Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De kleine blonde dood door Boudewijn Büch

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
Boekcover De kleine blonde dood
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 2543 woorden
  • 8 maart 2001
  • 103 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
103 keer beoordeeld

Boekcover De kleine blonde dood
Shadow

In De kleine blonde dood vertelt de ik-figuur over het kortstondige leven van zijn zoontje. Mickey, het kind van hem en Mieke, een vijftien jaar oudere lerares Engels, zal zijn zesde verjaardag niet halen. Daarnaast haalt de ik-figuur herinneringen op aan zijn eigen, door de oorlog geestelijk misvormde vader. De kleine blonde dood is een hartverscheurend verhaal over …

In De kleine blonde dood vertelt de ik-figuur over het kortstondige leven van zijn zoontje. Mickey, het kind van hem en Mieke, een vijftien jaar oudere lerares Engels, zal zijn zes…

In De kleine blonde dood vertelt de ik-figuur over het kortstondige leven van zijn zoontje. Mickey, het kind van hem en Mieke, een vijftien jaar oudere lerares Engels, zal zijn zesde verjaardag niet halen. Daarnaast haalt de ik-figuur herinneringen op aan zijn eigen, door de oorlog geestelijk misvormde vader. De kleine blonde dood is een hartverscheurend verhaal over verlies, verdriet en machteloosheid. Een monument voor een kleine, gestorven jongen.

(In het boek wordt de naam van het kind overigens zonder ‘e’ gespeld)

De kleine blonde dood door Boudewijn Büch
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Primaire gegevens
Ondertitel: - Verschenen in: Amsterdam, 1984
Aantal blz.: 140 blz. Leestijd: 3 uur. Uitgelezen op: 12 april 2000
Verwachtingen vooraf
Mijn verwachtingen van het boek waren erg hoog. Dat kwam vooral omdat het boek erg bekend is onder jongeren. Ook is dit werk verfilmd en dat blijkt een hele mooie film te zijn. De titel sprak mij ook heel erg aan, omdat ik in het eerste opzicht al meteen dacht dat een over een kind ging die dood zou gaan. En ik vond dat wel interessant.  Dit werk heeft mij aan het denken gezet Nee  Ik heb wel iets aan dit werk gehad Ja
Dit werk spreekt mij niet aan, omdat ik niet erg van dit soort verhalen houd. Het gaat veel over de oorlog en dat ik vind ik totaal niet interessant. Wat ik wel interessant vond, was hoe Boudewijn omging met de opvoeding van zijn zoon. Een korte samenvatting van de inhoud

Boudewijn gaat op schoolreisje naar een speeltuin in de buurt van Nijmegen. Ze zitten er aan de Duitse grens en de leerlingen krijgen daar de kans eens op Duits grondgebied te staan. Bijna alle leerlingen, want Boudewijns vader heeft hem verboden ook maar een voet in Duitsland te zetten. Boudewijn zit zijn boterhammen te eten terwijl de andere kinderen zich vermaken in Duitsland. Boudewijns vader die altijd al een bijzondere kennis en interesse had in vlinders verzamelde deze ook. Boudewijn zag een zogenaamd landkaartje vliegen en dacht dat z'n vader heel trots op z'n zoon zou zijn als hij deze vlinder bij z'n collectie kreeg. Boudewijn rende de vlinder achterna en kreeg deze na een tijd te pakken. Boudewijn belandt in verboden gebied en wordt aangehouden door twee grenswachten en deze brengen hem terug naar de bus. Als z'n vader dit hoort krijgt hij een woede-uitbarsting en trapt de vlinder kapot. Hij wil geen Duitse vlinders. Boudewijn gaat met zijn zoontje naar de dierentuin. Micky krijgt veel te eten en te drinken, en in het café komt alles er weer uit. Boudewijn belt zijn 'vriendin' Fleurette op die ze komt ophalen en waar ze alles schoon maken. Rainer Büch is van Joodse afkomst en is voor de Tweede Wereldoorlog naar Nederland gevlucht. Tijdens de oorlog heeft Büch een heldendaad begaan en is hierom zeer bekend geworden in zijn omgeving. Welke heldendaad dit was wordt niet duidelijk in het verhaal. Boudewijns vader is aan de ene kant anti-Duits, maar aan de andere kant is hij zeer militaristisch opgesteld. Boudewijns moeder heeft het moeilijk, want haar echtgenoot kan soms zeer gewelddadig worden. Een paar dagen voor Kerstmis verbiedt hij het vieren van het Kerstfeest. Als hij een toefje slagroom ziet op het nagerecht, slaat hij de huiskamer kort en klein en wordt agressief tegen zijn vrouw en kinderen. Toch heeft Boudewijn veel bewondering voor zijn vader. Soms ging zijn vader weg zonder te zeggen waarheen en dan kwam hij een tijd later weer terug. Als blijkt dat er iemand in zijn geheime kastje is geweest, slaat hij Boudewijns broer in elkaar. Zijn zoon had foto's van Joden in concentratiekampen tijdens de Tweede Wereldoorlog gezien. Boudewijns vader is hoofd van de Reservepolitie, waar na een tijd iedereen wegloopt vanwege het iedere avond verplicht marcheren. Als Büch de koets van de Koningin aanvalt, wordt deze opgepakt en hij vindt dit de aanleiding zijn verdiende onderscheidingen terug te sturen naar de Burgemeester. Ook in het oorlogsmuseum krijgt de vader van Boudewijn een aanval omdat hij zegt dat de uniformen niet kloppen. Hij maakt zichzelf belachelijk. Boudewijn krijgt zenuwtoevallen door de toestand thuis. Hierdoor wordt hij naar een inrichting in Brabant gestuurd. Hier heeft Boudewijn een vreselijke tijd. Het ergste van alles vindt hij het leesverbod. Als hij thuiskomt wordt hij ernstig ziek: een buikvliesontsteking. Boudewijn raakt in een coma en een paar weken later geraakt hij hier weer uit. Zijn vader geeft hem een bulldozer, boeken (die zijn vader hem zal voorlezen), en de mooiste medaille. Na een jaar wordt Boudewijn uit het ziekenhuis ontslagen. Thuis zingen al de kinderen uit zijn klas voor hem en krijgt hij een fiets van zijn ouders. Onkel Jobab is een slachtoffer van de Duitse experimenten op de Joden. Boudewijn en zijn broers noemen Onkel Jobab gek in zijn hoofd. Als Jobab komt logeren, moet Boudewijn met hem gaan wandelen. Ze lopen naar Noordwijkerhout. Daar kopen ze patatten. Onkel Jobab betaalt met een waardeloze Mark en moet samen met Boudewijn rennen, om niet gepakt te worden door de frietboer. Omdat Boudewijn en Onkel Jobab te laat thuis zijn moet Boudewijn voor straf zonder eten naar bed. Een tijd nadat zijn ouders gescheiden zijn gaat Boudewijn op bezoek bij zijn vader. Hij is nu voor de vijfde maal getrouwd. Zijn echtgenote is de achttienjarige Deense Astrid Nisgren. Hoewel Boudewijn homoseksueel is heeft hij nu toch een kind gekregen van zijn vroegere lerares Mieke. Als hij dit verteld aan zijn vader trekt hij wit weg en Astrid slaat hem. Als Boudewijn vertrekt geeft zijn vader hem nog vijfentwintig gulden. Een periode na het bezoek aan zijn vader krijgt Boudewijn een brief van zijn moeder met daarbij een rouwkaart: zijn vader is gestorven. Het overlijden van zijn vader valt hem zwaar. Twee weken na zijn vaders dood krijgt hij een brief van zijn vader: de grootste kwelling die zijn vader hem ooit heeft aangedaan. De brief werd een obsessie voor hem. De laatste zinnen van de brief schrijft Boudewijn over, de rest verbrandt hij. Later vertelt de dokter hem dat zijn vader zelfmoord gepleegd had. De zoon van Boudewijn en Mieke heet Micky. Mieke is veertien jaar ouder dan Boudewijn. Aangezien Mieke aan de drank is, zorgt Boudewijn voor zijn zoon. Samen wonen zij met Fleurette en haar dochter in een huis. Als Fleurette en haar dochter het huis verlaten, gaat Boudewijn voor een tijdje met vrienden naar Parijs. Micky zal bij Gerda, de beste vriendin van Mieke, logeren. Boudewijn heeft Gerda nadrukkelijk gezegd Micky niet aan Mieke mee te geven. Uiteindelijk heeft Mieke haar zoon toch meegenomen. Micky vraagt nog of zijn vader nog een cadeautje voor hem meeneemt, maar het zal niet nodig zijn, want bij thuiskomst krijgt Boudewijn te horen dat zijn zoon in het ziekenhuis is opgenomen. Micky ligt in een coma. Hij is bij Mieke van een portiektrap gevallen. Na eerst bij Mieke geweest te zijn, gaat Boudewijn naar het ziekenhuis. Hier vertelt de dokter hem dat Micky klinisch dood is. De val was een gevolg van een gezwel in de hersenen, dat plotseling geknapt is. Uiteindelijk besluit Boudewijn dat de behandeling gestopt moet worden. Micky was altijd al een fan van de Rolling Stones. Als zijn lichaam gecremeerd wordt, wordt er het nummer 'Out of time' gedraaid. Boudewijn is de enige aanwezige bij de crematie. Boudewijn heeft hier bewust voor gekozen: er mag beslist geen spoor van Micky op de aarde over blijven. Hiermee wil hij zichzelf straffen. Hij zegt dat hij een slechte vader was. Zes jaar na de crematie bezoekt Boudewijn voor de krant een open dag van het crematorium. Nadat de reportage in de krant heeft gestaan, krijgt Boudewijn een boze brief van de Directeur van het crematorium. Als Boudewijn iemand hoort zeggen 'Rouw verjaart niet', weet hij dat hij het boek kan schrijven: 'De kleine blonde dood'. Tijd en ruimte
Het verhaal dat de ikpersoon nog jong is, speelt zich een paar jaar na de Tweede Wereldoorlog af. Er is veel haat tegen Duitsers en Boudewijns vader heeft de oorlog nog niet goed verwerkt. Het gedeelte dat de ikpersoon al ouder is en een kind heeft speelt zich zo af rond 1970, 1980. Veel eerder kan het niet zijn, aangezien Boudewijn geen jonge vader blijkt te zijn. Veel later ook niet, want hij is ook geen oude vader. Het verhaal is niet-chronologisch verteld, het is net of de schrijver alle hoofdstukken door elkaar gehusseld heeft. Het springt steeds naar een andere tijd. Dit creëert een zeer bijzonder effect. Je zou kunnen zeggen dat de helft van het boek bestaat uit flashbacks. De vertelde tijd is de verleden tijd, de schrijver vertelt over wat hij heeft meegemaakt. Boudewijn groeit op in Wassenaar. Hier bevindt hij zich in huis of in de straat. Ook gaat hij op excursie naar de grens van Duitsland, waar zijn vader erg tegen was. Ook bevindt hij zich een tijdje in een gekkenhuis. Later, als Boudewijn groter is, speelt het verhaal zich vooral af in de grote stad, in het huis van Boudewijn en Mieke, in de trein enzovoort. Ook een belangrijke plaats is het ziekenhuis, waar Micky in ligt. De wijze van vertellen
Het verhaal wordt verteld in het ik-perspectief, door Boudewijn. We zien het gehele verhaal door zijn ogen. In zijn jeugd en zijn leven als vader. Spanning
Het verhaal is niet echt spannend, dat komt waarschijnlijk omdat het verteld wordt in de verleden tijd. Er zitten wel sommigen spannende stukken tussen, bijvoorbeeld wanneer de vader van Boudewijn weer eens doordraait en zijn kinderen of zijn vrouw slaat. Thema en motieven
Het thema in het verhaal is de relatie tussen vader en zoon. De relatie tussen Rainer en Boudewijn en de relatie tussen Boudewijn en Micky. De motieven in dit verhaal zijn: het oorlogstrauma van Rainer Büch, de homoseksualiteit van Boudewijn, de alcoholverslaving van Mieke (maar ook van Rainer), zelfmoord (Rainer probeert meerdere malen zelfmoord te plegen en ook Boudewijn denkt er wel eens over er een eind aan te maken). Personages
Boudewijn: Boudewijn is de hoofdpersoon. We maken hem mee als een klein jongetje en als volwassen vader. In zijn jeugd was Boudewijn een rustige jongen die, net als de rest van de familie, lijdt onder de tirannie van zijn vader. Als hij tien jaar is, wordt hij opgenomen in een gekkenhuis in Brabant. Ondanks alles houdt hij van zijn vader. Boudewijn twijfelt over zijn capaciteiten als vader. Hij gedraagt zich vaak onverantwoordelijk. Hij neemt later toch wel Micky in huis te nemen en uiteindelijk diens leven te beëindigen. Rainer: Dit is de vader van Boudewijn. Hij heeft als het ware een gespleten karakter, van de ene kant is hij heel erg anti-Duits en van de andere kant houdt hij van de strenge (Duitse) manier van optreden en opvoeden. Hij lijdt aan een oorlogstrauma, omdat hij vroeger naar Nederland is gevlucht en tegen zijn eigen vaderland (Duitsland) heeft gevochten. Hij lijdt aan een erge verstrooidheid, wat tot erge ruzies en tenslotte een echtscheiding leid. Boudewijn was altijd zijn oogappeltje. Micky: Hij is de zoon van Boudewijn en Mieke. Het is een speels ventje en erg bijdehand. Op vijfjarige leeftijd overlijdt hij aan een geknapt hersentumor. Mieke: Dit is Boudewijn Engelse lerares. Samen krijgen ze een kind, hoewel Boudewijn homeseksueel is en 14 jaar jonger. Mieke is alcoholverslaafd. De moeder van Boudewijn: Zij is een lieve zorgzame vrouw die haar kinderen probeert te beschermen tegen de woede aanvallen van hun vader. Zij is van Italiaanse afkomst en heeft tijdens de 2e wereldoorlog ondergedoken gezeten. Ze weigert het kind van Boudewijn te zien. Titel, ondertitel en motto
De titel is gebaseerd op een stuk uit het boek: Tijdens de zoveelste periode van het dronkenschap van Mieke probeert Boudewijn haar te overtuigen van de risico’s van haar drankprobleem. “Als je zo doorgaat heb je straks niet alleen geen man meer, maar ook geen zoon meer. Soms schrik ik wakker van het idee dat je een auto-ongeluk krijgt. Dan is die kleine blonde dood”. Mieke lalde: “Dat is een mooie titel voor een boek”. Eigen persoonlijke beoordeling
Onderwerp
Ik vond het onderwerp van het boek goed maar ook weer niet, goed omdat de jeugdproblemen van Boudewijn me wel aanspreken en ook hoe hij zijn zoon opvoedt. Maar ik vind de delen over het oorlogstrauma van zijn vader minder, omdat ik het helemaal niet interessant vind om over de oorlog te lezen. Gebeurtenissen
In het begin gebeurt er nog weinig in het boek, daardoor heb je eigenlijk geen zin meer om het verder te lezen. Na ongeveer 40 bladzijdes wordt het wat interessanter. Veel van de gebeurtenissen zijn wel aangrijpend, vooral de gebeurtenissen over wanneer Rainer weer eens uitvalt tegen zijn zonen of wanneer Boudewijn moet beslissen of ie zijn zoon laat sterven. Er zitten ook wel vrolijke gebeurtenissen in het boek, zoals de momenten wanneer Boudewijn en Micky samen iets leuks doen en Micky van alles wil weten. Personages
Ik vind de personages goed neergezet. Je merkt goed hoe de personages zich voelen en kan dat ook herkenen aan hun manier van doen. Je leeft helemaal mee met Boudewijn in zijn jongere jaren maar ook in zijn oudere jaren. De opbouw

