Jos Vandeloo - De beklimming van de Mont Ventoux (1990)
Gebruikte editie
De roman verscheen in 1990 bij de uitgever Manteau, Amsterdam. De eerste druk die voor deze samenvatting is gebruikt, telde 212 pagina’s.
Op de voorkant van de roman staat een foto van de kale berg die van bovenaf genomen is en waarop de gebouwen zichtbaar zijn die kenmerkend zijn voor de top van de berg. Op de hellingen van de Franse berg groeit helemaal niets.
Genre
Het is een psychologische roman, die zich in de wielerwereld afspeelt. De belevenissen van de wielrenner staan wel min of meer centraal (met drie wielerwedstrijden die concreet worden genoemd: de Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix en de Tour de France) Maar er spelen ook een heleboel andere zaken: bijvoorbeeld de onderlinge relaties in het gezin Blieck. Incest en overspel, bastaardkinderen, zelfmoord: de hele familie werkt er in zekere zin aan mee.
Toch is de roman wel aan te raden voor scholieren die interesse in de wielersport hebben en die op hun boekenlijst dit thema benadrukken. Zo zijn er bijvoorbeeld lijnen te trekken met “De Renner”van Tim Krabbé, “De kopgroep” en “De lange ontsnapping”van Mart Smeets. Ook Jan Siebelink schreef over zijn wielerhelden “Eerlijke mannen op de fiets.”
Verhaalopbouw en perspectief
De roman is opgebouwd in 27 korte hoofdstukken die elk vanuit een andere ikfiguur verteld zijn Er zijn vijf vertellers die elk een aantal hoofdstukken voor hun rekening nemen.
De oudste zoon Clovis vertelt de hoofdstukken: 1, 7, 11, 17, 21, 27
De tweede zoon Gustave vertelt de hoofdstukken: 4, 8, 12, 19, 24, 26
Moeder Rose vertelt de hoofdstukken: 3, 9, 14, 18, 23
De wielrennende zoon Georges vertelt de hoofdstukken: 2, 5, 10, 13, 15, 20, 22
De enige zus in het gezin Jeanne vertelt maar drie hoofdstukken: 6,16, 25
Aan het aantal hoofdstukken dat een personage voor zijn of haar rekening neemt, kun je zijn of haar belangrijkheid afmeten. Georges, de wielrenner, vertelt het meest en Jeanne, zijn zus, het minste. Clovis en Gustave zijn even belangrijk.
In een interview op 6 oktober 1990 in “De Stem” antwoordt Vandeloo op een vraag van de journalist waarom hij voor deze vorm heeft gekozen: “Ik heb lang over het boek nagedacht voordat ik begon te schrijven. Deze vorm drong zich kennelijk aan me op. Ik stel mezelf daarover geen vragen. Het is goed zoals het is. En er is maar één gevaar: alle vijf geven hun visie op wat er gebeurt. Dan moet je oppassen dat je je zelf niet gaat herhalen. Dat is me wel gelukt. Na de geestelijke zwangerschap ga je schrijven: dan wordt het boeiend. Je wordt meegesleept en je bent verbaasd dat je dingen op die manier schrijft .Invallen waar je nooit van tevoren aan hebt gedacht. Dat is het creatieve element en dat is ook het boeiende aan dit vak.”
De vertellers vertellen zowel vision avec (bijv. Georges, wanneer hij rijdt in de Ronde van Vlaanderen) als vision par derrière ( bijv. Rose die vertelt hoe Jeanne zwanger is geworden).
