inleiding
15 juli: Hoera! Vandaag werd ik geschapen! Zal ik jullie al verklappen dat ik een jongen ben?
22 juli: Volgens mij heb ik een goede moeder: haar hele hormonenhuishouding verandert, om het mij naar mijn zin te maken.
30 juli: Jammer dat mijn moeder een andere bloedgroep heeft als ik. Maar straks heb ik haar bloed niet meer nodig, want mijn eerste aders beginnen te ontstaan.
05 augustus: Vandaag is er iets geweldigs gebeurd! Mijn hart is beginnen te slaan. Nu zal het niet meer ophouden met slaan, tot het einde van mijn leven.
15 augustus: Ik ben nu al 3,5mm groot. Je denkt, dat is nog klein? Misschien heb je gelijk, maar toch heb ik reeds alle organen: ik heb een hart, huid, zenuwen, geslachtsorganen, lever, long, en nog veel meer.
20 augustus: Nu zijn mijn hersenimpulsen al meetbaar. Zouden mijn ouders weten, hoe goed ik groei ? Maar wacht, ze weten nog niet dat ik besta!!
10 september: Ik kan nu al plassen, wakker zijn, slapen, drinken en ook op mijn duim zuigen.
15 september: Ik ben nu al 3cm groot! Van de 45 verdubbelingen van het aantal cellen, tot men volwassen is, heb ik er al 30 achter mijn rug. Tot aan mijn geboorte zullen het er 41 zijn. Bovendien heb ik een onverwisselbare vingerafdruk, maar ik wil later geen misdadiger worden.
20 september: Ik ben bezig om mijn zwemtechniek te verbeteren. Ik zwem namelijk in het vruchtwater van mijn moeder. En hoe zoeter het is, hoe meer ik ervan drink.
02 oktober: Mijn vingernagels zijn er! Ook haren en wenkbrauwen worden zichtbaar.
08 oktober: Ik ben nu 14cm groot, kan met mijn wenkbrauwen fronsen en gekke bekken trekken. Ik zal naar mijn ouders glimlachen wanneer ik ter wereld kom.
09 oktober: Vandaag heeft mijn moeder mij vermoord!!
Deelvraag 1: welke soorten abortus zijn er?
Er zijn twee soorten abortus; de natuurlijke en de kunstmatige abortus.
~ De natuurlijke abortus
De natuurlijke abortus wordt door het lichaam van de vrouw zelf en vaak ongewenst uitgevoerd deze soort wordt ook wel miskraam genoemd.
Een miskraam ontstaat doordat er kort na de bevruchting ontwikkelingsstoornissen zijn, zoals een tekort aan een hormoon en bepaalde virussen. Het tekort aan een hormoon kan in sommige gevallen nog verholpen worden met hormoonpreparaten, maar in andere gevallen stoot het lichaam het embryo of de foetus af. De vrouw krijgt dan een miskraam.
Bij ongeveer 10% van de zwangere vrouwen krijgt een natuurlijke abortus.
~ kunstmatige abortus
Een andere naam voor een kunstmatige abortus is abortus provocatus.
Dit houdt in dat er door een arts het foetus of embryo weg haalt uit de baarmoeder.
Het verschil met de natuurlijke abortus is dat de vrouw zelf kan bepalen of ze het kindje wil houden of laten weg halen.
Er zijn verschillende technieken om het kind uit de baarmoeder te verwijderen. Deze technieken worden uitgelegd in de volgende deelvraag.
Deelvraag 2: de verschillende abortus technieken
Er bestaan verschillende technieken om een einde te maken aan de zwangerschap. Op welke methode is afhankelijk van de duur van de zwangerschap. De zwangerschapsduur is het aantal weken gerekend vanaf de datum van de eerst dag van je laatste menstruatie. De behandeling vindt plaats in klinieken en ziekenhuizen die een vergunning hebben volgens de Wet Afbreking Zwangerschap (WAZ).
De verschillende technieken en mogelijkheden voor het beëindigen van de zwangerschap zijn:
- De morning-afterpil
Tot 3 dagen na onvoldoende beschermde geslachtsgemeenschap;
- De abortuspil
Tot een zwangerschapsduur van 7 weken;
- De zuigcurettage
Tot een zwangerschapsduur van 12 weken;
- de Finks-methoden
Tot de 16 e week.
- De zuigcurettage + verkleining van de vrucht en moederkoek
Vanaf een zwangerschapsduur van 12 tot 22 weken;
- Prostaglandine-methode
vanaf een zwangerschapsduur van 12 tot 22 weken.
- Saline-methode
vanaf 4 tot 7 maanden
De morning-afterpil
Hoewel de morning-afterpil geen methode is om een ongewenste zwangerschap te beëindigen, kan ze wel een ongewenste zwangerschap voorkomen. Bij de huisarts kun je tot drie dagen na onvoldoende beschermde geslachtsgemeenschap een recept krijgen voor tabletten waarvan je er twee keer twee met een tussentijd van twaalf uur moet innemen. In deze tabletten zitten hormonen die verkomen dat er bevruchting plaatsvindt of dat een bevruchte eicel zich innestelt.
Bij gebruik kan bij 98 van de 100 vrouwen worden voorkomen dat er een zwangerschap ontstaat.
Als de vrucht zich al heeft ingenesteld op het moment dat je de morning-afterpil gebruikt, is de morning-afterpil niet geschikt om de zwangerschap af te breken en werkt ze dus niet.
De abortuspil
Als je niet langer dan zeven weken zwanger bent kan je gebruik maken van de abortus pil. Deze behandeling gebeurt in een abortuskliniek. Voor de behandeling moet je doorgaans driemaal naar de kliniek komen.
Tijdens het eerste bezoek krijg je een gesprek over waarom je de zwangerschap zou willen afbreken. Met een echo-onderzoek wordt gekeken hoever de zwangerschap is.
Daarna krijg je drie tabletten met hormonen die het zwangerschapshormoon progesteron tegenwerken. Hierdoor kan de zwangerschap zich niet verder ontwikkelen en sterft de vrucht af.
Twee dagen daarna wordt je weer in de abortuskliniek verwacht. Je krijgt dan andere tabletten die ervoor zorgen dat de baarmoeder zich gaat samentrekken om zo de vrucht uit het lichaam te stoten. Bij drie van de vijf vrouwen werkt dit binnen enkele uren. Zij krijgen bloedverlies en krampgevoel in de buik vergelijkbaar met een flinke menstruatie. Als je na vier uur nog geen bloedverlies hebt, krijg je opnieuw dezelfde tabletten. Bij de meeste vrouwen treedt zo binnen twaalf uur alsnog bloedverlies met uitstoten van de vrucht op. Het bloedverlies kan na de behandeling een ruime week aanhouden.
Bij 1 op de 20 vrouwen werkt de abortuspil niet. In dat geval zal een zuigcurettage moeten gebeuren. Het is verstandig direct te beginnen met anticonceptie. De eerste drie weken na de behandeling mag je geen geslachtsgemeenschap hebben.
Het laatste bezoek aan de abortuskliniek bestaat uit een na controle. Hierbij wordt met een echo gekeken of de abortuspil geholpen heeft en dus de vrucht weg is.
De zuigcurretage
Deze techniek kan alleen uitgevoerd worden wanneer de zwangerschap niet verder is dan twaalf weken. Deze behandeling kan uitgevoerd worden in een abortuskliniek. Bij deze techniek wordt de baarmoedermond opgerekt en wordt de baarmoeder leeggezogen met een dun slangetje waardoor de vrucht en het vruchtzakje naar buiten komen. De ingreep duurt vijf tot tien minuten. Meestal wordt de ingreep uitgevoerd onder plaatselijke verdoving van de vagina en de baarmoedermond.
Een combinatie van een sterk pijnstillend en rustgevend medicijn of een narcose is ook mogelijk.
Wanneer de zuigcurettage wordt uitgevoerd als je minder dan
zestien dagen over tijd bent, wordt er ook wel gesproken van een overtijdbehandeling. De ingreep is precies hetzelfde.
De curettage geeft een kleine kans op complicaties maar die zij er wel. Er kan een infectie ontstaan van de baarmoeder. Een ander risico bestaat uit heftig nabloeden dat niet na een week ophoudt.
Meestal wordt dat veroorzaakt doordat er weefsel is achtergebleven. Dit weefsel zal worden weggehaald door nog en curettage of medicijnen.
Daarnaast kunnen verklevingen aan de binnenkant van de baarmoeder ontstaan, heel soms gaat het slangetje of lepeltje per ongeluk door de baarmoederwand heen. Om dit te voorkomen kun je voor de behandeling van deze complicaties opgenomen worden in een ziekenhuis.
Zuigcurettage en verkleining van de vrucht.
Wanneer je langer dan twaalf weken zwanger bent, is de v rucht met de moederkoek te groot om met een zuigcurettage alleen weggehaald te kunnen worden. Daarom worden de vrucht en de moederkoek eerst met een speciale tang kleiner gemaakt.
Boven de zestien weken moet de baarmoedermond ook opgerekt worden, anders kunnen de vrucht en de moederkoek niet naar buiten komen. Vervolgens wordt een zuigcurettage gebruikt.
Deze ingreep vindt ook plaats onder plaatselijke verdoving van de baarmoedermond door middel van injecties. Daarnaast krijg je via een infuus ook pijnstilling ingespoten. Deze ingreep wordt alleen uitgevoerd in abortusklinieken. Omdat de ingreep na een zwangerschapsduur van achttien weken moeilijker is en er een iets grotere kans op complicaties bestaat, moet je hierna een nacht in de abortuskliniek blijven. De volgende dag mag je, als er geen complicaties zijn ontstaan, weer naar huis.
In Nederland worden per jaar ongeveer 18000 zwangerschappen afgebroken door middel van abortus. Deze behandeling kan in een ziekenhuis of in een abortuskliniek gedaan worden.
De meeste behandelingen vinden plaats in een kliniek.
De Finks-methoden
Na de 12e week van de zwangerschap is het hoofdje te stevig om weggezogen te worden. Finks, aborteur, ontwikkelde een soort tang waarmee de vrucht eerst in stukken geknipt kan worden. Omdat de schedelbeenderen te hard zijn.Hierna is zuigcurettage wel mogelijk. Deze behandeling kan plaatsvinden
tot de 16e week.
Prostaglandine-methode
Prostalandinen zijn hormonen die ervoor zorgen dat de weeën ontstaan. Door deze hormonen toe te dienen kan de bevalling dus eerder opgewekt worden. Tot de 20e week is de vrucht kan de vrucht niet buiten de baarmoeder leven en zal het kindje dus overlijden. Vlak voor de vruchtuitdrijving wordt de vrouw onder narcose gebracht.
de saline-methode
Deze methode wordt gebruikt voor ongeboren kinderen tussen 4 en 7 maanden. Daarbij wordt een krachtige zoutoplossing in het vruchtwater gespoten. Het kind sterft langzaam (in twee tot drie uur) door het binnen krijgen van de zoutoplossing. Dikwijls ervaren de moeders hoe sterk hun kinderen in hen daar op reageren. Als het kind naar buiten komt, is het dikwijls zwaar verbrand en verschrompeld. Toch overleven sommige baby’s deze 'behandeling' en worden ze geboren, maar met ernstige complicaties.
Deelvraag 3: Hoe is de abortuswet tot stand gekomen en wat staat erin?
De abortushulpverlening kwam in de tweede helft van de jaren zestig op gang. Er ontstond een brede maatschappelijke discussie over abortus.
Zo waren er de orale anticonceptie (de pil) en sterilisatie die geboortebeperking mogelijk maakten, de verandering van opvatting over seksualiteit en de legalisatie van abortus in buurland Groot-Brittannië.
Ook het feit dat de economische groei de sociale zekerheid verbeterde en de opleidingsgraad van de bevolking verhoogde.
In 1984 werd abortus gelegaliseerd.
Vanaf 1971 konden vrouwen (illegaal) terecht in de abortuskliniek van de Stichting Stimezo, die het jaar daarvoor was opgericht. Het doel van de stichting was de kwaliteit van de abortushulpverlening te verbeteren en zoveel mogelijk over het land te verspreiden. Al snel kwamen er meer illegale abortusklinieken. Deze werden opgericht omdat de artsen in de ziekenhuizen geen abortus wilden uitvoeren of dit slechts en niet vaak deden.
Ook in medische gebied kwam er verbeteringen rondom abortus provocatus. Er werd een betere techniek ontwikkeld, de zuigcurettage, waardoor de behandeling poliklinisch uitgevoerd kon worden. Er ontstond een noodzaak om abortus provocatus wettelijk te regelen.
De abortuswetgeving kwam moeizaam tot stand. De Wet Afbreking Zwangerschap is in 1981 door de Kamer vastgesteld en in 1984 van kracht geworden. In de tussentijd zijn abortusklinieken toegelaten
Sinds 1970 lag er een wetsontwerp van de Partij van de Arbeid (sociaal-democraten) om abortus provocatus uit het Wetboek van Strafrecht te halen.
In 1975 kwam hiertegen een voorstel van het CDA (christen-democraten) dat abortus provocatus strafbaar wilde laten, tenzij "de voortzetting van de zwangerschap voor de lichamelijke of geestelijke gezondheid van de vrouw een ernstige bedreiging met zich meebrengt en deze slechts door afbreking van de zwangerschap kan worden afgewend". Ook de VVD (liberalen) diende in 1976 een voorstel in en later één samen met de PvdA. De moeilijkheid was dat de meerderheid van het parlement dit voorstel steunde, maar dat er geen links-liberaal kabinet was.
In december 1980 werd na een kabinetswisseling een VVD/CDA-wetsontwerp aangenomen. De Wet Afbreking Zwangerschap trad in november 1984 in werking, samen met het Besluit Afbreking Zwangerschap dat de uitvoering van de wet vastlegt.
Abortus provocatus staat nog steeds in het Wetboek van Strafrecht. Alleen wanneer abortus wordt uitgevoerd volgens de eisen van de Wet Afbreking Zwangerschap, is de arts niet strafbaar. Abortus wordt niet beschouwd als een gewone medische ingreep. Omdat het politieke debat zo lang duurde, nam geleidelijk de zwangerschapspreventie een steeds belangrijkere plaats in.
Elk initiatief om seksuele voorlichting en het gebruik van anticonceptiemiddelen te verbeteren, werd door de politiek ondersteund. Dit leidde ertoe dat Nederland meer dan andere landen investeerde in onderzoek op het gebied van geboortebeperking.
Vanaf 1971 was er, zoals eerder vermeld, een abortuskliniek. Maar de onwettige status ervan droeg bij aan het gevoel dat abortus provocatus alleen als noodoplossing mocht dienen. Abortus provocatus wordt ook nu algemeen ervaren als een recht van de vrouw, waarvan bij voorkeur geen gebruik dient te worden gemaakt.
Een aantal belangrijke punten uit deze wet zijn:
- Abortus mag alleen verricht worden in ziekenhuizen en klinieken met een vergunning.
- Een periode van 5 dagen tussen het verzoek van de vrouw en de behandeling tot afbreken van de zwangerschap.
- Klinieken en ziekenhuizen zijn verplicht een registratie bij te houden die anoniem is.
- Abortus blijft in het wetboek van strafrecht.
Een abortus is wettelijk toegelaten maar onder zeer strenge voorwaarden. Hier volgen een paar belangrijke voorwaarden:
- De zwangerschap mag maximum twaalf weken duren. De ingreep gebeurt tot 22 weken want daarna is de foetus buiten de baarmoeder levensvatbaar.
-Er is ook een mogelijkheid om de zwangerschap na 22 weken af te breken, wanneer het kind aan een zeer zware ongeneeslijk aandoening / ziekte lijdt.
-De arts die de abortus uitvoert, moet met de vrouw spreken over de risico’s van een abortus en over de mogelijke alternatieven (het kind houden of het afstaan voor adoptie).
-De arts moet nagaan of de abortus werkelijk de wil is van de vrouw en of ze niet gedwongen wordt.
-Tussen het eerste gesprek en de eigenlijke ingreep moet een wachttijd van 5 dagen zitten om de vrouw de tijd te geven na te denken of dit werkelijk is wat ze wil.
-Net voor de abortus moet de vrouw haar toestemming schriftelijk
bevestigden.
Er wordt van te voren eerst gekeken naar de omstandigheden waarin de vrouw zich verkeerd voordat er een abortus plaats vind.. Daarbij wordt er naar een bepaald aantal indicaties gekeken namelijk;
A Vitale omstandigheden:
Als het leven van de moeder wordt bedreigd als men de zwangerschap zou voort laten duren. Bijvoorbeeld bij zwangerschapsvergiftiging.
B Medische omstandigheden:
Als de zwangerschap een bepaalde kwaal zal verergeren of blijvende schade veroorzaakt voor de moeder en / of baby.
C Psychische omstandigheden:
Als er een ernstige bedreiging voor de psychische gezondheid van moeder en/of baby is.
D Psychosociale omstandigheden:
Als er sprake is van een extreme noodsituatie. Bijvoorbeeld als jonge ongehuwde vrouwen door het krijgen van een kind hun toekomst in de war brengt en drastisch verandert, een geestelijk isolement of geen woning.
E Eugenetische omstandigheden:
Als bij prenataal onderzoek blijkt dat een kind met afwijkingen geboren zal worden. Dit gebeurt door middel van een vlokkentest of vruchtwaterpunctie.
F Criminele omstandigheden:
Als de zwangerschap een gevolg is van verkrachting, incest of van seksueel misbruik van minderjarigen.
In Nederland is abortus officieel toegestaan tot 24 weken zwangerschap. Vanaf dat moment is een foetus buiten de baarmoeder levensvatbaar. Artsen houden een marge aan om er zeker van te zijn dat zij zich aan de wet houden. In de praktijk voeren ze daardoor vrijwel geen abortus uit na 22 weken.
Deelvraag 4: Geschiedenis
Tot het einde van de zestiger jaren was het in Nederland vrijwel onmogelijk om een ongewenste zwangerschap door een arts te laten afbreken. Volgens de heersende moraal moest de vrouw haar ongewenste zwangerschap altijd uitdragen. Abortus was strafbaar en ontoelaatbaar, waardoor de meeste artsen weigerden hun patiënten te helpen. Dit leidde ertoe dat de abortussen in het verborgen en verboden plaatsvonden. Vrouwen namen hun toevlucht tot primitieve en vaak gevaarlijke middelen, zoals door zich van een trap te laten vallen, zich te laten behandelen met de breinaald of zeepspuit.
Illegale aborteurs konden niet medisch werken, dat kon leiden tot ernstige complicaties en zelfs sterfte.
Aan het eind van de zestiger jaren kwamen de vrouwen in opstand. Ze namen het niet langer dat de moraal en de wetgeving buiten hun wil om konden uitmaken of zij zwanger moesten blijven. Wereldberoemd werd de kreet van de actiegroep Dolle Mina "Baas in eigen buik".
In die jaren kwamen de eerste initiatieven op gang om tot een verantwoorde abortushulpverlening te komen. Academische ziekenhuizen begonnen met abortuscommissies, die een aantal schrijnende gevallen gingen behandelen.
Toen in Engeland een liberale abortuswet tot stand kwam, zorgde de NVSH ervoor dat duizenden Nederlandse vrouwen een goede behandeling konden krijgen in Engelse abortusklinieken.
De eerste initiatieven om in Nederland openlijk te gaan aborteren werden genomen door artsen die zich beriepen op de noodzaak om bij een abortusverzoek medisch verantwoord te behandelen. Zij liepen hiermee het risico om vervolgd te worden voor een ernstig strafbaar feit met alle consequenties van dien voor hun beroepsuitoefening. Daarom ontstond al spoedig de wens om groepen te vormen die zich gezamenlijk zouden inzetten voor een goede abortushulpverlening.
In Rotterdam startte in 1970 een landelijke stichting "Stimezo" (Stichting Medisch verantwoorde Zwangerschaps Onderbreking) met een actie voor het oprichten van een abortuskliniek. Al gauw ontstonden ook in andere plaatsen abortusklinieken, die dezelfde naam gebruikte. Het beginkapitaal, fl. 150.000,-, waarmee de eerste Stimezo klinieken gefinancierd zijn, is ingezameld door middel van een actie op de Vara televisie.
In eerste instantie werden twee doelen nagestreefd:
- Zorgen dat de kwaliteit van de hulpverlening optimaal is (opvang,behandeling en anticonceptienazorg).
- Zorgen dat de hulpverlening zoveel mogelijk over het land gespreid is.
In de wet uit 1911 stond dat abortus strafbaar was, waardoor de opvatting heerste dat abortus een groot kwaad was. Dankzij het feit dat regering en officieren van justitie een terughoudend beleid voerden, heeft de abortushulpverlening zich in de jaren '50 tot '70 gunstig kunnen ontwikkelen. Vervolging van de artsen was zinloos, omdat de medische wereld verdeeld was over het begrip "medische indicatie", waarop de rechtspraak zich baseerde.
Na vele wetsvoorstellen, die afgewezen werden, trad per 1 november 1984 de Wet Afbreking Zwangerschap (WAZ) in werking.
Enkele hoofdpunten uit deze wet zijn:
• abortus blijft in het Wetboek van Strafrecht;
• abortus mag alleen als de noodsituatie van de vrouw is
aangetoond;
• abortus mag op de 6e dag na het bezoek van een arts, die met haar heeft gesproken over haar besluit.
Sinds 1985 vergoedt de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) de abortus bij vrouwen die ingezetenen van Nederland zijn. Dit moet in de kliniek gecontroleerd worden door middel van verzekeringspapieren, ziekenfondspas, een uittreksel van het bevolkingsregister of een ander legitimatiebewijs. De behandeling wordt anoniem gedeclareerd bij de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten).
Deelvraag 5: Levensbeschouwelijke visies op abortus
Elke geloof heeft zijn eigen opvattingen over abortus. Wij leggen de opvatting van het Humanisme, Jodendom, christendom, Islam en Hindoeïsme uit.
Humanisme:
Bij het Humanisme vinden ze vrijheid het belangrijkste. Ze vinden dat mensen dus ook zelf mogen bepalen of ze hun kind willen houden of dat ze het weg willen laten halen.
Volgens hun is het een persoonlijk probleem, dus een persoonlijke beslissing. Ze vinden het in het Humanisme ook belangrijks dat je zelfbeschikkingsrecht hebt, daarom mag de vrouw uiteindelijk beslissen wat ze wil.
Jodendom:
Het Jodendom is tegen abortus. Ze vinden dat het alleen zou moeten kunnen als de moeder er door zou overlijden, anders moeten ze het kind houden. Ze vinden dat mensen met respect behandeld moeten worden tijdens de gemeenschap. Dus eigenlijk kiezen ze er zelf voor kinderen en hoeft er geen abortus gepleegd te worden.
Christendom:
Het christendom is ook tegen het plegen van abortus. Zij zien abortus als een vernietiging van menselijk leven als moord. Ze vinden dat alleen indirecte abortus mag, als baarmoederkanker het leven van de vrouw bedreigt of een andere oorzaak het leven van de vrouw in gevaar brengt.
Islam:
De Islam is ook tegen abortus. Ze hebben zelfs een wet waarin staat dat het verboden is. Alleen sommige liberale wetgeleerden vinden dat het mag onder bepaalde omstandigheden, zoals het voorkomen dat de vrouw er aan overlijd. Ze vinden dit omdar ze het eens zijn me Hadith van de Profeet. Hij zei namelijk dat een embryo bezield wordt wanneer hij 120 dagen oud is. Als je daarna nog abortus wil plegen is het te laat, alleen als de vrouw dus in levensgevaar is. Er zijn hier verschillende meningen over.
Hindoeïsme:
Ook het Hindoeïsme is tegen abortus. Volgens de Hindi-teksten moet een embryo in wat voor situatie hij ook is bescherming krijgen. Ook vanuit het geloof zijn ze tegen abortus. Dit heeft te maken met het geloof in karma en reïncarnatie. Tot slot wordt het afgewezen, omdat mensen het zien als geweld en ze zijn tegen geweldloosheid. Alleen net als bij de andere geloven mag het als de vrouw in levensgevaar komt.
Het ethische argument:
“God heeft het leven geschapen, om Hem te dienen en tot Zijn eer te leven. God veroordeelt abortus omdat het leven van een mens daardoor weggenomen wordt. Elke abortus gaat tegen de wet van God in om over het leven of de dood van een mens te kunnen bepalen. Ieder mens heeft recht op leven”.
Dit is een uitspraak waarom men tegen abortus is.
REACTIES
1 seconde geleden