Schijndood door Simone van der Vlugt

B. Samenvatting van de inhoud Kris Blanken, de hoofdpersoon in dit boek, heeft al jarenlang last van dezelfde nachtmerrie waarin hijzelf mismaakt en dicht bij de dood is. Ook tekent hij vaak een huis waarvan hij helemaal niet weet waarom juist dàt huis. Daarom bezoekt hij, op advies van zijn huisgenote Dominique, Heleen, een reïncarnatietherapeute om erachter te komen wat zijn droom betekent. Tijdens die bezoekjes wordt Kris onder hypnose gebracht en dan ziet hij zichzelf terug, maar dan in het jaar 1655 en met de naam Olivier Moeriaans. Olivier is 18 jaar, woont in Alkmaar en heeft een veelbelovende toekomst als kunstschilder. Vanaf het moment dat hij erachter komt dat hij een soort uitslag op zijn armen heeft veranderd zijn leven compleet. Verschillende dokters onderzoeken hem en komen tot de conclusie dat Olivier melaats is, hij krijgt een zogenaamde ‘vuylbrief’ en hij moet direct afscheid nemen van zijn familie. Hij vertrekt naar de leprozerie, waar hij het niet lang volhoud omdat er bij veel mensen die ook melaats zijn hele lichaamsdelen zijn weggerot. Hij ontsnapt uit de leprozerie en gaat met Jeroom Couttenier mee, een kwakzalver die door het land trekt om zijn medicijnen te verkopen. Ook stapt er een vrouw met 2 kinderen bij Jeroom in de kar. Ze heet Isa. Met zijn vijven trekken ze heel Nederland door en Olivier begint zich steeds meer op zijn gemakt te voelen. Maar dan breekt de pest uit in Leiden en het verspreid zich razendsnel. Als Olivier hoort dat de pest ook in Alkmaar is uitgebroken neemt hij afscheid van Jeroom en Isa en gaat terug naar zijn familie. Als hij weer thuis is vindt hij alleen zijn doodzieke vader. Zijn broer, zus en moeder waren eerder al aan de pest overleden. Olivier verzorgt hem en dan sterft zijn vader. Kort daarna krijgt Olivier zelf ook de pest waardoor hij in de pestziekenzaal terecht komt waar hij snel stierf. Als Kris eenmaal weer uit zijn hypnose is ontwaakt gaat hij zelf naar Alkmaar en komt daar tot de ontdekking dat Olivier Moeriaans echt geleefd heeft. Ook gaat hij naar de kerk waar Olivier begraven is. Op het einde van het verhaal heeft Kris niet langer last van zijn nachtmerries en weet hij ook waar dat huis vandaan komt dat hij telkens tekent. Hij heeft er immers zelf gewoond, maar dan een paar eeuwen terug. C. Eigen mening, lees- of kijkervaringen 1. Onderwerp. o Spreekt het onderwerp van het verhaal je aan of niet? Hoe komt dat? Ja, het onderwerp spreekt me wel aan, omdat de meningen over reïncarnatie nogal verdeeld zijn. De een geloofd er wel in en de ander vind het totale onzin. Daarom vond ik het wel leuk om een boek te lezen waar de ‘verteller’ het geen onzin vind. o Ben je door het verhaal aan het denken gezet? Ja, maar niet op het gebied van reïncarnatie zelf. Meer hoe ik het zelf zou ervaren als ik eerder geleefd zou hebben. o Wordt het onderwerp goed en grondig uitgewerkt of blijft het toch tamelijk oppervlakkig? Ik vind dat het tamelijk opervlakkig blijft, maar dat vind ik niet erg, want het is geen informatieboek. Het blijft dus wel echt een verhaal.
2. Gebeurtenissen o Zit er genoeg tempo in het verhaal of valt het af en toe stil? Ik vond het een boek wat lekker ‘wegleest’ dus er zat zeker wel genoeg tempo in, want een boek wat snel stilvalt lees ik niet in no time uit en dat was bij dit boek wel. o Hebben de gebeurtenissen indruk op je gemaakt? Welke gebeurtenis vooral? Hoe komt dat? Ja, de gebeurtenissen hebben wel indruk op me gemaakt. Vooral het uitbreken van de pest, omdat er geschreven wordt over hoeveel doden er zijn gevallen door die ziekte. Dat is nogal verbluffend. o Zijn de gebeurtenissen herkenbaar? Nee, gelukkig niet. Ik heb volgens mij niet eerder geleefd, zoals Kris. Ook komt er tegenwoordig geen pest meer voor, net zoals melaatsheid. 3. Personages o Kun je je goed verplaatsen in de problemen en gedachtewereld van de verhaalpersonen? Je doet automatisch wel een poging tot, want de gedachte dat je eerder geleefd hebt is best raar, maar mij lukte het niet goed. Want tegenwoordig wordt je ook niet meer verbannen uit de stad als je een ernstige ziekte heb. o Heeft een van de verhaalpersonen je beïnvloed? Zo ja, in welk opzicht? Ehm ja, Dominique, de huisgenote van Kris. Ik vind het goed van haar dat ze zich zo interesseert in Kris’ verhalen. o Veranderen de personages door wat ze meemaken en is dat begrijpelijk? Kris verandert wel omdat hij nou weet wat zijn droom betekent en waar het huis vandaan komt dat hij telkens tekent. Hij heeft nou veel meer rust dan eerst. 4. Bouw o Is het verhaal spannend opgebouwd? Wat maakt het wel of niet spannend? Ik vind het heel spannend, omdat het verhaal de hele tijd overschakelt naar het leven van Olivier en dan weer naar het leven van Kris. En op het moment dat het weer overschakelde naar Kris gebeurde er bij Olivier net iets spannends. Dan wil je automatische door blijven lezen. o Heeft het verhaal een ingewikkelde opbouw? Hoe komt dat? Ja, het heeft redelijk een ingewikkelde opbouw. Wat ik bij de vorige vraag ook al antwoordde: Het verhaal schakelt de hele tijd over. o Bevat het verhaal tijdsprongen en terugblikken die het verhaal interessanter of juist onnodig ingewikkeld maken? Het verhaal maakt heel grote tijdsprongen: van het jaar 1655 naar ongeveer 2000. Dat maakt het ingewikkelder maar ook interessanter. 5. Taalgebruik o Vind je het verhaal lastig of makkelijk om te lezen? Heeft het taalgebruik hier mee te maken? Nee, ik vond het een heel gemakkelijk verhaal. Af en toe kwamen er wel woorden van vroeger in voor, maar dat zorgde er niet voor dat ik het verhaal niet meer begreep o.i.d. o Zijn de zinnen makkelijk te lezen en bevat het verhaal weinig moeilijke woorden of juist niet? Ik vond de zinnen makkelijk te lezen en het bevat af en toe wel moeilijke woorden maar de slimmeriken kijken gewoon achterin waar een woordregister in stond. o Zitten er veel dialogen in het verhaal? Vind je dat plezierig of juist niet? Er zitten wel dialogen in het verhaal, maar ook veel wat gewoon ‘verteld’ wordt. Ik vind het wel plezierig dat er dialogen in voorkomen, want dat maakt het verhaal weer ietsje spannender. D. Verwerkinsopdracht Schrijf een brief aan één van de ouders van de hoofdpersonen. Leg daarin uit wat je vind van zijn/haar gedrag en waarom. Geef aan in welke situaties je vindt dat de ouder iets anders had moeten doen. Beste meneer Moeriaans, Olivier, uw zoon die door beschuldiging van melaatsheid naar de leprozerie moest, had het daar heel moeilijk. Hij had afscheid van zijn familie en zijn vriendinnetje genomen en hij miste jullie verschrikkelijk. In de leprozerie kende hij niemand en bijna iedereen was in een veel verder gevorderd stadium dan hem. Hij was nog ‘normaal’ vergeleken met de mensen waarvan hun benen, armen enz. al waren weggerot. Hij kon er echt niet tegen, daarbij stonk het verschrikkelijk. Hij hoopte dat regelmatig een van zijn ouders zou langskomen. Dat gebeurde niet, hij zag jullie alleen maar van een grote afstand. Of eigenlijk zag hij alleen zijn moeder en zijn zusje, u kwam namelijk nooit op bezoek. Er werd hem verteld dat u het te druk had, maar ik betwijfel of dat wel zo was. Ik wil me verder niet met u bemoeien maar ik vind dat u uw zoon best wat meer liefde had mogen tonen. Met vriendelijke groeten, *naam*.