Samenvatting
In dit vervolg op “De brief voor de koning” krijgt ridder Ristridin de opdracht om op onderzoek uit te gaan in het Wilde Woud. Koning Dagonaut heeft hem die opdracht gegeven om de reden dat er geruchten waren van Mannen in het Groen, bosgeesten, rovers en andere gevaarlijke groepen mensen. Ristridin moet uit gaan zoeken of die geruchten ook werkelijk waar zijn. En zo gaat hij in de herfst op pad naar het Wilde Woud. Hij verwachte rond de lente weer terug te zijn, omdat hij had afgesproken met zijn vrienden in zijn vaderlijk kasteel.
Zo wordt het lente en gaan Tiuri en Piak, Tiuri’s schildknaap, op pad naar kasteel Ristridin. Daar aangekomen ontmoeten ze Ridder Arturin, Ristridin’s broer, en Ridder Bendoe. Van hen horen ze dat Ridder Ristridin nog niet is gearriveerd, en daarom besluiten ze met zijn allen op hem te wachten. Een paar dagen later komen er ook twee ridders en een nar uit het Rijk van Unauwen: Ewijn, Idian en Tirillo. Ridder Idian is een geheimzinnig man. Niemand weet precies wie hij is, maar hij straalt veel macht uit. Ook de net gearriveerde ridders zijn verbaasd dat Ristridin er nog niet is en ook zij besluiten om nog even te blijven. Diezelfde dag komen er ook twee ridders uit Eviellan om eten en onderdak vragen. Eviellan is het buurland en de vijand van de twee Rijken van Unauwen en Dagonaut, maar in een burcht is het neutraal terrein en dus werd er niet gestreden. Ridder Idian had zich op de achtergrond gehouden, maar bij het eten kwam hij ook aan tafel. De twee ridders uit Eviellan herkenden hem als de kroonprins Iridian. De volgende dag vertrekken ze uit weer. Ze waren op weg naar Koning Dagonaut, ze wouden hem een overeenkomst aanbieden. Diezelfde taak had Tirillo ook, alleen hij in dienst van koning Unauwen. En dus vertrokken de twee ridders en de nar met zijn drieën naar de koning. Ook Prins Iridian vertrok weer, hij ging terug naar zijn vaderland. Tiuri en Piak zouden met Ridder Bendoe en Ewijn mee gaan naar kasteel Islan. Daar was Ristridin voor het laatst gezien.
Eenmaal aangekomen op Islan worden ze hartelijk verwelkomd door Ridder Fitil en zijn mooie dochter Isadoro. Wanneer ze daar vragen naar Ristridin worden ze niet veel wijzer. Ristridin had niet verteld waar hij heen ging. Tiuri, Piak en jonkvrouw Isadoro gaan die middag opzoek naar aanwijzingen aan de rand van het Wilde Woud. Ze vinden daar niks, alleen er gebeurt wel iets heel erg raars. Nadat Tiuri en Piak het Wilde Woud een stukje in waren gegaan, hangt er opeens een bloemenkransje om Ardanwens nek. Isadoro zegt dat zij het niet gedaan heeft, maar Tiuri vertrouwt het niet. De volgende dag krijgt Tiuri ruzie met de jonkvrouw en dus besluit hij nog een keer in zijn eentje naar de rand van het Wilde Woud te gaan. Daar aangekomen ziet hij Marius, de Dwaas van de Boshut. In het vorige verhaal had Tiuri hem al ontmoet. Marius verteld dat de slinger rond Ardanwens nek van hem was. Ook vertelt hij dat hij en zijn broers waren meegenomen door vreemde wezens. Marius vertelt dat hij een ridder heeft zien huilen, neergeknield bij een boom. Tiuri denkt dat het Ristridin is. Samen met Marius gaat hij terug naar Kasteel Islan. Niemand gelooft Marius, ze zeggen allemaal dat Ristridin nooit zou huilen. Vlak hierna komt het bericht dat Deltaland het Rijk van Dagonaut is binnengevallen. Bendoe besluit om er meteen naar toe te gaan. Ewijn gaat terug naar zijn eigen land. Tiuri heeft besloten om Marius naar huis te brengen.
Op zijn weg naar de Boshut gaan ze op zoek naar de boom waar ridder Ristridin iets in zou hebben gekerfd volgens Marius. Ze gaan langs de zwarte rivier en komen dan een Man in het Groen tegen. Even later vinden ze ook de boom waar Marius een ridder zou hebben gezien. Op deze boom staat een bericht. Daar staat dat de metgezellen van Ridder Ristridin zijn gedood. Tiuri heeft moeite zijn tranen in bedwang te houden. Na dit bericht gezien te hebben, gaan Tiuri, Piak en Marius weer terug. Ze willen de koning inlichten over wat er is gebeurd. De vraag of Ridder Fitil heeft gelogen komt bij Tiuri en Piak op. Voor hun eigen veiligheid gaan ze niet over de paden, maar door het bos. Opeens worden Tiuri en Marius gevangen genomen door mensen op paarden. Ook zien ze mannen van Ridder Fitil.
Piak kan ontkomen aan het plotselinge geweld en ontvlucht zo alle ruiters die naar de hem opzoek zijn. Piak gaat terug het Wilde Woud in, maar wordt heel erg ziek. Door te weinig eten en de hele tijd op moeten letten of niemand hem ziet. Als hij bij de ruines aankomt van een stad in het Wilde Woud, zakt hij inmekaar. Hij raakt buiten bewustzijn. Adelbart vind hem dan. Adelbart is de bewaker van de Vergeten Stad. Hij verzorgt Piak goed en gaat dan, als Piak weer helemaal de oude weer is, naar het Bruine Klooster. In het Bruine Klooster wonen allemaal monniken volgens strenge kerkelijke regels. In het vorige boek was Piak hier al is geweest met Tiuri. Piak vertelt het hele verhaal en zo wordt er hulp gehaald. Heer Rafox en zijn onderdanen arriveren al snel en ook de koning wordt gewaarschuwd. Wanneer iedereen gereed is om te gaan, vertrekken ze. Ook ze zoon van heer Rafox, Fox, is er. Fox zegt dat hij dat de zoon is, maar blijkt Lavinia te zijn. De grote liefde van Tiuri. Ze mocht niet mee van haar vader, maar zij wou ook wel eens een avontuur beleven.
Ondertussen worden Tiuri en Marius meegenomen. Ze worden door Mannen in het Groen en Rode Ruiters naar de Zwarte ridder gebracht. Tiuri werd niet gelijk vermoord, omdat hij een wit schild aan had. De Zwarte ridder wou Marius daarentegen gelijk vermoorden. Tiuri kwam voor hem op en zei dat hij erom wou strijden. Zijn tegenstander werd Jaro, iemand die Tiuri in het vorige boek gered had. Tiuri won, maar wou Jaro niet doden. Marius en Tiuri werden meegenomen naar de Tarenburcht. Een groot duister kasteel in het Wilde Woud. Wanneer ze binnenkomen wordt er door Jaro iets in Marius laars gestopt. Het blijkt een vijl te zijn waarmee ze de tralies van hun cel kunnen kapot vijlen. Ook zit er een briefje bij waarop staat : “de derde nacht”. Tiuri en Marius kijken de kamer rond en vinden een schaakspel. Tiuri kan schaken, maar Marius niet. Op het moment dat Tiuri het hem wil gaan leren, komt de zwarte ridder binnen. Tiuri wil wel met hem schaken om het gezicht van de Zwarte Ridder. Onderwijl de schaakwedstrijd wordt er gepraat. De Zwarte Ridder heeft het plan om via het Wilde Woud het Rijk van Unauwen binnen te vallen. De partij is nog niet afgelopen, maar de Zwarte Ridder gaat weer weg. De volgende dag zouden ze verder spelen Als de nacht valt, vijlt Marius de tralies steeds een stukje door, zodat hij het op de derde nacht door heeft gevijld. Die morgen komt de Ridder weer en spelen ze verder. Tiuri wint en krijgt het gezicht van de Zwarte Ridder te zien. Het lijkt heel veel op het gezicht van prins Iridian. Dat klopt ook