Eilandgasten door Vonne van der Meer

A. Praktische gegevens

1. Bibliografische gegevens

De titel van het boek is eilandgasten. Het boek is geschreven door Vonne van der Meer. De uitgever van het boek is: Uitgeverij Contact, Amsterdam/Antwerpen. De eerste druk was in augustus 1999.

Het boek wat ik gelezen heb is de zesde druk, het is uitgegeven in november 1999.

Het boek heeft 205 bladzijdes. En de genre van het boek is: psychologische roman. Het boek bestaat uit een proloog, 6 hoofdstukken en een epiloog.

Ik heb dit boekverslag op 21 & 22 & 23 december 2009 gemaakt.

2. Titelverklaring

De titel ‘Eilandgasten’ slaat op de bezoekers van het eiland Vlieland. Deze gasten verblijven in het vakantiehuisje Duinroos. Het boek gaat over het vakantiehuisje Duinroos, waar telkens nieuwe bezoekers komen. Het zijn steeds nieuwe ‘eilandgasten’ met ieder hun eigen problemen.

3. Tijd in de geschiedenis

Het verhaal speelt zich af in de zomer van 1997. Dit is te bewijzen, doordat Herman en Betty Slaghek een stukje schreven in het gastenboek. Het verhaal zou zich nu ook af kunnen spelen. In het begin wordt camping Stortemelk genoemd, die camping is er nu nog. Er spelen zich geen dingen af in het verhaal wat nu niet zou kunnen gebeuren. Het gaat dus om en rond deze tijd.

4. Tijdsduur

De verhaaltijd van het boek is ongeveer 5 maanden. Omdat je een seizoen in het vakantiehuisje meemaakt. Alleen het zomer seizoen, je leest welk gezin er het eerste logeert en wanneer de schoonmaakster het huisje in de winter klaarmaakt.

5. Ruimte

De meeste gebeurtenissen spelen zich af op het eiland Vlieland en in het vakantiehuisje Duinroos. De ruimte is goed beschreven. En aan de schrijfster kun je zien dat ze het eiland goed kent.

Alle bezoekers ervaren het vakantiehuisje anders, daarom weet ik niet echt of het een belangenruimte is. Je merkt het ook niet uit het verhaal zelf. De ene zit er heel ongemakkelijk, door een depressie, terwijl de ander zich op zijn gemakt voelt, en krijgt weer leuke herinneringen naar boven. Of ze het nou lelijk of juist mooi vinden is niet echt duidelijk.

De omgeving wordt beschreven doordat de gasten daar fietsen of uit eten gaan. Ook het huisje wordt beschreven, in het begin loopt de schoonmaakster nog even het huisje door om te kijken of alles op zijn plek ligt. Terwijl zij dat doet wordt het huis beschreven.

Stukje tekst, waarin ruimte beschreven wordt:

‘’Het boek, het gastenboek, waar zal ik het nu eens neerleggen? Op de eettafel is te opdringerig, op de lage tafel te veel alsof het daar maar voor de sier ligt. Op het boekenplankje zal het mensen die nooit lezen misschien niet eens opvallen.’’

6. Hoofdpersonen

Bij dit boek is het moeilijk om een aantal hoofdpersonen te beschrijven. Elk hoofdstuk heeft zijn eigen hoofdpersonen. Eigenlijk is het huis de ‘hoofdpersoon’, maar daar kan je niet veel over vertellen. Daarom neem ik de schoonmaakster als hoofdpersoon van het boek, omdat zij als enige telkens terug kom tin het verhaal. Verder beschrijf ik de oude weduwenaar en de zieke vrouw, omdat zij veel indruk op mij hebben gehad.


De schoonmaakster (round of flat character):

1. Zij is de schoonmaakster van het vakantiehuisje ‘’Duinroos’’. Ze loopt als een rode draad door het verhaal. Haar man is overleden, en ze is zelf ook de jongste niet meer, daarom houdt ze alleen dit huisje nog schoon. Ze voelt een band met het huisje en verzorgt het als haar eigen kind. Om de gasten een ‘thuis’ gevoel te geven, zorgt ze dat ze voordat de gasten komen het huisje uit is. Wel fietst ze dagelijks langs, om te kijken of alles nog goed gaat. Ze zwaait dan even naar de gasten en fietst weer door.

