Het alfabet

Het Nederlandse alfabet telt 26 letters. Het woord alfabet is afkomstig van de woorden Alpha en Betha. Dus de eerste en de tweede letters van het alfabet. Naast al deze letters hebben al die letters ook nog verschillende klanken. Bijvoorbeeld het letter C wordt gebruikt als een C,maar ook als een K. Bijvoorbeeld cijfer of concert.

Op de wereld bestaan wel meer dan honderden talen en al die talen hebben hun eigen alfabet. Als we zo bekijken bestaan Nederlandse,Engelse of Franse alfabeten uit 26 letters,maar al die letters kunnen verschillend klinken. De meeste landen hebben ook nog één of meer extra letters toegevoegd. We kunnen als voorbeeld de letters ü of ç nemen.

Vroeger dus heel erg lang geleden gebruikten mensen tekentjes om elkaar te begrijpen. Er waren vormpjes die bijvoorbeeld koe van schaap of van geit onderscheden. Dit gebruikten ze ook om te zien hoeveel schapen ze nog hebben. Ze gebruikten ook tekeningetjes voor de zon,voor een dorp of voor een huis. De Soemeriёrs hadden van kleivormpjes kleitabletten gemaakt met verschillende tekens.Dat was makkelijker omdat ze van die tekentjes zo gebruik maakten, zodat je precies kon zien wat het betekende. Bijvoorbeeld een tekening van de zon betekende gewoon een zon. Zulke tekens heten Pictografische tekens. Dus het betekent dat ze bestaande dingen afbeeldden. Maar er waren ook tekeningen waarbij je moest nadenken. Bijvoorbeeld de twee zoenende monden betekende liefde. Zulke tekentjes heten Ideografische tekens. Maar omdat al die tekentjes een eigen betekenis hadden,was het schrijven voor een gewone mens veel te moeilijk. Totdat in 100 v. Christus de Foeneciёrs een alfabet gemaakt hadden. Zij leefden van 1200 tot 1800 v.Christus in toenmalige Libanon. Maar hun alfabet had nog geen klinkers. De Foeneciёrs waren erg arm, en konden geen boeren meer zijn dus werden ze kooplui. Met hun boten voeren ze de Middellandse Zee af waardoor ze met verschillende talen te maken hadden. En toen kwamen ze op het idee om een alfabet te maken. Iedere teken stond niet meer voor een woord of gebeurtenis, maar voor een bepaalde klank. Met deze klanken kon je heel veel denkbaar woorden maken. In het verre Oosten ontstonden de talen als Aramees en hieruit Indiaans, Perzisch, Arabisch. In het westen leerden ze hun taal aan de Grieken. Toen had de taal nog 22 karakters en dan hadden ze 5 klinkers toegevoegd waardoor de taal 27 karakters had. Het kenmerk van een klinker is dat als je een klinker uitspreekt weinig met je tong of lippen beweegt. Van het Griekse alfabet werd het Latijnse alfabet die de basis van het West Europese talen vormt,bijv: Nederlands. Toen de Latijnse alfabet ontstond werden de letters X en Y toegevoegd.
Dit is het alfabet van nu.