- Wat is de titel van je boek?
Het achterhuis.
- Wie is de acteur van dit boek?
Annelies Marie Frank.
- Wat is haar geboortedatum/sterfjaar?
Zij werd geboren in Frankfurt am Main op 12 juni 1929 en zij stierf in maart 1945 in het concentratiekamp Bergen Belsen.
- Wat is het jaar van eerste uitgave van dit boek?
1991.
- Welke druk heb je gebruikt?
29e.
- Tot welke literaire/historische periode behoort dit boek?
Literaire periode: 2de Wereldoorlog.
Historische periode: 2de Wereldoorlog.
- Tot welke genre behoort dit boek?
Autobiografie.
- Verklaar de titel van het boek.
Het boek heet het Achterhuis, en dit is makkelijk te verklaren. De hoofdpersonen leefden tijdens hun onderduiktijd in de achterzijde van een huis en dit noemde zij het Achterhuis.
- Hoe zit de tekst in elkaar?
Het boek ‘Het Achterhuis’ bestaat uit de dagboekbrieven die Anne Frank heeft geschreven tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hierdoor bestaan er geen echte hoofdstukken of delen in het boek. Iedere entree is voorzien van een datum, aanhef aan Kitty en afsluiting van Anne Frank. De brieven zijn achter elkaar geplaatst in het boek. De toevoegingen van het herschrijven van het dagboek toen Anne hoorde dat er een publicatie na de oorlog zou plaatsvinden, staan weergeven met datum en zijn schuingedrukt zonder aanhef of afsluiting. In het midden van het boek staan enkele bladzijden vol met foto’s.
- Wat is het thema van dit boek?
Oorlog, vriendschap, strijd, vertrouwen en de jodenvervolging.
- Wat zijn de motieven van de schrijver?
Angst, vertrouwen, verlangen naar vrijheid / vrijheidsdrang en puberteit.
- Perspectief en verteller: vanuit wiens gezichtspunt wordt het verhaal verteld?
De dagboekbrieven zijn geschreven in de ik-persoon. Immers: Anne schrijft er zelf in. Soms noemt ze haar naam ook wel eens in derde persoon, voornamelijk als het gaat om situaties waarbij meerdere mensen in het Achterhuis worden betrokken. Doordat het Anne’s woorden zijn, krijg je alleen mee wat haar gevoelens en gedachten zijn. Uiteraard worden er ook vele gebeurtenissen beschreven waarin de andere personen die schuilen worden genoemd, maar de situaties zijn allemaal beschreven vanuit Anne’s perspectief. Hierdoor heb je geen idee van hoe en wat de anderen denken en voelen.
- Zijn er meerdere verhaallijnen in het boek?
Nee.
- Waar speelt het verhaal zich af?
In Amsterdam.
- In welke ruimtes speelt het verhaal zich af?
- Het grootste deel van het verhaal speelt zich af in het achterhuis, waar Anne ondergedoken is. Het pand staat in Amsterdam. In het eerste deel is ze nog niet ondergedoken. Daarin vertelt ze onder andere over de gebeurtenissen op haar school. Dit deel speelt zich ook in Amsterdam af.
- Tijd:
- In welke tijds periode speelt het verhaal zich af?
2de wereldoorlog.
- Is het wel of niet chronologisch?
Het verhaal wordt in chronologische volgorde verteld: Anne schrijft op, wat ze in het achterhuis meemaakt.
- Zijn er flashback en/of flashforwards?
Ja een paar.
- Wat is de vertelde tijd?
De vertelde tijd in het dagboek zelf, is ongeveer twee jaar, namelijk van 12 juni 1942 tot 1 augustus 1944.
- Zijn er sprongen in de tijd?
Nee.
- Welke personages zijn er?
Anne Frank:
Anne Frank is in het begin van het verhaal 13 jaar oud. Ze heeft een zus, Margot. Ze is geboren in Duitsland en gevlucht naar Amsterdam. Ze ontwikkelt zich gedurende de onderduikperiode tot een zelfstandige jonge vrouw met een meer diepzinnig karakter. Ze wordt verliefd op Peter, de zoon van de familie Daans, terwijl ze hem eerst maar een saaie jongen vond. Ze wordt door de andere onderduikers gezien als een vervelend kind en ze kan niet goed met de anderen overweg. Wel heeft ze een goede band met haar vader. Anne heeft grote plannen voor de toekomst, ze is zeer ambitieus en wil schrijfster en journaliste worden. Op 1 augustus 1944 schrijft ze echter haar laatste tekst, niet lang daarna gaat ze haar dood tegemoet in de concentratiekampen. Zij is een rond karakter.
Otto Frank:
Otto Frank is de vader van Anne. Door de andere onderduikers wordt hij Pim genoemd. Hij is zorgzaam en ondernemend. In Amsterdam begint hij verschillende bedrijven, maar hij moet deze opgeven, omdat hij als jood gevaar loopt. Tijdens het onderduiken helpt hij Anne bij het studeren. In het dagboek is hij een vlak karakter.
Moeder Frank:
Over de moeder van Anne is niet veel bekend. Anne kan niet goed met haar opschieten en heeft het idee, dat haar moeder Margot voortrekt. Ze is een vlak karakter.
Margot Frank:
Margot is de oudere zus van Anne. Anne wordt vaak vergeleken met haar zus, vooral wanneer ze iets fout doet. Margot is altijd de verstandigste in de ogen van haar ouders. Zij is een vlak karakter.
Peter Daans:
Peter is de zoon van de familie Daans. In werkelijkheid heten ze Van Pels. Peter is iets ouder dan Anne. Anne vindt hem eerst een slome slungel, maar door hun eenzaamheid en hun behoefte om met iemand te praten, groeien ze naar elkaar toe. Peter is een vlak karakter.
Mevrouw Daans:
Mevrouw Daans is de moeder van Peter. Anne kan absoluut niet met haar overweg. Ze is een vlak karakter.
Meneer Daans:
Meneer Daans is de vader van Peter. Over hem is weinig bekend. Ook met deze man kan Anne niet goed overweg. Hij is een vlak karakter.
Albert Dussel:
Albert Dussel is een tandarts, die door de andere onderduikers Pfeffer wordt genoemd. Anne moet haar kamer met hem delen. Hij heeft alleen maar kritiek op haar. Hij is een vlak karakter. Elli Vossen (Bep Voskuijl), Miep van Santen (Miep Gies), Kraler (Kugler) en Koophuis (Kleiman) zijn de mensen die de onderduikers van eten voorzien. Ze nemen ook lectuur mee en vertellen over de gebeurtenissen in de buitenwereld. In de loop van het verhaal hebben deze helpers steeds minder mogelijkheden om de mensen in het achterhuis van proviand te voorzien. Bij de inval worden de beide heren door de Duitsers meegenomen. Zij zijn allen vlakke karakters.
- Samenvatting:
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden