Zakelijke gegevens
Auteur: Slavenka Drakulic
Titel: Alsof ik er niet ben
Uitgever: Uitgeverij De geus bv
Plaats van uitgave: Breda
Jaartal eerste druk: 1999
Aantal bladzijden: 219 bladzijden
Eerste reactie (150 woorden)
Toen ik begon met lezen wist ik niet wat ik van het boek moest verwachten omdat ik nog nooit iets van Slavenka Drakulic had gelezen of zelfs nog nooit van haar had gehoord. Ook had ik nog geen boeken gelezen over de vrouwenkampen in Servië en ik wist niets van de verschrikkingen die daar plaatsvonden.
Het eerste hoofdstuk vindt eigenlijk plaats aan het einde van het verhaal. De hierop volgende hoofdstukken vormen één grote flashback. In het eerste hoofdstuk las ik dat het hoofdpersonage een kind krijgt en dit verafschuwd. De reden waarom ze het kind liever niet had gekregen wordt nog niet verteld. Het eerste hoofdstuk maakte mij nieuwsgierig naar wat zich ervoor heeft afgespeeld. Er kwamen allerlei vragen in me op: Waarom wil ze het kind niet? Hoe is ze zwanger geraakt? Hoe was het leven in het vrouwenkamp? etc. Vanaf het tweede hoofdstuk wordt het verhaal spannend en langzamerhand wordt alles duidelijk. De gebeurtenissen worden vanaf het begin af aan duidelijk en op een boeiende manier beschreven. Mijn eerste reactie op het verhaal was dus positief.
Bronnen
Boeken:
Slavenka Drakulic – Alsof ik er niet ben
Websites:
http://www.literatuurplein.nl/boekdetail.jsp?boekId=71168
http://boeken.vpro.nl/boeken/3011668/
Samenvatting
S. is een jonge Bosnische moslimvrouw. Ze is lerares op een basisschool in het dorp B. Als de Balkanoorlog uitbreekt worden S. en de andere vrouwen uit het dorp, met bussen weggehaald door Servische soldaten en opgesloten in een Servisch vrouwenkamp. De mannen worden direct vermoord of naar het mannenkamp ernaast gebracht.
De eerste periode brengen de vrouwen de nachten in een grote opslagplaats door. Ze krijgen redelijk te eten en de manier waarop ze behandeld worden door de soldaten is vrij normaal.
Dan wordt S. samen met acht andere meisjes, tussen de 13 en de 30 jaar oud, opeens naar een nieuw verblijf gebracht, een kleine kamer met een badkamer en wat matrassen op de grond, het vrouwenvertrek. Deze meisjes worden de hoeren van de soldaten. Bijna elke nacht worden ze systematisch mishandeld en verkracht. De soldaten zijn dronken en gaan ruw te werk. S. wordt zelfs een keer in haar mond gepist. Het leven in het kamp is verschrikkelijk, en het leven als hoer helemaal. De soldaten behandelen de vrouwen alsof ze speelgoed zijn. De vrouwen beginnen te twijfelen aan wie ze ooit zijn geweest en ze zijn te bang om aan de toekomst te denken.
Het leven in het mannenkamp is nog erger. De mannen moeten van de soldaten de meest gruwelijke dingen doen. Bijvoorbeeld: vaders moeten hun zoons verkrachten. Als de mannen de bevelen niet opvolgen worden ze direct doodgeschoten. De lichamen worden verbrand, wat een verschrikkelijke stank in het vrouwenvertrek veroorzaakt.
S. wordt op een dag bij de kapitein van het kamp geroepen. S. wordt de hoer van de kapitein. Elke week gaat ze bij hem dineren, ze hebben goede gesprekken en S. slaapt bij hem in bed. S. voelt zich veiliger nu ze niet meer beschikbaar is als hoer voor de andere soldaten. De kapitein behandelt haar goed.
Maar S. heeft natuurlijk geen rust in haar hoofd. Het is verschrikkelijk te zien hoe de andere meisjes uit het vrouwenvertrek er aan toe zijn. S. wil weten hoe het ervoor staat met de oorlog en hoe de situatie buiten het kamp is. De kapitein laat helaas niets los hierover.
Dan gaat er een gerucht door het kamp dat de vrouwen zouden worden uitgewisseld. En na een paar dagen mogen de vrouwen inderdaad weg uit het kamp. Ze worden met bussen naar een vluchtelingenkamp in Zagreb, Kroatië, gebracht. Daar komt ze erachter dat ze zwanger is. Voor een abortus is het dan al te laat.
S. ontvangt na lang wachten haar papieren en besluit naar Zweden te gaan. In zweden komt S. een oude schoolvriendin tegen die zich ontfermd over haar. Langzamerhand bouwt ze weer een eigen leventje op. Ze is net ingetrokken in haar nieuwe woning als ze moet bevallen.
In eerste instantie was S. van plan het kind te laten adopteren. Maar als na de bevalling het kind op haar buik wordt gelegd en haar lichaam op de baby reageert, wordt S. in alle hevigheid met het dilemma geconfronteerd. Uiteindelijk besluit ze zelf haar kind op te voeden.
Analyse
Titelverklaring
De titel van het boek is ‘Alsof ik er niet ben’. Ik denk dat de schrijfster hiermee duidelijk wil maken hoe de Bosnische vrouwen zijn genegeerd tijdens de Balkanoorlog. Ze zijn mishandelt en misbruikt en de Servische soldaten hebben hen behandelt alsof ze niets waren. Ook laat de wordt er vaak in het boek verteld dat de hoofdpersoon, S. zich niets voelt of vies voelt.
Motto
Er worden op de eerste bladzijde van het boek drie motto’s gegeven. Deze kleine tekstfragmenten zijn uiterst toepasselijk en veelzeggend bij dit verhaal.
1) Het is een intens, fysiek, onuitsprekelijk genot: ik ben in mijn huis, met mijn vrienden, en ik heb zo ontzettend veel te vertellen; maar ik moet nu wel merken dat mijn toehoorders me niet volgen. Mijn verhaal laat ze zelfs totaal onverschillig: ze praten met en door elkaar over andere dingen, alsof ik er niet ben. Mijn zuster kijkt me aan, staat op en gaat zonder iets te zeggen weg.
PRIMO LEVI, Is dit een mens.
In dit fragment komt naar boven dat het hoofdpersonage zich onbelangrijk voelt tussen de mensen. Hij/zij zegt: ‘Alsof ik er niet ben.’ S. voelt precies hetzelfde. In het Servische vrouwenkamp voelt het alsof ze niet belangrijk is, alsof niemand zich haar iets kan schelen, alsof ze niemand is.
2) En volkomen onwillekeurig, misschien juist vanwege het overdreven gevoel van afschuw, kwam het me nu en dan voor dat ik dat helemaal niet was, dat het iemand anders overkwam en dat alles wat ik gezien had eigenlijk een deel van een andere, onwerkelijke wereld was.
EVA GRLIC, Herinneringen.
In dit fragment is het voor het hoofdpersonage niet vatbaar wat er met hem/haar gebeurd, het lijkt een onwerkelijke wereld. Dit is hetzelfde bij S. Zij walgt van zichzelf omdat ze, tijdens het verblijf in het vrouwenvertrek, een hoer is en ze walgt van de mensen (de Servische soldaten) om zich heen. Wat er met haar gebeurd, de verkrachtingen en mishandelingen, is een onwerkelijke gedachte. Soms heeft ze het gevoel dat ze zichzelf niet meer is, maar een persoon in een onwerkelijke wereld.
3) Een menselijk wezen overleeft dankzij zijn vermogen te vergeten.
VARLAM SJALAMOV, Verhalen uit Kolyma.
Motieven
Er zijn verschillende motieven op te noemen die van toepassing zijn op dit verhaal. De volgende motieven zijn abstracte motieven.
- Oorlog: Het hele verhaal speelt zich af tijdens de Balkanoorlog en deze oorlog is ook de (indirecte) oorzaak van alle gebeurtenissen.
- Angst: De gevangenen weten nooit wat hen te wachten staat in het kamp. Dit maakt hen bang omdat ze weten hoe wreed de Servische soldaten kunnen zijn. De toekomst is beangstigend voor de gevangenen. De vooruitblik nog langer in dit kamp te zitten, maakt hen depressief.
- Verkrachting en mishandeling: In het vrouwenvertrek worden de vrouwen door de Servische soldaten verkracht en mishandeld. Dit herhaalt zich elke nacht.
- Dood: De dood is een constante dreiging in het kamp en loopt als een rode draad door het verhaal. De soldaten doden de gevangenen als deze niet doen wat hen gezegd wordt.
- Haat: Doordat de soldaten de gevangenen slecht behandelen, krijgen de gevangenen een hekel aan de soldaten. Deze haat wordt continu duidelijk gemaakt in het boek waardoor de lezer ook al snel een hekel krijgt aan de soldaten.
- Zwangerschap: S. en nog een aantal andere vrouwen raken zwanger tijdens hun gevangenschap in het Servische kamp. Voor hen is het extra moeilijk om de gebeurtenissen uit het kamp te vergeten omdat ze er een kind aan over houden. Het laatste deel van het boek gaat over de manier waarop S. met haar zwangerschap en de geboorte van het kind omgaat.
Thema
Het thema in dit boek is het verschil tussen macht en onmacht.
Als er oorlog in Bosnië uitbreekt worden de bewoners van het dorp B. naar een Servisch kamp gebracht. De Servische soldaten hebben hier de macht over de gevangenen. Onder de gevangenen heerst totale onmacht. Ze kunnen niets bepalen over de manier van leven in het kamp en over hoe de soldaten hen behandelt. Ze hebben niets waarmee ze zich kunnen beschermen terwijl de soldaten met geweren rondlopen. Zodra een gevangene tegen een soldaat ingaat, wordt hij/zij op een wrede wijze gestraft of zonder pardon vermoord.
Spanning/open plekken
De belangrijkste spanning in het verhaal is wat er met het kind zal gebeuren. Eerst lijkt het erop dat S. het kind absoluut niet wil houden, maar als er per een ongeluk het pasgeboren kind bij S. op de borst word gelegd voelt ze een zekere band met het kind en is ze er niet meer zo zeker van of ze het kind ‘weg wil doen’.
Een andere spanning in het verhaal is wat er uiteindelijk met de vrouwen in het kamp zal gebeuren. Naar mate ze langer in het kamp zitten overlijden er steeds meer vrouwen en het is de vraag of ze het wel zullen overleven en ooit nog een normaal leven zullen hebben.
Personages
Het hoofdpersonage is S. Haar volledige naam wordt niet genoemd. S. is een Bosnische moslimvrouw. Ze is lerares op een basisschool in het dorp B. voordat de oorlog begint. Ze heeft pedagogie gestudeerd. S. is ongehuwd, 29 jaar, 1,68 meter lang, heeft bruin haar en bruine ogen. In dit boek wordt alles wat S. meemaakt in de oorlog beschreven. Het is een sterke, slimme vrouw en dit is denk ik ook één van de redenen waarom zij wel het kamp heeft overleefd.
Overige personages:
Van alle andere personages worden ook geen volledige namen genoemd, alleen de eerste letter van hun naam.
- A., V., M., J., H., B. en T.: Dit zijn de vrouwen uit het vrouwenvertrek. Zij hebben te leiden onder de verkrachtingen en de mishandelingen door de soldaten. A. is de jongste, dertien jaar oud. De rest van de vrouwen zijn tussen de 15 en de 35 jaar oud. Over deze vrouwen wordt niets over hun karakter en uiterlijk verteld. Ze proberen elkaar te steunen en te vermaken in het vertrek.
- N.: Deze vrouw woonde vroeger al bij de opslagplaats. Haar man was daar de conciërge. Nadat de opslagplaats een Servisch kamp was geworden, kreeg N. de opdracht te zorgen voor het vrouwenvertrek. Ze heeft grijs haar en diepe rimpels in haar gezicht. Ze zorgt goed voor de vrouwen in het vrouwenvertrek. Ze brengt hen ontbijt, lunch, avondeten, zeep en kleding.
- De kapitein: Hij is de baas van het kamp en S. is zijn hoer. Hij is een ijdele man en erg gesteld op hygiëne, beleefdheid, orde en discipline. Hij woonde in een vleugel van het directiegebouw, alleen. Zijn vrouw en kind waren ergens ver weg. De kapitein had donkere ogen, kort grijzend haar, scherpe gelaatstrekken, een lange neus, geprononceerde lippen, dichte wenkbrauwen en een rechtgeknipte snor. Hij behandelde S. goed.
- G.: Dit is een oude schoolvriendin van S. S. komt haar tegen als ze in Zweden aankomt. G. biedt S. een tijdelijk verblijf aan in haar eigen huis. G. is een sociale vrouw, heeft donker haar en donkere ogen en is net zo oud als S.
Tijd
Het verhaal speelt zich af tijdens de Balkan-oorlog tussen de Serviërs en de Bosniërs van 1992 tot 1995. Het verhaal is chronologisch opgebouwd. Het boek is een soort dagboek, per hoofdstuk worden de gebeurtenissen van een maand beschreven.
Er komen regelmatig flashbacks voor in dit boek, ook is er sprake van tijdvertragingen, tijdsprongen en flashforwards. Er wordt geen gebruik gemaakt van tijdverdichting.
Vertelde tijd:
De vertelde tijd is 10 maanden. Van eind mei 1992 tot eind maart 1993.
Verteltijd:
De verteltijd bevat 219 pagina’s of 15 hoofdstukken.
Structuur
Het verhaal wordt voor het grootste deel in chronologische volgorde verteld. Alleen begint het eerste hoofdstuk aan het eind van het verhaal, er is in het eerste hoofdstuk totaal nog niet duidelijk wat er is, wie de hoofdpersoon is etc. Het eerste hoofdstuk is denk ik bedoelt om te interesseren, zodat je verder wil lezen omdat je wil weten hoe alles zit. Het boek is een soort van dagboek, de hoofdpersoon verteld het verhaal dat zij al heeft meegemaakt.
Perspectief
Het verhaal is geschreven in de derde persoon, het perspectief ligt bij de zij- figuur.
Hier volgt een citaat uit het boek om dit te laten zien:
Het laatste wat S. zich herinnerde waren die klappen, hoe de soldaat haar in het gezicht sloeg, één keer, en nog eens, en nog eens… Toen verloor ze het bewustzijn.
Ruimte
Alsof ik er niet ben speelt zich grotendeels af in het vrouwenvertrek in het Servische kamp in Bosnië. Het kamp is een oude opslagplaats voor landbouwmachines. Op deze plaats hangt een kille sfeer. Na het verblijf van de gevangene in het kamp, speelt het verhaal zich af in het vluchtelingenkamp in Zagreb (Kroatië) en later in Zweden, in het huis van G. en in het Karolinskaziekenhuis in Stockholm. Het huis van G. is een tijdelijke verblijfplaats voor S. Hier mag ze wonen totdat ze haar leven weer een beetje op een rijtje heeft. Het huis is gezellig ingericht wat S. aan het huis van haar ouders doet denken. Ze voelt zich langzamerhand beter. In het ziekenhuis wordt het kind van S. geboren.
Het verhaal speelt zich af in het verleden, van eind mei 1992 tot eind maart 1993.
De schrijfster beschrijft de ruimtes wel, maar niet uitgebreid. Als voorbeeld volgen hier twee citaten uit het boek.
- Ruimtebeschrijving vluchtelingenkamp:
Het vluchtelingenkamp was ergens aan de rand van de stad, op een grasveld met barakken. Tussen de barakken hing wasgoed aan gespannen lijnen. Dit was ook een kamp, een doorgangskamp voor vluchtelingen. Maar er zat geen prikkeldraad omheen en er waren geen bewakers.
- Ruimtebeschrijving barak:
Zes ijzeren stapelbedden. Een houtkachel. Een tafel.
Stijl
Er zijn een aantal dingen kenmerkend voor de schrijfstijl van Slavenka Draculic.
Ze gebruikt geen moeilijke of ouderwetse woorden, de woordkeus is vrij eenvoudig. Wel worden er een aantal namen, van bijvoorbeeld voedsel, uit de Kroatische taal gebruikt. De betekenis van deze woorden zijn achterin het boek te vinden.
- Voorbeeld: Op de trap rook het al naar gibanica.
Gibanica is een taart van bladerdeeg met kaas- of fruitvulling.
De zinnen zijn afwisselend lang en kort.
- Voorbeeld korte zinnen: Ze wist dat ze haar zouden aanvallen. Ze wist dat ze als een wild dier gevangen zat in een val, dat ze hun niet meer kon ontkomen. Het gebonk van haar hart verdrong alle andere geluiden. De tabaksrook beet in haar ogen. Haar tranen schermden hun gezichten af als een gordijn.
- Voorbeeld lange zinnen: Dan stelt ze zich voor dat ze in haar kamer in haar ouderlijk huis in Sarajevo is, dat ze nog niet is vertrokken om haar collega op de dorpsschool te vervangen, dat ze misschien nog niet eens klaar is met haar studie. Ze stelt zich voor dat ze op haar bed is gaan liggen, net als vroeger, en in een of ander modeblad bladert. Lui slaat ze de glanzende bladzijde om, haar blik glijdt over de tekst hoe je de man van je leven kunt herkennen, over de bekentenissen van een bekende actrice, de brieven van lezeressen en de vegetarische recepten.
Er komen maar weinig dialogen voor in dit boek. De meeste dialogen zijn kort.
- Voorbeeld: ‘Rustig maar, je bent bij ons,’zei S. tegen haar en streelde haar over het bezwete haar. Ten slotte begon ze regelmatiger adem te halen. ‘Het is waar,’zei H., ‘dat van die stank. Het is de stank van mensenvlees. De soldaten verbranden de lijken van de kampbewoners.’
Genre
Ik zou het genre van het een oorlogsdrama noemen. Maar het is ook een psychologische roman, want het boek gaat over de psychologische ontwikkeling van de hoofdpersoon.
Het boek is ook autobiografisch, want de schrijfster, Slavenka Drakulic, heeft zelf ook in deze vrouwenkampen gezeten.
Verwerkingsopdracht
Haar leven:
Slavenka Drakulic Slavenka Drakulic is een vooraanstaand Kroatische schrijfster en feministe. Ze werd geboren in Rijeka, Kroatië, in het jaar 1949. Ze studeerde wereldliteratuur en sociologie aan de Universiteit van Zagreb. In 1980 werkte ze als journalist voor meerdere Joegoslavische nieuwstijdschriften. Sinds 1992 is ze een freelance journalist en schrijver.
Haar boeken:
Haar boeken zijn vertaald en gepubliceerd in verschillende Europese landen, de Verenigde Staten en in Japan. Van de boeken van alle Kroatische schrijvers zijn die van Slavenka Drakulic het vaakst vertaald. Voorbeelden van boeken die ze naast Alsof ik er niet ben heeft geschreven zijn: Marmeren Huid en Hoe wij het communisme overleefden en bleven lachen.
Slavenka Drakulic over de ontstaansgeschiedenis van 'Alsof ik er niet ben':
'Aanvankelijk was ik van plan een non-fictieboek over de vrouwenkampen te schrijven, maar bij dat werk liep ik al vrij snel vast. De openbare getuigenissen van deze vrouwen voor het Joegoslavië-tribunaal zijn typerend voor de verhalen die ik in persoonlijke gesprekken te horen kreeg. De vrouwen vertellen op een droge, emotieloze toon: 'Toen kwamen de soldaten naar het dorp. Mannen en vrouwen werden gescheiden. Ze wilden gouden sieraden en geld. Ze dwongen ons het hoogstnoodzakelijke mee te nemen en in bussen plaats te nemen. De bus bracht ons naar een kamp.' Ook over de slagen, de scheldpartijen, de groepsverkrachtingen en de nachtelijke executies spraken ze zo. [...] Toen heb ik het project laten rusten en jarenlang laten liggen, tot ik bedacht dat ik misschien niet als journaliste, maar wel als schrijfster zou kunnen verwoorden wat ik had aangevoeld van wat er in deze vrouwen omging. Het resultaat is deze documentaire-achtige roman.' (De Morgen, 23-06-2000).
REACTIES
1 seconde geleden