Je moet goed opletten bij dit boek. Er wordt namelijk veel met tijdssprongen gewerkt. Je moet bij elk hoofdstuk weer opletten of het over het ene verhaal gaat of over het andere. Dat is wel lastig maar als je goed oplet is het verhaal goed te volgen. Taalgebruik
Ik heb helemaal geen moeite gehad met het taalgebruik van het boek. Het leest makkelijk en vlot door. Ik kwam wel sommige zinnen tegen die niet in één keer te begrijpen waren, maar als je de zin nog een keer goed doorleest begrijp je hem wel. Bibliografie
Büch B., De Kleine Blonde Dood (roman), Amsterdam 1984
Hierbij heb ik geraadpleegd: - www.schrijversnet.nl/Büch - www.büch.nl
Voor het gedicht heb ik geraadpleegd: - www.gedicht.pagina.nl - www.meandor.nl
Verwerkingsopdracht Identificatie  In hoeverre heb jij je kunnen identificeren met een romanfiguur? Ik heb me eigenlijk niet kunnen identificeren met figuur uit dit boek. Dit komt omdat de hoofdpersoon in dit boek in het ene verhaal een jongetje is die het thuis moeilijk heeft doordat zijn vader ze niet allemaal op een rijtje heeft. En ik heb thuis helemaal geen moeilijkheden. In het andere verhaal is hij vader en verliest zijn zoontje. Ik heb nog nooit een dierbaar persoon verloren en weet eigenlijk ook helemaal niet hoe het is om te leven met die leegte. Ik kon me ook niet identificeren met een ander persoon uit dit boek. Alle personen waar je echt iets over te weten kwam waren al volwassen. Er speelden hele andere problemen dan de problemen die ik ooit zal kunnen meemaken, denk ik. Verwerkingsopdracht Motto  Zoek een gedicht dat je als motto kunt gebruiken voor de roman die je gelezen hebt. Ik heb gekozen voor dit gedicht als eerste omdat de titel wel goed bij het boek past. Boudewijn ging vaak met zijn zoontje naar de dierentuin. Ook omdat de gemarkeerde zin slaat op: wanneer Boudewijn en Micky worden gescheiden,(wanneer Micky sterft). Wel vind ik het jammer dat dit gedicht niet slaat op beide verhalen in het boek. Dierentuin
De mens, de tijger, beide zijn gekooid

Het ijzerwerk is wat hen samenbindt
Ik ben daarom verbaasd wanneer een kind
Vrijmoedig brokken door de tralies gooit
Dit is hoe de natuur zijn groei voltooit
Het ongedeelde scheiding ondervindt
Ik zoek een tuin waar elk zijn plaats herwint
En nooit meer een serpent zijn gif rondstrooit
Men waant het beest verdwenen uit de stad
Waar inwoners lichtvaardig achterbleven
Omdat door hen de jungle werd bestraat
Maar loop ik in de nacht een donker pad
Dan zal ik voor de kleinste schaduw beven
Er kan een mens zijn die op rooftocht gaat

REACTIES

F.

F.

thnx ik heb veel aan je uitreksel gehad, alles staat er letterlijk in en ik heb het af op de laatste dag >>je weet hoe dat gaat Wij heebben net als jou volgens mij ook de leesverslagen van Proza.

22 jaar geleden

K.

K.

bijzonder goed verslag mevrouw.

groetjes van kevin


20 jaar geleden

W.

W.

ik hou van jou

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De kleine blonde dood door Boudewijn Büch"