Hadden we er maar wat van gezegd! door Jan de Zanger

A. Samenvatting van de inhoud. Het boek begint als Pieter Vink naar een reünie van zijn oude school van 25 jaar geleden gaat. Pieter heeft er niet zo heel erg veel zin in maar zijn vrouw stuurt hem er toch heen. De school bestaat 100 jaar en daarom gaat Pieter er heen. Zijn vrouw zag een advertentie van de school van Pieter in de krant staan en dat gaf zijn vrouw de aanleiding om pieter naar de reünie te sturen. Als Pieter bij zijn oude school aankomt ziet hij Joyce een oud klasgenootje van Pieter. Joyce vraagt aan pieter waarom hij nooit op al die reünies is geweest. Pieter verteld dan dat hij verhuisd is naar de achterhoek. Pieter en Joyce praten gezellig met elkaar tot dat Elly binnen komt samen met Tiny, Ada Marleen en Hanspeter en jan ze gaan met hun allen de bar in. Elly wil weten waar Pieter en Joyce over het praten waren. Pieter verteld Elly dat ze het over Sietse Boonstra (deze jongen was zo slim dat hij 2 klassen heeft over geslagen. Sietse was het pispaaltje van de klas) hadden, dat hij het zo zielig vond dat hij die trein nooit heeft zien aankomen. Pieter en joyce praten nog even gezellig verder over vroeger en lopen langzaam naar de gymzaal, waar de rector een toespraak zal houden. Na een kort maar krachtige toespraak geeft de rector het woord aan meneer Stigter. Deze man zocht altijd een pispaaltje in de klas, eerst was het joyce die altijd met een minirokje op school kwam. Stigter zij dan altijd: ,,wat heb jij mooie benen joyce’’ toen moest ze altijd blozen. Toen Sietse in de klas kwam was hij altijd het pispaaltje. Sietse wist alle antwoorden altijd, daar kon Stigter niet tegen. Naar de speech van meneer Stigter vraagt Pieter of Joyce mee wil naar de stad. Ze komen bij een klein cafeetje (Pieter liep daar elke dag langs als hij naar school ging) aan en gaan daar aan een terrasje zitten en bestellen 2 bier. Pieter begint weer over Sietse en verteld Joyce dan dat hij heel erg bang was om naar deze reünie te gaan. Joyce verteld hem dan over de eerste dag van het examen. De rector vertelde vlak voor het examen dat Sietse onder de trein was gekomen en dood was.Pieter en Joyce lopen nog even door de stad en gaan dan weer terug naar school. Bij school aangekomen komt Pieter, Rob Sluier tegen en die begint over Sietse te praten. Pieter zit er erg mee dat Sietse onder die trein kwam hij droomt er veel over en besluit zijn vrouw op te gaan bellen. Hij belt zijn vrouw Marja op en vraagt aan haar wat hij altijd zegt in zijn dromen. Marja zegt dan dat Pieter de advocaat is van Sietse en dit allemaal gebeurt bij meneer stigter tijdens de Engelse lessen. Als hij terug gaat naar het lokaal komt hij Rob tegen. Samen lopen ze naar het diner die klaar staat. Meneer Stigter (Joyce had gevraagd of hij ook bij hun wou zitten bij het diner) houd nog een korte speech en dan komt Pieter en het woord. Hij begint meteen over Sietse Boonstra. Hij zij dat iedereen er schuld aan heeft dat Sietse zelf moord heeft gepleegd en dat hij vond dat Elly er veel schuld aan had, met alles wat ze bij hem heeft gedaan. Elly behandelde Sietse als een klein kind en maakte Sietse het leven behoorlijk zuur. Elly kan er even niet meer tegen en begint te huilen. Pieter gaat verder met zijn verhaal en zegt dat meneer Stigter er ook schuld aan had. Stigter speelde volgens mij een soort rechtbankje met Sietse als verdachte. Elke keer als Pieter Sietse vrij wou spreken stak stigter er weer een stokje voor en ging door met het pesten van Sietse. Pieter zij tegen de klas dat zij mede schuldige waren van de zelfmoord van Sietse. Naar deze speech gaan Pieter, Rob , Marleen en Joyce nog wat drinken in de gymzaal. Als het 22:00 uur is gaat Pieter naar huis. B. De verhaalanalyse. 1. De titel: De titel van het boek, is gekomen doordat Pieter zich schuldig voelt aan de dood van Sietse. Hij denkt dat het mede zijn schuld is omdat hij er nooit wat van gezegd heeft als Sietse werd gepest. Als hij er wat van gezegd had zou Sietse niet dood zijn en nu nog leven. (dat denkt hij) Had ik er maar wat van gezegd. 2 Soort verhaal. Genre:. Het is een novelle, omdat het begint midden in een handeling. Het is een eigentijds verhaal: Omdat het zich in deze tijd afspeelt. Het kan elke dag gebeuren dat iemand gepest word op school en zelfmoord pleegt. 3 Gebeurtenissen: problemen en hoofdlijn. 3.a Pieter voelt zich schuldig over de dood van Sietse Boonstra. Hij heeft er nare dromen van en slaapt erg slecht, maar als hij naar een reünie van zijn oude school gaat kan hij zijn ei kwijt tijdens het lunchen met de klas. Dit was voor Pieter een hele opluchting. Aan het einde van het boek gaat hij met een gerust gevoel naar huis
3b. Beginsituatie: Pieter gaat naar een reünie van zijn oude school die 100 jaar bestaat. Ontstaan van probleem: Sietse Boonstra komt onder de trein met zijn fiets vlak voor het examen. Verslechtering van situatie: Pieter krijgt nare dromen en slaapt slecht. Hij denkt elke keer aan Sietse. Verbetering van situatie: Tijdens het diner krijgt Pieter het woord en verteld wat hij in al die tijd er van vond. Wie hij dacht mede schuldig waren aan de dood van Sietse. Afronding: Pieter gaat nog even met een stel oude klas genootjes naar de bar en gaat daarna met een opgelucht gevoel naar huis. 3c.Het begint pas als er al wat is gebeurt wat belangrijk is voor de hoofdpersoon. Sietse Boonstra is 25 jaar geleden overleden en dat is nu pas belangrijk voor de hoofdpersoon. 3d. Een gesloten einde, je weet dat Sietse zelfmoord heeft gepleegd en dat Pieter geen nare dromen meer heeft en van zijn probleem af is. 3 e. Er worden veel terug blikken ingelast en dat maakt het lezen leuk. Het verhaal gaat soms van zijn verhaallijn af. Soms zitten ze op school en dan in de stad. 4 Personen. 4a. Pieter Vink, Sietse Boonstra, meneer Stigter die veel schuld heeft aan de dood van Sietse, Elly, ook veel schuld aan de dood van Sietse, Marja Vink, Joyce, Ada, Rob Sluimer, Marleen, Hanspeter, Henk Flamman, Louis, Jan en de rector. 4b. Er is een hoofdpersoon waar alles omdraait en dat is: Pieter Vink, die er erg mee zat hoe Sietse dood ging en op zo’n rare manier, zelfmoord. De andere personen zijn: Meneer Stigter, Elly, Sietse Boonstra over hem gaat het probleem van de hoofdpersoon. (Pieter) Marja Vink Joyce, Ada, Marleen, Henk Flamman, Handspeter, jan, Rob Sluimer, Louis, en de Rector. 4c. Round characters: Pieter Vink Flat characters: meneer Stigter, Joyce Marja Vink Rob Sluimer, Elly Types:Louis, Marleen , Ada de rector, Rob Sluimer, Hanspeter, Jan, Henk

4d. Pieter Fink is een veertiger met een goede baan als advocaat. Hij heeft een mooi huisje samen met zijn vrouw in de achterhoek. Het is een goede man die niets of bijna niets meer weet van zijn oudere school jaren. Later in het verhaal komt hij steeds meer te weten over zijn school jeugd als hij praat met Joyce. Joyce verteld hem een beetje bij over wat zij al die jaren heeft gedaan, met al die andere reünies.Hij komt steeds meer te weten over Sietse Boonstra en voelde zich daar erg bij
betrokken toen Sietse onder die trein kwam. 4 e. Sietse Boonstra: Was een heel ijverige jongen, wist altijd alle antwoorden en was nog maar 11 toen hij in de 3e klas kwam. Sietse is het probleem van de hoofdrolspeler (Pieter) waar het boek zich eigenlijk omdraait. Meneer Stigter: Was een man die niet zo veel kon hebben van de leerlingen, zoals Sietse die altijd alle antwoorden wist vond hij niet zo leuk. Meneer stigter speelt een rol waar hij het leven van Sietse erg zuur heeft gemaakt en mede daar van zelfmoord heeft gepleegd. Elly: Was een zeer onvrouwelijke vrouw met een zeer harde stem die je van verre hoorde praten, en het ook veel schuld aan de dood van Sietse. Marja Vink: De vrouw van Pieter met een belangrijke rol in dit boek. Zij had de oplossing van Pieter om hem alles te vertellen wat hij altijd droomde. Joyce: Een aardige vrouw vaar mee je goed kunt praten zoals Pieter over Sietse kon praten. Ze speelde de vrouw in het verhaal waar Pieter goed mee kon opschieten en goed over de dood van Sietse kon praten. Henk flamman: Prate altijd over Franse auto’s hoe goed ze wel niet waren, Henk speelt een klasgenoot van Pieter. De rector, Ada, Marleen, Louis, Hanspeter, Jan, Rob Sluimer: Kom je niet zo veel over te weten in het boek ze spelen allemaal een rol als klasgenoot en verder niet
5 Tijd. 5a. Het is niet duidelijk welke tijd het verhaal zich afspeelt, maar het zou in deze tijd gebeurt kunnen zijn. 5b. 25 jaar. Pieter begint op school in de 3de klas en 25 jaar later is er een reünie van de school die 100 jaar bestaat. 5c. Niet chronologisch: Er is al veel gebeurt in het verhaal wat belangrijk is voor Pieter. Pieter die zit met een probleem. Hij voelt zich schuldig over de dood van Sietse en dat is al lang geleden, maar tijdens de reünie komt hij meer te weten over de dood van Sietse. Er zijn veel flashbacks in het verhaal, zo kom je te weten waarom Sietse dood is gegaan. 5d. Ja het verhaal heeft veel terugblikken met als functie: Je leest over vroegere gebeurtenissen. Pieter die zat met het probleem dat Sietse altijd werd gepest en later zelfmoord pleegde. In die terug blikken lees je waarom Sietse gepest werd en als je weer vooruit kijkt, lees je dat Pieter daar heel veel moeite mee had en het probeert te oplossen door na die reünie te gaan waar hij zijn ei kwijt kon. Dat is hem gelukt. 5 e. Ja, het verhaal gaat steeds weer 25 jaar terug en dan weer 25 jaar vooruit. Vertelwijze. 6a. Pieter Vink. 6b. Nee, het verhaal is geschreven in een hij/zij vorm. 6c. nee er is geen alwetende persoon in dit boek. 6d. Ja Het is net of er geen verteller is. Het lijkt net of het verhaal zichzelf verteld en je kunt de hij/zijvorm goed vervangen door de ikvorm. 7 Ruimte. 7a. Het verhaal speelt zich af in de school waar Pieter 25 jaar geleden opzat. Pieter en Joyce gaan nog even de stad in. De terugblikken komen voor in het Openluchtmuseum en een huis waar een klassenfeest was. 7b. Best wel veel,want als die school er niet was geweest was Sietse niet gepest en had hij zich ook niet voor de trein gegooid. Op de reünie is de zweer een beetje raar,want alles draait daar toch een beetje om de dood van Sietse. 8 Thema. 8a en b. De dood van een jongen (Pieter) die gepest werd als een spelletje,maar dat spelletje pakte heel anders uit, omdat Sietse zelfoord pleegde. Sietse kon het niet meer aan. Dat is het thema. Het boek draait daar voornamelijk om omdat de hoofdpersoon er veel moeite mee had. 9 Bedoeling/boodschap. 9a. Ja, je moet nooit te ver gaan met pesten. De schrijver maakt duidelijk dat als je door pest er rare situaties kunnen ontstaan, zoals het in dit boek gebeurde dat Sietse zelfmoord pleegde. 9b. Ja, als je door gaat met het pesten met zo’n jongen kunnen er rare situaties ontstaan. In dit boek pleegt Sietse zelfmoord. 9c. Ja, omdat het toch heel dramatisch is dat het zo afgelopen moet zijn met je leven. Ik vind dat diep triest van die leraar dat hij Sietse als pispaaltje gebruikte. Ik dacht dat leraren het tegen moesten houden, maar hij deed net zo hard mee. Ik heb er veel van geleerd. Je moet niet zo lang door pesten tot iemand het niet meer ziet zitten en er een eind aan maakt. Ik vind dat triest. 10 taal. 10a. Ik vind het taal gebruik makkelijk, omdat er weinig moeilijke woorden in voorkomen en de zinsopbouw was ook makkelijk je kon mooi snel door lezen. 10b. Nee, er wordt weinig omschreven. 10c. Nee, maar wel veel hij/zij gesprekken. C 1. Droevig: Het is zeer droevig hoe Sietse aan zijn eind is gekomen en dat op een manier die pesten heet. 2. Leerzaam: Ik heb er veel van geleerd. Je moet niet gaan pesten dat lijd tot rare situaties. Sietse heeft zelfmoord gepleegd omdat hij gepest werd. Ik heb er veel van geleerd. 3. Echt: Het gebeurt nog steeds in de wereld, dat volwassenen of kinderen worden gepest en zelfmoord plegen. D
Ik vind het boek weinig spanning hebben en dat maakt het boek wat saai. Het onderwerp interesseert me wel, omdat het je aan het denken zet en het kan je ook wat leren. Je leert dat je niet moet pesten, omdat het soms raar kan lopen, zelfmoord is daar een voorbeeld van. Verder vond ik het een leuk boek, het las lekker door, omdat de zinsopbouw goed was en weinig moeilijke woorden in voor komen.