2. De schoonmaakster is erg nieuwsgierig. ‘Soms zou ik willen dat mijn armen de muren waren, mijn ogen de ramen. Dat ik kon zien en horen wat Duinroos meemaakt. ‘Volgens Dana (een gast) zat de schoonmaakster statig op de fiets, ze leek net een koningin. Ze fietste ook regelmatig langs het huis om het in de gaten te houden. Eigenlijk hoeft ze alleen in het begin van het seizoen en aan het einde van het seizoen het huisje schoon te maken, maar ze gaat toch na elke gast even het huis ordenen, want niet iedereen houdt het huisje netjes achter. Het gastenboek is ook iets waar ze erg aan gehecht is. De laatste gast had veel in het boek geschreven maar had ebde 6 bladijze3 er daarna weer uitgescheurd, hier was de schoonmaakster erg boos om. Hoe kon je het boek zoiets aan doen! Zij is de enige in het verhaal dat niet veranderd is.


Oude weduwenaar (bijpersoon; round of flat character):

Deze man ziet het leven niet meer zitten. Zijn vrouw, Johanna, is net

overleden en hij is overgebleven met zijn dochters. Zijn dochters proberen weer wat leven in hem te krijgen maar voor hem hoeft dat allemaal niet

meer. Hij is naar Duinroos gegaan met het idee dat hij hier zijn laatste

uurtjes door zou brengen. Hij is erg depressief en kan niet meer genieten

van het leven. Voor hem is alles zwart en niks kan hem meer vrolijk maken.

Hij stippelt alles uit, zodat het net lijkt of het geen zelfmoord was. Alleen er

gebeuren steeds dingen waardoor hij zijn zelfmoord moet uitstellen.

Hierdoor ziet hij meer van het eiland, en begint steeds meer te genieten. Hij

realiseert zich dan waar hij allemaal mee bezig is, en wil er voor zijn

dochters zijn. Uiteindelijk besluit hij dus toch om te blijven leven. Deze

vakantie heeft hem weer laten lachen.


Een zieke vrouw (bijpersoon; round of flat character):

Marleen blijkt kanker te hebben en het is waarschijnlijk niet meer te

genezen, daarom besloot ze om even helemaal alleen op vakantie te gaan.

Nadenken over de toekomst en tot zichzelf te komen. Door middel van

schrijven uit ze haar gevoelens. Ze schrijft hoe ze zich voelt en wat ze

allemaal meemaakt. Ze probeert sterk te blijven, wat haar moeilijk af gaat.

Ik heb veel respect voor haar, hoe ze met haar leven omgaat. Ze vindt het

Tocht te stil op het eiland en wil graag naar huis, alleen ze weet dat ze

wanneer ze thuis is het ziekenhuis uit moet. Ze gaat wel met een gelukkiger

gevoel naar huis, om nog te genieten van wat ze heeft.

B. Vertelwijze

1. Perspectief

Wanneer het over de schoonmaakster gaat, die in het begin het middenstuk en het eind voorkomt, is het een ik-perspectief.

- ‘Ja, ik hoor de boot al heel in de verte. Als ik de boot hoor terwijl lik hier nog ben voel ik me net Assepoester op het bal.’

- ‘Ik moet ervandoor, maar het valt met niet licht, want het is voorlopig voor het laatst dat ik de boel op mijn gemak kan nalopen.’

- ‘Ik mag niet hopen dat het uischeuren van hele bladzijden een gewoonte wordt, want dan zijn we zo bij het eind.’

Maar als je leest vanuit het perspectief van de gasten wordt het verhaal

verteld als personaal verhaal. Elk figuur ‘komt aan het woord’, en doet dit in de hij-vorm. Omdat er veel personen zijn, is er ook een afwisseling in dit perspectief. Door middel van de afwisseling in de personale vertelwijze kom je van iedereen, via de hij/zijvorm, zijn/haar gevoelens, gedachtes en meningen over de anderen te weten.

- ‘Toen zij Sannes leeftijd had probeerde ze alles uit, soms met mannen die ze nog maar net kende. En ze kleedde zich altijd alsof ze op de volgende straathoek haar grote liefde kan ontmoeten.’

- ‘Hij rook de sparren, rook dat hij in een bos was: de geur van hars en naalden vermende zich met het zout van de zee, die hij steeds verder achter zich liet.

- ‘Hij wist niet precies wanneer hij van zijn plan was afgedreven en het kon hem alniet meer schelen.’

Ik vind het perspectief goed gekozen door de schrijfster. Het verhaal wordt hierdoor afwisselend en je krijgt zo ook veel informatie over de personen.

2. Taalgebruik

Het is gemakkelijk om te lezen want je kunt het goed volgen en vooral de gevoelens zijn goed beschreven.

- ‘Tom keek hem vragend aan. ‘Dat is het,’ herhaalde Walter koel, want hij wilde niet nog meer uitleggen. ‘’En dat bed dan? ‘Wat is daarmee?’ ’Jullie bed… ‘Tom liep rood aan, zag Walter, terwijl hij degene was die zou moeten blozen. ‘Dat bed met die idiote lijst… Dat engelenbed. Daar slaap jij tocht ook in?’ ‘Een engelenbed, zei je?’ Walter forceerde een lachje, maar het wilde niet lukken. ‘Zonder het te weten, wist je alles.’ ‘Wist ik wat?’ ‘Heb je ooit een afbeelding gezien van engelen die met elkaar vrijen?’ Tom staarde hem aan, hield zijn adem in. ‘Van engelen die elkaar met huid en haar beminnen? De liefde bedrijven, paren, neuken, of hoe je het ook noemen wilt?’ Tom schudde zijn hoofd, langzaam begon het hem te dagen. ‘Ik ook niet,’ zei Walter en nu was hij het die Toms lege glas uit zijn hand nam, en zich uit de voeten maakte.

3. Beschrijving van personen en ruimte

In het begin van elk hoofdstuk worden de personen een beetje beschreven zodat je weet, over wie en wat het hoofdstuk gaat. De ruimte wordt maar één keer beschreven omdat dat het hele boek door het zelfde is. Wel worden er soms dingen beschreven vanuit het perspectief van de gasten, hoe zij het zien en vinden. De auteur beschrijft de ruimte en personen goed genoeg om er een beeld van te krijgen. Verder is het niet echt belangrijk, want in dit boek gaat het vooral om de gevoelens van de personen.

C. Thematische aspecten

1. Motieven


Verhaalmotieven

- Relationele problemen; Doordat Nils vreemd is gegaan probeert hij samen met zijn huidige vrouw hun relatie te verbeteren. Dit gaat erg moeilijk omdat hij en ook zijn vrouw steeds herinneringen krijgen van de vervelende gebeurtenissen.

- Depressiviteit; Een oude man is zijn vrouw (Johanna) kwijt geraakt en heeft het er erg moeilijk mee. Hij kan niet meer genieten van het leven en besluit zelfmoord te plegen.

- Zwangerschapsprobleem; Sanne is zwanger maar durft er met niemand over te praten en gedraagt zich hierdoor nogal vreemd. Ze vraagt zichzelf steeds af of ze een abortus moet plegen.

- Overspannen; Chiel heeft altijd zo hard gewerkt voor zijn baan, hij maakte vaak over uren en zijn leven bestond alleen nog maar uit werken. Maar dan is er een jongere werknemer die korter werkt dan Chiel, maar hij krijgt toch een hogere functie. Hierdoor raakt Chiel helemaal van slag. Hij verbergt zich voor alles en wind zich nogal op.

- Medische problemen; Marleen heeft kanker wat niet meer te genezen is. Ze wil even alleen zijn en tot zichzelf komen. Het is wel erg stil om haar heen, ze kan met niemand praten, dus besluit ze haar gevoelens op te schrijven.

Abstracte motieven

- Zorgzaamheid; De schoonmaakster zorgt voor Duinroos en houdt het ook goed in de gaten. Ze fietst dagelijks langs om even te kijken of alles nog goed gaat.

- Eenzaamheid; De weduwe voelt zich erg eenzaam. Zijn vrouw is net overleden. Hij heeft het gevoel dat er niks meer mooi kan zijn aan het leven.

- Schuldgevoelens; Nils is op een vakantie in Duitsland vreemd gegaan met een vrouw. Zijn huidige vrouw is er achtergekomen en probeert hem te vergeten, alleen Nils krijgt steeds allemaal herinneringen naar boven. Hij probeert nu zo goed mogelijk zijn best te doen en is eigenlijk te lief naar zijn vrouw en zoontje. Dit wil zijn vrouw helemaal niet.

- Onzekerheid; Sanne is zwanger maar ze durft er met niemand over te praten, daardoor sluit ze zichzelf op.

- Verliefdheid; Tom is verliefd op Willemijn maar hij denkt dat zij al een relatie met Walter heeft. Als hij er achter komt dat Willemijn en Walter gewoon beste vrienden zijn en verder niks hebben, gaat hij er helemaal voor.


Leidmotieven:

- Het gastenboek; De meeste gasten schrijven er iets in en dat wordt weer gelezen dor ander gasten en door de schoonmaakster.

- Het vakantiehuisje Duinroos; Iedereen logeert in dit huisje. Bepaalde dingen komen steeds terug. Zoals de deur met het opschrift ‘’privé’’ erop. Veel mensen raken nieuwsgierig wanneer ze dat zien. Ook in het kamertje helemaal boven in het huis (de zolder), komen veel mensen tot rust door het mooie uitzicht.

2. Thema

 In één zin: De gebeurtenissen in een vakantiehuisje.

 In één woord: Verbondenheid.

 Hoofdgedachte: Iedere persoon/gezin heeft zijn beslommeringen.

D. Structurele Aspecten

1. De volgorde van de gebeurtenissen

Het verhaal is grotendeels chronologisch verteld met af en toe flashbacks wanneer ze herinneringen ophalen. Dit is omdat ze bepaalde situaties wilden oplossen zoals de zwangerschap van Sanne. Ze verteld het aan de zus van haar moeder, want die vriendin is zelf ook zwanger geweest en had toen besloten om het kindje weg te laten halen. Ze vertelde aan Sanne waarom ze dit had gedaan en wat de gevolgen er van waren. Zo kon ze Sanne helpen met haar keuze voor abortus of laten zitten. De flashbacks zijn er dus vooral om problemen te verduidelijken of er oplossingen voor te vinden.

2. De belangrijkste gebeurtenissen

Het begint met een proloog: De schoonmaakster maakt nog snel het huisje klaar voor de gasten.

Hoofdstuk 1; Dana, Chiel en Floris zijn de eerste gasten. Dana en Chiel zitten in een huwelijkscrisis. Dit komt doordat Chiel vreemd is geweest toen hij alleen op vakantie was. Dana is er achter gekomen dat haar man vreemd is geweest maar ze vergeeft het hem wel. Het probleem is alleen nog dat ze niet met elkaar kunnen praten en hierdoor alles opkroppen en daarom nogal chagrijnig tegen elkaar zijn. Dit lossen ze op door elkaar te vertellen wat hun dwars zit.

Hoofdstuk 2; Martine en Sanne zijn de tweede gasten. Sanne gedroeg zich al een tijdje heel vreemd en niemand wist wat er was. Uiteindelijk heeft ze het Martine (vriendin van haar moeder) verteld. Sanne weet niet wat ze nu moet doen, want ze studeert nog en heeft nog niet zo lang een relatie met de vader van het kindje. Martine heeft ongeveer hetzelfde meegemaakt en heeft toen abortus gepleegd. Martine vertelt Sanne haar verhaal toen ze het zelfde probleem had (flashback). Sanne wordt wat rustiger en kan nu beter nadenken om haar keuze te maken.

Tussen stukje. De schoonmaakster komt even langs om het huisje weer schoon te maken.

Hoofdstuk 3; Leo is de derde gast. Zijn vrouw Johanna is elf maanden terug overleden en hij wil niet meer verder leven zonder haar. Hij is naar het eiland gekomen met het doel om zichzelf te verdrinken. Hij heeft zelfs alles al helemaal uitgestippeld. Door dat hij het steeds moet uitstellen ziet hij weer mooie dingen om zich heen en besluit om toch maar te blijven leven voor zijn dochters.

Hoofdstuk 4; Nils, Simone, Karlien en Roos zijn de vierde gasten. In het begin lijkt het een gelukkig gezin. Maar dan wordt Nils gebeld met het nieuws dat een promotie naar zijn jongere collega is gegaan. Nils wilde de baan eigenlijk niet, maar het feit dat de baan naar een jongere collega is gegaan kan hij niet uitstaan en hij sluit zich af.

Nils keert zich helemaal naar binnen nadat hij het nieuws van de promotie heeft gehoord. Hij wil eerst niet eens vertellen waar het telefoontje over ging. Hij maakt steeds vaker ruzie met Simone en loopt daarna, om de discussie te ontlopen, zomaar het huis uit. Nils weet dat hij er over moet praten met Simone, maar dat doet hij niet. Simone weet niet meer wat ze met hem aan moet en besluit te scheiden. Aan het einde gaan ze met elkaar paraten en komen ze er achter wat de gevoelens van de ander waren.

Hoofdstuk 5; Walter, Willemijn en Tom komen in het huisje logeren. Walter en Willemijn kennen elkaar al 2,5 jaar en wonen ook al bijna al die tijd bij elkaar. Toch zijn ze niet samen. Walter adviseert Willemijn altijd bij haar relaties, omdat hij 9 van de 10 keer gelijk heeft. Haar relaties duren nooit langer dan vier maanden. Dan blijkt dat Tom (een collega) verliefd is op Willemijn en zij is ook op hem. Tom en Willemijn krijgen een relatie. Walter voelt aan dat Tom een blijvertje is en dat vindt hij niet leuk, want dat zou betekenen dat zijn relatie met Willemijn ook verbroken zou worden. Hij wil haar niet kwijtraken. Hij weet dat hij hierdoor minder close met Willemijn zal worden, maar hij ziet ook dat ze wel gelukkig is met Tom en dat gunt hij haar wel.

Hoofdstuk 6; Marleen heeft kanker en heeft nog maar een paar maanden te leven. Ze schrijft al haar gedachten op in het gastenboek. Ze denkt na over haar toekomst en wil tot rust komen. Ze weet dat wanneer ze thuis is ze naar het ziekenhuis moet. Toch probeert ze nog iets van haar leven te maken.

Epiloog; Hier maakt de schoonmaakster Duinroos winterklaar en stuurt.


Ik denk dat de spanningopbouw in het verhaal de verschillende gasten en hun problemen zijn. Elke keer was je weer benieuwd wat en wie er in het volgende hoofdstuk besproken werd. Dit gaf de meeste spanning. Je leest eerst wat het probleem is en hoe de gasten elkaar kennen en dan hun verblijf. Wat ik ook spannend vond is hoe de gasten met hun problemen omgaan en of het allemaal nog wel goed komt. Net als met die man die zelfmoord wil gaan plegen, hij bereidt zich helemaal voor maar uiteindelijk gaat hij weer levend naar huis.

3. Het begin

Dit boek heeft een opening in de handeling. In het begin wordt er niet meteen uitgelegd waar het verhaal over gaat. Het speelt zich meteen af in het vakantiehuisje.

4. Het einde

Het is eigenlijk een open einde. Want het huisje gaat het volgende seizoen weer open en dan komen er weer nieuwe gasten en dus ook nieuwe verhalen. Het is alleen niet zo’n einde wat je nieuwsgierigheid wekt.

E. Mening

Ik was gewoon in de bibliotheek een boek aan het zoeken en kwam deze tegen. Het leek me wel een leuk boek dus ben ik het gaan lezen.

Vooral de emoties van de personen in het boek zijn goed beschreven. Je leeft erg met ze mee en kunt ze zo ook goed begrijpen. De angst, de pijn, het gelukkige gevoel, alles komt er in voor. Soms komen er ook dingen bekend voor, dat is natuurlijk bij iedereen verschillend, maar hierdoor leef je mee in het verhaal. Door de verschillende karakters, personen en problemen worden veel dingen besproken in het boek. Dat sprak me wel aan.

Ik denk dat door de verschillende problemen die er besproken worden en opgelost worden het boek voor veel mensen leuk is. Je leert omgaan met problemen en je leert mensen met die problemen te begrijpen. Het verhaal is zeker geloofwaardig geschreven. Ze noemt dingen die er ook echt zijn. En het gebied en de gebeurtenissen zijn niet zomaar bedacht, ze kunnen in het echt ook voor komen. Zoals een zwangerschap verzwijgen of met een dodelijke ziekte rond lopen. Door die onderwerpen neem je het verhaal ook serieuzer. Ik kon me goed in de hoofdpersonen verplaatsen. Bepaalde gevoelens kon ik ook goed begrijpen, alleen ik denk dat ik met bepaald problemen wel anders gehandeld had.

De auteur heeft goede perspectieven genomen. Doordat er een ik-perspectief was en een hij/zij perspectief werd het verhaal leuk om te lezen en kon je het goed volgen. Het is nu duidelijk wie er wanneer sprak of dacht.

Er wordt niet veel over de ruimte en de personen geschreven, maar dat maakt ook niet uit. Want de auteur beschrijft genoeg om het verhaal in beelden te zien. Het gaat in dit verhaal ook niet zo erg om de ruimte maar meer over de gevoelens en over de personen zelf.

Het boek is makkelijk te lezen; er zitten geen moeilijke/vreemde woorden en zinnen in. Het leest lekker door en is ook grappig om te lezen. Vind je het ene verhaaltje niet zo boeiend, dan weet je dat er in de volgende hoofdstukken altijd nog iets leuks kan komen.

Ik vond alleen het begin wel wat vreemd want je leest ineen dat de schoonmaakster moet opschieten want de gasten komen er aan. En het volgende hoofdstuk zijn er ineens gasten op weg naar het vakantiehuisje. Je moet het wel even begrijpen maar ook dat is niet zo moeilijk.

ER zijn verschillende belangrijke momenten in het boek. Zelf vond ik het verhaal van Leo, de weduwenaar, het indrukwekkendste. Hij was zo depressief en er zo van overtuigd dat hij niet langer wilde leven maar dat toch op het laatste moment besluit hij verder te gaan met zijn leven. Dit was niet het enige wat ik indrukwekkend vond. Het hele boek was mooi en leuk om te lezen.

F Samenvatting

Zie Punt D.2

G. De auteur

1. Vonne van de Meer heeft haar voorkeur voor literatuur van haar moeder meegekregen. Ze is naar een theaterschool gegaan, wat ze erg leuk vond. Ze ging toneelstukken schrijven en ze heeft jarenlang stukken geregisseerd. Naast dit werk bleef ze schrijven, maar alle stukken die ze naar literaire tijdschriften stuurde kreeg ze terug. Totdat in 1980 ‘Afscheid van Phoebe’ werd gepubliceerd in Hollands Maandblad, waar daarna ieder jaar een stuk van haar verscheen totdat haar eerste boek uitkwam.

2. Ze probeert met de meeste boeken die ze geschreven heeft een ‘morele les’ te geven. Haar boeken gaan dan ook vaak over dingen die echt gebeuren of kunnen gebeuren. Dat heeft ze ook gedaan met het boek wat ik heb gelezen. Mensen leren omgaan met hun problemen en omgaan met hun omgeving.

3. O.a. psychologische verhalen. Ze wil met de meeste boeken een ‘morele les’ meegeven.

4. Na het behalen van haar diploma is ze naar de VS gegaan en heeft op een high school gezeten. Daar begon haar liefde voor acteren. Vonne van der meer is de jongste in een gezin van drie dochters. Ze is getrouwd en heeft twee zoons gekregen.