Gegevens
Auteur: Carice de Wildt
Titel: Koosje diepbedroefd en dolgelukkig
Uitgeverij: OF Uitgevers
Druk: eerste druk mei 2010
Aantal pagina’s: 150
ISBN: 978940877019
Pseudoniem
Carice de Wildt is een pseudoniem, haar schrijversnaam. Ze kwam op de naam Carice de Wildt, omdat ze fan is van Carice van Houten en Wildt omdat ze vaak wild en ongeremd is. Carice schrijft al jaren onder deze naam op het weblog http://onvoorspelbaargelukkig.web-log.nl en columns op
Titelverklaring
‘Koosje diepbedroefd en dolgelukkig’ slaat op het leven dat Koosje leidt. Ze heeft namelijk een bipolaire stoornis, wat betekent dat ze soms diepbedroefd (ook wel depressief) is en de andere keer dolgelukkig (ook wel manie). Deze stemmingswisselingen worden afgewisseld met periodes waarin Koosje zich ‘normaal voelt’. Koosje is de hoofdpersoon in het boek en de auteur heeft voor deze naam gekozen omdat de naam symbolisch staat voor kiezen. Koosjes leven staat continue in het teken van kiezen. “Je kunt heel depressief zijn en in bed blijven liggen, maar ook opstaan en naar school of je werk gaan en er het beste van maken. Dus: Wat koos je?”, aldus de auteur.
De cover is een mooie toevoeging aan de titel en het verhaal. De ontwerpster Manon Bijkerk heeft een speelkaart gemaakt die precies de wereld van Koosje weergeeft. Aan de ene kant zie je een vrolijke rode kant die symbolisch staat voor de manische kant van Koosje, terwijl aan de andere kant van het boek zwart is en hiermee de diepbedroefde Koosje weergeeft.
Structuur/verhaalopbouw
Koosje bestaat uit drie delen:
1) Koosje dolgelukkig 2006
In deze periode is Koosje dolgelukkig en heel erg uitgelaten. Men noemt dit deel van de bipolaire stoornis ook wel de ‘manie’. Ze stapt veel en is constant bezig om zichzelf te vermaken.
2) Koosje diepbedroefd 2008
Koosje ervaart in dit deel het tegenovergestelde van haar manie, namelijk een depressie. Ze is heel erg down, komt soms het bed niet meer uit en ziet het leven niet altijd zitten.
3) Koosje 2010 ‘Normaal gesproken’
Hoofdpersonen
Koosje: het verhaal draait om en gaat over Koosje. Zij is dus de belangrijkste persoon in het verhaal. Ze heeft de chronische ziekte ‘bipolaire stoornis’, ook wel stemmingswisselingen genoemd. Het ene moment is Koosje dolgelukkig en het andere moment heel erg down (depressie). Ze is verliefd op Jeroen, gek op haar katten Beep en Brak en ook op chocola.
Jeroen: is de vriend van Koosje. Houdt ook van haar in de wat mindere tijden.
Pien: het zusje van Koosje. Heeft goed contact met Koosje en samen kletsen ze dan ook wat af. Ze hebben ook een broertje Tim.
Iris: is een hele fijne vriendin van Koosje. Eigenwijs en staat altijd klaar voor Koosje.
Loes: stapmaatje van Koosje die in de dolgelukkige periode van Koosje flink zijn gaan stappen samen.
Plaats
Het verhaal speelt zich voornamelijk af in Utrecht, maar dit speelt verder geen belangrijke rol in het verhaal.
Perspectief/vertelwijze
Het verhaal is deels fictie, deels autobiografisch. Koosjes leven is gebaseerd op eigen ervaringen van de auteur met betrekking tot haar bipolaire stoornis. Het verhaalt wordt verteld vanuit de ikpersoon, je bekijkt de wereld van Koosje dus vanuit haar ogen en gedachtes.
Samenvatting
Koosje dolgelukkig 2006
In deze periode is Koosje dolgelukkig en heel erg uitgelaten. Men noemt dit deel van de bipolaire stoornis ook wel de ‘manie’. Ze stapt en drinkt veel, flirt met iedereen en is constant bezig om zichzelf te vermaken. Ze heeft een cabriolet gekocht en kan haar geluk niet op. In deze periode heeft ze Jeroen net leren kennen, maar dat weerhoudt haar niet om naar bed te gaan met Peter, iemand die ze in de kroeg heeft leren kennen. Omdat Koosje zich heel goed voelt, besluit ze te stoppen met haar medicijnen lithium. Dit mag eigenlijk niet zonder overleg met haar psychiater en daarnaast hoort ze deze pillen altijd in te nemen. Zo zonder haar medicijnen en in combinatie met haar ‘manie’ voelt Koosje zich erg onzeker en slaat hier dan ook in door. Bijvoorbeeld: als Jeroen zijn telefoon niet opneemt, denkt ze dat hij haar zat is en niet meer van haar houdt. Of dat hij een ongeluk heeft gehad en dood is. Verder heeft Koosje last van een hallucinatie: een vrouw met geblondeerd haar en een zonnebankbruine huid. Deze vrouw komt vaker terug als hallucinatie en gooit elke keer een flesje bier leeg over haar blonde haren. Koosje rent en vliegt en is zo druk en chaotisch in haar hoofd dat ze een gruwelijk ongeluk krijgt. Koosje overleeft het.
Enkele quotes uit het boek:
“Freek en ik praten niet, zoenen hebben we eerder die avond al gedaan en we hebben snelle en onpersoonlijke kroegseks. Ik ben geen net meisje, dus ik vind het niet erg.”
“De wereld was kleurrijk, ik was vooral heel gracieus en het mooiste meisje ter wereld. Toch was ik verstandig en daarom gooide ik de wonderpillen weg.”
Koosje diepbedroefd 2008
Koosje ervaart in dit deel het tegenovergestelde van haar manie, namelijk een depressie. Ze is heel erg down, komt soms het bed niet meer uit en ziet het leven niet altijd zitten. Ze woont met Jeroen samen, maar maakt het hem niet makkelijk. Dit werkt als een neerwaartse spiraal op Koosje, want in haar ogen kan ze niets goed doen en voelt ze zich schuldig tegenover Jeroen. Wat moet hij met haar? Koosje gaat weer praten met haar psychiater en moet haar lithium in blijven nemen. Verder moet Koosje tegen haar gevoel in gaan: wil ze alleen maar in bed liggen? Dan moet ze juist iets actiefs gaan ondernemen. Is ze ’s avonds laat nog hyper? Dan moet ze niet gaan stappen, maar juist gaan slapen. Dit zijn moeilijke keuzes voor Koosje. Ze maakt ruzie met Jeroen, met de mensen op haar werk en vriendinnen. Koosje ziet haar leven op dat moment zo zwart, dat ze ervoor kiest om niet meer te willen leven. Ze giet wat pillen met wat wodka naar binnen, maar wordt zo misselijk dat ze alles in grote golven er weer uitgooit. Ze besluit om naar de tiende verdieping van haar flat te gaan, het dak op. Daar blijft de misselijkheid en krijgt ze ook last van pijnscheuten en valt ze af en toe weg. Koosje springt uiteindelijk niet en kiest voor het leven. Ze werd gered door een oplettende voorbijganger en naar het ziekenhuis gebracht.
Enkele quotes uit het boek:
“Er zijn mensen die kanker hebben. Mensen die graag willen leven maar uit hun lichaam, de dood in worden gedrukt. Kon ik maar met ze ruilen.”
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden