1. Titelbeschrijving
1.1 De titel van het boek is ‘Sterrenschot’.
1.2 Het boek is voor het eerst verschenen in oktober 2005.
1.3 Ik las de eerste uitgave:
Joyce Roodnat
Sterrenschot
Amsterdam/Antwerpen, Uitgeverij Contact
1e Druk, 2005 2. Stijl 2.1 Het woordgebruik in dit boek is eenvoudig, er worden geen moeilijke woorden gebruikt. Er zijn geen lange omschrijvingen van dingen die er voor het verhaal niet toe doen, dit soort dingen worden meestal door een of twee woorden beschreven. Het hoe en waarom van handelingen wordt wel bijna altijd uitgelegd. Het geheel lijkt op spreektaal. 2.2 De zinnen zijn meestal kort, waar een komma had kunnen staan is meestal gekozen voor een punt. Soms zijn zinnen langer, als ze het hoe en waarom van een handeling omschrijven. 2.3 Het woordratio is 7.4 en het lettergreepratio is 1.4. 2.4 Er is niet veel gebruik gemaakt van dialogen, dit kom deels doordat er niet veel gesproken wordt in het boek, en deels doordat de gesprekken vaak beschreven worden en niet als dialoog weergegeven. De dialogen die er zijn, zijn meestal kort en simpel. 2.5 In dialogen worden de Eskimotaal, het Deens, en het Engels vaak onvertaald gelaten, hoewel dat nooit meer dan 2 zinnen zijn. 2.6 Er worden metaforen en vergelijkingen gebruikt. 2.7 Het taalgebruik is nergens humoristisch en ook nergens humoristisch bedoeld, hoogstens een beetje sarcastisch. 3. Personages 3.1 De hoofdfiguur is Jaap. Bijfiguren zijn zijn moeder, zus en verloofde. Andere bijfiguren zijn collega’s Tjeerd en Dré, en Eskimomeisje Keettí. 3.2 Behalve Jaap zijn alle personages erg simpel en eenzijdig. Jaap is de enige van wie je als lezer de gedachten en de geschiedenis weet, om deze reden komen wat meer kanten van hem aan het licht (ronder karakter). 3.3 De nadruk ligt op de handelingen van de personages, hun karakters zijn hieruit op te maken. Ook de ontwikkeling van het karakter van Jaap wordt uit zijn handelingen duidelijk. 3.4 Jaap is net Cum Laude gepromoveerd. Omdat zijn vader zelfmoord heeft gepleegd en er een inkomen nodig is gaat Jaap (op aandringen van zijn moeder) in de leeszaal van de dorpsbibliotheek werken. Moeder is erg bazig. Zus en de verloofde van Jaap zijn meegaand en luisteren naar wat Moeder zegt. Tjeerd, een Nederlandse collega in de expeditie naar Groenland, is vooral in het begin erg in zichzelf gekeerd maar aardig. Dré, ook een Nederlandse collega, is bazig en geeft veel commentaar maar voert zijn eigen taken perfect uit. Hij verhuist al na korte tijd van het huis van de Nederlanders naar een Deens gastgezin. Keettí, het meisje waar Jaap verliefd op wordt, is (voor Jaap) onbegrijpelijk. 3.5 Jaap gehoorzaamt zijn moeder, ook al weet hij dat zij erbij was, en het niet verhinderde, toen zijn vader zelfmoord pleegde. De eerste keer dat Jaap niet gehoorzaamt is als hij tegen de wil van zijn moeder en verloofde in naar Groenland gaat. Hij komt niet eerder terug naar Nederland als ze dat vraagt. Met zijn verloofde heeft Jaap niets. Hij vindt haar aardig, meer niet. Het is vooral zijn moeder die wilt dat ze gaan trouwen. Zijn zus moest van Moeder van school na de dood van hun vader, want er was geen geld meer voor het schoolgaan van een meisje. Waarschijnlijk neemt ze moeder dat kwalijk, maar ze blijft gehoorzamen. Als Jaap terug is in Nederland is zij de enige die hem op het perron ziet staan, en maakt duidelijk dat hij niet terug moet komen, om te trouwen en in de leeszaal te werken. Jaap is dankbaar dat hij ‘vrij’ is. Tjeerd en Jaap worden in Groenland goede vrienden, en ze vinden Dré allebei niet aardig. Als blijkt dat Tjeerd naar Groenland is gekomen voor de vogels en niet om het Noorderlicht te onderzoeken, wat het officiële doel is van de expeditie, is Jaap beledigd. Jaap is verliefd op Keettí en wilt met haar trouwen, vooral als blijkt dat ze zwanger is. Hij wil haar taal leren zodat hij met haar kan praten en kan leren wie ze is. Als hun dochtertje na een paar weken sterft wilt Keettí Jaap niet meer zien. Hij gaat zonder haar terug naar Nederland.
4. Strekking
4.1 ‘Sterrenschot’ duidt op het doel van de expeditie naar Groenland, wat het onderzoeken is van het Noorderlicht (ster), maar ook dat Jaaps vader zichzelf neerschoot (schot).
Het heeft niets te maken met de definitie die op Wikipedia te vinden is: ‘Een substantie uitgekotst door dieren die padden hebben gegeten.’
Maar misschien wordt hiermee bedoelt dat Jaaps leven een prutje is.
4.2 Het boek heeft geen ondertitel.
4.3 Dit boek heeft geen motto.
4.4 De omslag is een foto (genomen in 1932) van hondensleeën in de sneeuw. Dit heeft te maken met het verhaal, maar niet met de strekking.
4.5 Het verhaal heeft een boodschap: durf te leven en leer je eigen beslissingen te nemen vanuit je eigen overtuiging.
4.6 Een thema in het boek is volwassen en zelfstandig worden. De hoofdpersoon leert op verschillende vlakken om te doen waar hij zelf in gelooft. Zo keert hij aan het eind van het boek niet terug naar zijn moeder. Ook ontdekt hij dat hij de geheimen van het Noorderlicht beter kan weergeven door middel van kunst (hij maakt schilderijen) dan door de waarnemingen van de wetenschap. Deze twee ontwikkelingen zijn ook te duiden als strijd tussen gevoel en rede. Jaap durft uiteindelijk voor gevoel te kiezen.
4.7 De moeder van Jaap moraliseert, en daardoor ook Jaap zelf. Hij vindt dat hij als ze zwanger is nu echt met Keettí moet trouwen.
4.8 De moraal van het boek is juist dat men zijn eigen keuzes moet leren maken.
4.9 Sommige personages (Moeder, Dré) worden alleen maar antipathiek weergegeven. Dit is waarschijnlijk zo omdat we maar één kant te zien krijgen.
4.10 Er zijn geen veranderingen aangebracht.
5. Tijd
5.1 Het verhaal speelt in 1932 en 1933, dit is af te leiden uit data waarmee brieven enz. (Brieven van Jaap aan zijn moeder, notities betreffende nodige reparaties etc.) zijn ondertekend, en omdat de personages soms spreken over ‘het internationale pooljaar 1932’.
5.2 Er wordt vrij veel aandacht besteed aan het beschrijven van zaken die typisch zijn voor de tijd waarin het speelt. Voorbeelden: de manier waarop het onderzoek gedaan wordt, met instrumenten die toen beschikbaar waren, is uitgebreid beschreven. Ook het leven in het eskimodorp in de jaren dertig. De beurskrach daarentegen wordt maar vluchtig genoemd, hoewel dit (deels) de oorzaak is van de zelfmoord van Jaaps vader.
5.3 Ongeveer 5 jaar, van 1929, waarin Jaaps vader na de beurskrach zelfmoord pleegt, tot 1933 waarin Jaap terugkeert naar Nederland.
5.4 Er zijn enkele manipulaties met de tijd toegepast. Er zijn twee tijdslagen: het nu, en de herinnering aan de periode van de zelfmoord van de vader.
5.5 In de verteltijd van 2 jaar wordt er 5 jaar verteld.
6. Ruimte
6.1 De landschappen in Groenland worden uitgebreid beschreven. Ook het interieur van huizen en hutten, en het dagelijks leven in het eskimodorp wordt beschreven (gebruiken, kleding etc.)..
6.2 De beschrijvingen zijn realistisch, maar soms worden er voor de landschappen wat vergezochte vergelijkingen gebruikt. De beschrijvingen van het dagelijks leven in een eskimodorp in de jaren dertig maken een historisch verantwoorde indruk.
6.3 Het huis van de Nederlanders in Groenland is belangrijk. Hier woont Jaap bijna de hele verteltijd. Er gebeurt ook veel buiten in Groenland.
6.4 Soms, als handelingen buiten in Groenland plaatsvinden is de ruimte van belang. Ook sommige handelingen op de boot, in de kerk, het eskimohuis en het station zouden niet in een andere ruimte kunnen plaatsvinden.
7. Perspectief
7.1 Het perspectief dat gebruikt wordt is een personeel perspectief, met als onderwerp hoofdpersoon Jaap.
7.2 Er zijn geen opmerkelijke perspectiefwisselingen. Het verhaal wordt geheel vanuit Jaaps eigen perspectief verteld.
7.3 Er zijn geen gegevens die op onbetrouwbaar eigen perspectief, hoewel sommige personages misschien anders zijn dan ze zich laten zien in dit perspectief.
8. Biografie
8.1 Dit boek werd geschreven door Joyce Roodnat, geboren in 1955 en leeft nog steeds.
8.2 Joyce Roodnat gebruikt geen pseudoniem.
8.3 Dit is haar tweede roman, haar debuut ‘’t Is zo weer nacht’ verscheen in 2002, hiervoor ontving zij zowel de Geertjan Lubberhuizenprijs als de Debutantenprijs.
8.4 Joyce Roodnat schrijft (en deed dat ook al voor haar schrijversdebuut) voor het NRC Handelsblad over reizen. Het schrijven over reizen en landschappen is een belangrijk aspect in dit boek.
9. Literatuurgeschiedenis
9.1 Men zou kunnen zeggen dat de auteur behoort tot een groep schrijvers (zoals Lieve Joris en Carolijn Visser), geboren in de vijftiger jaren, die schrijven over gemaakte reizen.
9.2 Dit boek is een psychologische roman, kenmerkend is dat het karakter van de hoofdpersoon zich gedurende het verhaal ontwikkelt.
9.3 Op enkele sites werd geschreven dat dit boek een sterke vergelijking heeft met het boek ‘De hydrograaf’ van Allard Schroder (zie bronvermelding, winnaar AKO literatuurprijs 2002). Ik vind dat de boeken, door het tijdperk (1e helft 20e eeuw) en omgeving waarin de verhalen zich afspelen, enige overeenkomsten hebben. De rol van de natuur, en het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek zijn overeenkomsten. Het woordgebruik van de boeken lijkt ook enigszins op elkaar. Er zijn echter ook duidelijke verschillen. Ik vind dat er in ‘De hydrograaf’ een andere sfeer te vinden is dan in ‘Sterrenschot’. De psychologische ontwikkeling van de hoofdpersoon is anders. Ikzelf zou deze vergelijking dan ook niet snel gezocht hebben.
In de recensie van Peter Stierksma uit de Trouw (zie bronvermelding) wordt ‘Sterrenschot’ vergeleken met het boek ‘Noordtij’ van Geert van der Kolk (zie bronvermelding). Dit boek heb ik zelf niet gelezen, dus ik kan de boeken niet zelf vergelijken. Geciteerd uit de recensie: ‘'Noordtij' van Geert van der Kolk en 'Sterrenschot' van Joyce Roodnat gaan allebei over een expeditie naar de noordpool. En dat zijn niet de enige overeenkomsten: beide romans spelen in het verleden (de eerste in 1882, de tweede rond 1933) en beide zijn toegankelijk geschreven, zonder al te veel compositorische en stilistische kunstgrepen.’
10. Receptie
10.1 Er zijn recensies gepubliceerd in onder meer het NRC Handelsblad en de Trouw, en er staan enkele recensies en beschrijvingen van het boek op internet.
10.2 Het boek is redelijk veel gelezen in Nederland (het is (nog) niet vertaald), maar minder dan Joyce Roodnats eerste boek. Joyce Roodnat geniet geen hoge status als schrijfster, zij is bekender om haar filmrecensies en reisverslagen.
10.3 Ik kon maar twee teksten vinden die ook gepubliceerd zijn:
Arnold Heumakers
Exotisme op de poolcirkel
NRC Handelsblad
23 september 2005
en
Peter Stierksma
Nederlanders op de Noordpool
Trouw
12 november 2005
10.4 De personages, zelfs de hoofdpersoon, zijn eendimensionaal en ‘blijven karikaturen van zichzelf’ (Trouw). De beknopte, zakelijke stijl van dit boek wordt geprezen als ‘mooie saaiheid’ (www.8weekly.nl). De beschrijvingen van de landschappen zijn goed, zo goed zelfs dat lezers het gevoel krijgen dat ze Groendland hebben gezien. Het boek wordt beschouwd als een goed, maar niet geweldig boek: ‘alle ingrediënten voor een voortreffelijk maal zijn ruimschoots aanwezig, maar het hoofdgerecht is en blijft middelmatig’ (www.recensieweb.nl). 10.5 Ik heb helaas geen interviews met Joyce Roodnat over haar boeken kunnen vinden, wel enkele door haarzelf afgenomen interviews. 10.6 Ik denk dat het boek van Joyce Roodnat matig populair is, omdat zij al bekend is door haar werk voor het NRC Handelsblad, en omdat haar boek gemakkelijk door iedereen te lezen is.
11. Korte Inhoud
11.1 Aangezien dit een redelijk recent boek is kon ik nog geen uittreksels vinden, dit uittreksel is deels zelfgeschreven en deels overgenomen van de recensie van Arnold Heumakers uit het NRC Handelsblad (zie bronvermelding).
‘Rotterdamse Jaap, die in Groningen natuurwetenschappen heeft gestudeerd, is een veelbelovende promovendus als de crisis begin jaren dertig roet in het eten gooit. Zijn vader gaat failliet, pleegt zelfs zelfmoord, en zijn moeder vindt dat hij na de promotie maar naar Rotterdam moet terugkeren om er een baantje te nemen bij de Leeszaal (`hij zat immers altijd met zijn neus in de boeken').
Maar dan wordt hij uitgenodigd deel te nemen aan een expeditie naar Groenland, en Jaap gaat meteen op de uitnodiging in, hoewel zijn moeder en de door haar uitgekozen verloofde er absoluut tegen zijn. Tijdens zijn veldwerk ontdekt Jaap dat bij het onderzoeken van het noorderlicht dat hij de geheimen van het Noorderlicht beter in schilderijen kan ontsluieren dan door wetenschappelijke observaties. De apparatuur voor de observaties van het noorderlicht gaat ook regelmatig stuk.
Hij maakt hij kennis met de primitieve eskimo’s, en met een meisje in het bijzonder. Al voordat ze zwanger blijkt te zijn wil hij met haar trouwen, maar iedereen, ook de eskimo’s lachen hem uit. Eskimo’s en westerlingen trouwen niet. Nadat hun dochtertje na enkele weken al sterft, wilt Keettí Jaap niet meer zien. De expeditie is voorbij en Jaap gaat zonder Keettí terug naar Nederland, waar hij ervoor kiest om niet terug te gaan naar zijn bazige moeder, maar naar Groningen gaat.’
12. Bronvermelding
12.1 Ik heb als bronnen voornamelijk internetsites gebruikt, de recensies afkomstig van bladen zijn ook gepubliceerd.
- de site www.Wikipedia.com voor het gedeelte strekking,
- de site van uitgeverij Contact (www.uitgeverijcontact.nl) voor het gedeelte biografie,
- de site van het NRC Handelsblad (www.nrc.nl), voor de gedeeltes receptie en korte inhoud.
Titelbeschrijving
Arnold Heumakers
Exotisme op de poolcirkel
NRC Handelsblad
23 september 2005 - de sites van Trouw (www.trouw.nl), voor het gedeelte receptie. Peter Stierksma
Nederlanders op de Noordpool
Trouw
12 november 2005 - Titelbeschrijving ‘De hydrograaf’ Allard Schroder
De hydrograaf
Amsterdam, De Bezige Bij
7e druk, 2003 - Titelbeschrijving ‘Noordtij’ Geert van der Kolk
Noordtij
Amsterdam, Nieuw Amsterdam
1e druk, 2005 - enkele sites met recensies, meningen of informatie over het boek: www.leestafel.info, www.8weekly.nl, www.recensieweb.nl, 13. Onderwerp 13.1 Een net gepromoveerde man/jongen die rond 1930 op expeditie naar Groenland gaat en daar de eskimo’s ontmoet en volwassen wordt. 13.2 Reisverhalen interesseren me meestal niet echt. Boeken over een personage dat zich ontwikkelt interesseren me juist wel, dus het onderwerp spreekt me wel een beetje aan. 13.3 Ik ben dit boek gaan lezen omdat het onderwerp me wel een beetje aansprak. Het was veel minder een reisverhaal dan ik had verwacht na de omslag te hebben gelezen, dus mijn verwachtingen zijn niet helemaal uitgekomen. 13.4 Ik ben door het lezen van dit boek niet anders over het onderwerp (volwassen worden) gaan denken. 13.5 Ik verwachtte dat het psychologische aspect minder benadrukt zou worden, ik had dus een andere uitwerking verwacht. Dit was een aangename verrassing. 13.6 het thema van het boek is goed uitgewerkt. 13.7 Ik heb volgens mij nog nooit eerder een boek of film over het leven van eskimo’s gelezen of gezien, maar wel enkele boeken over het psychologische proces van volwassenwording. 14. Gebeurtenissen 14.1 De belangrijkste gebeurtenis in dit boek is volgens mij als Jaap na aankomst in Nederland niet teruggaat naar zijn moeder, maar naar Groningen. 14.2 De nadruk ligt licht op de gebeurtenissen, een deel van de gedachten en gevoelens van de personages worden hieruit duidelijk, de rest blijft onbekend. De gevoelens en gedachten van Jaap worden wel omschreven. 14.3 Het verhaal bevat niet veel belangrijke gebeurtenissen maar wel veel onbelangrijkere gebeurtenissen die ervoor zorgen dat het boek niet verveelt. 14.4 Alle gebeurtenissen vloeien logisch uit elkaar voort, behalve enkele onverwachte gebeurtenissen zoals de dood van Jaaps dochtertje. 14.5 Nee, door de beknopte manier van vertellen konden de gebeurtenissen geen indruk maken. 14.6 Nee, alles wat gebeurt en belangrijk is (en veel dingen die dat niet zijn) wordt vertelt, wat bijdraagt aan de simpelheid van het boek.
15. Personages
15.1 Door het perspectief van het boek kun je je alleen in Jaap verplaatsen, ook dat gaat moeizaam omdat je ook van hem niet alle kanten te zien krijgt.
15.2 Sommige personages reageren soms (vanuit het perspectief van de lezer) onbegrijpelijk. Jaap reageert altijd logisch en voorspelbaar.
15.3 Jaap is sympathiek omdat je enigszins met hem mee kan leven, ook Tjeerd en Jaaps zus vond ik sympathiek, omdat Tjeerd en Jaap goed bevriend worden en omdat Zus Jaap wegstuurt van hun bazige moeder. Die moeder is dus niet sympathiek omdat het een onredelijk kreng is. Ook Dré is niet echt sympathiek te noemen omdat hij constant over alles zeurt.
15.4 Alleen Jaap is te begrijpen, de andere personages kun je moeilijk invullen. Dit was niet vervelend omdat er toch al nergens veel aandacht wordt besteedt aan de karakters van de overige personages.
16. Structuur
16.1 Er is slechts één verhaallijn in dit boek. Dit is logisch omdat dit boek over één persoon gaat.
16.2 Alles hangt goed met elkaar samen. De structuur is helder, misschien te helder, er is te weinig complexiteit.
16.3 Het verhaal is nergens spannend, maar ook nergens heel saai. Er komen bijna geen situaties in dit boek voor die spannend omschreven zouden kunnen worden, en de situaties die spannend zouden kunnen zijn worden net als de rest van de gebeurtenissen beknopt en zakelijk beschreven.
16.4 Er zijn twee tijdslagen, deze zijn goed te volgen, ik vind dit goed omdat er in dit boek helemaal niet meer dan twee tijdslagen nodig zijn. Ook dit draagt bij aan het gebrek aan complexiteit van het boek, wat misschien niet positief is.
16.5 Ik was tevreden over de afloop omdat het boek min of meer (zijn dochtertje gaat wel dood en Keettí wilt hem niet meer zien) goed afloopt, als het slecht was afgelopen had ik dat jammer gevonden omdat Jaap dan de rest van zijn leven ongelukkig zou zijn geweest bij zijn moeder en zijn min of meer gearrangeerde huwelijk.
16.6 Alleen het personele perspectief van Jaap wordt gehanteerd en dit past bij het verhaal omdat het verhaal over Jaap gaat.
17. Taalgebruik
17.1 Het boek is zeer leesbaar, omdat het uit doorgaans korte zinnen bestaat en er alleen maar simpele woorden en bijna geen beeldspraak worden gebruikt.
17.2 De verhouding is redelijk goed verdeeld, er had misschien iets meer aandacht aan de dialogen besteed kunnen worden.
17.3 De manier van vertellen is naar mijn mening te beknopt, het schept een afstand tussen de lezer en het verhaal.
17.4 De beeldspraak die het boek bevat zijn vooral metaforen en vergelijkingen. Deze zijn vaak een beetje te vergezocht maar je hoeft er niet lang over na te denken want ze zijn meestal simpel.
18. Eindoordeel
18.1 Ik vond dit boek leuk, gemakkelijk om te lezen maar soms ook een beetje saai door de uitgebreide natuurbeschrijvingen. Ik vond dat het boek echter een verrassende psychologische diepgang had met betrekking tot de hoofdpersoon, hoewel ik toch het idee heb dat de hoofdpersoon beter uitgewerkt had kunnen zijn; je ziet maar weinig verschillende kanten. De overige personages waren zeer eendimensionaal. Ik zal dit boek waarschijnlijk geen tweede keer willen lezen.
Sterrenschot
Amsterdam/Antwerpen, Uitgeverij Contact
1e Druk, 2005 2. Stijl 2.1 Het woordgebruik in dit boek is eenvoudig, er worden geen moeilijke woorden gebruikt. Er zijn geen lange omschrijvingen van dingen die er voor het verhaal niet toe doen, dit soort dingen worden meestal door een of twee woorden beschreven. Het hoe en waarom van handelingen wordt wel bijna altijd uitgelegd. Het geheel lijkt op spreektaal. 2.2 De zinnen zijn meestal kort, waar een komma had kunnen staan is meestal gekozen voor een punt. Soms zijn zinnen langer, als ze het hoe en waarom van een handeling omschrijven. 2.3 Het woordratio is 7.4 en het lettergreepratio is 1.4. 2.4 Er is niet veel gebruik gemaakt van dialogen, dit kom deels doordat er niet veel gesproken wordt in het boek, en deels doordat de gesprekken vaak beschreven worden en niet als dialoog weergegeven. De dialogen die er zijn, zijn meestal kort en simpel. 2.5 In dialogen worden de Eskimotaal, het Deens, en het Engels vaak onvertaald gelaten, hoewel dat nooit meer dan 2 zinnen zijn. 2.6 Er worden metaforen en vergelijkingen gebruikt. 2.7 Het taalgebruik is nergens humoristisch en ook nergens humoristisch bedoeld, hoogstens een beetje sarcastisch. 3. Personages 3.1 De hoofdfiguur is Jaap. Bijfiguren zijn zijn moeder, zus en verloofde. Andere bijfiguren zijn collega’s Tjeerd en Dré, en Eskimomeisje Keettí. 3.2 Behalve Jaap zijn alle personages erg simpel en eenzijdig. Jaap is de enige van wie je als lezer de gedachten en de geschiedenis weet, om deze reden komen wat meer kanten van hem aan het licht (ronder karakter). 3.3 De nadruk ligt op de handelingen van de personages, hun karakters zijn hieruit op te maken. Ook de ontwikkeling van het karakter van Jaap wordt uit zijn handelingen duidelijk. 3.4 Jaap is net Cum Laude gepromoveerd. Omdat zijn vader zelfmoord heeft gepleegd en er een inkomen nodig is gaat Jaap (op aandringen van zijn moeder) in de leeszaal van de dorpsbibliotheek werken. Moeder is erg bazig. Zus en de verloofde van Jaap zijn meegaand en luisteren naar wat Moeder zegt. Tjeerd, een Nederlandse collega in de expeditie naar Groenland, is vooral in het begin erg in zichzelf gekeerd maar aardig. Dré, ook een Nederlandse collega, is bazig en geeft veel commentaar maar voert zijn eigen taken perfect uit. Hij verhuist al na korte tijd van het huis van de Nederlanders naar een Deens gastgezin. Keettí, het meisje waar Jaap verliefd op wordt, is (voor Jaap) onbegrijpelijk. 3.5 Jaap gehoorzaamt zijn moeder, ook al weet hij dat zij erbij was, en het niet verhinderde, toen zijn vader zelfmoord pleegde. De eerste keer dat Jaap niet gehoorzaamt is als hij tegen de wil van zijn moeder en verloofde in naar Groenland gaat. Hij komt niet eerder terug naar Nederland als ze dat vraagt. Met zijn verloofde heeft Jaap niets. Hij vindt haar aardig, meer niet. Het is vooral zijn moeder die wilt dat ze gaan trouwen. Zijn zus moest van Moeder van school na de dood van hun vader, want er was geen geld meer voor het schoolgaan van een meisje. Waarschijnlijk neemt ze moeder dat kwalijk, maar ze blijft gehoorzamen. Als Jaap terug is in Nederland is zij de enige die hem op het perron ziet staan, en maakt duidelijk dat hij niet terug moet komen, om te trouwen en in de leeszaal te werken. Jaap is dankbaar dat hij ‘vrij’ is. Tjeerd en Jaap worden in Groenland goede vrienden, en ze vinden Dré allebei niet aardig. Als blijkt dat Tjeerd naar Groenland is gekomen voor de vogels en niet om het Noorderlicht te onderzoeken, wat het officiële doel is van de expeditie, is Jaap beledigd. Jaap is verliefd op Keettí en wilt met haar trouwen, vooral als blijkt dat ze zwanger is. Hij wil haar taal leren zodat hij met haar kan praten en kan leren wie ze is. Als hun dochtertje na een paar weken sterft wilt Keettí Jaap niet meer zien. Hij gaat zonder haar terug naar Nederland.
Exotisme op de poolcirkel
NRC Handelsblad
23 september 2005
en
Peter Stierksma
Nederlanders op de Noordpool
Trouw
12 november 2005
10.4 De personages, zelfs de hoofdpersoon, zijn eendimensionaal en ‘blijven karikaturen van zichzelf’ (Trouw). De beknopte, zakelijke stijl van dit boek wordt geprezen als ‘mooie saaiheid’ (www.8weekly.nl). De beschrijvingen van de landschappen zijn goed, zo goed zelfs dat lezers het gevoel krijgen dat ze Groendland hebben gezien. Het boek wordt beschouwd als een goed, maar niet geweldig boek: ‘alle ingrediënten voor een voortreffelijk maal zijn ruimschoots aanwezig, maar het hoofdgerecht is en blijft middelmatig’ (www.recensieweb.nl). 10.5 Ik heb helaas geen interviews met Joyce Roodnat over haar boeken kunnen vinden, wel enkele door haarzelf afgenomen interviews. 10.6 Ik denk dat het boek van Joyce Roodnat matig populair is, omdat zij al bekend is door haar werk voor het NRC Handelsblad, en omdat haar boek gemakkelijk door iedereen te lezen is.
Arnold Heumakers
Exotisme op de poolcirkel
NRC Handelsblad
23 september 2005 - de sites van Trouw (www.trouw.nl), voor het gedeelte receptie. Peter Stierksma
Nederlanders op de Noordpool
Trouw
12 november 2005 - Titelbeschrijving ‘De hydrograaf’ Allard Schroder
De hydrograaf
7e druk, 2003 - Titelbeschrijving ‘Noordtij’ Geert van der Kolk
Noordtij
Amsterdam, Nieuw Amsterdam
1e druk, 2005 - enkele sites met recensies, meningen of informatie over het boek: www.leestafel.info, www.8weekly.nl, www.recensieweb.nl, 13. Onderwerp 13.1 Een net gepromoveerde man/jongen die rond 1930 op expeditie naar Groenland gaat en daar de eskimo’s ontmoet en volwassen wordt. 13.2 Reisverhalen interesseren me meestal niet echt. Boeken over een personage dat zich ontwikkelt interesseren me juist wel, dus het onderwerp spreekt me wel een beetje aan. 13.3 Ik ben dit boek gaan lezen omdat het onderwerp me wel een beetje aansprak. Het was veel minder een reisverhaal dan ik had verwacht na de omslag te hebben gelezen, dus mijn verwachtingen zijn niet helemaal uitgekomen. 13.4 Ik ben door het lezen van dit boek niet anders over het onderwerp (volwassen worden) gaan denken. 13.5 Ik verwachtte dat het psychologische aspect minder benadrukt zou worden, ik had dus een andere uitwerking verwacht. Dit was een aangename verrassing. 13.6 het thema van het boek is goed uitgewerkt. 13.7 Ik heb volgens mij nog nooit eerder een boek of film over het leven van eskimo’s gelezen of gezien, maar wel enkele boeken over het psychologische proces van volwassenwording. 14. Gebeurtenissen 14.1 De belangrijkste gebeurtenis in dit boek is volgens mij als Jaap na aankomst in Nederland niet teruggaat naar zijn moeder, maar naar Groningen. 14.2 De nadruk ligt licht op de gebeurtenissen, een deel van de gedachten en gevoelens van de personages worden hieruit duidelijk, de rest blijft onbekend. De gevoelens en gedachten van Jaap worden wel omschreven. 14.3 Het verhaal bevat niet veel belangrijke gebeurtenissen maar wel veel onbelangrijkere gebeurtenissen die ervoor zorgen dat het boek niet verveelt. 14.4 Alle gebeurtenissen vloeien logisch uit elkaar voort, behalve enkele onverwachte gebeurtenissen zoals de dood van Jaaps dochtertje. 14.5 Nee, door de beknopte manier van vertellen konden de gebeurtenissen geen indruk maken. 14.6 Nee, alles wat gebeurt en belangrijk is (en veel dingen die dat niet zijn) wordt vertelt, wat bijdraagt aan de simpelheid van het boek.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden