Zonnekind door Ellen Tijsinger

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
Boekcover Zonnekind
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • vmbo | 2756 woorden
  • 22 april 2005
  • 128 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
128 keer beoordeeld

Boekcover Zonnekind
Shadow
Zonnekind door Ellen Tijsinger
Shadow
Auteur ‘Ellen Tijsinger’ Titel van het boek: Zonnekind De titel De titel van het boek is ‘Zonnekind’. Het boek is waarschijnlijk zo genoemd, omdat de Surya, de hoofdpersoon, zo heet. Zijn naam Surya, betekend in het Indiaans ‘Zonnekind’. Het verhaal valt steeds weer terug op de betekenis van Surya’s naam. Zijn familie heeft deze naam gegeven, omdat de oude brahmaanse priester dit de familie voorstelde. Volgens de priester moest hij zo heten, omdat hij in het seizoen van de oogst geboren was. De priester zei het volgende :’Hij is geboren in het seizoen van de oogst. Dit kind is als rijpe velden. De kracht en het vuur van de zon schuilen in hem. De goden zullen dit kind welgezind zijn.’ Het Genre van het boek Het genre van het verhaal is, denk ik, avontuur. Want het verhaal speelt zich niet een tijd geleden af. Er is nog steeds kinderarbeid in India, dus het kan zich eigenlijk elk moment afspelen. Het verhaal heeft veel actie en avontuur. Surya en zijn vriendinnetje, die hij heeft leren kennen bij de ronselaar, proberen te vluchten. Dit levert natuurlijk zoals in elk boek, obstakels. Dus ik zou zeggen ‘Het genre van ‘Zonnekind’ is avontuur. Ik zal het genre verduidelijken een aantal voorbeelden uit het boek. Voorbeeld 1: Blz. 50 (het eigenlijke begin van ‘het avontuur’) ‘Verdoofd van de pijn bleef Surya liggen. In zijn hoofd marcheerden duizenden trommelaars. Langs zijn wang sijpelde een straaltje bloed. ‘O, mataji, o pitaji,’ jammerde hij zacht. ‘Ik heb vanmorgen nog gebeden en de goden zijn me nu al vergeten!’ Hij moest overgeven. Daarna verloor hij zijn bewustzijn. Hij kwam pas bij toen de man hem hardhandig vastpakte. Opnieuw werd hij op de grond gegooid. Zijn opgerolde dekens naast hem gegooid. Achter hem viel een deur knarsend in het slot. Een ketting rammelde, een sleutel werd omgedraaid. Hij zat gevangen.’ Voorbeeld 2: Blz. 80 ‘Vertrouw niemand!’ had Sagar hen nageroepen. Wat moesten ze doen? Ze konden natuurlijk wachten tot hij wegging, maar het zag er niet naar uit alsof hij haast had. Uit een stuk kranten papier wikkelde de man een stapel chapita’s. van een brak hij een stuk af en hield het omhoog. ‘Kom!’ zei hij. ‘Er is genoeg voor ons drieën.’ Bij het genre avontuur, hoort dus ook het begrip ‘Keuzes maken’. Deze fragmenten komen dus uit het boek zelf.
Inhoudsopgave; 1 Opdrachten inhoudelijk
2 keuzeopdrachten algemeen
3 persoonlijke reactie 1 Opdrachten inhoudelijk. Samenvatting
Geef in je eigen woorden een samenvatting van de inhoud. Die samenvatting moet zo ‘lang’ zijn, dat iemand die het boek niet kent er een goed beeld van krijgt. Samenvatting van het boek ‘Zonnekind’ van Ellen Tijsinger. Zonnekind gaat over, een jongen Surya die wordt geboren en word genoemd naar de god van de zon van India. Surya woont met zijn ouders grote zus (Shanta) en kleinere broertje (Ram) en zusje (Malaika) in een arm dorpje in India. Nadat Surya’s oudste zus ging trouwen met Narander was al hun schatgeld op en moesten ze nieuw geld gaan sparen voor de bruiloft van zijn kleine zusje Malaika. Surya’s vader ging samen met zijn vriend Mohan naar de stad om werk te zoeken. Ze kwamen terug zonder werk maar ze hadden wel een man gevonden die werk had voor Surya en die hem kon leren lezen en schrijven. Toen Surya met de man mee ging bleek het dat hij iets heel anders ging leren, Surya werd in een weverij gestopt en moest sari’s maken. Samen met een paar andere kinderen zat hij in een hutje waar ze maar weinig eten kregen, geen schone kleren en het stonk in het hutje. De kinderen die al in het hutje zaten bleken er al heel lang te zijn. Ze werkte als slaven voor de man en moesten hard werken. Op een dag ontsnapte Surya en Maya (een klein meisje dat er al heel lang zat) ze hadden beloofd om hulp te gaan zoeken voor de anderen. Na een hele lange reis kwamen ze bij de Ganges terecht de heilige rivier van India. Daar hielpen ze mensen met de was om een beetje geld te verdienen. Maya wist niks meer van haar familie ze zou ze niet eens herkennen maar wat ze wel had was een ketting met een schelpje eraan. En een vrouw herkende Maya doordat kettinkje Maya bleek haar nichtje te zijn. De vrouw bracht maya naar de vader en haar vader kende een man die bij een organisatie werkte die tegen kinderarbeid is. De man hielp hun de kinderen bevrijden en Surya kreeg zijn familie terug. Om te herstellen van alles wat ze hadden meegemaakt hadden ze een speciale school gebouwd om daar te kunnen rusten en te leren lezen en schrijven. Ik hoop dat het beeld van het verhaal nu wel duidelijk is. In het verhaal worden er heel veel details beschreven. Van de omgeving en de gevoelens van de personen. Het is een erg intens verhaal en je wordt heel snel mee gegrepen in het verhaal Inh. 1 Wie zijn de belangrijkste personen in het verhaal? Personen: Surya - De hoofdpersoon. Hij is vernoemd naar de zonnegod. Shanta - De zuster van Surya. Narander - De verloofde van Shanta. Ram - Surya’s broertje. Een erg opdringerig mannetje. Malaika - het zusje van Surya. Pataji - zo noemen ze Surya’s vader. Vader speelt een grote rol in het verhaal, omdat hij die ene keer dronken was, terwijl hij op zoek was naar werk voor Surya, had hij van een ronselaar werk aangeboden gekregen. Mataji - Zo noemen ze Surya’s Moeder. Zij speelt een erg liefhebbende rol in het verhaal. Ze heeft dan ook erg veel verdriet wanneer Surya vertrekt naar de grote stad om werk te gaan doen. Mohan - De vriend van Surya’s vader. Reena - De vrouw van Mohan en de vriendin van Surya’s moeder. Sagar - hij werd een vriend van Surya hij zat al ene hele tijd in de weverij. Maya - Het meisje uit de weverij van de ronselaar. Hiermee ontsnapt Surya, omdat zij nog het sterkst is van allemaal. Randjiet - Hij heeft werkt voor de organisatie tegen kinderarbeid. Vishal: De vader van Maya. Ankit - Hij zat ook vast in de weverij en was erg ziek geworden. Al deze personen zijn betrokken bij het grote probleem van Surya. Ze hebben allemaal een taak/rol. Het voornaamste zorgen voor de veiligheid en gezelschap van Surya. (behalve de ronselaar!) Er zijn nog een paar andere personen aanwezig in het verhaal, maar die komen maar heel kort aan het licht en er is daarna niet veel meer te horen van de personen
Inh. 2 1. Beschrijf de plaats(en) waar het verhaal zich afspeelt. 2. Vertel waarom die plaatsen zo belangrijk zijn voor het verhaal. Het verhaal speelt zich af in India, in een arm dorpje waar Surya woont. De weverij, bij de heilige rivier de Ganges en in Benares. De plaatsen zijn erg belangrijk voor het verhaal, omdat het land India, niet zo aangenaam is. Sommige delen zijn prachtig!, maar het feit dat er nog steeds kinderarbeid plaatsvindt. Dat is wat minder. En het dorpje waar Surya in woont, is erg belangrijk, omdat een dorpje staat voor gezelligheid en hechtenis. Surya’s familie woont hier ook. En die betekenen erg veel voor hem! Inh. 3 1. Vertel iets over der rol die de tijd in het verhaal heeft. 2. Wanneer speelt het verhaal zich af? 3. Hoe lang duurt het verhaal? 4. Wordt het verhaal chronologisch verteld? 1. De rol die de tijd heeft, is niet zo erg groot. Het geeft natuurlijk aan dat er nog steeds kinderarbeid plaatsvindt, maar meer ook niet. 2. Het verhaal kan zich in deze tijd afspelen, er is nog steeds erg veel kinderarbeid en in India hebben mensen het nog steeds heel erg slecht. Het verhaal duurt ongeveer een paar jaar. 3. Een aantal jaren. Ik zou zeggen zo’n 3 jaar. 4. Het verhaal speelt af in chronologische volgorde. Surya wordt geboren en vervolgens worden zijn komende avonturen verteld. Inh. 4 Vanuit welk vertel perspectief is het verhaal geschreven? Waarom is dat in het verhaal belangrijk? Wat zijn de gevolgen? Verduidelijk je antwoord met voorbeelden. het verhaal word in de hij/zij perspectief verteld. Je leest wat Surya denkt en voelt, maar je krijgt ook te weten wat de andere personen in het verhaal denken. Een aantal voorbeelden om het perspectief te verduidelijken: Voorbeeld 1 (Ik- perspectief vanuit Surya) Blz. 18 ‘Surya durfde thuis niet te vertellen wat er bij de put was gebeurd, want dan zouden de klappen alsnog volgen. Maar een ding was zeker; zijn naam had hem geluk gebracht! Na zonsondergang, toen de duisternis van de nacht hem onzichtbaar maakte, scharrelde hij tussen het afval van de andere mensen. Hij vond niets. Zelf geen fruit voor Mataji. Hij maakte zicht zorgen om haar. Voorbeeld 2 (hij/zij – perspectief vanuit Ram) (kleine broertje van Surya) Blz. 22 ‘Ram kneep zijn lippen op elkaar en kroop nog een eindje dichterbij. Hij wilde niets missen van het verhaal dat hij misschien wel tien, of misschien wel twintig keer had gehoord.
Inh.5 Beschrijf 3 voor het verhaal belangrijke momenten(1/,2/,3/)leg uit waarom je juist die gedeelten gekozen hebt, waarom jij die belangrijk voor het verhaal vindt. Fragment 1
In het begin van het verhaal, wordt de naam van Surya gegeven. Surya het ‘Zonnekind’. Dit is erg van belang voor het verhaal, omdat de naam steun en kracht geeft. En die kracht heeft Surya hard nodig door het avontuur heen. Fragment 2
Pataji (vader van Surya) gaat op pad naar de stad, om werk te zoeken voor zijn zoon, Surya. Mataji (moeder van Surya) vertrouwt de boel niet helemaal en maakt zich erge zorgen om haar man. De vorige keer dat Pataji de stad in ging, had hij al zijn geld opgemaakt aan alcohol en gokken. Maar wanneer pataji dan dronken thuis komt met het nieuws dat hij voor Surya werk heeft, is alles weer goedgemaakt. (Nee, eigenlijk niet, want wat ze niet weten is dat het aangeboden baantje gevaarlijk is! En dat de eigenaar en ronselaar is!) Fragment 3
Blz. 71 ‘Het was nacht. De moessonregens liepen ten einde. In het hutje was het niet aardedonker. Het zachte schijnsel van de volle maan drong tussen planken door naar binnen. Ankit had weer koorts en bewoog onrustig in zijn slaap. Hij sloeg om zich heen en sloeg tegen de muur. Verward vertelde hij verhalen die Sagar, Maya en Surya niet begrepen en van zijn tandengeknars kregen ze kippenvel. Ze lagen er al uren naar te luisteren en konden niet slapen. ‘Ik zou zijn mond wel dicht willen timmeren,’ zei Sagar en Surya moest hem tegenhouden anders had hij het nog gedaan ook. De muur waartegen Ankit lag was gemaakt van leem en planken. Ze trokken hem er een paar keer een eindje vanaf, maar in zijn slaap rolde hij er steeds weer naartoe en dan begon het gebonk opnieuw. Net toen ze het opgegeven hadden om hem bij de muur weg te halen, schoot er een plank los. Een streep licht viel naar binnen. Sprakeloos keken ze ernaar. Het was Maya die de stilte verbrak. ‘Onze gebeden zijn gehoord! We kunnen vluchten!’ Ik heb dit fragment gekozen, omdat dit een hoogtepunt is uit het verhaal. Surya en Maya vluchten. Ze laten Ankit en Sagar achter, maar beloven hen om terug te komen. Surya en Maya gaan hulp halen! Inh. 6 Beschrijf drie situaties waarin jij anders zou handelen dan de personen in het verhaal. 1/Leg uit wat jij anders zou doen. 2/Leg uit hoe jij het zou doen. 3/Leg ten slotte uit waarom jij het zo zou doen. Situatie 1
Tijdens de bar slechte tijd in India, vertrekt pataji naar de grote stad op zoek naar werk. Wanneer hij terug komt, dronken, heeft hij groot nieuws! Hij heeft een baantje aangeboden gekregen van een zogenaamde ‘zakenman’. Eigenlijk is dit gewoon een ronselaar, maar omdat pataji dronken was gevoerd door de zakenman, was hij er niet goed bij met zijn hoofd. En heeft pataji getekend. Er dom!, maar wanneer mataji en Surya dit te horen krijgen zijn ze heel blij. Er heerste erge droogte in India, dus elk baantje om maar geld te verdienen wordt natuurlijk gelijk aangenomen. Nu kan Surya voor de bruidschat zorgen voor zijn zus. Door middel van geld te verdienen. Ik heb deze situatie gekozen, omdat ik het nogal dom vindt van pataji, mataji en Surya, om in te stemmen met het feit dat er een baantje gevonden is voor Surya. Een baantje is natuurlijk prima, maar ze konden best weten dat de kinderarbeid nog op volle gang is. En dat ze dus moesten oppassen! Als ik mataji/pataji was, zou ik met mijn zoon meegaan, om de werksituatie de eerste paar dagen te bekijken. Vervolgens zou ik weer terug gaan naar huis. En mijn zoon het werk laten doen, terwijl ik verder zwoeg op het land. Situatie 2
Het moment van verlossing. De lemen houten plank schiet los! Surya en zijn werkgenoten hebben de kans om te vluchten, maar alleen Surya en maya vluchten uiteindelijk. Ik vind dit niet slim. Om vrienden zo achter te laten, maar waar ze niet op letten is dat wanneer ze betrapt zouden kunnen worden, het misschien wel hun einde geweest zou kunnen zijn. Dan was de baas/ronselaar zo los gegaan, dat ze het waarschijnlijk niet meer na hadden kunnen vertellen. Ik zou eerst herrie maken, zodat ik zeker weet dat wanneer ik me ergens aan zou stoten, tijdens het vluchten, de baas zou komen. En dan zou ik vervolgens hetzelfde plan uitvoeren als Surya. Maar aan de andere kant, ‘Nee heb je, ja kun je krijgen’ Situatie 3

Maya en Surya werken een aantal dagen langs de ‘Ganges’. De heilige rivier. Wanneer de zuster van Maya’s moeder het kettinkje om Maya’s nek ontdekt, weet ze het. Maya, haar zusters kind. Maya kent haar moeder helemaal niet meer en die is enkele jaren geleden overleden van verdriet. Reena (maya’s moeders zuster) brengt Surya en Maya naar maya’s vader. Eerst wil maya alles niet geloven, maar wanneer ze dezelfde moedervlek die zij heeft, ontdekt op haar vader, weet ze het gewoon zeker. Vishal, Maya’s vader, helpt Surya verder met het vinden van zijn ouders en de bevrijding van zijn vrienden Sagar en Ankit. Tijdens de bevrijding wordt de ronselaar neergeschoten door Vishal. Vanaf buiten. Dit vind ik minder slim, want de ronselaar zou Sagar en Ankit vlak in de buurt kunnen hebben. Met als gevolg een neergeschoten onschuldige Ankit/Sagar. Ik zou via de losse plank, eerst de kinderen naar buiten halen en vervolgens naar binnen gaan om een einde te maken aan het leven van de ronselaar. Keuzeopdrachten Persoonlijk Reactie
Mening
Werk de onderstaande opdracht uit. Doe dat zo uitgebreid mogelijk en vertel er altijd bij waarom je iets opschrijft. Zorg voor een duidelijke mening. Pr 1. Kies 2 fragmenten uit het verhaal die je aan het denken hebben gezet. Fragment 1 ‘Op een dag kwam hij zonder water thuis. De moessonregens hadden allang moeten vallen en er zat geen druppel water meer in de rivier. Iedere avond offerden de dorpsbewoners rijst en melk bij hun huisaltaar om India, de god van de donder en bliksem, gunstig te stemmen. Iedere morgen tuurden ze bezorgd naar de stralende blauwe lucht, waarin geen wolkje was te bekennen.’ Dit fragment heeft mij aan het denken gezet. Het feit dat ondanks de hongersnood en droogte toch wordt geofferd met rijst en melk. In India zijn de verschillende Goden erg belangrijk. Fragment 2 ‘Mataji huilde. Ze hadden allemaal moeite om hun tranen te verbergen. ‘Wees niet bezorgd,’ zei Shanta. ‘Narander zal van me houden en ik zal een goede vrouw hem voor zijn. Je hebt me alles geleerd. Huil niet’ Ze kuste hen en had voor ieder een wens. ‘Blijf gezond, mataji en kom gauw op bezoek,’ zei ze tegen haar moeder. ‘Blijf sterk, pitaji.’ Haar vader nam haar een ongenblik in zijn armen en had moeite haat los te laten. ‘Val niet uit de bomen waar je in klautert,’zei ze lachend tegen Ram. ‘Pas goed jezelf, kleine zus,’ fluisterde ze tegen Malika die zich aan haar vastklampte. Surya trok speels aan zijn oor. ‘Surya, grote broer,’ zei ze, ‘Wat er ook gebeurd, de kracht van de zon zal je leiden. Vergeet dat nooit. Je heet zonnekind!’ Wat mij zo aan het denken zet van dit fragment, is dat de familie allemaal zo CLOSE zijn. Ze houden allemaal erg veel van elkaar. En laten dit ook merken. Dit is echt niet te vergelijken met de Nederlands cultuur denk ik. Dit was mijn boekverslag van het boek ‘Zonnekind’ van Ellen Tijsinger.

REACTIES

H.

H.

slecht boekverslag... het boek is veel leuker dan dat jullie zeggen enzo..!!!

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Zonnekind door Ellen Tijsinger"