te doen heeft het museum zich in de laatste jaren ontwikkeld tot een veelzijdig 'Museum van de 19e eeuw'. Er wordt werk verzameld uit diverse stromingen en richtingen, zoals het Realisme, het Impressionisme en het Symbolisme. Verder wordt er vaak werk gepresenteerd van kunstenaars die Van Gogh bewonderde: vooruitstrevende tijdgenoten zoals Paul Gauguin en Georges Seurat, maar ook trditionele schilders als Ary Scheffer.
1.2 Het gebouw
Op de eerste verdieping van het gebouw kan je veel schilderijen vinden van Van Gogh. Deze zijn hier in chronologische volgorde tentoongesteld. Deze presentatie geeft een goed overzicht van zijn werk en de ontwikkelingen daarin. De tekeningen en brieven van de kunstenaar kunnen helaas niet permanent tentoongesteld worden. Ze zijn te lichtgevoelig.
Een selectie uit de collectie 19e eeuwse kunst is geëxposeerd op de begane grond en de derde verdieping. Hierbij wordt het werk vaak gerelateerd aan dat van Van Gogh.
Kunstwerken op papier zijn op de tweede etage te vinden. Daar is ook een 'open depot' ingericht en een studieruimte. Deze zijn bedoeld om de bezoekers kennis over Van Gogh en de 19e eeuw te laten opdoen.
1.3 De eerste verdieping: Nederland 1880-1885, Antwerpen 1885-1886
Van Gogh heeft in het begin van zijn carrière een donkere periode gehad. Dit was in de tijd dat hij nog 'gewoon' in zijn thuisland, Nederland schilderde (1880-1885). Dit donkere wordt heel erg benadrukt door de architectuur van de zaal.
Dit werk is een heel goed voorbeeld van de donkere periode van Van Gogh: het is misschien een beetje onduidelijk, maar dit is De Aardappeleters (niet helemaal compleet plaatje, sorry!).
Dat het zo donker is is echt heel mooi benadrukt. Het zaaltje bevindt zich in een donker gedeelte van het gebouw. Er zijn geen ramen, en ook het plafond is helemaal dicht. Er zijn enkel wat spotjes gericht op de schilderijen. Doordat je dan zelf nog helemaal in het donker staat, geeft dat een mooi effect aan de (donkere) schilderijen. Het geeft ze een nog donkerder aanzien, het donkere aspect wordt zo heel mooi en duidelijk benadrukt.
Een ander voorbeeld van een donker schilderij is 'kop van een vrouw' (1885). In de winter van 1884-1885 schilderde Van Gogh 40 studies van boerenkoppen om beter te worden in het schilderen van figuren. De vrouw die op 'kop van een vrouw' staat afgebeeld, is ook een prominent figuur in 'De Aardappeleters'.
In het zelfde zaaltje bevindt zich ook het onderdeel 'Antwerpen 1885-1886'. Ook dit zijn vooral studies van hoofden.
1.4 Parijs 1886-1888
In deze zaal vind je vooral landschappen. Deze zaal is lichter, groter en ruimer. Het licht komt voornamelijk door het plafond, dat is een soort hekwerk. Zoals het donkere zaaltje het donkere van de schilderijen benadrukte, zo benadrukt dit lichte zaaltje de lichte schilderijen.
Vincent's werk in Parijs kan je duidelijk herkennen. Hij ondergaat hier veel invloed van de School Van Barbizon, en het Pointillisme. Ook schilderde hij veel dingen uit de stad. Een voorbeeld hiervan is 'gezicht op Parijs vanuit Theo's appartement in de Rue Lepic' uit 1887. Hier zie je hoe Van Gogh experimenteerde met de stippeltechniek van de neo-impressionisten. Hij gebruikt hier veel contrasterende kleuren, bijvoorbeeld rood en groen in de vensters met luiken.
Ook hangt er in deze zaal een serie zelfportretten van Vincent. Zoals deze! Deze heet 'Zelfportret met strooien hoed' (1887)
Ook hangt daar het werk 'De Brug in de regen' en De Courtisane. Van Gogh had een liefde voor Japanse houtsnedes. Hij gaf ze heldere kleuren en de bijzondere composities. Hij maakte ze na, en versierde de rand met zelfbedachte 'Japanse' karakters. 1.5 Arles 1888-1889, Saint-Remy 1889-1890
Terwijl je door de zalen loopt, in de 'goede' route, met de jaren mee, zie je duidelijke ontwikkelingen in het werk van Van Gogh. Zoals in Arles schilderde Van Gogh veel korenvelden. Hij had hier een duidelijke voorliefde voor landelijke thema's. Ook hangt daar de zonnebloemen (even voor de duidelijkheid, ik ben nog vóór de Van Gogh-Gauguin expositie naar het museum geweest.
De praktische opdracht gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden