Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Maastricht

Beoordeling 5
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • Klas onbekend | 2061 woorden
  • 31 mei 2001
  • 99 keer beoordeeld
Cijfer 5
99 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Ligging Absolute ligging Gemeente en stad in Nederland, hoofdstad van de provincie Limburg, 58, 99 km2, met 118.000 inwoners. De bodem vertoont grote reliëfverschillen: van 46 m boven NAP in het Maasdal tot 111 m boven NAP op de Sint-Pietersberg. Relatieve ligging De gemeente ligt in het uiterste zuidwesten van de provincie, aan de Belgische grens en aan weerszijden van de Maas en het Julianakanaal, en omvat naast de stad Maastricht de onderdelen Amby, Borgharen, Heer en Itteren. 2. Landschap Fysische milieu Maastricht ligt in vergelijking met de rest van Nederland een stuk lager. Ondanks dat de omgeving van Maastricht vrij heuvelachtig is. De hoogte varieert van 0 tot 500 boven NAP. Ruimtelijke inrichting

Maastricht, een van de oudste steden van Nederland, bezit monumenten uit vrijwel alle historische perioden, te beginnen met de Romeinse tijd (resten van de ommuring van het castellum, einde 3de eeuw; thermengebouw, opgegraven en weer afgedekt; restanten van woonhuizen, idem; talrijke beeldhouwwerken, grafmonumenten en gebruiksvoorwerpen in het Bonnefantenmuseum; in 1963?1964 werden de funderingen van de Romeinse brug over de Maas, ca. 120 m ten zuiden van de
Sint-Servaasbrug, aan het licht gebracht, enz.). 1. Kerkelijke bouwkunst In de pandhof van de St.-Servaasbasiliek werd een belangrijke begraafplaats, voornamelijk uit de Merovingische tijd, maar ook uit latere eeuwen (5de?11de eeuw), blootgelegd. De grafcrypte van Servatius, oudste kern van het complex van St.-Servaas, dateert waarschijnlijk uit de Karolingische periode of daarvoor. Het oudste deel van de kerk zelf (in de jaren 1881 vv. onder leiding van P.J.H. Cuypers hersteld en verbouwd, gerest. 1980 vv.) is eind 10de eeuw gebouwd (schip en zijbeuken), in 1039 uitgebreid met een transept en een koor. Uit dezelfde tijd dateert het lagere deel van de westbouw, die in de tweede helft van de 12de eeuw werd voltooid. Toen werd ook een nieuwe absis gebouwd in rhenomosaanse stijl. De Onze-Lieve-Vrouwebasiliek bestaat uit een vroeg-romaanse westbouw (kort na 1000) en een daarbij aansluitend kerkgebouw uit de tweede helft van de 12de eeuw. Beide kerken zijn rijk aan Romaanse sculptuur (kapitelen, reliëfs) en bezitten elk een rijke kerkschat (in die van St.-Servaas o.a. de beroemde noodkist, ca. 1160). Uit het begin van de 13de eeuw dateert het Bergportaal van de St.-Servaaskerk, het enige gotische beeldenportaal in Franse geest dat Nederland rijk is. Gotisch zijn de voormalige dominicanenkerk (tweede helft 13de eeuw), die van de minderbroeders (ca. 1400) en die van de kruisheren, met kloostergebouw (15de eeuw); verder de St.- Jan met haar hoge toren (14de?15de eeuw; thans hervormd), de St.- Mathias (14de?15de eeuw) en de gerestaureerde Cellebroederskapel (16de eeuw). De voornaamste kerk in barokstijl is de voormalige augustijnenkerk (1661). Ook de Waalse kerk (1733) is een opmerkelijk gebouw. 2. Wereldlijke bouwkunst Van de profane bouwwerken verdient vermelding de oude Maasbrug of St.-Servaasbrug, die in haar kern werd gebouwd in het vierde kwart van de 13de eeuw. Bezienswaardig zijn voorts het Dinghuis (1470; gerest. 1973 vv.) en het stadhuis (1659?1664), gebouwd naar ontwerp van Pieter Jansz. Post, met een rijke collectie wandtapijten, schilderijen (o.a. van Th. van der Schuer, de Luikenaar Plumier), stucwerk (door Gagini en Vasalli) en oude meubelen en klokken (1663?1664) door de gebroeders Hemony. Verder is de stad overreikt aan oude woonhuizen vanaf de 16de eeuw in Maaslandse bouwtrant en de Franse Lodewijkstijlen. Zeer talrijk zijn bovendien de gebeeldhouwde gevelstenen. De statige, vooral 17de- en 18de-eeuwse gevels bepalen het karakter van het oude centrum, met als middelpunten het in de jaren zeventig ? na de aanleg van een ondergrondse parkeergarage ? geheel opnieuw ingerichte Vrijthof en de Markt. Aparte vermelding verdienen nog de resten van de opeenvolgende stadsommuringen? de Romeinse, de 13de-eeuwse met de bekende Helpoort, de uitleg in de 14de eeuw en in het begin van de 16de eeuw, de door Dumoulin in de 18de eeuw aangelegde Hoge Fronten (gerest. 1978 vv.) en het omvangrijke onderaardse tegenmijnenstelsel, de kazematten (18de en 19de eeuw). Bewaard bleven twee buiten de voormalige vestinggordel gelegen forten? het fort Willem (1816?1819) en het fort op de door zijn gangenstelsel bekende Sint-Pietersberg (1701). In het Stokstraatkwartier, gelegen op de Maasoever tussen de St.-Servaasbrug in het noorden en de O.-L.-Vrouwekerk in het zuiden, vond vanaf 1957 een grootscheepse sanering plaats. Tot de 18de eeuw vervulde dit gebied, reeds in de Romeinse tijd het hart van de stad, een belangrijke woonfunctie, maar vooral de opeenhoping van de bevolking in de vesting leidde in de 19de eeuw tot verkrotting. Na de sanering van de krotten en de gedeeltelijke of gehele afbraak van de huizen werden deze gerestaureerd, verbouwd of aangepast aan de historische omgeving. In totaal vormen de ca. 160 panden een uniek stadsdeel met historische, rustieke sfeer. Andere, recente, voorbeelden van stadsvernieuwingsprojecten zijn Boschstraat-Oost en -West. In het zuidwesten van de gemeente, aan de weg naar het Belgische Kanne, ligt het terrassenkasteel d'Agimont of Neercanne, (met landgoed), waarvan de bijgebouwen dateren uit de eerste helft van de 17de eeuw, het hoofdgebouw in de huidige vorm vnl. uit 1698 (gerest. 1955). 3. Bevolkingskenmerken Culturele kenmerken Cultuur omvat alle handelingen en uitingen van een groep mensen. Maastricht heeft zowel culturele kenmerken, wat betreft gebouwen en musea, als culturele kenmerken, wat betreft festivals. Zoals bijvoorbeeld het Preuvenement en Carnaval. Maastricht kan dus in allerlei opzichten als een culturele stad beschouwd worden. Het Bonnefanten-museum in Maastricht naar ontwerp van de Italiaanse architect Aldo Rossi. Op de begane grond van dit museum bevindt zich een soort passage met de foyer, de museumwinkel, een café en het restaurant in de voet van de toren. Daarin is een achttien meter hoge, octogonale zaal ondergebracht voor installaties van hedendaagse kunst. Van buiten fungeert de kogelvormige toren als een belvédère met uitzicht op de historische stad. Het Provinciehuis van Limburg (beter bekend als het Gouvernement) in de wijk Randwijck in Maastricht, staat langs en gedeeltelijk op een eiland in de Maas. In het Gouvernement werd op 7 februari 1992 het Verdrag van Maastricht getekend. Aan het prachtige, geheel opnieuw ingerichte Vrijthof in Maastricht liggen talloze historische gebouwen. Aan het plein ligt onder meer het in de 12de eeuw gebouwde oostelijk koor (de absis) van de St.-Servaasbasiliek, waarvan de oudste delen, het schip en de zijbeuken, uit de 10de eeuw dateren. De basiliek huisvest de Schatkamer van Sint Servaas, met onder meer de beroemde Noodkist, een gouden schrijn uit 1160, waarin zich delen van het gebeente van Sint Servaas bevinden. Demografische kenmerken De demografie houdt zich bezig met de ontwikkelingen in de omvang en samenstelling van de bevolking. Net zoals in andere steden heeft in Maastricht suburbanisatie plaatsgevonden. In de omliggende dorpen (Bunde en Meerssen) en, de door de urbanisatie ontstane wijken (o.a. Amby, Heer, Wijck en Bosscherveld) zijn veel mensen gaan wonen. Deze dorpen/ wijken gingen als forenzendorpen/ wijken dienen. De mensen gingen in deze dorpen/ wijken wonen, maar in Maastricht werken. Het inwoneraantal is, mede door urbanisatie, toegenomen. Niet zo zeer doordat er meer mensen werden geboren, maar omdat Maastricht een studentenstad is geworden. Dit dankzij de goede universiteit.
Economische kenmerken Tot de belangrijkste industriële bedrijfstakken behoren van oudsher de aardewerk- en de cementindustrie (w. o. Sphinx-Céramique, Mosa, Verenigde Glasfabrieken en de Eerste Nederlandse Cement Industrie), de grafische en de papierindustrie (w.o. de Koninklijke Nederlandse Papierfabriek), de metaal- en de elektrotechnische industrie en voorts chemische, textiel-, leer-, voedings- en genotmiddelenindustrie. De oudste industriële vestigingen (Sphinx-Céramique, Mosa, KNP) liggen aan de rand van de oude binnenstad. De nieuwe industrieën concentreren zich in de na de Tweede Wereldoorlog aangelegde industrieterreinen Bosscherveld, gelegen in het noordwesten aan de Zuid-Willemsvaart, en de Beatrixhaven, gelegen in het noordoosten aan het Julianakanaal. Daarnaast is aan de zuidkant van de stad het subcentrum Randwijck in ontwikkeling genomen, met vooral ruimte voor bedrijven met specialisatie in technologische vernieuwing; verder bevindt zich hier het expositie- en congrescentrum MECC, het Provinciehuis, het Academisch Ziekenhuis en enkele universiteitsgebouwen. Op het voormalige Céramique-terrein op de rechter Maasoever, waar nu het Bonnefantenmuseum, twee kantoorgebouwen en twee woonblokken staan is ook een stadsbibliotheek, annex gemeentearchief, annex expositiehal gebouwd. Door strategische ligging van Maastricht binnen Europa (luchthaven, A2, knooppunt internationale spoorlijnen, nabij binnenhaven Luik) is Maastricht in de Vierde Nota Ruimtelijke Ordening (1988) als een van de weinige steden buiten de Randstad aangewezen als knooppuntstad. Maastricht vormt in Zuid-Limburg en in een deel van Belgisch Limburg het voornaamste verzorgingscentrum, zodat er een uitgebreid winkelbestand is, terwijl de weekmarkt (vrijdag) veel mensen trekt uit de omgeving, met name uit België. Als provinciehoofdstad en regionaal hoofdcentrum bezit de stad veel instellingen op het gebied van bestuur, rechtspraak, gezondheidsdienst en onderwijs. Als administratieve en justitiële instellingen zijn o.m. te noemen de zetel van het provinciaal bestuur, de Kamer van Koophandel, semi- overheidsinstellingen als het ETIL, de Provinciale Limburgse Elektriciteitsmaatschappij N. V. (PLEM), een kantongerecht en een arrondissementsrechtbank. Er zijn ook verschillende consulaten. De stad telt vele instellingen voor sociale zorg en volksgezondheid, waaronder een psychomedisch streekziekenhuis en het Academisch Ziekenhuis (A7,M). Aan onderwijsinstellingen zijn er o.m. de Hogeschool Maastricht waartoe o.a. behoren de Academie Beeldende Kunsten Maastricht, het Conservatorium en de Hoge Hotelschool. Voorts zijn er een toneelacademie, de Jan van Eyck-academie, een tolk- vertaleropleiding en de Universiteit Maastricht (in 1976 opgericht als Rijksuniversiteit Limburg). Daarnaast zijn er enkele internationale instituten, w.o. het Research Instituut voor Kennissystemen (RIKS), het Europees Instituut voor Bestuurskunde (1981) en de International Federation of Institutes of Advanced Studies (IFIAS). De werkloosheid in Maastricht is de afgelopen jaren afgenomen. Dit bleek uit een onderzoek van het CBS. Maar omdat dit onderzoek niet recent was, vonden wij het niet relevant dat dit onderzoek er bij kwam te staan. Politieke kant De ambtelijke organisatie van de gemeente