A: Zakelijke gegevens:
B: Verhaalanalyse:
Personen:
Fransje van Delden: bang, verwaand, liefdevol, opofferend, grote bruine ogen, blond, krullend haar, 12 jaar oud.
Amélie van Delden: lief, aardig, bezorgt, kalm, beheerst, hulpzaam, streng.
Louis Couperus: elegante schrijver, dankbaar, zelfverzekerd.
Hermien Veenstra: dienstbode van de familie van Delden, donker haar, hulpzaam, vrolijk, opgewekt.
Dientje Veenstra: zwart haar, 12 jaar oud, klein, zwarte ogen, nieuwsgierig, heeft veel lef, wil graag de waarheid weten.
Paul van Delden: arts, streng, baard, klein, dik.
Jacob Haack: gebruind, knap, agressief.
Oma van Maerle: reumapatiënt, een beetje doof, liefdevol, streng, leeft mee.
Tante Emma: excentriek, hulpzaam, strijd voor gelijkheid.
Opa van Maerle: half jaar gestorven, zwijgend, norse man, 1 keer hertrouwd.
Tante Elisabeth: halfzus van Amélie van Delden, omvangrijke boezem, kortaf.
Anton Duif: ronde kale kop, aardig, rijke zakenman, woont in een villa aan het Vondelpark, vrijgevig, moordenaar.
Gravin Andriotti: een oude schoolvriendin van Amélie van Delden, grote zwarte ogen, rode mond, kleine witte tanden, zwart krullend haar.
Antoninio: hulpzaam.
Jasper de Weert: zachte stem, bleke jongeman, schrijver, slordig gekleed, leeft ongezond, gespannen, zwart haar.
Johan van Maerle: jongere broer van Amélie van Delden, kortaf.
Titelverklaring:
Het boek begint met een krantenartikel waar als kop boven staat: Moord in Amsterdam.
Verder in het verhaal gaan Dientje en Fransje uitzoeken wie de dader is van een diefstal. Ze komen dan later terecht op een moord die ook in Amsterdam is gepleegd.
Inhoud:
Fransje van Delden leest de krant en ziet een bericht dat een Amsterdamse arts is vermoord. Ze kijkt naar buiten en ziet een verdachte man lopen, die hun huis binnenstapt. Ze is bang en schreeuwt naar haar moeder. Moeder komt van de trap gehold en zegt als ze onder is dat het de schrijver Louis Couperus is. Hij gaat een lezing houden bij hun thuis. Fransje komt Dientje, de zus van Hermien, tegen en ze krijgen ruzie. Fransjes vader haalt hen uit elkaar en gaat naar zijn patiënten. Toen hij wegreed, en Fransje hem uitzwaaide, kwamen oom Jacob en oma van Maerle binnen.Oom Jacob woonde en werkte op Java, waar hij een jaar verlof had gevraagd. Tante Emma, tante Elisabeth en Anton Duif kwamen binnen. Anton had een speldje van een duif aan Fransje gegeven. Hij had ook geregeld dat Gravin Bella Andriotti, een oude schoolvriendin van Amélie, ook kwam. Jasper de Weert was ook een schrijver, maar was veel slordiger in zijn werk. Hij kwam naar zijn collega luisteren. De lezing begon en alle gasten waren gearriveerd. Opeens komt Johan van Maerle binnen en gaat met Jasper praten. Na een tijdje werd Fransje wakker van het applaudisseren. De lezing was afgelopen. Hermien en Dientje brachten drank en hapjes. Louis Couperus nam afscheid en ging naar huis.
Fransje liep de kamer uit. Ze hoorden boven iets en ging kijken. Een sigaar van haar vader brandde in de donkere kamer. Ze liep er naar toe om hem uit te maken. Op de grond voelde ze iets zachts. Het was haar vader. Iedereen kwam naar boven stormen. Hij had nog hartslag en iedereen was blij. Fransjes ouders zeiden dat Fransje maar moest gaan paardrijden. Fransje liep naar het Vondelpark. Ze kwam Dientje tegen en ze besloten samen de dader te zoeken. In het park kwamen ze ook oom Anton tegen. Ze gingen met hem naar huis en ondervroegen hem en tante Elisabeth. Fransje en Dientje gingen naar huis. Ze liepen over de Albert Cuypmarkt en iemand Dientje stal een vis. Ze renden naar Dientjes’ huis. Later die dag gingen Dientje en Fransje samen naar oom Johan, want Dientje moest poseren. Fransje ging naar haar eigen kamer. Toen Dientje klaar was kwam ze met een brief voor Jasper Fransje haar kamer binnenlopen.
Om drie uur hadden Fransje en Dientje Rokin afgesproken. Dientje had de brief geopend en er zat een naaktfote van de gravin in. Ze brachten hem naar Jasper. In zijn kamer lagen ampullen. Fransje en Dientje mochten van hun ouders niet meer samenkomen, omdat ze kattenstreken uithaalden. Fransje doorzocht Johan’s kamer en vond een brief aan haar moeder gericht. Er stond in dat de schrijver van de brief van haar hield.
De familie van Delden gingen allemaal samen Tante Emma van het station afhalen. Fransje had aan Hermien gevraagd of ze dat tegen Dientje wilde zeggen. Op het station gingen ze iets eten. Fransje wilde even alleen zijn met tante Emma. Het was een plan om weg te komen.
Daar was Dientje. Ze vertelde van de brief en zagen de gravin. Ze werd geholpen door een man met gele handschoenen. Ze zagen dat ze terug ging naar Italië.
De volgende dag ging Fransje met tante Emma mee demonstreren voor het vrouwenkiesrecht. Ze had daar ook met Dientje afgesproken. Na een tijdje kwam oma van Maerle hun ophalen. Ze ondervroegen hun ook. Ze zeiden dat Jacob Haack iedere avond tot vijf uur in de Pijp zat. Op de avond van Luilak, gingen Dientje en Fransje naar de Pijp. Ze zagen Jacob zitten met twee vrouwen om zich heen. Toen ze weer naar buiten werden gestuurd wachtte ze in een struik. Ze zagen een lijk drijven. Het was de gravin. Ze spraken Jacob aan en die was helemaal verdrietig van de dood van de gravin.
De volgende ochtend werd Fransje misselijk wakker. Ze hoorde iemand op de trap. Ze liep naar onder en zag daar Jasper liggen. Hij moest ampullen hebben. Oom Johan kwam eraan. Hij zei dat haar vader al wist dat Jasper het gestolen had. Fransje bloosde.
Zondagmiddag spraken Dientje en Fransje af bij het Vondelpark. Ze gingen naar Anton Duif en tante Elisabeth toe. Tante was niet thuis, maar Anton wel. Hij moest even telefoneren. Hij liep de kamer uit en Dientje en Fransje doorzochten de kamer. Ze vonden gele handschoenen. Opeens stond Anton bij de deur. Hij vertelde hun het hele verhaal en wilde hun gaan wurgen. Hij tilde hun op. Opeens hoorde ze een knal. Tante Elisabeth schoot Anton neer.
Die avond kwam iedereen bij elkaar en werden ze gehuldigd. Dientje mocht mee met Fransje op vakantie.
Thema:
Een spannende detective die speelt in het begin van deze eeuw. Twee meisjes, de keurig opgevoede Fransje en Dientje, het zusje van de dienstbode, gaan op onderzoek nadat een diefstal is gepleegd. Als ze het lijk van een van de verdachten vinden, moeten ze ook nog op zoek naar de moordenaar.
Genre:
a: historisch verhaal
b: doktersverhaal
c: detectiveverhaal
Tijd:
a wanneer speelt het verhaal zich af
In het begin van deze eeuw.
b hoeveel tijd verloopt er tussen begin en eind
De precieze tijd staat niet aangegeven, maar waarschijnlijk een aantal weken.
zijn er flashbacks
Er zijn geen flashbacks.
Plaats:
Fransjes’ huis, Vondelpark, Anton’s huis, Albert Cuypmarkt, Eerste Jan Steenstraat, Rokin, Zeedijk, Oudezijds Achterburgwal, Leidsestraat, Centraal Station, Concertgebouw, Museumplein, Boerenwetering, Pijp.
Bedoeling:
kennismaken met gedachten en gevoelens, want je leert veel van de gedachten en gevoelens van de personen.
Mening:
Spannend boek, alleen in het begin werden bijna alle personen voorgesteld. Het was misschien beter geweest dit over het verhaal te spreiden.
Leven van de auteur:
Trude de Jong werd op 25 maart 1946 geboren in Voorburg. Na de middelbare school studeerde zij Nederlands in Amsterdam.
Ze gaf enkele jaren taalles aan volwassenen en werkte in een boekhandel. Haar eerste verhalen verschenen in jeugdtijdschriften (waaronder Taptoe) en kranten.
Trude de Jong schrijft voor kinderen van verschillende leeftijden. Zo schrijft ze detectives voor tieners en vrolijke avonturen voor kleine kinderen. Behalve kinderboeken schrijft ze ook hoorspelen, sketches voor Sesamstraat en toneelstukken.
In 1979 verscheen haar eerste boekje, Het hondje. De verhalen over Lola en Miepje die ze voor Sesamstraat schreef, verschenen in Lola de beer en Miepjes fantastische vlechten.
Aram en de bende van de boomstam en Lola de Beer werden bekroond met een Zilveren Griffel. De verhalen van Lola de beer verschenen ook in de Margriet en werden uitgegeven in Duitsland, Engeland, Denemarken, Frankrijk, Noorwegen, Zweden en Japan.
Je bent geweldig! en de detectives Moord in Amsterdam en (het vervolg) Moord aan de Rivièra werden genomineerd door de Nederlandse kinderjury. Als derde deel in de serie Moord in … verscheen in 1996 Moord in Istanbul. In deze boeken zijn twee meisjes uit een heel verschillend milieu de hoofdpersonen: de keurig opgevoede Fransje uit een deftige familie en Dientje, het ondernemende zusje van de dienstbode.
Aram en de bende van de boomstam is een griezelverhaal over een onzekere jongen die op school verschrikkelijk gepest wordt.
Voor het boek Een verboden kind kreeg Trude de Jong The Honery Award, onderdeel van de (Poolse) Janusz Korczak Literary Prize. Deze prijs wordt om de twee jaar uitgereikt aan een auteur die in zijn of haar boeken de vriendschap tussen kinderen van alle nationaliteiten en het begrip voor elkaar bevordert. De prijs is ingesteld door de IBBY. De IBBY streeft ernaar om kinderen van de hele wereld toegang te geven tot boeken van grote literaire en artistieke waarde.
Enkele titels:
Het hondje
Ruzie en andere verhalen
Miepjes fantastische vlechten
Aram en de Bende van de Boomstam
Lein de Liefde
Bozo’s droom
Lola de beer
Je bent geweldig!
Achter op de motor
Moord in Amsterdam
Moord aan de Rivièra
De duivel is los!
Een verboden kind
Moord in Istanbul
REACTIES
1 seconde geleden
D.
D.
yess weer een boekverslag nakkende,dankje joh
14 jaar geleden
Antwoorden