Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Max Havelaar door Multatuli

Beoordeling 5.7
Foto van een scholier
Boekcover Max Havelaar
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 5461 woorden
  • 28 juni 2010
  • 15 keer beoordeeld
Cijfer 5.7
15 keer beoordeeld

Boekcover Max Havelaar
Shadow
Het begint met een makelaar in koffie en het eindigt met een bewogen, hartverscheurende oproep aan de koning: de wereldberoemd geworden roman Max Havelaar. Anderhalve eeuw na verschijning is het nog steeds een zeer toegankelijk en meeslepend boek, een werk van grote tegenstellingen: literair en politiek, nostalgisch en modern, woedend en humoristisch, sarcastisch en t…
Het begint met een makelaar in koffie en het eindigt met een bewogen, hartverscheurende oproep aan de koning: de wereldberoemd geworden roman Max Havelaar. Anderhalve eeuw na versc…
Het begint met een makelaar in koffie en het eindigt met een bewogen, hartverscheurende oproep aan de koning: de wereldberoemd geworden roman Max Havelaar. Anderhalve eeuw na verschijning is het nog steeds een zeer toegankelijk en meeslepend boek, een werk van grote tegenstellingen: literair en politiek, nostalgisch en modern, woedend en humoristisch, sarcastisch en teder. Sinds het verschijnen hebben talloze lezers gelachen om Batavus Droogstoppel, gehuild om Saïdjah en Adinda en meegeleefd met Max Havelaar en zijn schepper Multatuli - in 2004 uitgeroepen tot de belangrijkste schrijver uit de Nederlandse literatuur.
Max Havelaar door  Multatuli
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Praktische gegevens

1. Bibliografische gegevens
1. De titel van het boek is: Max Havelaar of de koffieveilingen de Nederlandse Handel- Maatschappij. Heb boek is uitgegeven onder het pseudoniem: Multatuli. De werkelijke naam van de schrijver is: Eduard Douwes Dekker.

2. Het boek is uitgegeven door A.D. DONKER – ROTTERDAM

3. De eerste druk verscheen in 1860.

4. Ikzelf heb de 9e druk gelezen. Deze druk kwam uit in 1969

5. Het boek telt 272 bladzijden.

6. Er zijn verschillende genres, die van toepassing zijn op Max Havelaar. Het is zowel een autobiografische dubbelroman als een sleutelroman.

7. Het boek bestaat uit twintig hoofdstukken.

8. Voorin het boek staat de volgende opdracht:

“Aan de diep vereerde nagedachtenis van

Everdine Huberte Baronnesse Van Wynbergen

Der trouwe gade

Der heldhaftige liefdevolle moeder

Der edele vrouw”

2 Titelverklaring
De titel van het boek luid in de eerste plaats: “Max Havelaar”. Dit deel is gemakkelijk te verklaren: het verwijst naar de hoofdpersoon van het verhaal dat Multatuli heeft geschreven en de dingen die deze persoon meemaakt en denkt, misschien zelf zijn idealen en visie op de dingen. Het tweede deel van de titel “of de koffieveilingen der Nederlandsche Handel-Maatschappij”, verwijst naar het Nederlandse gezag, dat, kort gezegd, niets om de Inlanders geeft en alleen aan zichzelf denkt, waartegen Havelaar vecht in Indië. Het staat voor alle Droogstoppels bij elkaar zeg maar. De titel geeft met deze sarcastische zinspeling meteen aan bij wie de schuld voor de misstanden waarover het boek handelt gevonden kan worden.

3 Tijd in de geschiedenis
Deze is bij dit boek van groot belang en mede daarom is het natuurlijk prettig dat ze zo nauwkeurig is te achterhalen. Het boek, dat in 1860 voor het eerst uitkwam handeld over de hele periode dat Havelaaar ambtenaar was in Indië en ook de conflicten die hierop volgden. Dat betekend vanaf 1838 tot 1852 en van 1855 (en vooral 56) tot Havelaar de strijd opgaf om recht te doen in de jaren die volgden na zijn ontslag in 56. Het boek speelt in het midden van de negentiende eeuw dus, toen Nederlands – Indië nog bij het Rijk hoorde.


4 Tijdsduur van het verhaal

Hoewel er over de voorgaande jaren veel wordt verteld via de verhalen bij de Havelaar handelen de gebeurtenissen uit het verhaal in het jaar 1856 toen Havelaar de functie van Assistent-resident te Lebak vervulde. De boodschap die verhaal bevat strekt zich echter door alle komende jaren van het Nederlandse koloniale beleid. Het verhaal van Saidjah en Adinda duurt echter precies 18 jaren, maar is strikt genomen een verzonnen verhaal dat losstaat van de Havelaar. Beginjaar nog eindjaar is hiervan dus onbekend en ook onbelangrijk, het gaat immers om de strekking.

5 Ruimte
Het verhaal speelt zich af in de residentie Bantam, in het gebied Lebak, waar Havelaar Assistent – Resident is, Van het huis en erf wordt ook een nauwkeurige beschrijving gegeven, maar het lijkt mij onnodig deze hier te herhalen, als het huis maar als ruimte binnen Lebak wordt meegerekend is dat voldoende. Ook is er iets voor te zeggen dat het verhaal zich in heel Nederlands - Indië afspeelt, vooral dat van Saidjah en Adinda. Een andere belangrijke anekdote speelt zich af op West Sumatra waar Havelaar indertijd controleur was, in Natal om precies te zijn.

6 Hoofdpersonen
Max Havelaar: de hoofdpersoon van het verhaal van Multatuli. Aan de beschrijving van zijn nogal complexe persoonlijkheid worden in het boek verscheidene bladzijden gewijd, waaruit ik de rode draad nu zal proberen te voorschijn te halen. Havelaar was 35 jaar, in het verhaal, slank en gezond en behalve zijn ogen en veranderlijke gezichtstrekken was er aan zijn uiterlijk niet veel bijzonders te zien. Zijn innerlijk was des te uitzonderlijker. Hij was een ‘vat vol tegenstrijdigheden’. Hij was erg intelligent en slim en begreep vaak de moeilijkste en ingewikkeldste problemen. Maar de simpelste kon hij niet bevatten. Hij kon scherp uithalen naar mensen die volgens hem onjuist handelden en voelde direct daarna spijt, wat zijn mededogen laat zien.Hij wilde het grootste onrecht herstellen en kon daar zo in opgaan dat hij zijn simpelere plichten vergat. Havelaar dacht vaak over de grootste dingen die je je maar kunt voorstellen, maar is ook van bijna alle details van de samenleving op de hoogte en heeft bijna overal verstand van. Hij kon koppig zijn over wat hij belangrijk vond… en zo kan ik nog wel even doorgaan. Dit lijkt me echter niet handig dus tot slot mijn algemene indruk:

Havelaar was een groot man die echter naast al zijn grootse ambities ook geluk stelde in het kleine en een enorme algemene ontwikkeling had. Waar hij voor stond verdedigde hij met hand en tand, hoe groot of klein ook. Hij was een idealist in hart en nieren, een beetje excentriek maar vooral een oprecht liefdevolle en sociale man. Geeft niet echt om materiaal wel om ideaal.

Batavus Droogstoppel: is makelaar in koffie (firma Last & Co.) en woont op Lauriergracht 37 te Amsterdam. Hij heeft in zijn achterhoofd het idee om een boek te gaan schrijven, over de koffie natuurlijk, gaan schrijven en zal zich daarbij laten leiden door ‘waarheid en gezond verstand’ want dichters en schrijver vertellen tegenwoordig niets dan leugens zo vind hij. Droogstoppel is een geslaagd materialist en vind dat hij dit allemaal aan zichzelf te danken heeft, en aan zijn principes en ‘rechtschapen ideeën’. Aan deze denkbeelden houd hij zich dan ook strikt tenzij de omstandigheden hem verplichten anders te doen, iets waarin hij vaak een vingerwijzing van de Heer ziet, die hem als goed protestant beloont. Dankzij al dit soort kleine smoezen om zijn zonden goed te praten komt zijn ware leugenachtige aard naar boven. Droogstoppel staat voor alle egoïsten en kapitalisten en a-socialen, weke ruggengraatloze Nederlandse machtigen de bovenste laag van de maatschappij vormden inde negentiende eeuw en is de absolute tegenspeler van de idealist Havelaar.

Bijpersonen:
Tine en Max (jr) Havelaar: Havelaars vrouw en kind. Havelaar is dol op hen. Tine is qua uiterlijk niet zo’n hele knappe vrouw maar toch is ze mooi volgens Havelaar omdat haar ziel, die echt helemaal geweldig is, wordt weerspiegeld in haar uiterlijk. Hij vergelijkt haar zelf met de vrouwen te Arles. Max junior is wel knap, een aandoenlijk blond Hollands jochie met een dubbele haarkruin, wat volgens de Indiërs geluk brengt. Vooral Tine, en dus meteen junior, steunt haar man onvoorwaardelijk en ze vormen een gelukkig gezin.

Droogstoppels gezin: bestaat uit Droogstoppels vrouw en 2 kinderen, Marie en Frits. Lijken me ook een tamelijk gelukkig gezin al begint Frits wat opstandig te worden tegenover ‘het gezag’ en wordt ook Marietje wat gekleineerd. Droogstoppel is in het geheel duidelijk de baas.

Mevrouw Slotering: De weduwe van de oude Assistent - Resident die Havelaar in bescherming tracht te nemen. Ze is een Inlandse.

Saidjah en Adinda: verliefd Indisch stel dat door het wangedrag van de Inlandse hoofden en het wanbestuur van de Nederlanders uiteindelijk de dood vind. Ze staan model voor de lijdende Javaan, en vormen de kern van Multatulis betoog.

Verbrugge en Duclari: Verbrugge is controleur te lebakl en heeft aan Havelaar dus zijn directe baas. Hoewel hij in wezen een goed mens is zorgt zijn ‘halfheid’zoals Havelaar dit noemt ervoor dat hij zich niet alltijd zo gedraagd. Toch mag Havelaar hem graag. Duclari is militair te Lebak en min of meer vaste gast bij te Havelaars. Een goed mens maar niet altijd even slim

Slijmering: De besluitloze en ‘schipperende’resident die Havelaar als directe baas heeft en model staat voor de manier waarop de Regering te Batavia het land bestuurd. Hij is corrupt en denkt alleen om zijn eigen hachje, praat erg traag.

Stern: wordt door Droogstoppel naar Holland gehaald om zijn Duitse relaties wat te paaien en voor zich te winnen. Volgens Droogstoppel een echte Duitse lastpost. Stern rebelleert in het volgens het verhaal door hem geschreven boek net als Multatuli tegen de Droogstoppels in de wereld en is een beetje een romanticus en een dromer. Hij zet kwaad bloed bij Droogstoppel maar wint het hart van de Rosemeyers en de rest van Droogstoppels gezin.

Andere bijpersonen zijn: de regent en zijn familie, de gouveneur generaal en de militaire Gouveneur te Sumatra. Ook Multatuli zelf zou je dankzij zijn lange betogen en tussenschriuijfselks bijna een bijpersoon kunnen noemen. Hij speelt echt een vertellersrol.


B. vertelswijze

1.Perspectief
In het boek komen 2 soorten perspectief voor: het “ik” perspectief in de stukken dat Droogstoppel aan het woord is en een hij perspectief als Multatuli als verteller optreed.

Het ik perspectief van Droogstoppel zou je een I-witness perspectief kunnen noemen, want hij verteld vooral hoe hij de dingen interpreteert die hij ziet en veel verder dan zijn rol als observeerder gaat hij niet in het boek. Het vertellersperspectief van Multatuli gaat in sommige hoofdstukken over in een hij - protagonist perspectief, maar door zijn vertelstijl met uitwijdingen duurt dit perspectief nooit erg lang.

Vooral bij het ik perspectief van Droogstoppel heb ik het idee dat het niet erg betrouwbaar is omdat Droogstoppel zijn acties en ideeën vaak indekt met foute en verdraaide argumenten zoals wat hijzelf ziet als een “vingerwijzing van God”, of de rijke gepensioneerde ambtenaar uit driebergen die hij onterecht als ervaringsdeskundige beschouwt. Droogstoppel is bovendien bevooroordeeld.

Natuurlijk is dit over Multatuli ook te beweren, maar deze geeft tijdens de vertellingen vak nauwkeurig aan met welke feiten en bewijzen hij zijn beweringen kan staven. Je ziet dus dat dit perspectief betrouwbaarder is als het om Indië gaat want Multatuli, en Max Havelaar ook, is natuurlijke een ervaringsdeskundige. Het is moeilijk om het perspectief van de verteller en het hij–protagonist perspectief van Havelaar uiteen te halen omdat deze twee zo dikwijls op elkaar overlopen.

Citaten:

Droogstoppel

“Ik ben makelaar in koffie, en woon op de Lauriergracht, no. 37. Het is mijn gewoonte niet, romans te schrijven, of zulke dingen, en het heeft dan ook lang geduurd, voor ik ertoe overging een paar riem papier extra te bestellen, en het werk aan te vangen, dat gij, lieve lezer, zoeven in de hand hebt genomen, en dat ge lezen moet als ge makelaar in koffie zijt, of als ge wat anders zijt.”




Eerste zin van het boek.
(let naast het perspectief ook op de betogende manier van vertellen)




Multatuli

“Hij roept, om zijn velden te bewerken of te besproeien, de bevolking van ganse dorpen op, wier eigen Sawas evenzeer behoefte hebben aan bearbeiding….. ziedaar het misbruik”.

Bladzijde 65 boven witte streep.

( heeft een beetje de toon van een gids die je echt door het verhaal lootst en af en toe iets toelicht als dit hem nodig lijkt)

Havelaar

“ “Ik wil toch eindelijk eens weten wat dit beduidt!” zei Havelaar, en toen de begroeting voorbij was, vroeg hij op schertsende toon, om haar niet te doen menen dat hij haar een weinigje gezag misgunde, op een erf dat vroeger het hare was: - Wel mevrouw, zeg me toch eens waarom u die mensen die ’t erf betreden zo terugzend? Als die man van zoeven nu eens iemand was die kippen te koop had of iets anders wat nodig kon zijn voor de keuken?”

Bladzijde 240 begin 20e hoofdstuk.

2 Taalgebruik
Ouderwets – Ontwikkeld – Goed onderbouwt – Belerend – Betogend.

Het taalgebruik in het boek is zoals te verwachten is nogal ouderwets en er zitten ook hier en daar wat Duitse elementen in. Veel Franse woorden en uitdrukkingen ook. Hieruit blijkt wel dat Multatuli een ontwikkeld man was. Naast deze Europese taalelementen worden ook veel Aziatische woorden en uitdrukkingen gebruikt. Het taalgebruik in het boek heeft een beetje een belerende toen en geeft me het idee dat de lezer echt aan het handje wordt gehouden door het hele boek. Vooral naarmate het einde nadert en in de ‘uitwijdingen’ zitten stukken dat het niet echt een verhaal is maar meer een betoog. Dit wordt niet alleen gedaan door simpelweg argumenten in het geheel te verwerken maar ook door de lezer af en toe op bepaalde elementen te wijzen zoals argumenten voor de argumenten of de dingen die de betreffende persoon zegt doet schrijft of onderneemt en waaruit de aard van deze persoon blijft. Een goed voorbeeld is het bovenstaande citaat van Multatuli.

In de stukken van Droogstoppel is aan de manier van praten te zien hoe deze over zichzelf denkt, en hoeveel hij aan zichzelf denkt. Hij spreekt alsof hij erg wijs is en heeft het vaak heel lang over zichzelf wat zijn verhalen vaak nogal langdradig maakt.

3 Beschrijving van personen en ruimte
Multatuli besteed heel veel aandacht aan de beschrijving van vooral het karakter van personen uit het verhaal, hoe dit tot stand is gekomen en welke gevolgen het heeft en hoe het helpt om de daden van deze personen te verklaren. Naast de personen worden ook het bestuursapparaat van Indië, en de manier waarop ambtenaren zich daarbinnen handhaven, van de onbenulligste controleur tot aan de Gouverneur – Generaal zelf, en het Indische politieke systeem met de adat ruim beschreven. Naast de politieke en culturele situatie in de speelruimte en de personen en karakters, wordt ook aan de flora en fauna en het huis van Havelaar, dat met complete plattegrond wordt beschreven, veel aandacht besteed. Wat wel opvalt is dat echt bijna alleen datgene wat beschreven waarvan de lezer later zal denken: Daar heb ik wat aan gehad!. Dit wordt onderschreven door de uitwijding over uitwijden.


C. Thematische aspecten

1 Motieven
verhaalmotieven:

1. Ambtenarij en corruptie: deze twee zijn, zo blijkt uit de Havelaar, helaas nogal nauw met elkaar verbonden geweest ten tijde van Multatuli. Symbool hiervoor staat vooral Slijmering die wordt omgekocht door de Adipatti om zo Havelaar weg te werken.

2. De Inlandse (Javaanse) bevolking: als het thema (zie C2) het gezegde zou zijn waren zij het onderwerp. Dit is de gigantische groep mensen die door Nederland en door haar eigen Hoofden wordt uitgezogen. Zij is een van de groepen die onrecht wordt aangedaan en daarmee een belangrijk motief.

3. Havelaar zelf: zijn persoonlijkheid staat voor het goede in de mens. Hij heeft allerlei mooie (soms ietwat tegenstrijdige) eigenschappen in zich en probeert koste wat kost te doen wat hem goeddunkt en dus het onrecht aan te vechten. Ook wordt hemzelf onrecht aangedaan.

4 Droogstoppel: hij staat voor het slechte in de Nederlandse bevolking (of in de mens misschien wel) en vult zo de rolverdeling van Havelaar aan. Omdat hun visies constant botsen in het verhaal zijn zij belangrijke motieven. Zij zijn de tegenover elkaar staande groepen in de maatschappij wat betreft moraal en waarden.

5. Nederlands-indie, hier speelt het verhaal zich uiteindelijk allemaal af. Indie werd een kolonie van Nederland, hierdoor konden deze omstandigheden plaatsvinden. Nederlands-Indie heeft voor Nederland in de 17e eeuw veel geld binnengebracht mede door uitbuiting van de Javaanse bevolking.


Abstracte Motieven

1. Machteloosheid: van Havelaar als hij uiteindelijk merkt dat hij zijn strijd tegen het onrecht heeft verloren en zelf zijn geliefde Gouveneur – Generaal hem geen hulp meer kan bieden.

2. Woede: van Havelaar jegens de Hoofden en het Nederlands beleid die beiden voor uitbuiting van de bevolking zorgen. Ook woede jegens Verbrugge die geleid door angst niet altijd openlijk steun aan Havelaars standpunten durft te betuigen en zo de uitbuiting in de hand werkt.

3. Angst: als duidelijk wordt dat meneer Slotering, die ook de bevolking van Lebak wilde helpen, is vergiftigd door de Adipatti en zo om het leven kwam. Havelaar en zijn gezin lope nu ook gevaar.

4. Liefde: de liefde van Havelaar voor zijn gezin en de bevolking en ook de liefde van Saidja en Adinda jegens elkaar.

5. Verwijt: Multatuli maakt door het hele boek heen verwijten richting Nederlands beleid, bevolking en bestuur. Tegen het einde van het boek maakt hij zelfs de Koning in niet mis te verstane woorden duidelijk dat deze zijn beleid ten aanzien van de kolonie moet herzien.


2.Thema
Het onderwerp van dit verhaal is ‘de koffieveilingen der Nederlandse Handels-Maatschappij’

Het Thema in dit boek is kort gezegd: de strijd tegen onrecht.

Hoewel het boek in eerste instantie helemaal niet over dit thema lijkt te gaan, Droogstoppel schrijft eerst nog enkele pagina’s vol voor het verhaal echt interessant begint te worden. Na het stuk over hoe de arme Javanen mishandeld worden en te veel leiden dankzij een combinatie van Nederlandse regels en Inlands bestuur begint dit al helemaal te dagen. Een citaat uit dit gedeelte:

" Doch daar kwamen vreemdelingen uit het Westen, die zich heer maakten van het land. Ze wensten voordeel te doen met de vruchtbaarheid van de bodem, en gelastten de bewoner een gedeelte van zijn arbeid en van zijn tijd toe te wijden aan het voortbrengen van andere zaken, die meer winst zouden afwerpen op de markten in Europa (…) Hij (de Inlanders) gehoorzaamt zijn hoofden, men had dus slechts deze hoofden te winnen en hun gedeelte van de winst toe te zeggen,…” (Blz 55)

In dit stukje tekst wordt voor een groot deel beschreven waar het boek eigenlijk om gaat: De mensen uit het Westen worden rijk van de Inlanders, dit doen zij door de hoofden van het volk onder de knie te krijgen en hen om belastingen te vragen. (cultuurstelsel. De Hoofden zelf willen ook hun levensstandaard op peil houden, dat moet volgens de adat. Resultaat: de Javaan is de sigaar. Door het hele boek vinden we dit thema als rode draad terug.

Een (duidelijk) fragment waaruit de bedoeling van het boek wordt beschreven is dit: Goed, goed, alles goed! Maar… de Javaan wordt mishandeld! Want: wederlegging der hoofdstrekking van mijn werk is onmogelijk! Hoe luider overigens de afkeuring van mijn boek, hoe liever 't mij wezen zal, want des groter wordt de kans gehoord te worden. En dit wil ik! (blz 256)

Een tweede vorm van onrecht waarop de schrijver wijzen wil in zijn boek (past binnen het thema vandaar het noemen ervan), is het onrecht dat hem zelf door het Nederlandse bestuur is aangedaan. Dat beide vormen zwaar wegen voor MUltatuli is in dit citaat van de laatste bladzijde te lezen: “Aan U durf ik in vertrouwen te vragen of het Uw Keizerlijke wil is: dat Havelaar wordt bespat met de modder van Slijmeringen en Droogstoppels?

En dat Daarginds Uw meer dan dertig miljoenen onderdanen worden mishandeld en uitgezogen in Uwen naam?”

De hoofdgedachte van dit boek is voor mij erg duidelijk: De uitbuiting van de Indische bevolking is een zeer kwalijke zaak!


 



D. Structurele Aspecten


1. Volgorde van gebeurtenissen.

Eerst even iets over de structuur van het verhaal. Het is een raamvertelling. Het eigenlijke verhaal, namelijk dat van Max Havelaar wordt verteld via voorlezingen die de Droogstoppels wekelijks houden bij de Rosemeyers thuis. Het boek heeft mede door deze vertelwijze (en door het doel dat Multatuli had met het schrijven van het boek) de volgende structuur gekregen:

genre

hfdst.

Schrijver/verteller

hoofdpersoon

roman 1

roman 2

protest

1-4, 9-10, 16

5-8, 11-16, 17-19

20

Droogstoppel

Stern (Sjaalman)

Multatuli

Droogstoppel

Havelaar

n.v.t.

Het verhaal wordt dus niet in chronologische volgorde verteld maar in stukjes van Droogstoppel-Sjaalman-Droogstoppel enzovoort.

2 De belangrijkste gebeurtenissen
Ik houd hierbij de structuur weergegeven in het schema aan en lijm dus de hoofdstukken als het ware als blokjes in elkaar zodat het iets duidelijker en overzichtelijker is:

Roman 1:


1-4:

In deze hoofdstukken komt Batavus Droogstoppel aan het woord. Hij stelt zich zelf voor en vertelt wat zijn idealen zijn. Ook vertelt hij wat dingen van zijn jeugd zoals het feit dat hij Havelaar als klasgenoot heeft gehad. Sjaalman (Havelaar) en Droogstoppel komen elkaar op straat tegen. Sjaalman geeft Droogstoppel (eigenlijk tegen diens zin) een pak met papieren mee waar dingen staan beschreven die Sjaalman heeft meegemaakt of waar hij over heeft nagedacht. Hierover is zelfs een hele lijst van onderwerpen in het boek opgenomen. Droogstoppel moet niets hebben van de arme Sjaalman en zijn vooruitstrevende en soms zelf zedelijke schrijfsels. Later besluit hij van de papieren toch een boek te schrijven als hij enkele vertellingen vind over de koffie cultuur op Java. Hij krijgt hierbij hulp van Stern en zijn zoon Frits. Hierbij gelden enkele strenge regels die eigenlijk niet helemaal naar Droogstoppels zin zijn en waardoor Stern het verhaal van Havelaar kan gaan schrijven i.p.v. Droogstoppels geneuzel over koffie.

9-10 en gedeelte 16:

Hier vertelt Droogstoppel dat hij al het voorgaande niet mooi vond. Hij uit hier zijn mening dat het de eigen schuld is van de Javanen dat ze zo arm zijnen dat hij helemaal geen medelijden met de Javanen heeft. In deze hoofdstukken komt ook de beruchte preek van ds. Wavelaar voor. Hier wordt dus duidelijk de bekrompenheid van de Droogstoppels uit Nederland naar voren gehaald.

Roman 2


5-8:

Hier worden Havelaar en zijn familie voor gesteld. Hun personages worden uitgebreid besproken. Ook de Regent, Verbrugge en Duclari worden hier voor gesteld. Het hoofdstuk bevat de geschiedenis van Havelaar van het begin van zijn loopbaan als assistent-resident in Lebak. Ook komt hier de toespraak voor die Havelaar houd voor de hoofden van Lebak, en wordt voorzichtig een eerste beeld van Lebak gegeven..

11-16:

Hier komt het etentje in voor van Havelaar, Tine, Verbrugge en Duclari. Havelaar vertelt hier over zijn avonturen (oa over Sumatra) en over zijn mening over vele dingen. Zoals vrouwen, kunst en Indie. Ook begint hier de strijd tegen het onrecht die Havelaar voert. Ook het verhaal van de Japanse Steenhouwer komt hier in voor. Door alle verhalen en vertelsels leert de lezer de personages (en vooral Havelaar) beter kennen en leert hij/zij ook de situatie in Nederlands-Indie beter kennen.

17-19:

Hier komt het verhaal van Saidjah en Adinda in voor. Dit verhaal laat zien hoe de toestanden in Lebak zijn en hoe groot het leed voor de gewone bevolking van dit gebied is. Het verhaal is dé ‘ogenopener’ van het verhaal en zelfs de meest hardnekkige Droogstoppel zal na het lezen ervan toch wel een flintertje van gewetenswroeging krijgen als hij de lotgevallen van deze jonge geliefden (en hun familie) leest. Ook komt aan het licht hoe Slotering is omgebracht. Als dit duidelijk wordt besluit Havelaar dat hij de Adipattie en zijn familie nu echt moet aanpakken en hij klaagt ze aan bij de Heer Slijmering. Deze probeert eerst nog te schipperen, maar als dit niet werkt wordt duidelijk dat hij geenszins van plan is aan Havelaars verzoeken gehoor te geven. Hier wordt duidelijk dat Havelaar zijn strijd tegen het onrecht aan het verliezen is, dit resulteert in het ontslag van Havelaar in hoofdstuk 20. (Anders was hij overgeplaatst door de regering.)

Protest:

20:

De eerste helft van dit hoofdstuk zien we dat Havelaar ontslag neemt. Al zijn inzettingen waren tevergeefs. Het 2e gedeelte is voor Multatuli. Hij neemt het boek over van de schrijvers en neemt afscheid van ze. Stern laat hij goedkeurend achter. Droogstoppel wordt met harde hand uit het boek geschreven. Multatuli schrijft wat hij met het boek wil bereiken en aan wie hij het richt. Hij schrijft over het gigantische onrecht dat hem en de Inlandse bevolking van de ‘Smaragden Gordel’ wordt aangedaan, en richt zich uiteindelijk zelfs tot de Koning. Dit laatste stuk is een echt betoog tegen het onrecht.


3 Het begin
Van Roman 1:

Het verhaal begint als Droogstoppel zich uitgebreid langdradig en herhaaldelijk voorstelt aan de lezer. Alle opwindende hoogtepunten uit ‘s mans leven worden uitgebreid besproken en de lezer wordt er haast mee doodgegooid hoe fatsoenlijk Droogstoppel wel niet is. Een overduidelijk informatieve opening dus.

Van Roman 2:

Dit begint als de lezer Havelaar moeizaam reizend maar toch geduldig met zijn gezin in een kar over de modderige weg naar zijn nieuwe thuis in Lebak vindt en hij wordt ontvangen door de controleur en de Regent (Adipatti). Het is dus een open begin want de lezer weet in eerste instantie niet waar hij is of met we en welke situatie hij te maken heeft.

4 Het einde
Het verhaal eindigt in een betoog waarin Multatuli uiteenzet welk een onrecht Havelaar is aangedaan in Nederlands Indie en welk onrecht er de Javaanse bevolking nog steeds wordt aangedaan. Hij zet het doel van zijn boek, namelijk de bestrijding van dit onrecht uiteen en rekent in dit betoog af met alle Droogstoppels en Slijmeringen die onterecht boven Havelaar staan op de sociale ladder en verdedigd Havelaar en de Javaanse bevolking. Hij richt zich tot alle Nederlanders en dreigt internationaal te gaan publiceren als hij zijn doel niet bereikt en al dat soort dingen. Hij richt zich zelfs tot de Koning. Dit is dus een gesloten einde.


E. Mening

Op het moment dat ik deze mening opschrijf heb ik het boek nog niet geheel voltooid. Het kan dus zijn dat ik deze mening later aan zal passen.

Ik heb dit boek gekozen, omdat tijdens het bestuderen van mijn literatuur mij opviel dat het boek: Max Havelaar, als een groot meesterwerk werd gezien. Verder moest ik een boek uit de periode van de 19e eeuw voor 1880 hebben. Ik besloot dus de Havelaar te gaan lezen.

Mijn eerste reactie was er een van: ‘Dit is best langdradig en soms ook wat verwarrend’. Maar naarmate ik meer in het verhaal kwam werd het steeds boeiender. De uitgebreide beschrijvingen vond ik soms wat ergerlijk maar het verhaal sprak mij wel aan.

De diepere gedachte van dit boek komt zeker goed naar voren, vooral ook omdat het in het laatste hoofdstuk (20) nog eens extra benadrukt wordt door het betoog waarin Multatuli uiteenzet welk onrecht er eigenlijk plaatsgevonden heeft daar in Nederlands- Indie.

De personen worden redelijk geloofwaardig beschreven. Hoewel vooral de goede kanten van Havelaar naar boven komen (hoofdstuk 5). De personage’s worden dus wel enigszins bevooroordeeld beschreven naar mijn mening, maar zijn wel geloofwaardig aangezien het verhaal biografisch is.

Het perspectief vind ik er bijzonder. Je moet er eerst echt even in komen, omdat het vooral in het begin voor verwarring zorgt. Maar als eenmaal is uitgelegd hoe de ‘Havelaar’ tot stand is gekomen wordt dat duidelijk en is het makkelijk te volgen.

De beschrijving van ruimte en personen is erg uitgebreid, maar ook nuttig. Omdat het boek bedoelt is voor mensen die nooit in Indie geweest zijn, dus ook niet weten hoe het rechtstelsel, de politiek, de cultuur van de Javaan etc. in elkaar zit.

De stijl van het boek vind ik soms wel wat moeilijk te volgens, maar dit komt ook door de tijd waarin het verhaal geschreven is. Naar mijn mening is het boek totaal niet overzichtelijk doordat verschillende mensen een boek geschreven hebben.

Het slot heb ik nog niet gelezen, maar naar aanleiding van dit verslag (wat ik overigens niet zelf gemaakt heb) zou ik zeggen dat het erg verhelderend moet zijn.

Het belangrijkste moment van het verhaal kan ik op dit moment ook nog niet aangeven. Hoewel ik op dit moment zou zeggen dat dat het slot is. Omdat hierin de aanklacht tegen mensen zoals droogstoppel en de manier waarop de Javaan behandeld werd wordt benadrukt en uiteengezet.

Mijn oordeel op dit moment luid, dat dit eigenlijk een boek is dat iedereen die de Nederlandse literatuur induikt dit boek eigenlijk wel gelezen zou moeten hebben. Verder vind ik het erg interessant omdat het een grote invloed heeft gehad in de geschiedenis.


F. Samenvatting


In de eerste paar hoofdstukken van het boek is een zekere Batavus Droogstoppel aan het woord, makelaar in koffie, Lauriergracht no. 37, zoals hij graag pleegt te herhalen gedurende zijn betoog. Hij wil een boek gaan schrijven over de koffiehandel om te waarschuwen over de komende slechte tijden. Het is niet de bedoeling dat dit een literair boek wordt, geen roman, “of dat soort dingen: dat is “allemaal maar gekkigheid en leugens” en er is niets belangrijker voor Droogstoppel dan de waarheid.

Droogstoppel komt vervolgens, tegen zijn zin in weliswaar, in bezit van een heel pakket met allerlei geschreven betogen, uiteenzettingen, verhalen etc. etc., die hij krijgt van Max Havelaar, alias ‘Sjaalman’, een vroegere schoolvriend van hem, die aan lager wal is geraakt en alleen maar een sjaal om zijn schouder heeft hangen, in plaats van een winterjas. Vandaar de naam ‘Sjaalman’. Aanvankelijk staat Droogstoppel erg sceptisch tegenover deze sloeber, maar als hij erachter komt dat er in dat pakket toch wat nuttigs blijkt te zitten (namelijk een aantal uitwijdingen over de koffieplantages in Indië), wordt het toch interessant…

Dit pakket is voor Droogstoppel de aanleiding een boek te gaan schrijven.

Het is voor de koffiemakelaar nog niet zo eenvoudig uit al die losse stukjes over de koffiehandel een samenhangend verhaal te maken en daarom zet hij zijn jongste bediende, Ernest Stern, aan het werk. Deze schrijft echter, tot grote ergernis van Droogstoppel, geen studie over de koffiehandel, maar over de belevenissen van Max Havelaar in Lebak, beschreven in de documenten uit het ‘pak’ van Sjaalman. Om het verhaal nog enigszins ‘solide te maken’ zal Droogstoppel af en toe inspringen om zijn commentaar te geven.

Het vijfde tot en met het achtste hoofdstuk is geschreven door Stern en beschrijven het begin van de Lebak-affaire: zijn eerste kennismakingen met de inlandse hoofden en zijn Nederlandse ondergeschikten en zijn toespraak tot die ‘hoofden’ waarin hij waarschuwt dat de misstanden in dit district moeten worden beëindigd.

In het negende en tiende hoofdstuk komt Droogstoppel weer aan het woord, waarin hij onder andere een preek bespreekt van de omstreden dominee Wawelaar. Ook gaat Droogstoppel in op de fout die Stern begaat: het voordragen van poëzie. Die bevat in het algemeen geen waarheid en dus is het onzinnig poëzie voor te dragen.

