Fase 1: Het formuleren van de casus. De voorzitter van het college van procureurs-generaal J. de Wijkerslooth, heeft kritiek op de euthanasie wet. De hoogste baas van het openbaar ministerie wil meer ruimte tussen het wel of niet vervolgen wegens moord of doodslag van artsen die zich niet aan de zorgvuldigheidscriteria voor euthanasie houden. In de euthanasiewet zijn zes zorgvuldigheidscriteria vastgelegd waaraan een arts moet voldoen bij het verlenen van euthanasie of hulp bij zelfdoding. In dat geval is de arts niet strafbaar. Artsen moeten euthanasie en hulp bij zelfdoding melden bij de regionale toetsingscommissies. Die beoordelen of de zorgvuldigheidseisen zijn nageleefd. De zaken die als ‘onzorgvuldig’ zijnn bestempeld sturen ze naar het college van procureurs generaal, dat beslist over vervolging. Het euthanasieonderzoek wijst uit dat artsen bij de helft van alle gevallen niet melden, vooral wanneer niet volledig aan de zorgvuldigheideisen is voldaan.
Fase 2: Welke optieken spelen een rol?
1.Juridische optiek
2.Ethische optiek
3.Artsen optiek
4.Patiënten optiek
5.Maatschappelijke optiek
Fase 3: Welke waarden spelen een rol?
1.Juridische optiek: Legitimiteit
2.Ethische optiek: Eerlijkheid en rechtvaardigheid
3.Artsen optiek: Medische optiek
4.Patiënten optiek: Zelfbeschikking
5.Maatschappelijke optiek: Rechtvaardigheid en veiligheid
Fase 5: Wie zijn de belanghebbenden?
A. 1. De grondwet
2. De ethiek
3. De artsen
4. De mensen die euthanasie willen begaan.
5. De maatschappij
B.1.De grondwet:
Art 293.(levensberoving op verzoek)
1.Hij die opzettelijk het leven van ander op diens uitdrukkelijk en ernstig verlangen beëindigt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van vijfde categorie.
2. Het in eerste lid bedoelde feit is niet strafbaar, indien het is begaan door een arts die daarbij voldoet aan de zorgvuldigheidseisen, bedoeld in artikel 2 van Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding en hiervan mededeling doet aan de gemeentelijke lijkschouwer overeenkomstig artikel 7, tweede lid, van Wet op de lijkbezorging .
Art 294.
1.Hij die opzettelijk een ander tot zelfdoding aanzet, wordt, indien de zelfdoding volgt, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste 3 jaren of geldboete van vierde categorie.
2.Hij die opzettelijk een ander bij zelfdoding behulpzaam is of hem de middelen daartoe verschaft, wordt, indien de zelfdoding volgt, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste 3 jaren of geldboete van vierde categorie. Artikel 293, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing
2.De ethiek:
Het is ethisch gezien onverantwoord om beperkt/slecht toezicht te houden op een procedure als euthanasie. Immers kan deze onoplettendheid en de soepele regeling er toe leiden dat men hier gebruik van kan maken om bijvoorbeeld een strafbaar feit te verdoezelen.
Ergens vraag je je af: Waarom dient men toezicht te houden op mensen die schriftelijk een verzoek in dienen te willen sterven? Omdat deze mensen verminderde toerekeningsvatbaar kunnen zijn, mensen die op dat moment een slecht inzicht in zaken hebben, kunnen dan vertrouwen op een commissie die met hen rekening houdt en toezicht houdt zodat ze beschermd kunnen worden.
3. De artsen: Arts heeft twee verplichtingen
Een arts heeft tegenover zijn patiënt twee verplichtingen. De eerste is om het lijden van de patiënt te verlichten of weg te nemen, de tweede om het leven van de patiënt te behouden. De tweede verplichting staat tegenover de wens van de patiënt om te sterven met hulp van de arts. Artsen mogen daarom weigeren een verzoek om euthanasie in te willigen. Ook verpleegkundigen mogen weigeren mee te werken aan (de voorbereiding van) euthanasie.
Een arts of verpleegkundige kan voor zo’n weigering nooit worden vervolgd. De wet wil juist waarborgen dat een arts of verpleegkundige niet in strijd met zijn eigen geweten hoeft te handelen. Euthanasie is noch de plicht van de arts noch het recht van de patiënt. Wel zal een arts die zelf euthanasie afwijst, de patiënt doorverwijzen naar een collega die het verzoek om euthanasie mogelijk wel zal honoreren.
Zorgvuldigheidseisen
De arts die bereid is om eventueel tot euthanasie over te gaan, zal zich altijd eerst van de achtergronden van de euthanasiewens op de hoogte moeten stellen. Hij moet het lichamelijke en geestelijke lijden van de patiënt op medische gronden beoordelen en dit oordeel laten toetsen door een onafhankelijke collega-arts. Hun gezamenlijke conclusie dient te berusten op verantwoord medisch inzicht en moet aansluiten bij gangbare medische ethiek.
4. De mensen die euthanasie willen begaan:
Mogen mensen zelf beslissen om een eind aan hun leven te maken?
Oma wil niet meer leven. Ze heeft zo veel pijn en die pijn is niet meer met medicijnen te bestrijden. Zeker nu ze weet dat ze aan deze ziekte toch dood zal gaan, gaat ze liever vandaag dan morgen dood. Ze heeft dan ook aan de dokter gevraagd of hij haar wil helpen om toch op een zo mooi mogelijke manier te sterven.
