Rillen (papier/drukwerk)
Het aanbrengen van een ril, rand in papier. Dit wordt vaak gedaan bij papier dat te dik is om eenvoudig te vouwen. De ril wordt in het papier gedrukt (vaak met een metalen voorwerp of rand) waardoor dit papier plaatselijk wordt platgedrukt.
Kenmerken: Bij rillen wordt met de botte kant van een schaar een groef gemaakt. Deze groef wordt aan de binnenkant van een vouw gemaakt.
Eigenschappen: Door te rillen ontstaat een groef aan de binnenkant van de vouw. Door rillen kun je het papier of karton gemakkelijker vouwen
Rillen
Een voorvouwlijn (ook een ril genoemd) wordt aangebracht in zwaardere papiersoorten om gemakkelijk te kunnen vouwen of plooien en om het “breken” van de bedrukking op de vouw te voorkomen.
Rillen
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Rillen is een onwillekeurige reactie die ten doel heeft de lichaamstemperatuur te verhogen. De rillingen zijn het gevolg van snel en kort contraherende spieren, waardoor warmte wordt ontwikkeld. Door die warmte loopt de lichaamstemperatuur op.
Rillen treedt op wanneer het lichaam sterk afkoelt, bijvoorbeeld in een koude omgeving. Ook kan rillen optreden wanneer volgens de ingebouwde thermostaat in het temperatuurcentrum in de hersenen de temperatuur hoger moet zijn dan gebruikelijk: dan ontstaat koorts. In dit geval is het meestal een symptoom van een infectie. Zie hiervoor koude rilling.
Eenvoudig ritsen: samenvoegen van twee rijstroken tot één
Ritsen is een term uit de verkeerskunde die gebruikt wordt om aan te geven dat er verplicht moet worden gewisseld van strook op een ordelijke manier, namelijk om-en-om (dit geldt overigens alleen waar twee rijstroken worden samengevoegd tot één: bij het samenvoegen van drie tot twee stroken is de situatie iets ingewikkelder).
Het strookwisselen is noodzakelijk op autosnelwegen op knelpunten waar de rijbaan met één strook versmalt. Bestuurders op de afvallende rijstrook moeten invoegen in het verkeer van de aanliggende strook. Wanneer dit invoegproces ordelijk plaatsvindt waarbij één voertuig van de afvallende strook invoegt tussen twee voertuigen op de aanliggende strook, spreken we van ritsgedrag (en kan het strookwisselen 'ritsen' worden genoemd).
De overheid houdt campagnes om ritsgedrag te bevorderen omdat bij het ritsen snel irritaties, agressie en gevoelens van onveiligheid ontstaan. Vaak omdat bestuurders die te vroeg invoegen het niet leuk vinden om andere auto's te zien doorrijden tot het einde van afvallende rijstrook. Toch is dat doorrijden onderdeel van het gewenste ritsgedrag. Om het ritsgedrag te stimuleren zijn op veel knelpuntlocaties verkeersborden geplaatst met de teksten 'Ritsen na 300 m' en 'Ritsen vanaf hier'.
Het mag duidelijk zijn dat 'ritsen' eigenlijk alleen van belang is tijdens drukke periodes, want bij weinig verkeer ontstaan er geen problemen bij het strookwisselen en het invoegen tussen voertuigen op een andere strook, voor zover die aanwezig zijn.
Goed ritsgedrag bestaat uit de volgende gedragscodes:
• Zo lang mogelijk doorrijden op de invoegende rijstrook
• Op ongeveer 300 meter voor de versmalling (aangegeven met bord) rijsnelheid aanpassen aan de snelheid van de voertuigen op de aanliggende strook
• Voertuigen op aanliggende strook maken vrijwillig ruimte om invoegend voertuig tussen te laten;
• Op circa 50 meter voor de versmalling zonder afremmen en verstoringen in de ontstane ruimte (hiaat) invoegen, zodat invoegend voertuig en de achterligger de rit kunnen vervolgen;
Ingewikkelder patronen: samenvoegen van drie rijstroken tot twee
Ritsen met meer dan twee rijstroken
Ritsen van 3 naar 2 rijstroken zorgt vaak voor congesties.
Het samenvoegen van drie tot twee rijstroken levert een ingewikkelder patroon op dan het samenvoegen van twee rijstroken tot een. Hier ontstaan in feite twee ritsen:
1. van de middelste strook gaat een op de twee voertuigen een strook naar rechts, waar om de twee voertuigen een hiaat wordt opgezocht;
2. daarna voegen van de meest linker strook steeds twee voertuigen in een hiaat van de middelste strook.
Natuurlijk zal het beeld in de werkelijkheid anders zijn, maar uiteindelijk komen de verhoudingen wel zo uit.
Zouden de twee linker stroken 'normaal' ritsen, dan komen op de middelste strook (later de linker strook) tweemaal zo veel voertuigen terecht als op de rechter strook. Een vierde deel van de voertuigen op de nieuwe linker strook zal dan uiteindelijk de (snellere en minder volle) rechter strook kiezen.
REACTIES
1 seconde geleden