In het elfde tot en met het vijftiende hoofdstuk is Stern weer aan het woord en hierin worden de groeiende problemen van Havelaar in Lebak beschreven. Hoofdstuk zestien bevat een inleiding op het verhaal over Saïdjah en Adinda en in hoofdstuk zeventien wordt dat verhaal verteld: het is een liefdesgeschiedenis die tragisch tot zijn einde komt. Dit door toedoen van zowel de inlandse hoofden als de Nederlandse overheid.

Hoofdstuk achttien beschrijft de crisis voor Havelaar in de Lebak-zaak. Als het einde van hoofdstuk twintig, het laatste hoofdstuk, nadert, neemt Multatuli ineens zelf het woord over van Stern en als Droogstoppel iets wil zeggen, wordt deze bruut weggescholden. Op indringende wijze richt hij zich rechtstreeks tot koning Willem II en het Nederlandse volk om aandacht te vragen voor de uitbuiting en mishandeling van de inlandse bevolking in Indië door de inlandse hoofden maar ook wel degelijk door de Nederlandse overheid. Tevens wil hij eerherstel voor zichzelf
(zie ook D1)


G. De auteur

Douwes Dekker werd geboren in de Korsjespoortsteeg in Amsterdam als zoon van een scheepskapitein. In 1838 reisde hij aan boord van het schip waarover zijn vader het commando voerde naar Nederlands-Indië, waar ze in 1839 in Batavia aankwamen. Vanaf zijn aankomst in Nederlands-Indië ging het met zijn ambtelijke carrière snel bergopwaarts. In 1840 kreeg Douwes Dekker zijn eerste baantje bij de Algemene Rekenkamer en in 1851 had hij het al tot assistent-resident van Ambon geschopt.

Douwes Dekker werd in 1843 controleur in het district Natal aan de Westkust van Sumatra. Daar had hij grootse plannen om de haven te verbeteren, maar die leidden tot een kastekort, waarover hij een ernstige berisping kreeg van de gouverneur van Sumatra's Westkust, generaal Michiels. Deze noemde hem bij die gelegenheid "eerloos", een kwalificatie waardoor Douwes Dekker zich diep gegriefd voelde.

In 1846 trouwde Douwes Dekker met Tine baronesse van Wijnbergen. Uit dit huwelijk zouden twee kinderen geboren worden: zoon Edu in 1854 en dochter Nonnie in 1857.

In 1856 werd Douwes Dekker benoemd tot assistent-resident van Lebak. Hij nam datzelfde jaar ontslag toen gouverneur-generaal Duymaer van Twist hem niet wil ontvangen om zijn klachten over het optreden van de regent (inlandse hoofdman) van het district Lebak aan te horen. Na dit ontslag was hij werkloos en zwierf hij enkele jaren alleen door Europa, onder andere door Nederland, België, Duitsland en Frankrijk. In 1859 keerden ook Tine en de kinderen naar Europa terug.

In 1859 besloot Dekker zich voortaan te wijden aan het schrijverschap, en in 1860 verscheen zijn meest bekende boek Max Havelaar of de koffieveilingen der Nederlandsche Handelmaatschappij dat werd gepubliceerd onder het pseudoniem ‘Multatuli’ wat -in het Latijn- ‘ik heb veel gedragen’ of 'ik heb veel geleden' betekent. Max Havelaar is een directe aanval op de Nederlandse regering in Nederlands-Indië. In zijn boek probeerde Dekker alle schandalen en misstanden in Nederlands-Indië die hij daar had aanschouwd openbaar te maken aan de mensheid. Er werd geschokt op het boek gereageerd en er werd nog een poging ondernomen om het boek te negeren. Dit was tevergeefs; Max Havelaar werd door heel Europa een bestseller.

Dekker bleef de rest van zijn leven boeken schrijven en werd een populaire schrijver. In 1874 overleed zijn vrouw Tine en in 1875 hertrouwde hij met Maria Hamminck Schepel (ook wel bekend als Mimi). In 1877 besloot hij wegens zijn slechte gezondheidstoestand definitief te stoppen met schrijven. Hij overleed op 66-jarige leeftijd te Nieder-Ingelheim.

Vier dagen later werd Multatuli als eerste Nederlander gecremeerd, in het crematorium te Gotha. De urn met de as stond tot 1930 bij Hamminck Schepel, en kwam na haar overlijden in het Multatuli Museum (dat toen nog onderdeel was van de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam). Op 6 maart 1948 werden de urnen met de as van Multatuli en van zijn weduwe in een monument voor Multatuli op de begraafplaats Westerveld te Driehuis geplaatst. Het monument was een initiatief van de Vereniging voor Facultatieve Lijkverbranding.


 


H. Literatuuropgave

http://studenten.samenvattingen.com/documenten/show/4419646/

http://nl.wikipedia.org/wiki/Eduard_Douwes_Dekker

Multatuli, Max Havelaar of de koffieveilingen de Nederlandse Handel-Maatschappij, AD. Donker, Rotterdam 1969

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Max Havelaar door Multatuli"