Met een officieel woord heet dit euthanasie of hulp bij zelfdoding. Het woord ‘euthanasie’ is afgeleid van een paar Griekse woorden en betekent letterlijk ‘goede dood’. Het woord euthanasie geeft daarom het beste aan om welke reden euthanasie in Nederland is toegestaan.
Wanneer mensen bijvoorbeeld ontzettend veel pijn hebben, sterven ze vaak op een hele nare manier. Misschien overlijden ze schreeuwend van de pijn of doen ze hele vreemde dingen omdat ze gek worden van de pijn. De mensen in Nederland vinden dat dit mensonwaardig is, dat dit vernederend is voor die persoon. Met behulp van euthanasie kan ervoor gezorgd worden dat iemand sterft voordat deze afschuwelijke tijd aanbreekt. Iemand wordt dan beschermd tegen deze mensonwaardige situatie.
5. De maatschappij:
NVVE BLIJ; TWEEDE KAMER STEMT VOOR EUTHANASIEWETSVOORSTEL
De Nederlandse Vereniging voor Vrijwillige Euthanasie (NVVE) is bijzonder blij dat heden middag de Tweede Kamer haar goedkeuring heeft gegeven aan het wetsvoorstel "Toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding".
Dit betekent zowel voor de patiënt als voor de arts een belangrijke stap voorwaarts. Patiënten zullen in een vroeger stadium met hun arts over hun eventuele euthanasiewens durven praten in de wetenschap dat de arts, mits deze zich aan de zorgvuldigheidscriteria houdt, niet langer strafbaar is.
De wilsverklaring krijgt een wettelijke status. Deze is niet minder, maar ook niet meer, dan een verzoek en geeft dus geen recht op euthanasie.
Centraal in de wet staat, naast het vrijwillig en weloverwogen verzoek, de ondraaglijkheid van het lijden en de uitzichtloosheid. Duidelijk is geworden dat onder ondraaglijk lijden ook verstaan kan worden de verdergaande ontluistering en het niet meer waardig kunnen sterven.
We zijn de woordvoerders van de fracties en de ministers van Justitie en VWS erkentelijk voor hun heldere bijdrage aan het debat.
Na totstandkoming van de wet zal de NVVE graag gehoor geven aan de oproep van de minister van VWS om de komende jaren een brede discussie te voeren inzake de 'klaar met leven' problematiek.
NVVE, 28-11-2000
Wat wel en wat niet mag bij euthanasie:
ROTTERDAM. Euthanasie en hup bij zelfdoding blijven na aanvaarding van het wetsvoorstel als misdrijf in het wetboek Van strafrecht opgenomen. Maar de arts wordt ontslagen van strafvervolging als aan een aantal voorwaarden is voldaan.
Zo moet er altijd sprake zijn van een vrijwillig en weloverwogen verzoek van de patiënt en dient deze ondragelijk en uitzichtloos te lijden. Voordat de arts vervolgens euthanasie verricht of hulp bij zelfdoding biedt moet hij eerst nog een tweede, onafhankelijke arts raadplegen. Vervolgens dient hij bij de lijkschouwer het overlijden als een onnatuurlijke dood te melden.
Of de arts voldoende zorgvuldig heeft gehandeld wordt beoordeeld door een van de vijf regionale toetsingscommissies waarin naast een jurist als voorzitter een arts en een ethicus zitting hebben. Bij twijfel over de juiste gang van zaken moet de commissie dit aan het openbaar ministerie melden. Bij de overige gevallen wordt het openbaar ministerie niet betrokken: dat komt daarnaast alleen in actie als het een misdrijf vermoedt of wanneer aangifte wordt gedaan.
Minister Borst (Volksgezondheid) weigert, zoals een deel van de Eerste Kamer gisteren wilde, de artsen te verplichten om bij de rapportage aan de commissie ook het verpleegkundig verslag toe te voegen. "De arts zal dat zeker doen als hij dat nuttig vindt", aldus Borst gisteren. "Voor de rest is het alleen maar extra leeswerk voor de commissie die er overigens in voorkomende gevallen altijd om kan vragen."
Minister Borst en minister Korthals (Justitie) beogen met de nieuwe wet de meldingsbereidheid onder artsen te verhogen. Uit onderzoek blijkt dat op dit moment artsen die euthanasie verrichten of hulp bij zelfdoding bieden maar hooguit veertig procent van de gevallen melden. De laatste jaren daalt het aantal meldingen juist. Borst noch Korthals konden gisteren aangeven waardoor het aantal meldingen daalt. Ze wilden ook niet zeggen met hoeveel het meldingspercentage zou moeten stijgen om op dit punt van een succesvolle wet te kunnen spreken. (NRC 11-04-2001)
Fase 4: Wat is het ethische probleem? Mag men het toe laten dat artsen (te) soepel omgaan met de euthanasie wet.
Fase 6: Het formuleren van een oplossing.
Ik geef de heer J. de Wijkerslooth gelijk wat betreft het strenger controleren of een arts zich wel aan de zorgvuldigheidseisen houdt. Waar er soepel wordt omgegaan met de wet zien mensen kans om hier misbruik van te maken, om bijvoorbeeld een strafbaar feit te verdoezelen.
Er moet echter wel rekening worden gehouden met de omstandigheden waarin een arts verkeert. In sommige omstandigheden kan de arts zich onmogelijk aan alle zorgvuldigheid eisen voldoen, terwijl er wel een uitdrukkelijk verzoek is. Kortom alle artsen moeten zich aan de zorgvuldigheidseisen houden gebeurt dit niet, dan moet de arts een verantwoorde reden geven waarom hij/zij van de procedure is afgeweken.
REACTIES
1 seconde geleden
M.
M.
wat veel
14 jaar geleden
Antwoorden