GEGEVENS VAN HET BOEK Titel: Kaas
Auteur: Willem Elsschot
Uitgeverij: Em.Querido’s Uitgeverij b.v. Jaar: 1989
Andere werken: Villa des roses(1913),lijmen(1924),het been(1938) Aantal pagina’s: 105 KORTE INHOUD Frans Laarmans is een simpele man en niet erg bijzonder goed in iets. Hij heeft een baantje als klerk maar doet hem hoger voor voor meneer van schoonbeke. Het leven wordt ingrijpend veranderd als hij via zijn rijke kennis Van Schoonbeke een baan aangeboden krijgt als kaashandelaar. Dankbaar neemt Laarmans de baan aan, zijn vrouw raadt hem echter aan om zijn oude baan niet meteen op te zeggen, voor als het mis loopt. Laarmans regelt een doktersverklaring waarin staat dat hij een zenuwziekte heeft, en dat hij 3 maanden niet hoeft te werken. Hij zorgt dat het allemaal heel echt lijkt, want hij wil niet dat iemand erachter komt dat hij een andere baan heeft gekregen. Hij heeft nog geen geld voor een officieel kantoor, dus richt hij thuis (hij woont in Antwerpen) een kamertje in. Op een gegeven moment hoort Laarmans dat de kaas is aangekomen. De volgende ochtend wordt hij opgebeld door iemand die wil weten waar de kaas naar toe gebracht kan worden. Laarmans laat zich ompraten om de kazen op te laten slaan. De man van de opslagplaats geeft hem een doos met proefmonsters en de andere 369 kisten worden nu dus opgeslagen in een kelder. Het verkopen lukt niet, hoewel iedereen die een stukje krijgt zegt hoe lekker de kaas wel niet is. Laarmans benoemt door het hele land verkopers die kazen moeten verkopen, maar hij krijgt van niemand bestellingen door. Iedereen denkt dat Laarmans het erg goed doet, terwijl hij steeds meer in het nauw komt. De agenten die Laarmans aangesteld heeft om kazen te verkopen, geven nog steeds geen bestellingen door. Laarmans heeft er genoeg van en stopt ermee. Hij stuurt de kazen terug. De handelswereld ik niks voor hem. Als alle kazen net afgevoerd zijn krijgt hij van een agent alsnog een bestelling van 4200 kilo, zodat hij als nog niets verloren heeft aan zijn kaashandeltje. Laarmans pakt zijn oude baan weer op. En ten huize Laarmans meer dan komt er voorlopig geen kaas op tafel. MENING Ik vind het boek zeer slecht van het begin tot het einde, doordat het boek begint met een inleiding waar ik zelf niet aan uitkan. Het is zeer raar geschreven en zeer moeilijk uit te leggen, maar als je het boek gelezen hebt begrijp je mij ten zeker. Wanneer je dan eindelijk aan het echte verhaal begint denk je van “joepie” het zal nu wel meevallen maar dat is het zeker niet .Ik weet niet hoe het kwam maar dit boek ging echt zeer traag vooruit; alles word te gedetailleerd uitgelegd zoals ze wel zeker 6 pagina’s verspillen aan de uitvinding van de naam van het bedrijf. Deze stijl van boeken bevalt me zeker niet het was mijn eerste keer dat ik een Roman lees en waarschijnlijk ook de laatste, normaal lees ik altijd oorlogsboeken of spannende actieboeken.
PERSONAGES OPSOMMEN EN 1 UITGEBREID BESPREKEN Frans Laarmans(uitgebreid) De moeder van Laarmans(stervende) Dokter laarmans (broer) Mijnheer van schoonbeke(advocaat) Hornstra
Fine
Jan en Ida
Madame Peeters
Anna van der Tak
Tuil
Erfurt
Bartherotte
Boorman
De oude piet
De jonge van der zijpen
Vrienden van schoonbeke
Frans Laarmans: (loopt tegen de 50) is de hoofdpersoon van het verhaal. Hij is zachtmoedig en verlegen, hoewel hij ook sarcastisch kan zijn om zijn gevoelens te verbergen. Voor de handel is hij ongeschikt. Hij is naïef, niet berekenend en niet praktisch. Het resultaat hiervan is dat Laarman niet geschikt is als handelaar. FRAGEMENT+BESPREKING (pg 22 wanneer hij het huis samen met zijn broer verlaat van zijn pasgestorven moeder) Dit is dan toch één van de betere fragmenten in het boek. Hoewel ze zeker niet de grappigste is. Zopas is Laarmans moeder overleden na een lange aftakelingsweg. Hoewel het hem wel raakt kan hij geen traan laten vallen. Wanneer hij aan het wachten is tot zijn moeder sterft valt hij ver in slaap en wil hij naar huis gaan slapen. Uiteindelijk sterft zijn moeder maar hij durft namelijk niet als eerste door te gaan doordat hij al als laatste was toegekomen toen zijn moeder nog stervende was. Uiteindelijk stapt zijn broer op en beslist hij om vlug mee te gaan. Als hij thuis aankomt, vraagt zijn vrouw hoe het met zijn moeder er aan toe gaat. Omdat hij vlug wil slapen en geen extra vragen wil van zijn vrouw zegt hij vluchtig dat de toestand nog steeds dezelfde is. De begrafenis verloopt rustig. Daar maakt hij voor de eerste keer contact met mr. Van Schoonbeke een patiënt van zijn broer en een topadvocaat. Uiteindelijk krijgt hij van hem de kans voor kaashandelaar te worden.