Maastricht is opgebouwd volgens het concern-diensten-model. Dit betekent dat men in de regel direct bij de diensten terecht kan. De concern taken, de overkoepelende taken op het gebied van personeel, financiën en gemeentebreed beleid, worden binnen de bestuursdienst (BD) uitgevoerd door de Centrale Staf. De Centrale Staf is belast met een overall-benadering ten behoeve van het bestuur en andere diensten. De Centrale Staf draagt zorg voor het bevorderen van een integrale beleidsvisie, terwijl tevens de planning en control functie ten aanzien van de middelen wordt verzorgd. De BD is tevens belast met verschillende genoemde (in- en extern) gerichte uitvoerende taken en dienstverlening. De concern-controle heeft als primaire verantwoordelijkheid het realiseren van de noodzakelijke transparantie van de bedrijfsprocessen en het toezicht daarop. Dit vanuit het oogpunt van doelmatig en efficiënt sturen en beheren van die processen. 4. Het bestaande beeld van Maastricht We hebben een enquête gemaakt om te weten te komen wat het bestaande beeld van Maastricht is. Die enquête staat als bijlage aan het einde van ons werkstuk. De bijlage begint met een kaartje van Nederland waarop te zien is waar de geïnterviewden vandaan komen. De plaatsen die wit gekleurd zijn geven deze plaatsen aan. De manier waarop men dat beeld probeert te beïnvloeden Stedelijke kwaliteit kan heel breed worden geïnterpreteerd: van de opbouw van de bevolking tot de maat van het onderhoud. Veel van deze kwaliteitsaspecten komen terug in de andere beleidskeuzen. Daarom wordt hier volstaan met de kwaliteit van de openbare ruimte. Die kwaliteit bestaat uit een combinatie van een aantal factoren: de inrichting, de monumentaliteit van de bebouwing, de architectuur, de groenstructuur en het onderhoudsniveau. Samen bepalen ze mede het imago van Maastricht in Nederland: een buitenland in het binnenland. Wat de 'harde infrastructuur' betreft willen we de ingezette kwaliteitslijn voortzetten: hoogwaardige inrichting en architectonische vormgeving van de openbare ruimte. De groenstructuur dient te worden verbeterd en uitgebreid. Uit de leefbaarheidthermometer blijkt immers dat de Maastrichtse burgers dit onderdeel van de stad relatief laag waarderen. Het onderhoudsniveau wordt redelijk positief ervaren. Een wekelijkse blik in de binnenstad op vrijdag en zaterdag leert echter dat verbeteringen wel nodig zijn. 'Maastricht voorbij de grenzen' legt nog meer druk op de leefkwaliteit dan 'Maastricht tot aan de grenzen'. Waarom probeert men om dit beeld te beïnvloeden? Men probeert dit beeld te beïnvloeden om Maastricht een hoger aanzien te geven ten opzichte van de rest van Nederland. Door de veranderingen gaat Maastricht er op verscheidene gebieden op vooruit. Maastricht wordt daardoor aantrekkelijker voor toeristen & studenten.
Wie probeert dit beeld te beïnvloeden? De belangrijkste beïnvloeder is het VVV-kantoor. Zij verstrekken informatie over Maastricht. Waardoor mensen dingen te weten komen en meer geïnteresseerd raken in Maastricht. Ook de gemeente speelt een rol. Zij financieren bijvoorbeeld de universiteit zodat die kan uitbreiden en kan voldoen aan de nieuwste moderne technieken en dus aantrekkelijker wordt voor studenten.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.