want de Zwarte Ridder is de tweeling broer van Prins Iridian. De Vorst van Eviellan vraagt subtiel aan Tiuri of hij hem wil dienen. Tiuri zegt hier nee tegen en weet dat hij nu gedood zal gaan worden door de Zwarte Ridder. Tiuri vraagt om een tweede partij schaak. Nu met de inzet leven of dood. De derde nacht komt eraan en de tralies zijn bijna doorgevijld. Ze vluchten weg samen met Jaro. Hij had het helemaal gepland en alles verliep vlekkeloos. De partij om leven of dood was nog niet afgeschaakt, maar dat zou nog wel een keertje komen. Wanneer ze een eind te hebben gelopen worden ze stil gehouden door een paar Mannen in het Groen. Zij wijzen hun een weggetje aan dat ze moeten aflopen en aan het eind daarvan zou ‘Tehalon’ daar zijn. Ze komen uit bij een groot meer waar ze nog twee andere Mannen in het Groen zien, Lian en Twarik. Zij brengen hen naar Tehalon, de Meester van het Wilde Woud. Hij heeft een verband met de Zwarte Ridder, maar Tehalon is er niet blij mee. Maar het maakt hem weinig uit wat er buiten het Wilde Woud gebeurt. Tiuri probeert Tehalon er te van overtuigen dat de Zwarte Ridder tegengehouden moet worden. Tehalon wil er niet aan geloven en laat Tiuri niet weggaan.
Lavinia vindt Ardanwen, het paard van Tiuri. Hij was weggelopen van de Tarenburcht. Dan zien Piak, Adelbart en Lavinia Twarik. Hij neemt hun mee een wachttoren in. Daar zien ze dat de Zwarte Ridder er aan komt. Hij wil dat Tehalon de 2 gevangenen weer uitlevert aan hem. Tehalon wil dat niet en stuurt de Zwarte Ridder weer weg. Dan ontmoeten Piak en Tiuri elkaar weer. Ze zijn heel blij om elkaar weer te zien. Tehalon heeft besloten om Tiuri toch te laten gaan. Met de heer van Mistrinaut worden afspraken gemaakt. De koningen van het Rijk van Unauwen en Dagonaut moeten worden gewaarschuwd worden. Via de eerste grote weg duurt dat te lang, maar Tehalon weet een pas over de bergen. Ze besluiten om Tiuri en Piak die weg te laten volgen. Er schijnt een gong te zijn: de Gong van Vorgota. Daarmee kan het Rijk van Unauwen gewaarschuwd worden tegen gevaar.
Ristridin wordt nu ook vrijgelaten. Hij heeft gevangen gezeten in de kerkers van Islan. Hij haalt een schildknaap uit een herberg. Even daarna gaat hij strijden tegen ridder Kraton van Indigo. Ristridin verslaat hem en brengt hem naar Kasteel van Ristridin. Vanuit daar stuurt hij Ridder Bendoe over de grote derde weg. Ristridin bereidt zich voor op een oorlog bij zijn eigen kasteel. Tiuri de Dappere is ook naar het Kasteel gekomen en vertrekt vanaf daar met Ristridin naar het Wilde Woud, op zoek naar zijn zoon.
Ondertussen zijn Tiuri en Piak op weg naar de bergpas. Om daar langs te komen hebben ze zich vermomd als Mannen in het Groen. Er staan 2 rode ruiters ter beveiliging bij het begin van de pas. Tiuri moet hen allebei doden om er langs te komen. Ze lopen verder maar hebben het gevoel dat iemand hen volgt. Tiuri wordt getroffen door een pijl, waar waarschijnlijk gif aanzat. Tiuri wordt ziek, maar besluit verder te gaan. Ze komen een tweesprong tegen en besluiten ieder 1 kant op te gaan. Tiuri heeft moeite om bij bewustzijn te blijven maar hij is toch degene die de Gong van Vorgota vind. Hij slaat erop en raakt vlak daarna buiten bewustzijn. Hij wordt gevonden door een herder, die hem naar zijn hut brengt. Piak vindt Tiuri in die hut terug. Heer Ardian verzorgt Tiuri. Ook brengt hij hun allebei naar het Vorgota Slot.
Aan de andere kant van de bergen wordt hevig oorlog gevoerd. Heer Rafox wordt geholpen door Ristridin en Tiuri de Dappere. De Rode Ruiters zijn met een overmacht en wanneer ze bijna lijken te winnen, komen de Mannen in het Groen de Ridders uit het Rijk van Dagonaut helpen. Toch lukt het de Rode Ruiters nog om het Woud in brand te steken. Eviellan verliest. Tiuri wordt beter en laat zich door Tirillo vertellen over de strijd. Hij vertelt dat Eviellan bijna is verslagen. De Zwarte Ridder verschuilt zich alleen nog in de Onzalige Heuvels. Tiuri ziet na een lange tijd eindelijk zijn vader weer. Ridder Ristridin is naar Kasteel Islan toe. Tiuri is blij dat het goed is afgelopen. Toch blijft hij de hele tijd terugdenken aan de onafgemaakte partij schaak. Prins Iridian wil hem wel afmaken met Tiuri en hij wint. Onder leiding van Ridder Ristridin gaan er een aantal mensen naar de Onzalige Heuvels om de Zwarte Ridder te zoeken. Wanneer zij hem gevonden hebben wil de ridder de strijd beslissen met een tweekamp. Prins Iridian wint, maar gaat alsnog dood. De Zwarte Ridder had met een vergiftigd zwaard gevochten. De strijd is afgelopen.
Hoofdpersonen
Tiuri en Piak zijn de hoofdpersonen. Piak is een grote held omdat hij heeft weten te ontsnappen van de Rode Ruiters. Hij heeft hulp weten te halen en Tiuri en anderen te bevrijden. Tiuri is ook een held omdat hij het Wilde Woud durft te onderzoeken. Hij ondervindt veel dingen, zoals dat er Mannen in het Groen leven. Hij heeft de opdracht van Ristridin een beetje overgenomen. Hij heeft namelijk onderzocht of de geruchten waar waren.
Probleem van de hoofdpersonen
Het probleem van Tiuri is dat Ristridin niet is gekomen. Tiuri is hem toen gaan zoeken en daardoor is hij nog dieper in de problemen geraakt. Hij moest bijvoorbeeld zien vrij te komen uit de Tarenburcht en hij moest de Gong van Vorgota zien te luiden. Deze problemen heeft hij met hulp van anderen weten op te lossen. Piak heeft aan het begin van het verhaal nog geen probleem. Hij is nog maar een schildknaap en heeft dus weinig te vertellen. Naarmate het verhaal vordert krijgt hij wel een probleem: hij moet het Wilde Woud uit zien te komen en hulp zien te halen. Ook Piak slaagt in deze opdracht.
Bijpersonen
- Ridder Ristridin
Hij had de opdracht gekregen van de koning om uit te zoeken wat er allemaal in het Wilde Woud gebeurde. Hij ontdekte dat er Mannen in het Groen waren en dat er plannen werden gemaakt.
- Marius
Hij speelt in ongeveer het hele verhaal mee. Hij wordt ook wel “de dwaas van de boshut” genoemd, omdat hij niet zo slim is. Toch heeft hij soms slimme ingevingen en redt hij daar levens mee.
- De Zwarte Ridder
Deze man is heel boos op zijn vader, omdat hij een paar minuten later geboren is dan zijn broer, wordt hij geen troonopvolger. Hierom heeft hij de oorlog aan zijn vader en broer verklaard.
- De Rode Ruiters
Dit zijn de ridder van Eviellan, het land van de Zwarte Ridder. Ze zijn het volledig eens met hun vorst. De meeste Rode Ruiters zijn ook vroeger ridders geweest van Unauwen of Dagonaut.
- Mannen in het Groen
Deze mensen hebben Tiuri en Piak enorm geholpen. Ze hielpen hen de weg te wijzen. Deze vredige mensen hebben het beste voor met het Wilde Woud en zouden ook liever zien dat de Zwarte Ridder er niet meer was.
Plaats waar het verhaal zich afspeelt
Het verhaal speelt zich af in het Rijk van Unauwen en Dagonaut. Ook wordt Eviellan en Deltaland een paar keer genoemd. De voornaamste plaats is het Wilde Woud. Hier gebeurt het meeste.
Tijd waarin het verhaal zich afspeelt
Aangezien het over ridders en kastelen gaat, neem ik aan dat het zich in de Middeleeuwen afspeelt. Het wordt niet aangegeven in het boek, dus het valt niet met zekerheid te zeggen.
Bedoeling van de schrijfster
De bedoeling van de schrijver is de lezer vermaken. Omdat ze er spannende dingen in gebeuren, zal het niet zo gauw een informatief boek zijn. Toch word er subtiel info gegeven. Zo krijg je te horen dat een ridder altijd een schildknaap heeft en dat het er in die tijd soms hard aan toe ging.
Eigen mening
Na het eerste boek, de brief voor de koning, te hebben gelezen was ik erg benieuwd naar het 2e verhaal over Tiuri en Piak. Het verhaal begint erg ongeloofwaardig. Ridder Ristridin krijgt de opdracht om te onderzoeken of er werkelijk Mannen in het Groen bestaan. Maar met die Mannen in het Groen werden geen kleine, groene mannetjes bedoelt, maar mensen die in de bossen leefden in 1 grote groep. Naarmate het verhaal vordert wordt het heel spannend. Zoals bijvoorbeeld het gevecht tussen Jaro en Tiuri om Marius. Wat zou er gebeurt zijn met Marius als Tiuri verloren zou hebben? Ook de schaakpartijen tussen Tiuri en de Zwarte Ridder waren uitermate spannend. Het was ook fijn om de gedachten te kunnen lezen van de personen. Daardoor kon je jezelf veel beter inleven. Minpunten zitten er niet aan dit boek. Of ik moet er overheen gelezen hebben. Ik wil iedereen aanraden om dit boek te gaan lezen.
Verwerkingsopdracht
Een ABC tekst.
De A is van de angst die Marius had toen er om hem gevochten werd.
De B is van het bericht dat Deltaland het Rijk van Dagonaut is binnengevallen.
De C is van creperen want dat deed Tiuri nadat hij door een pijl was geraakt.
De D is van Dagonaut, het buurland van het Rijk van Unauwen.
De E is van eten, dat Piak niet kon vinden toen hij hulp ging halen.
De F is van fier want dat is Tiuri de dappere op zijn zoon.
De G is van gezondheid die bij Tiuri sterk onderuitging in zijn reis naar de Gong van Vorgota
De H is van hoog, want dat zijn de bergen.
De I is van de intimidatie die Prins Iridian uitoefende op Tiuri.
De J is van jokken, want dat deed Ridder Fitil tegen iedereen.
De K is van het kniezen van Tiuri bij de schaakpartijen.
De L is van de liefde die Tiuri voor Lavinia heeft.
De M is van de mensen die in dienst staan van de Ridders.
De N is van de Nalatigheid waardoor Tiuri en Marius hebben kunnen ontsnappen.
De O is van de oppermachtigheid van de Zwarte Ridder.
De P is van Plezier dat Tiuri voor in het vak Ridder heeft.
De R is van de rechtvaardigheid van Tehalon.
De S is van strijd, want dat wordt heel veel geleverd.
De T is van de troonopvolger prins Iridian.
De U is van de uitdaging die Tiuri ditmaal weer beleeft.
De V is van de vijandigheid van Eviellan.
De W is van de wandaad die de Zwarte Ridder levert.
De Z is van ziek, want in de loop van het verhaal worden Tiuri en Piak dat allebei.
REACTIES
1 seconde geleden
K.
K.
WOWW die samenvatting is facking goed
14 jaar geleden
AntwoordenK.
K.
superrrrrr hoorrrrrrrrrrrrrr!!!!!!!!!!!!!!!
14 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
WOOW ZO' N GOEDE SAMENVATTING
dit is mijn lievelingsboek en ik heb het zeker 8x gelezen!!!!
13 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
Echt super gemaakt!
Heb er veel aan voor mijn Boekpresentatie!!
7 jaar geleden
Antwoorden