Analyse Psyche van Louis Couperus
Voor deze analyse is gebruikgemaakt van de uitgave van Psyche in de Zilverschoonreeks onder redactie van J. van Delden. De uitgever en het jaar van uitgave zijn me momenteel helaas onbekend.
Verklaring titel en ondertitel
Het boek is vernoemd naar de hoofdpersoon van het verhaal, het prinsesje Psyche, de jongste van drie zussen en ook wel de Prinses van de Naaktheid met de Wieken genoemd.
Motto
“…Schrei nu niet meer, en ga nu slapen, en als je niet slapen kan, zal ik je een sprookje vertellen, een mooi verhaaltje van bloemen en edelsteenen en vogels, van een jongen prins en een klein prinsesje... Want meer is er niet in de wereld, dan een sprookje...” (Metamorfose)
Dit blijkt het slot te zijn van Couperus’ laatste werk vóór Psyche, Metamorfose. Het motto slaat op het gehele verhaal van Psyche zelf.
Genre
Psyche is een sprookje, maar in het geval het Psyche gaat het niet om een ‘gewoon’ volkssprookje, maar om een cultuursprookje, aangezien de schrijver ervan, Couperus, vaststaat en er is dus maar één versie van.
Opgedragen aan
Het boek kent geen opdracht.
Thema
Psyche wordt vaak beschreven als een bijzonder symbolisch boek en hierbij past een veelzijdigheid wat betreft thema’s. Het eerste thema is het noodlot, in het geval van Psyche vooral het noodlot van het heden dat alsmaar door het verleden opgeslokt wordt. Verder zijn er andere belangrijke thema’s zoals die van de liefde, van het opgroeien (dat een veelzijdigheid aan aspecten kent) en van de ijdelheid.
De idee
Bij de verschillende thema’s kunnen verschillende onderdelen van de idee van het boek genoteerd worden:
Het noodlot: de idee achter het noodlot wordt door de spinnen van het kasteel verwoord: “‘Je kan niets ontvluchten’, antwoordde de spin, somber in de hoogte des gewelfs, in het midden van haar web. ‘Alles is als het is, alles wordt als het wordt, geschiedt als het geschiedt, alles vergaat tot stof; iedere dag verzinkt in de diepe gewelven van de sombere putten onder ons, onder ons; alles wordt het Verleden, en alles komt in de macht van Emeralda. Zodra iets is, is het geweest, en is het in de macht van Emeralda. Poog niet te ontvluchten: dat is ijdelheid: onderga je lot’”. (p. 38) Hier wordt heel duidelijk de gedachte van het onontkoombare noodlot geschetst: het heden ‘vergaat’ tot verleden en het is slechts ijdel als je probeert het noodlot te ontvlucht. Deze gedachte past goed bij het naturalisme. De spinnen staan zelf symbool voor het verleden, omdat alles wat vergeten wordt onder het stof en de spinnenwebben komt te zitten.
De liefde: in Psyche komt de liefde naar voren als een heel sterke kracht, zo sterk zelfs, dat ze zowel het heden als de dood weet te overwinnen. Immers, nadat Psyche kwam te overlijden, “Herleefde” (p. 119) ze, ging ze naar het Rijk van de Toekomst en werd ze verenigd met Eros en haar vader. Dit doet me heel christelijk aan.
Opgroeien: tijdens het lezen van Psyche moest ik continu denken aan het verhaal als Bildungsroman, dus als een verhaal over Psyches ontwikkeling van meisje naar volwassene. In het begin van het verhaal wordt Psyche beschermd door haar vader, maar deze komt te overlijden. Na zijn overlijden trekt ze met behulp van de Chimera de wijde wereld (van het Verleden in). Deze wereld valt haar echter rauw op haar dak. Vervolgens vindt ze Prins Eros als de liefde van haar leven en bevindt ze zich in de prachtige, maar o zo kort durende wereld van het Heden. Deze blijkt haar echter te gaan vervelen, want ze wordt met succes verleid door de sater die haar naar de ‘feestelijke’ wereld van Bacchus brengt. Hier krijgt ze echter spijt van, maar het is al te laat om terug te keren naar Eros, want het Heden is al overgenomen door het Verleden, met Eros’ dood als gevolg. Ten slotte gaat Psyche terug naar het kasteel om vergiffenis te vragen.
IJdelheid: Emeralda is de aardse, op macht beluste van de drie zusters. Psyche wil vergiffenis en hiervoor moet ze Emeralda’s grootste verlangen verkrijgen, namelijk het onuitsprekelijke Juweel van Mysterie, de Schenker van hoogste Almacht. Hiervoor moet Psyche neerdalen in de onderwereld. Hier krijgt ze echter te horen dat het Juweel slechts ijdelheid is. Het streven naar de allerhoogste macht wordt dus gelijkgesteld aan ijdelheid.
Opbouw van het boek
Psyche is vrij simpel opgebouwd, iets wat me eigenlijk niet verbaast aangezien het om een sprookje gaat. Eerst is er het motto. Hierna volgt het eigenlijke verhaal, dat bestaat uit 27 Latijns genummerde hoofdstukken zonder titel. Hierna volgt er nog een nawoordje van J. van Delden, redacteur van de Zilverschoonreeks waarin de uitgave die ik heb gelezen is verschenen.
Tijd
Psyche is chronologisch verteld. Flashbacks zijn dus afwezig.
Vertelde tijd
De vertelde tijd is lastig in te schatten. Dit past bij het genre. Het verhaal speelt zich niet alleen in een onbekende wereld af, maar ook de tijd is onbekend. Op bladzijde 84 staat echter, nadat Psyche haar vleugels had verloren: “Langzaam volgden de seizoenen, winter, lente, zomer, herfst... Winter, lente, zomer, herfst, zonken beurtelings als stof, in de krochten van Emeralda. Winter, lente, zomer, herfst, waren het Heden een ogenblik, en zonken in het Verleden. En weer was het de lente...” Het verhaal speelt zich dus eigenlijk af over meerdere jaren, maar in dit gedeelte is sprake van een sterke tijdsverdichting. Het valt op dat er tijdens het zalige verblijf in het Heden heel duidelijk over de lente gesproken wordt, terwijl Psyches ‘neergang’ plaatsvindt in de herfst.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden