Zakelijke gegevens: De titel van het boek is ‘Kees de jongen’ en het is geschreven door Theo Thijssen. De datum van oorspronkelijke uitgave is 1923 en de datum van de gebruikte uitgave is 1970. Hoofdpersonen: De hoofdpersoon is Kees Bakels. Het perspectief is een personale vertelsituatie in de derde persoon. De schrijver kent alleen de gedachten en meningen van Kees en van geen elk ander persoon uit het boek. “Als kleine jongen haalde Kees verscheidene stomme streken uit. Sommige herinnerde hij zich niet eens meer. Maar z’n vader bewaarde allerlei papieren, zoals geboorte bewijzen, in een mooie linnen omslag met gouden letters, een omslag voor een boek over vaderlandse geschiedenis.” (blz. 7) Kees Bakels is een jongen van twaalf (later dertien) jaar oud. Hij heeft licht bruine haren en blauwe ogen. Hij is niet zo groot, maar wel erg snel. Kees is de zoon van twee arme mensen. Zijn vader is timmerman en zijn moeder runt een winkeltje. Kees heeft nog een jonger broertje en een jonger zusje, en ze hebben maar net genoeg geld om hun gezin te onderhouden. Kees is best wel aardig en beleefd. “Nou jank maar niet, zei Kees, en ga maar naar je klas, en vertel het allemaal maar aan de juffrouw.” (blz. 196) Hij is ook erg emotioneel en moet, ook al wil hij het niet, vaak huilen. “Thuis deed hij nog één poging tot verdediging; hij begon aan een verslag vol verachting; maar hij werd zenuwachtig, en vertelde niet veel anders, dan dat de kleermaker had gezegd: ‘ ’t is niet voor de heren- of keizersgracht,’ en toen huilde hij, waar Truus en Tom bij waren. Pa zweeg, en moe zei enkel maar: ‘La’ we gaan eten.’ ” (blz. 101/102) Hij heeft een grote fantasie, en loopt veel te dagdromen. In het begin van het boek loopt Kees erg veel te fantaseren en doet helemaal niets, maar langzamerhand krijgt hij een steeds actievere rol en begint hij een eigen inbreng in dingen te krijgen. Zijn doel is een beroemd, vereerd persoon te worden, en met Rosa Overbeek te ‘gaan’. Hij is zelf de grootste ‘lastigheidsfactor’ van het verhaal, omdat hij vaak dingen niet durft te zeggen of te doen. Aan het eind van het boek weet je veel over hem, en ook hoe hij denkt. Mijn mening: Ik vond het wel een interessant boek, niet spannend maar ook niet saai. Het is leuk om de gedachtes van Kees de Jongen te lezen. Het leukste gedeelte vind ik dat hij zo erg fantaseert over Rosa Overbeek. Hij is echt helemaal gek op haar als ze tegen hem praat is hij ook helemaal blij. Er is nog een deel van het boek wat ik mooi vind om te lezen en dat is het stuk over zijn vader. Zijn vader is erg ziek en Kees kan dan blij zijn om de kleinste dingen. Als hij bijvoorbeeld geld weg moet brengen voor zijn vader dan voelt hij zich heel verantwoordelijk. Ik vind het leuk om alleen de gedachte en meningen van Kees te lezen want dan blijf je toch een beetje nieuwsgierig naar de andere personen. Ik vind dit boek erg mooi geschreven en ik heb me echt ingeleefd in de hoofdpersoon (Kees). Af en toe staan er wel moeilijke woorden en zinnen in maar als je verder leest weet je meestal wel wat het dan ongeveer betekent.