Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Valse belofte door Anna Ziverte

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
Boekcover Valse belofte
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 6348 woorden
  • 29 maart 2007
  • 14 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
14 keer beoordeeld

Boekcover Valse belofte
Shadow
Valse belofte door Anna Ziverte
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Valse belofte Auteur: Anna Ziverte Grote samenvatting: Toen Anna 9 jaar oud was verhuisde ze van Lielvärde naar Ogre. Ze gingen verhuizen omdat haar moeder dichter bij de oma van Anna wilde wonen. Anna`s oma was een opvallende vrouw, die zich altijd als de laatste mode kleedde. Ze wist altijd wel ergens stof op de kop te tikken en ze had een naaister die de kleding maakte zoals in de tijdschriften die ze uit ‘het westen’ kreeg via een vriendin. Tot haar zesde zat ze samen met haar broertje op een interne crèche, dat was bij haar vaders werk hoorde. Op maandagochtend werden ze gebracht en vrijdagavond werden ze weer opgehaald. Zo ging het week in week uit. Op school en thuis werd er veel gedaan aan de Letse cultuur. Ze was ook een ‘pionier’ op school, dat betekende dat ze kinderen mocht begeleiden die meer moeite met de stof hadden dan zij. Ze was er trots op. Als ze vakantie had ging ze vaak bij haar peettante logeren. Haar tante werkte in een ziekenhuis. Als ze dan bij haar was mocht ze altijd mee naar het ziekenhuis. Doordat ze het ziekenhuis zo leuk vond, wilde ze graag geneeskunde gaan studeren. Voor die opleiding moest ze lang reizen. Het laatste stukje naar haar school liep ze altijd alleen. Het laatste stukje ging door een eenzaam bos, vaak werden er daar meisjes verkracht. Zelf heeft ze had gelukkig niet mee gemaakt. Maar ondanks dat durfde ze niet meer naar school en is ze gestopt met de opleiding. Haar vader vond dat ze toen op haar zelf moest gaan wonen. Ze ging toen werken bij een scheepskantoor in Riga. Tegen ieders verwachting vond ze het hartstikke leuk. De ambitie om arts te worden was ze vergeten. Ze wilde rechten gaan studeren om het onrecht en corruptie te bestrijden in Letland. Na een jaar rechten te hebben gestudeerd ging ze met een vriendin op vakantie in Moskou. Daar werd ze verliefd op Anzor. Ze gaf voor hem alles op. Ze trok bij Anzor in en bleef in Moskou wonen. Haar ouders waren woedend. Anzor beloofte met haar te trouwen, want zij was zijn princes. Ze werd zwanger van Anzor. Ze wou geen abortus want ze hield tenslotte van de vader van haar kind. Ze was toen nog maar 19. Ze reisden samen naar Tsjetsjenië, waar de ouders en 4 zussen van Anzor woonden. De trip verliep anders dan dat ze gepland had, het werd een nachtmerrie. Ze kwam erachter dat ze Anzor`s tweede was. Ze vertrokken zonder zijn ouders bezocht te hebben. Hoe dichter ze bij Moskou kwamen hoe liever Anzor weer voor haar werd. Ze wilde ook nog voor een paar weken naar Letland om haar moeder te zien. Ze ging alleen. Haar ouders waren boos en bezorgd dat ze nu al zwanger was. Tijdens een bezoek aan een Letse dokter werd haar duidelijk gemaakt dat een leven voor een ongetrouwde moeder heel zwaar en moeilijk voor haar zal zijn. Maar toch houdt ze haar kindje. Anzor verlangde naar hun kindje en droeg Anna op handen. Hij zei wel vaak: “een zoon moet het zijn”. De serieuze ondertoon ontging haar niet. Anzor ging steeds baziger gedragen, want hij vond dat Anna een te grote mond had voor een vrouw. De bevalling verliep niet makkelijk, maar het was het waard. Ze hadden een prachtige zoon gekregen. Ze noemden hem Edij. Op het moment dat Anna en haar zoontje thuis waren moest Anna de regels en de gewoontes van moslims leren. Dat werd haar allemaal geleerd door een neef van Anzor, hij was een imam. Nog steeds hoopte ze dat Anzor de regels van zijn land en zijn ouderlijk huis achter zich zou laten en volledig voor haar zou kiezen, maar ze besefte dat die kans zeer klein was. Maar ze wilde absoluut geen moslim worden. Anzor was niet vaak thuis en deelde veel bevelen uit aan Anna. Op een avond was Anzor thuis. Anna voedde Ebij zelf. Anzor kwam naast haar zitten en wou een sigaret opsteken. Ze zei tegen hem dat het beter was dat hij in de andere kamer zou gaan roken omdat het slecht voor Ebij was. Woest keek hij haar aan en gaf haar een klap midden in haar gezicht. Die ene klap schudde haar wakker. Ze moest weg. Weg van Anzor. Ze deed net of ze een weekje ging logeren bij haar moeder, maar ze wou voor altijd blijven, ver weg van Anzor. Anzor mocht dat natuurlijk niet weten. Ze nam dus weinig kleren mee voor haar en Edij. Thuis was ze hartelijk welkom en ze waren meteen gek van Ebij. Anzor wilde Anna graag terug. Maar een lastige huilbaby kon hij niet gebruiken, ze kreeg geen cent van hem. Ze vond gelukkig haar draai weer in Letland. Haar vriendin Solvita maakte plannen om nog een periode in het buitenland door te brengen. Ze had al een tijdje in Duitsland gewerkt als schoonmaakster in een gezin. Ze besloten om samen een tijdje naar het buitenland te gaan. Halverwege de jaren negentig waren er in Riga veel uitzendbureau`s die arbeidsplaatsen in het buitenland regelen. Solvita was zeer tevreden over het uitzendbureau waar ze de vorige keer in aanraking mee was komen. Ze melden zich samen aan. Één van de medewerkster was Daiga. Ze hielp hen om een arbeidsplaats voor ongeveer een maand te vinden. Ze had niet meteen iets voor hen, want ze wilden graag met z`n tweeën wilden. Uiteindelijk vond Daiga een adres voor Solvita en Anna. Ze werden verwacht op 2 december bij een gezin in Den Haag in Nederland. Ze konden daar een maand blijven. Ze had een week om afscheid te nemen en om alles in te pakken. Ze liet veel ruimte over in haar koffer, want als ze terug zou gaan zou ze allemaal cadeautjes meenemen. Voor vertrek kregen ze een grote tas met lekkers mee van de oma van Anna. In de tas zat cola, brood, cracker, worst, snoep en gekookte eieren. Oma wees nog aan waar de eierlepeltjes waren. Dan was het toch echt zo ver… voor dag en dauw reisden ze vanuit Orge naar Riga. Ze hadden op het centraal station afgesproken. De oma van Anna en haar broertje, Raiger gingen mee om hen uit te zwaaien. Ze kregen hun paspoorten overhandigd en een document waarin stond dat ze als au pair gingen werken in Nederland. Ze waren niet de enige die zo`n document hadden gekregen. Een vrouw kreeg dat ook. Ze heette Lena en ze had geld nodig voor de operatie van haar kindje. De touringcar was voor 2/3 bezet. Op 3 december 1995 kwamen ze eindelijk aan in Rotterdam. Ze hadden meer dan 30 uur in bus gezeten. Daiga zou hen opwachten in Rotterdam. Ze reisde niet mee met de bus naar Nederland, ze ging met het vliegtuig. Er was geen Daiga te bekennen. Ze hebben eventjes gewacht, maar ze kwam nog steeds niet. Ze zochten een telefoon hebben toen het telefoonnummer gebeld die Daiga had opgeschreven. Daiga nam op en zei dat ze in de buurt was. Ze moesten naar het Hilton hotel lopen. Het was maar een klein stukje lopen. Ze keken hun ogen uit, zoveel moois hadden ze nog nooit gezien. Ze wachten met z`n drieën voor de ingang van het Hilton hotel op Daiga. Na een een half uur kleumen hadden ze nog steeds niks van Daiga gehoord. Ze belde weer naar Daiga. Na een half uur stapte Daiga eindelijk uit een donkere auto. Het viel Anna op dat ze naar alcohol rook. Ze stelde zich in het duits voor aan de man die voor in de auto zat. Daiga legde uit dat hij Ruud heette en dat hij een vriend was van haar Nederlandse vriend was. Ze bracht hun drieeën naar een huis waar ze konden slapen. De volgende dag zou Daiga alles uitleggen en regelen voor Anna, Solvita en Lena. Toen ze in de kamer stonden zagen ze een tweepersoonsmatras op de grond liggen. Lena vroeg of ze daar met z`n drieën op moesten slapen. Daiga antwoordde daarop: Ja, dat gaat best. De volgende ochtend haalde voetstappen op de trap hun uit hun diepe slaap. Het was Daiga, ze was van plan om met ze te gaan winkelen. Nog geen half uur later liepen ze met zijn vieren in een drukke winkelstraat. Ergens onderweg kocht Daiga 3 stijlvolle sexy feestjurkjes. Anna dacht dat het misschien voor haar dochter was. Waarschijnlijk was Ruud al in het huisje om de hun zaken af te handelen. Ze gingen dus richting het huisje. Ze waren nog maar net terug in het huisje toen Ruud de trap op kwam. Hij gebaarde naar Daiga dat ze hem moest volgen. Er hing een onaangename sfeer. Toen Daiga weer in de slaapkamer kwam zei ze boos dat ze naar de zitkamer moesten gaan. Er zaten daar twee ongure mannen. Ruud wees op de bank waar ze moesten gaan zitten. Daiga koos voor de stoel daartegenover, maar ze keek hen niet aan. Ze maakte een zenuwachtige indruk. Omdat Ruud geen Lets kon vertaalde Daiga zijn woorden zonder Anna, Solvita en Lena aan te kijen. Ze vertelde dat er geen werk is als au pair. Ze moesten gaan werken in een club. Ze wilden niet, ze wilden terug naar Letland. Maar Daiga zei bits: Jij blijft hier en je gaat werken en geld verdienen. We hebben veel in jou geïnvesteerd en daar willen we iets voor terug zien. Hun monden vielen open van verbazing en ze werden opstandig. Solvita probeerde weg te komen. Één van de mannen had een pistool in zijn handen om ze stil te krijgen. Maar Anna hield vol dat ze onder geen enkele voorwaarde in een seksclub ging werken. Terwijl ze de woorden uitsprak schoof één van de mannen een foto over de tafel naar haar toe. Op de foto stond Ebij met zijn nieuwe schoenen. Ze wist dat dit onmogelijk was, want er zijn nog geen foto`s gemaakt wanneer Ebij zijn nieuwe schoentjes aan had. Daiga zei tegen haar zonder haar aan te kijken: Als je doet wat er van je gevraagd wordt, gebeurt er niks met Ebij. Ze dacht dat ze gek werd. De tranen rolden over haar wangen. Ze schreeuwde tegen Ruud: ‘waar komt die foto`s vandaan?’ ze dacht dat ze gek werd. Ze keek naar Solvita, die niets meer durfde te zeggen. Lena zat ingedoken in een hoekje van de bank. Duidenden gedachten tolden door haar hoofd. Haar kind mocht niets overkomen. Daiga beval hen hun paspoorten aan de mannen te geven. Één van de twee speelde voortdurend met zijn pistool. Ze gaven hun paspoorten. Daiga negeerde hen nog steeds. De mannen en Ruud wisselden een paar woorden en liepen daarna de trap af. Daiga zei op een zachte toon: wees voorzichtig. Vertrouw niemand. Iedereen zit in dit complot, ook de politie. Wie niet gehoorzaamt…… met strakke vingers maakte ze een scherp gebaar langs haar hals. Even doorbijten en daarna ga je met geld naar huis. Daiga haalde de 3 jurkjes die ze gekocht had op. Ze moesten zich aankleden. Lena sidderde van angst. Daiga vulde steeds de longdrinkglazen tot de rand en zei: drink maar op, dat helpt. Anna goot het spul als lauwe thee naar binnen. In de auto zei Anna nog tegen Daiga dat ze niet als prostituee kon werken. Diaga haalde haar schouders op. Ze voelde zich overgeleverd. Het was maar een kort ritje. Ze gingen naar een pand dat Ritz heette. De Ritz zag er chic uit. Ruud loodste hen naar een grote ronde bar. Naast de bar was een podium met een paal erop, er stonden luie stoelen en tafels ervoor en achter de bar werd een seksfilm vertoond. De barkeepster die Tina heette legde uit wat ze moeten doen. Ze moesten minstens één keer per avond een striptease geven, als er een man met hen naar boven wilde moesten ze een seintje geven aan Tina en aan de lampjes boven de deuren konden ze dan zien of de kamer al bezet was en ze mochten nooit een man weigeren. Er kwam een jong, goedgeklede man naar Anna toe. Op het moment dat ze aan het praten waren zag Solvita naar boven gaan. De man gaf aan dat hij wel met Anna naar boven wilde. Trillend ging ze hem voor op de trap. De kamers warm, op tafel lagen condooms en in de hoek was een doucheruimte. Hij kleedde zich uit en zij zette haar verstand op nul. Ze dacht alleen maar aan Ebij. Het was snel voorbij. Ze deed net of er niets was gebeurd. Toen ze beneden waren kwam er een bloemenverkopen binnen. De klant van Anna kocht 25 rozen voor haar. Ze had het getroffen met haar eerste klant zeiden ze. Ze hoopte maar dat hij de enige klant was voor haar. Tegen vijven zat Solvita en Anna aan de bar. Ze waren kapot. Tina ruimde de bar op en gaf ze hun verdiende geld. Ze zei dat ze het geld aan Ruud moesten geven. Anna en Solvita praatten niet over hun ervaringen. Ze begrepen maar niet waar Lena bleef. Ze zette het adres van hun appartement op een bierviltje voor Lena en gingen naar huis. De volgende morgen kwam Ruud al het geld ophalen. Anna vroeg waar Daiga was, Ruud probeerde haar uit te leggen dat ze terug naar Letland was. Anna wist niet waar en wanneer alles verkeerd was gegaan. In Riga, op het kantoor van Daiga, leek alles nog zo goed geregeld. Ze wisten niets. Ze wisten alleen dat ze naar huis wilden. Ruud wenkte dat ze zich moesten omkleden om met hem te lunchen. De lunch was niet ongezellig. Tegen 4 uur zette Ruud ze af bij de club. Toen ze naar binnen liepen zagen ze Lena aan de bar zitten. Ze was gebroken. Met horten en stoten kregen ze het verhaal te hopen. Ze was later dan hen naar beneden gekomen, toen ze beneden was had Tina niet de moeite genomen om haar te vertellen dat op het bierviltje het adres van het appartement stond. Ze liep toen samen met Tina naar buiten. Daar liep een grote neger die aan Tina vroeg of hij Lena niet mocht meenemen. Tina had meteen geld gevangen en Lena werd in een taxi gestopt. In zijn huis was helemaal niet op een matras na. Ze had geen eten of drinken gehad. De man had in die 10 uur die volgden seks met haar gehad. De tranen stonden in haar ogen. Anna stootte Ruus aan en wees met een bezorgde blik naar Lena. Hij haalde zijn schouders op. De tweede nacht eindigde in ruzie en bracht niets op. Tina had Solvita overgehaald om op het podium te dansen en te strippen. Lena, Solvita en Anna spraken niet met elkaar over de club noch over het werk als prostituee. Toen Ruud hen kwam ophalen viel Tina tegen hem uit. ‘wat moet ik met die meiden. De ene is dik en lelijk, de andere twee zitten de hele avond met een gezicht als een oorworm aan de bar te hangen. Als dit niet gauw verandert, gaan ze eruit!’ Tina gooide hen met z`n allen uit de bar, inclusief Ruud. De volgende dag werden ze laat in de middag wakker. Ruud bracht hen naar de volgende seksclub, de Pascale. In de Pascale werkten veel Oost-Europese vrouwen en namen hen direct op in de kring. Het werk kwam op hetzelfde neer, maar ze hoefde niet te strippen. Achter de bar stond Hanka. Hanka`s man was eigenaar van de zaak. In de loop van de week leerden ze veel. Ze keken de kunstjes af van de andere vrouwen. Ze was nog geen week van huis en leek al thuis te zijn in een totaal andere wereld. Ze dronken in die dagen veel alcohol. Ze hielden wat geld achter van wat ze verdiend hadden en kochten daar de volgende morgen Wodka van. Ruud haalde ze dan altijd in de loop van de middag op. Soms gingen ze samen met hem wat eten. Vaak hij Ruud zijn zoontje van 6 bij zich.Door de verhalen van de andere vrouwen leek het wel of ze het goed hadden getroffen met Ruud. Ze werden in ieder geval niet door hem geslagen en niet misbruikt. Op een middag vroeg Anna hem naar Daiga. Die heeft haar geld binnen zei hij met een vreemde glimlach. Haar geld binnen? Vroeg ze verbaasd. Hij gaf niet meteen antwoord, maar omdat Anna zo aandrong vertelde hij dat Daiga geld voor hen had gekregen. Verder ging hij er niet op in. Anna begon te twijfelen over de eerlijkheid van Daiga en sprak daarover met Solvita. Ze speelden alledrie in dezelfde verschrikkelijke film maar toch verloren ze contact met elkaar. Anna werkte zo goed mogelijk en probeerde in haar eigen belang vriendjes te bijven met Ruud. Solvita werd verliefd op Ben. Dat was een Arabische man die vaak in Pascale kwam. Op de tweede avond nam hij al cadeaus`s met zich mee. Later bleek hij een loverboy te zijn. Lena verdiende bijna niks niks en Ruud ergerde zich aan haar. Op een dag 2 à 3 weken nadat ze in Rotterdam kwamen was Lena te ziek om te gaan werken. Ze ijlde van de koort en had vreselijke pijn in haar buik. Van Hanka kreeg Anna aspirines voor Lena mee. Opeens dacht ze aan de man met wie ze de eerste nacht mee moest. Ze wist nog dat ze hadden gevreeën zonder condoom. Aan het eind van de middag ging ze naar huis, ze rende de trap op om te zien of Lena al weer iets beter was. Boven stond Ruud met een onbekende man en een grote, blonde sportief gebouwde vrouw. Lena lag diep onder de dekens. Voorzichtig keek Anna of ze al wakker was. Ze schrok zich kapot, het gezicht van Lena zat helemaal onder het bloed. Ze holde naar Ruud om te zeggen dat Lena onmiddellijk naar het ziekenhuis moest, Ruud antwoordde daar op: ‘jij gaat nergens heen. En die Lena had een lesje nodig. Als je gewoon doet wat ik van je vraag gebeurt er niks’. Hij ging de trap af en deed de deur achter zich dicht. De volgende dag was Lena bont en blauw. De blonde vrouw had haar geschopt en geslagen terwijk Ruud en de andere man toekeken. Die dag mochten ze eerder naar huis van Hanka. Ze kregen fruit, sap en aspirines mee. Solvita en Anna hoopten dat Lena iets was opgeknapt. Uit de kamer kwam de blonde vrouw. De kamer was netjes opgeruimd, het was net of Lena er nooit geweest was. De blonde vrouw duwde schoonmaakspullen in hun handen en ze moesten de kamer schoonmaken. Ze moesten Lena vergeten. De vriendschap tussen Solvita en Anna verwaterde steeds meer. Ze hadden het nooit over ervaringen die ze hadden. Anna was nog steeds doodsbang. Steeds moest ze aan Ebij denken. Wanneer zou ze naar huis mogen? In de eerste weken belde ze nog wel eens naar haar ouders, maar toen Lena weg was heeft ze niet meer gebeld. Aan de telefoon probeerde ze altijd opgewekt te zijn, omdat ze overtuigd was dat Ruud of één van zijn vrienden mee luisterde. Veel later hoorde ze dat Lena`s man na een halfjaar bij haar ouders was geweest op zoek naar een teken van leven. Anna hoopte nog steeds dat ze over 3 maanden in Letland zou wonen. Solvita probeerde zo ver mogelijk uit Ruud`s buurt te blijven. Ze vertrouwde Ben helemaal. Solvita kreeg via Ben drugs. Anna deed dat niet, zij hield het alleen bij Wodka. De Pascale was op maandagavond dicht en dus brachten ze geen geld in het laatje. Daarom moesten ze werken in een privé-club werken. De clientèle* bestond uit kantoormensen en ambtenaren. Ze werkte er van `s ochtends acht tot laat in de middag en daarna begon ze in Pascale. Steeds vaker nam Ruud haar mee naar een animeerbar. De eigenaar, een ex-politieman was een vriend van Ruud en er liepen nog meer zogenaamde vrienden van Ruud rond. Onder andere Paolo, een grote mooie Serviër met 2 gezichten. Toch leerde Anna Paolo steeds beter kennen. En hij haar. Hij kwam regelmatig bij hun in het appartement en bracht dan boodschappen en bloemen met zich mee. Zijn passie voor en kennis van bloemen stonden haaks op de harde man die hij op straat scheen te zijn. Solvita maakte plannen om met Ben mee te gaan. Op een avond, toen Ruud hen zou ophalen om uit te gaan, ging Solvita met Ben op stap. Anna smeekte haar om niet te gaan, maar ze vertrok toch. Toen Ruud bij de deur stond rende Anna naar beneden om te zeggen dat Solvita ziek was. Na een avondje stappen kwamen ze weer terug in het appartement. Paolo wenkte naar Ruud. Solvita is er niet zei hij hard. Op zijn hardhandige manier pakte Ruud Anna vast en vroeg: ‘waar is je vriendinnetje dan’? Op dat moment klonken er geluiden in de straat. Ruud keek uit het raam en zag Solvita uit Ben`s auto stappen. Een uur van doodsangst volgde. Ze hoorde dat Ruud hard praatte en dat Solvita huilde. Solvita vertelde Ruud dat ze voor Ben wilde werken. Ruud ontving duizenden guldens voor Solvita van Ben. Anna bleef bij Paolo en Ruud. Anna is Solvita uit het oog verloeren. Op een dag vroeg Paolo aan Anna waarom ze in de prostitutie wilde werken. Ze geloofde haar oren niet. Ze zei dat ze het moest doen om Ruud te kunnen betalen. Het was nu de buurt aan Paolo om verbaasd te kijken. Paolo bleek niks te weten van hoe ze in de prostitutie is gekomen. Ze vertelde hem hoe het allemaal is gekomen. Paolo zei dat hij zelf alleen in wapens en drugs deed, hij zou zo iets nooit een vrouw kunnen aan doen. Paolo wilde haar uit de prostitutie en had het daar met Ruud over gehad. Paolo was verliefd en kocht Anna van Ruud. Bijna dagelijks vroeg Anna aan Paolo of hij haar paspoort al had ontvangen. Samen maakten ze plannen om Rotterdam te verlaten en in Ogre een bloemenzaak te beginnen. Ze hielp nu in de bar (Miama Club) waar ze Paolo had ontmoet. Toen ze op een dag uitstappen voor de bar zei hij tegen haar: ‘je bent vrij’. In haar hoofd heeft ze Paolo die woorden nog jaren lang horen zeggen. Maanden later begreep ze dat ze Paolo haar had moeten kopen van Ruud. Zoals gewoonlijk hielp ze die avond wat in de Miama Club. Paolo kwam vlak voor sluitingstijd terug. Ze ging er vanuit dat ze snel zouden vertrekken en liep nog eventjes naar de w.c.. op dat moment klonken er vreemde geluiden in de bar. Teresa greep haar bij de arm en trok haar de keuken in. Ze trok Anna`s gezicht dicht naar haar toe en zei tegen haar: ‘verzin een naam en zeg dat je een Tsjetsjeense bent. Ze werd bang, ze begreep niet wat er gebeurde. Twee politieagenten trokken Teresa, Karin en Anna hardhandig naar buiten. Ze werden in een arrestantenwagen naar het politiebureau gereden. Van Paolo was er geen spoor. Toen Anna op het politiebureau was, nam ze zich voor om zich om de naam Maria Amina op te geven. Urenlang moesten ze in een kamertje op het politiebureau wachten. Uiteindelijk werden ze één voor één geroepen. Ze moesten zich uitkleden, sieraden afgeven en vervolgens weer aankleden. Na 3 dagen in de cel hebben gezeten meldde de advocaat dat hij niets voor Anna kon doen. Ze werd overgebracht naar een grote ruimte aan de Blaak. In die kamer zaten alleen maar vrouwen. Ze wilde dat Paolo, Teresa, Karin, Ruud en alle anderen met wie ze iets te maken had gehad haar zouden vergeten, zodat ze geruisloos naar Letland kon afreizen. De uitzetprocedure zo ongeveer 2 maanden duren, voorspelde de advocaat.Op 10 mei 1996 zocht de advocaat Anna op en vertelde haar dat ze vrij was. Ze moest het grenshospitium verlaten. Daar stond ze dan als vrij mens in Nederland met 14 gulden op zak. Een vrouw gaf haar een lift naar het Rotterdams Centraal Station. En wat moest ze toen? Ze kende Nederland helemaal niet, ze wilde hier helemaal niet zijn. Ze wist maar 1 plaats waar ze naar toe kan, het appartement in Rotterdam. Ze belde naar Paolo. Urenlang heeft ze op hem gewacht. En daar kwam hij het Station op lopen met een grote bos met rozen. Paolo was oprecht blij dat hij Anna weer terug zag. Paolo kwam sinds die tijd steeds meer in problemen en schulden en draaide door. Hij sloeg Anna. Ze gingen van hotel naar hotel. Hij dacht dat iedereen tegen hem was. In het laatste hotel waar ze waren, wou hij helemaal niks eten omdat hij dacht dat het eten was vergiftigd. Hij was doodmoe en besefte dat hij te ver was gegaan. Anna is in die tijd ook zwanger van hem geworden. In alle ellende had Anna toch een glimlach rond zijn mond zien verschijnen toen ze het hem vertelde. Paolo belde niet meteen naar de politie. De politie was geïnteresseerd in zijn verhaal. Via via zijn ze naar een politiebureau in Ridderkerk gebracht en meteen werden ze verhoord. De verhoren bleven doorgaan. Ze vertelden alles, ook Letland, Edij en de gedwongen prostitutie. Anna vertelde hen over haar wens om zo snel mogelijk terug te keren naar Letland. Paolo moest minstens voor 3 jaar in de gevangenis en Anna mocht weg. Ze zei tegen de politieagenten dat ze zich binnen de muren van het politiebureau veilig voelde. Ze werd toen weer naar een grenshospitium gebracht. Ze werd daar naar een kamertje gebracht, die ze moest delen met een andere vrouw en haar zoontje. De vrouw bemoeide niet met Anna. Na 3 dagen op bed hebben gelegen is ze naar buiten gegaan om een luchtje te scheppen. Op een bankje ontmoette ze Saskia, zij vertelde Anna dat ze niet in een grenshospitium was maar in blijf-van-mijn-lijfhuis. Saskia maakte haar wegwijs in het opvanghuis. Saskia hielp Anna om alle kwetsende opmerkingen die ze kreeg te horen van de vrouwen in huis te relativeren, maar de wond werd dieper en de psychische schade groter. Ze kwam in aanmerking voor de B9-regeling en na een aantal weken werd haar verteld dat ze naar Letland mocht. Maar omdat ze moest getuigen in verschillende zaken had ze besloten om langer in het blijf-van-mijn-lijfhuis te blijven. Dat werd door de leiding haar niet in dank afgenomen. Ze was bijna 2 maanden zwanger toen ze hevige buikkrampen kreeg. Ze kreeg een extra deken omdat ze lag te rillen in haar bed. De huisarts werd gebeld. En die zei dat het vanzelf wel over ging. Ze kreeg een miskraam. Ze was ziek van verdriet en durfde het nauwelijks tegen Paolo te vertellen. Paolo probeerde haar telefonisch te troosten. Saskia had ontdekt dat ze recht had op een uitkering en ze hielp Anna met de aanvraag. Anna sprak inmiddels al wat Nederlands en wilde graag de taal goed begrijpen en spreken. Ze ging een taalcursus volgen in het buurthuis. Ze leerde er weinig van want de lessen werden in het Marokkaans gegeven. Op een nacht werd er een vrouw binnen gebracht, ze werd naar het bed naast Anna gebracht. Toen Anna s`ochtends wakker werd, probeerde ze vrouw aan te spreken. Toen het licht op haar gezicht viel, schrok ze zich rot. Het was de echtgenote van een mensenhandelaar en gevreesde crimineel uit Rotterdam. De vrouw herkende Anna en schrok zichtbaar. Ze zei tegen Anna: ‘wees voorzichtig. Die aangifte bij de politie was oerstom van je. Je kent mijn man. Jou en Paolo laten ze niet zomaar gaan…’. De volgende ochtend werd ze opgehaald en veel later hoorde Anna dat de politie haar had geholpen om naar het buitenland te gaan. De maanden erna heeft Anna in doodsangst gezeten. Nadat Anna 3 maanden in het opvanghuis had gewoond, meldde Paolo dat hij moest voorkomen. De volgende ochtend ze aan de telefoon geroepen. Ze vroegen of ze Anna Ziverte was. En of ze de heer Paolo Simic kende. Ja, die ken ik antwoordde ze. Toen zei de politie op een zakelijke toon: ‘de heer Simic heeft zich vannacht van het leven beroofd’. Het drong niet tot haar door. Paolo was dood aangetroffen in zijn cel. Die dag werd ze nog opgehaald om Paolo te identificeren. Saskia ging met haar mee. Ze raakte in een diepe depressie. Saskia drong er bij de hulpverlening op aan dat ze psychische begeleiding nodig had. De huisarts verwees Anna door naar het Riagg. Ze kreeg een ongeïnteresseerde psycholoog. Heel af en toe belde ze nog naar Letland. Op 29 december 1997 kreeg ze de sleutels van haar huisje in Uithoorn. Door de verhuizing werd ze overgeplaatst van het Riagg Amsterdam naar het Riagg Amstelveen. Daar werd mevrouw Vondeling haar psycholoog. Zij nam haar wel serieus. Moevrouw Vondeling leerde Anna dat ze het verleden nooit meer zou vergeten, maar dat ze ernaar moest streven dat ze met haar trauma`s zou kunnen omgaan. Stukje bij beetje ging het beter met Anna. Omdat ze verhuisd was, moest ze zich ook melden bij een ander kantoor van de Sociale Dienst. In Uithoorn meldde ze zich als slachtoffer van vrouwenhandel met de B9-status. ‘U bent wat?’ gilde de vrouw vanachter haar loket. Ze voelde hoe de mensen achter haar hun oren spitsten. De moed zonk in haar schoenen. Ze was niet blij met haar B9-status, maar ze vond het erger om overal uit te leggen wat de rechten en de plichten waren van een b9-status. Gelukkig hielp Saskia haar met het uitleggen van de B9-status. Zolang je de B9-status hebt mag je wel het land verlaten maar je bent wettelijk verplicht om op de afroep van de politie en de rechtelijke macht te komen getuigen tegen de verdachten die in de aangifte zijn genoemd. Tijdens en na de zittingen is er geen bescherming of opvang geregeld. Zodra de processen zijn afgerond, moet de persoon met een B9-statua het land uit. Door de B9-regeling zat ze helemaal klem ze mocht niet werken en ze werd bijna gedwongen om in Nederland te blijven. Ze sprak daarover met haar advocaat. De advocaat, een vrouw en zelf moeder had begrip voor het verlangen naar Edij van Anna, maar zij wist dat Anna volgens de b9-regeling geen rechten had om haar familie over te laten komen. Plotseling keek ze Anna aan en zei ze met een intense blik: ‘ga Edij halen’. 2 weken daarna ging ze met haar nieuwe vriend Robert met de bus naar Letland. Om veiligheidsredenen had ze afgesproken met haar vader om in een hotel te verblijven. Met de trein gingen ze naar Orge. Toen ze de hoek van de straat om gingen, kreeg ze een brok in haar keel. Voor de deur bleven ze staan, maar ze trok Rober mee de tuin in want ze hoorde stemmen en ineens stond hij daar, in levende lijve. Edij keek, aarzelde en kwam toen op Anna afstormt. Ze was zo blij dat Ebij haar herkende. Haar moeder dat haar komst goed voor bereid. Het waren drukke dagen want ze moest een paspoort voor Edij regelen. Het viel niet mee. Edij had nog de achternaam van Anzor, dus ze had de toestemming nodig van de vader. Ze vroeg hoelang zo procedure duurde. Anderhalf à 2 jaar antwoordde de man. Die middag verliet Anna het gebouw met Edij`s papieren en de ambtenaar ging met 500 Duitse mark naar huis. Het was september 1999, 4 jaar geleden nadat ze met een busreis naar Nederland vertrok. De bus zou via Litouwen, Polen en Duitsland naar Nederland rijden met eindbestemming Amsterdam. De reis verliep voorspoedig. Edij was 5 jaar toen Robert en Anna hem in Letland ophaalde. De eerste weken kreeg hij allemaal cadeautjes van Anna, maar ook van Robert, Robert ouders, van Saskia en van andere vriendinnen. Hij liet zich lekker verwennen. Anna gaf Edij alle ruimte om het huis en zijn moeder te ontdekken. Natuurlijk moesten ze zich aan elkaar wennen, maar er ontstond al snel een hechte band. En toen kwam er een brief van de Immigratie- en Naturalisatiedienst. Haar werd verteld dat ze een mvv, Machtiging tot Voorlopig Verblijf, moest aanvragen, en wel in Letland. Ze nam contact op met haar advocaat en zij adviseerde om de rechter-commissaris in te schakelen en hem op de hoogte te brengen van haar B9-status om op grond van haar tijdelijke verblijfsvergunning een m v v voor Edij te krijgen. De rechter-commissaris ging akkoord. Edij`s vergunning om te blijven werd aan Anna`s verblijfsvergunning gekoppeld. Edij leerde snel Nederlands. Edij kon ook goed met Robert opschieten, maar omdat een en ander niet paste in hun relatie heeft Anna toch besloten om er een punt achter te zetten. Het was een opluchting maar ze zal beseffen hoeveel ze aan Robert heeft te danken. Ze herkende de Anna die ze in december 1995 in Riga had achtergelaten. Met het ontdekken van die Anna kwam de behoefte om zich nuttig te maken. Ze meldde zich bij de Belangenorganisatie voor migranten en prostitutie aan. Ze had uitgezocht dat je volgens de B9-regeling wel vrijwilligerswerk mocht doen. Tijdens haar sollicitatiegesprek mocht ze haar verhaal vertellen en de mensen luisterden zonder te oordelen. Ze spraken af ze op kantoor zou beginnen om de organisatie te leren kennen. Haar taak werd later om tijdens het veldwerk de Oost-Europese vrouwen te benaderen. Begin april 2000 ging ze voor het eerst mee met de veldwerkers. Ze zouden een raamgebied in Alkmaar bezoeken. Ze vroegen nooit letterlijk of ze hulp nodig hadden. ‘Hoe gaat het?’ en ‘Is het druk vanavond?’ waren standaardopeningszinnen. Van elke ronde veldwerk leerde ze wat. De gemeenschappelijke achtergrond tussen Anna en de Oost-Europese schept een band. Al snel voelde ze feilloos aan of iemand vrijwillig of gedwongen in de prostitutie zaten. Ze was en is ervan overtuigd dat alleen een individuele aanpak, op maat hulp verlenen, tot succes leidt. Elke vrouw en elke situatie is namelijk anders. Hoe langer ze het veldwerk deed, hoe verwarrender de wereld werd. Ze hoorde via de belangenorganisatie dat vrouwenhandel op de agenda van de politiek stond. Omdat ze zich er betrokken voelde, nodigde haar collega`s haar uit om mee te gaan naar een congres over mensenhandel. Op het congres werd ook de B9-regeling uitgelegd. Toen de man vertelde wat de B9-regeling precies inhield, werd ze nijdig, want het klopte helemaal niet met wat ze mee haf gemaakt. Ze stak haar vinger op en onderbrak de man met zijn verhaal. Haar opstreden maakte indruk. Na de workshop kwam de spreker naar haar toe en bood zijn excuses aan. Naar aanleiding van haar uitspraak werd ze, als ervaringsdeskundige, voor andere congressen en bijeenkomsten uitgenodigd. Telkens als ze haar verhaal vertelde waren de luisteraars geschokt. Haar optreden maakte veel los en leidde tot veel discussies. In de loop van de jaren gebeurde er vreemde dingen in haar huis. Er was een keer ingebroken en alles lag overhoop. Toen ze aan het opruimen kwam ze erachter dat er helemaal niets weg was, zelfs een geleende laptop of haar mobiel niet. Een half jaar later bleek haar bed vol zand te liggen. Ook belde er regelmatig iemand die naar haar naam vroeg en vervolgens ophing. Om de 2 maanden had ze noodgedwongen een ander telefoonnummer. Of er stonden ineens zoveel kerstbomen voor haar huis, dat ze haar huis niet in kon. Haar ruiten zijn een keer ingesmeerd met poep. In hartje Amsterdam is ze een keer in een auto gesleurd en 2 straten verder op er weer uitgegooid. De dader heeft zich nooit bekend gemaakt. Ze beschouwt het als een sein dat ze in de gaten wordt gehouden. Op maandag 2 september 2002 is ze begonnen om mee te lopen op het kantoor van dhr. Van Driel. Ze moest dossiers bij houden om zo meer inzicht te krijgen in de meest uitlopende zaken over mensenhandel en prostitutie. Niet één keer kwam ze de bedenktijd voor de aangifte tegen. In de herfst van 2003 werd ze uitgenodigd om met leden van de Tweede Kamer te praten. Samen met 4 andere slachtoffers stonden ze de politici te woord. Na een week zou het onderwerp in de Kamer worden besproken. Ze had hoge verwachtingen van het uitkomst van het debat en de toezeggingen die er zouden worden gedaan. Maar met welke politici ze hadden gepraat, stelde zich heel anders op dan dat ze in het gesprek hadden gedaan. Ze keerde teleurgesteld terug naar Amsterdam. Op 30 december 2003 werd Atalantas opgericht, de vereniging van slachtoffers van mensenhandel in relatie tot prostitutie. Maandenlang had het idee van een hulporganisatie door en voor de slachtoffers door haar hoofd gespeeld. Op een dag ging ze naar een conferentie om uitleg te geven over de B9-regeling. Na de discussie kwam er een vrouw naar Anna toe. Ze heette Ruth Hopkins en was een journaliste. Ruth nam een aantal interviews van Anna af en die werden in dagbladen en tijdschriften gepubliceerd. Op het Amsterdamse Centraal Station leerde ze 4 vrouwen kennen die een bijdrage wilden leveren aan de verbetering van de positie van vrouwen die gechanteerd en bedreigd werden door hun handelaren en pooiers. Samen brainstormden ze over een nieuwe vereniging. Dagenlang zocht Anna naar een naam of een figuur die voor haar gevoel van de groep kon vertegenwoordigen. Op een gegeven moment kwam ze naam Atalanta tegen. Zij was een Griekse godin die door haar vader, die alleen zoons wilde, te vondeling gelegd, door een berin gezoogd en door jagers opgevoed. Ze ontwikkelde zich tot een sterke, zelfstandige vrouw die goed kon vechten, beter dan welke man ook. Ze versloeg alle mannen die haar ongewenst intiem benaderden. Ze besloot te trouwen met de man die harder kon rennen dan zij deed. Atalantas werd verslagen of liet zich verslaan door Hippomenes, de man op wie ze verliefd was. Met Ruth discussieerde ze over de doelstellingen van Atalantas en al vlug merkte ze dat voor Ruth de politieke lobby prioriteit had. Dat lag bij Anna anders. In geen jaren had ze zich zo krachtig gevoeld als de dag waarop Atalantas werd opgericht.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.