Nederlands
Hoofdstuk Formuleren
7 veel voorkomende formuleringsfouten:
1- Dubbelop
1.1 Onjuiste herhaling
Als een vast voorzetsel ten onrechte twee keer wordt gebruikt.
1.2 Tautologie
Als hetzelfde woord twee keer gezecht met verschillende woorden van dezelfde woordsoort (synoniem)
Zoals bijvoorbeeld…..
1.3 Pleonasme
Een deel van de betekenis van een woord nog eens door een ander woord wordt uitgedrukt.
Aanwezige bezoekers
1.4 Contaminatie
Als twee woorden of uitdrukkingen worden verward en ten onrechte worden vermengd.
Overnieuwà over, opnieuw,
uitprintenà uitdrukken, uitprinten
nachecken à nakijken, checken
1.5 Dubbele ontkenning
In zinnen met een werkwoord dat al een ‘ontkennend’ karakter heeft, wordt soms een tweede ontkenning toegevoegd.
… voorkomen … geen …
2- Fouten met verwijswoorden
Antecedent |
Pers. vnw |
Bezitt. vnw |
Aanw. vnw |
Betr. vnw |
Mannelijk de-woord |
Hij, hem |
Zijn |
Deze, die |
Die |
Vrouwlijk de-woord |
Zij, ze Bij niet-personen: ze! |
haar |
Deze, die |
Die |
Het-woord (onzijdig) |
het |
Zijn, z’n |
Dit, dat |
dat |
Meevoudige zelfstandige naamwoorden |
Ow: zij, ze Lijd. Vw: Hen Na voorzetsel: hen Meew.vw: Hun |
Hun |
Deze, die |
Die |
3- Incongruentie
Bij een enkelvoudig onderwerp hoort een enkelvoudige persoonsvorm. Als bij een enkelvoudig onderwerp een meervoudige persoonsvorm hoort of bij een meervoudig onderwerp een enkelvoudige persoonsvorm.
Het ontstaat vaak;
3.1 Als het onderwerp meervoudig lijkt, maar enkelvoudig is
De jeugd ….. hebben…. à De jeugd … heeft …
3.2 Als persoonsvorm en het onderwerp ver uit elkaar staan
Gebruik … zullen à Gebruik … zal
3.3 Als een meewerkend voorwerp ten onrechte voor het onderwerp wordt aangezien
(meew.vw) worden … bestuur à (meew.vw) wordt … bestuur
4- Dat/als-constructie
Een bijzin van voorwaarde begint vaak met als of waneer. Als de bijzijn niet achteraan de zin staat, ontstaat er een dat/als-constructie. Vermijd die door ‘volgens mij’ te gebruiken in plaats van ‘ik denk’ of ‘ik vind’.
Daarom vind ik dat als … à Daarom vind is dat …. , als ze …
5- Foutieve samentrekking
Als je twee zinnen aan elkaar plakt met en of maar, mag je de delen die hetzelfde zijn in de tweede zin weglaten, aar dat mag alleen als:
5.1 De betekenis hetzelfde is
De herderinnetjes hielden een kudde en (…) hielden van ieder schaap
5.2 De vorm (enkelvoud of meervoud) hetzelfde is
Het vervallen huis werd afgebroken en de oude schuren (…) werden gesloopt.
5.3 De grammaticale functie (ow, lv enz.) hetzelfde is
De computer is stuk en (…) is dus naar een reparateur gebracht.
6- Foutieve beknopte bijzin
Van een bijwoordelijke bijzin kun je een beknopte bijzin maken.
- [bijwoordelijke bijzin Omdat hij (ow) er ging (pv) studeren], moest Joep in Amsterdam op kamers.
- [beknopte bijzin Om er te gaan studeren] moest Joep in Amsterdam op kamers.
In een beknopte bijzin staat geen persoonsvorm en ook geen onderwerp. Je kunt dat onderwerp wel in gedachten invullen.
7- Losstaand zinsgedeelte
Bijwoordelijke bijzinnen zijn zinsdeel binnen een grotere zin. Ze mogen niet los van elkaar staan van de zin waar ze in horen.
REACTIES
1 seconde geleden