Samenvatting van de inhoud:
Zoë Kersten heeft iets wat andere mensen niet hebben, namelijk een paranormale gave. Op haar oude school werd ze er vaak mee gepest. Dus ze vertelt het aan niemand op haar nieuwe school. Alleen haar ouders weten ervan.
Op een dag ziet Zoë een leuke jongen staan. Later blijkt dat deze jongen een geest is . Alleen Zoë kan hem dus zien. De jongen heet Olaf Lemstra. Hij is 2 jaar geleden doodgetrapt op het schoolplein. Olaf wil dat Zoë ervoor zorgt dat de daders worden opgepakt. (Zodat zijn vader weer rust heeft, die wordt ‘gek’ dat er geen daders zijn opgepakt).
Zoë vertelt het hele verhaal ook aan haar broer Tijmen die haar helpt zoeken. Later blijkt dat Wessel, een vriend van Tijmen, medeplichtig is aan de moord op Olaf. Wessel stond op de uitkijk, terwijl Richard (broer van Wessel) en Joris Olaf in elkaar trapten.
Zoë krijgt van Ivar ook een link van een YouTube-filmpje, waarop je kunt zien dat Olaf in elkaar geslagen wordt. Door haar gave ziet Zoë wie het heeft gefilmd. En vervolgens zoekt ze contact met haar.
Nora heet ze. Na lange gesprekken met Nora te hebben gevoerd (en haar vertrouwen te hebben gewonnen, door haar eigen kant van het verhaal te vertellen) vertelt Nora haar kant van het verhaal. Zij heeft het incident inderdaad gefilmd en heeft de daders zelf ook herkend, maar dit heeft ze nooit durven toegeven aan de politie. Ze was bang voor de (latere) wraak van de daders.
Normaal bespreekt Zoë problemen het haar moeder. Deze is nu echter in een depressieve bui, omdat haar ex-man (Zoë’s vader) en zijn nieuwe vriendin een dochtertje hebben gekregen.
Ook Ivar (een klasgenoot van Zoë) komt er later achter dat Zoë paranormaal begaafd is. Ook hij helpt mee met bewijs zoeken, waardoor alsnog de zaak heropend kan worden.
Ivar heeft een plan bedacht, over hoe ze kunnen zorgen dat de daders worden opgepakt. Wessel is namelijk de zwakke schakel. Als ze hem ‘los kunnen krijgen’ van zijn broer, en hij zijn verhaal doet bij de politie.
Dit ‘los maken’ doen ze door het sturen van sms’jes, met informatie die alleen een ooggetuige kan weten.
In (onder) dit gesprek komen ze er ook achter, dat er wel degelijk bewijsmateriaal is, namelijk de honkbalknuppel, waarmee Olaf tegen de grond werd geslagen.
Maar ondertussen krijgt ook Wessel zijn vermoedens dat Zoë het nodige door heeft over zijn betrokkenheid bij de moord.
Als Zoë richting huis fiets, staat Wessel midden op het fietspad. Hij houdt haar aan, en vraagt haar waarom zij al die sms’jes stuurt. Onder het gesprek krijgt hij een sms’je binnen en zijn gezicht betrekt. Zoë besluit eerlijk te zijn en haar verhaal over haar gave te vertellen. Wessel doet eerst spottend, maar is ook doodsbang en doet uiteindelijk zijn verhaal aan Zoë.
De hele middag houdt Zoë een stemmetje in haar hoofd dat zegt: bel de politie! Zoë doet voor alle zekerheid alle ramen en deuren op slot.
Een auto rijdt heel langzaam door de straat, opvallend langzaam. Zoë kijkt onopvallend nog een keer en herkent in de schim Wessel.
Zoë pakt haar mobiel en belt de alarmcentrale en doet haar verhaal. Beneden hoort ze Richard schreeuwen dat ze de deur nu echt open moet doen, anders slaat hij de deur in met een honkbalknuppel. Wessel probeert zijn broer nog tegen te houden, maar Richard slaat het glas van de deur in. Zoë probeert zo snel mogelijk via de achterdeur te vluchten. Buiten staat ineens recht voor haar neus een man in een donker uniform en een pet met politielogo. Als hij ziet dat het Zoë is laat hij zijn geweer zakken.
Op het politiebureau wordt de honkbalknuppel nog grondig onderzocht. En vinden ze DNA van Olaf. Hierdoor worden Wessel, Richard en Joris opgepakt.
Als Zoë een wiskunde toets heeft, ziet ze Olaf buiten staan. Hij kijkt omhoog. Ze weet dat het tijd is voor hem om naar de hemel te gaan. Ze zwaait nog snel en weg is hij.
Het doet haar denken aan Evi die ook ineens weg was. Maar Evi mailt ze nog best vaak met verhalen. Evi heeft ze in het echt gekend, Olaf niet. In ieder geval niet in levende lijve.
Het verhaal is chronologisch geschreven. Alleen heel af en toe wordt er een korte flashback gebruikt. Hierbij denkt ze dan vaak terug aan haar vriendin Evi.
Titelverklaring
Zoë kan paranormale dingen zien. Hierdoor kan ze ook met Olaf spreken (een geest). Elke keer als ze paranormale dingen ziet bij mensen die meer weten over de moord op Olaf, ‘dragen’ die een wit vlindertje met zich mee.
Verhaalaspecten:
Hoofdpersoon:
De hoofdpersoon is Zoë Kersten. Een meisje dat paranormaal begaafd is. Ze vindt het lastig om te gaan met haar gave. Met haar gave probeert ze samen met vrienden de moord op Olaf op te lossen.
Belangrijkste bijpersonen:
Olaf:
De jongen die 2 jaar geleden doodgeschopt is. En graag wil dat de daders worden opgepakt, zodat zijn vader weer ‘rustig’ kan leven. Zoë is de enige persoon in dit verhaal waarmee hij kan communiceren.
Tijmen:
Hij is de broer van Zoë. En Tijmen helpt bij het zoeken naar de bewijzen voor het oppakken van de daders.
Nora:
Is het meisje dat de moord van Olaf heeft zien gebeuren. Zij is ook de gene die het heeft gefilmd en het filmpje steeds weer opnieuw op YouTube zet, in de hoop dat iemand ze ooit herkent.
Ivar:
Een klasgenoot en goede vriend van Zoë. Hij helpt ook met het zoeken naar de daders. Ook hij heeft het thuis niet makkelijk, zijn moeder heeft namelijk MS.
Zoë’s moeder:
Zij is een groot deel van dit verhaal depressief doordat haar ex-man een dochtertje heeft gekregen met een ander. Maar later helpt ze Zoë ook. Ze gaat nog in gesprek met de vader van Olaf.
Verwerkingopdracht:
Maak een abc-tekst.
A
van aangifte, die ervoor zorgt dat de daders, op de moord van Olaf, worden opgepakt en in de cel belanden/taakstraf krijgen.B van bewijs, dit hebben Zoë en haar vrienden nodig om de daders op te laten pakken.
C van chaotisch, is het huis van Zoë als haar moeder te horen krijgt dat er bij haar ex-man en nieuwe vriendin een baby is geboren.
D van diefstal, Wessel, Richard en Joris hadden in het verleden gestolen en de eigenaar van de winkel doodgeschoten. Dit had Olaf gezien.
E van eerlijk, veel mensen vertellen op den duur eerlijk hun verhaal Zoë verteld over haar gaven en Wessel vertelt ook eerlijk zijn kant van de dag van de moord.
F van fladdert, van de vlindertjes die rond de personen vliegen, die meer weten over de moord op Olaf.
G van gave, Zoë heeft een paranormale gave, hierdoor ziet/weet zij dingen die andere mensen niet kunnen weten/zien.
H van honkbalknuppel, dit is het voorwerp waarmee Olaf tegen de grond werd geslagen. En waarmee Wessel en zijn broer Zoë een bezoekje kwamen brengen. (de honkbalknuppel is uiteindelijk ook het bewijsmateriaal)
I van intuïtie, zo noemt Zoë haar paranormale gave ook wel (tegen mensen die het niet (mogen) weten).
J van jaargenoot, Olaf was een jaargenoot van Wessel.
K van kindje,(Romy) dat bij Zoë’s vader en nieuwe vriendin is geboren. Mede hierdoor wordt haar moeder depressief.
L van loser, dit is Wessel. Hij beslist bijna nooit zelf, hij is alleen maar bang voor zijn broer en Joris.
M van machteloos, ook dit is Wessel tegenover zijn broer en Joris. Als hij niet doet wat zij hem zeggen is hij hun volgende slachttoffer.
N van nachtmerries, die Wessel nog vaak heeft over de dood van Olaf. Als hij zijn mond voorbij zal praten of als het uitkomt. Zoë heeft soms nachtmerries. Ze krijgt dan ‘enge’ dingen mee in haar dromen (door haar gave)
O van Olaf Lemstra, het slachtoffer, dat doodgetrapt is. Zwerft nu nog op school rond om te zorgen dat de daders worden opgepakt en zijn vader weer zijn rust terug krijgt.
P van politie, hier hebben veel mensen in dit verhaal mee te maken;
Wessel, Richard en Joris: om opgepakt te worden (dieven, moordenaars)
Nora: verklaring afleggen, na dood van Olaf (durft niet)
Zoë: belt ze als Wessel en zijn broer voor deur staan inclusief honkbalknuppel.
Vader Olaf: blijft er heen gaan op hoop van een tip over de moord op zijn zoon.
R van raad, na Zoë’s gesprek met Olaf vraagt ze een aantal mensen om raad. Die mensen helpen haar ook met het bewijs zoeken.
S van sms’jes, de berichtjes die Ivar (en vrienden) sturen naar Wessel, zodat hij bang wordt en zich los maakt van Richard en Joris.
T van trappen, Olaf is letterlijk doodgetrapt. Eigenlijk was het bedoeld als waarschuwing, maar de daders zijn te ver gegaan.
U van uitkijk, Wessel stond op de uitkijk, terwijl Richard en Joris Olaf in elkaar trapten.
V van verdenking, Wessel verdenkt Zoë van de anonieme tip bij de politie, omdat zij door vroeg over Olaf toen hij met Tijmen aan het gamen was.
W van wassen, dit deden Zoë (en haar broer Tijmen) toen hun moeder ‘ziek’ was. Ze was depressief doordat haar ex-man een kind had gekregen met zijn nieuwe vriendin.
Y van YouTube, waar Nora het filmpje, dat zij heeft gefilmd, steeds weer opzet. Hierop zie je dat Olaf in elkaar geslagen wordt.
Z van Zoë Kersten, de hoofdpersoon uit dit boek, mede dankzij haar konden de daders van de moord op Olaf worden opgepakt/gevonden.
Over Simone van der Vlugt
Simone van der Vlugt-Watertor had al op jonge leeftijd ambities om schrijfster te worden. Geïnspireerd door Kruistocht in Spijkerbroek (1973) van Thea Beckman (1923-2004) stuurde zij op haar dertiende voor het eerst manuscripten voor historische verhalen naar een uitgever. Die wees haar werk af, maar raadde haar aan om door te gaan met schrijven.
Ze besloot Nederlands en Frans te gaan studeren aan de lerarenopleiding in Amsterdam, waar ze onder meer les kreeg in jeugdliteratuur en creatief schrijven. Na haar studie ging ze werken als secretaresse en begon in de avonduren te schrijven aan een verhaal over de heksenvervolging, de Amulet, waarmee ze 1995 debuteerde bij de Rotterdamse uitgeverij Lemniscaat. Het boek werd getipt door de Nederlandse Kinderjury. Een lange reeks historische jeugdboeken voor de leeftijdscategorie +12 volgde.
Net als haar voorbeeld Thea Beckman put Van der Vlugt uit uiteenlopende tijdsperiodes waarnaar zij uitgebreid vooronderzoek doet en laat jongeren een hoofdrol vervullen. Ze wordt daarom door sommigen als een opvolger van Beckman beschouwd.
Behalve voor +12 schrijft Van der Vlugt ook voor kleuters en voor leerlingen van de basisschool. Dat zijn geen historische verhalen, maar verhalen die zich in de belevingswereld van jonge kinderen afspelen. In het najaar van 2004 debuteerde ze met De Reünie als schrijfster van volwassenen literatuur.
Meer informatie over Simone van der Vlugt?
Kijk dan op haar eigen web-site: www.simonevandervlugt.nl
REACTIES
1 seconde geleden
L.
L.
Goeie samenvatting!
13 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
Dit verhaal klopt niet
12 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
super goed! dit had ik echt nodig, ik had het boek niet bij me en door deze samenvatting kreeg ik toch een heel goed boekverslag!
11 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Super! door deze samenvatting kreeg ik een 9,4 voor mijn boekverslag! bedankttt!!!
11 jaar geleden
Antwoorden