Titelverklaring
De Mont Ventoux is een moeilijk te beklimmen berg die enkele keren is opgenomen in het routeschema van de Tour de France. De berg is legendarisch vanwege het overlijden van de toenmalige wereldkampioen Tommy Simpson, die tijdens de bergetappe was overleden. Dopinggebruik was de meest waarschijnlijke doodsoorzaak. Georges Blieck heeft als wielrenner die kale berg moeten beklimmen, maar hij moest opgeven, omdat het te zwaar was. Na dit voorval wilde hij revanche op zich zelf nemen en de Mont Ventoux nog een keer beklimmen. Als Georges sterft, gaan zijn broers Clovis en Gustave met zijn stoffelijk overschot naar de top van de Mont Ventoux, als een laatste eerbetoon. Zo heeft hij toch een keer de Mont Ventoux beklommen, zij het in de auto. De berg komt ook nog voor in een beroemd gedicht van Jan Kal, waarin de dichter het dichterschap vergelijkt met het beklimmen van de Mont Ventoux: een zware klus dus.
Thematiek
Het gaat in deze roman meer om de familiebanden dan om de fietsbanden. Er is sprake van een vrij geïsoleerd gezin met zijn eigen onderlinge relaties tussen de broers en de ene zus. De zus is waarschijnlijk misbruikt door de vader en dit heeft een kind opgeleverd. De relatie tussen papa Modeste en moeder Rose is gedurende het huwelijk steeds slechter geworden: er kwamen steeds meer kinderen; Rose heeft diverse abortussen ondergaan en papa Modeste is aan de drank geraakt. Ook Clovis lijkt iets te hebben gehad met Jeanne. Op een avond hebben ze ruzie en direct daarna heeft hij zich opgehangen. Het geslacht Blieck is zo’n echt oestergezin: de oester klapt dicht als de buitenwereld contact zoekt. Moeder Rose heeft een keer een relatie gehad buiten dat gezin nota bene met een artiest van wie ze het kind Georges heeft gekregen. Toch adoreren zijn broers hem: het is onduidelijk of ze weten dat hij van een andere vader is. Er ligt een heel duidelijke lijn naar de roman van Hugo Claus: “De Metsiers”, een zelfde soort gezin dat zich het liefst afsluit van de buitenwereld. De onderlinge relaties zijn vaag en vuig, maar zo gauw de buitenwereld aanklopt, sluit de oester en treden ze als eenheid naar buiten. Dat gebeurt in de roman van Hugo Claus (met ook al dezelfde vertelstructuur) en in “De beklimming.” Als Georges overlijdt, vertellen ze het aan niemand, maar de twee oudste broers besluiten wel Georges toch een keer de Mont Ventoux te laten beklimmen. Hierin slaan ze dus de handen ineen. Bovenop de top huilen ze voor de eerste keer echt en merken ook de totale eenzaamheid. In die zin is de Mont Ventoux met zijn afschrikwekkende uiterlijk: een hoge, uiterst kale, grillige waar het altijd enorm waait een prachtige symbolische ruimte. Daar wordt de menselijke eenzaamheid toch heel erg voelbaar.
Jos Vandeloo in een interview met “De Stem” op 6 oktober 1990 geeft aan “dat in zo’n gemeenschap de leden veel van elkaar weten, maar dat ze veel verzwijgen om de clan te beschermen. Niemand heeft er belang bij als één van hen in de gevangenis belandt. Ze steunen elkaar, ze sluiten de rangen.” (Vergelijk de moord op de drie Hells Angels in 2004: de leden besluiten bij de rechtbank over de moord te zwijgen, waarmee de clan beschermd wordt)
De gebruikte motieven zijn derhalve: de wielersport, seksualiteit, incest, abortus, overspel, zelfmoord, de geestelijke gehandicapte broer.
Ruimte en tijd
De vertelling van het heden neemt ongeveer drie weken in beslag. De roman begint in de week voor de Ronde van Vlaanderen; die koers wordt ook beschreven, een week later wordt de wielerwedstrijd Parijs-Roubaix gereden. In die koers valt Georges met fatale gevolgen en een dag later maken ze de rit naar de Mont Ventoux. Daarnaast zijn er veel flashbacks en flashforwards We kunnen in één hoofdstuk lezen dat een familielid iets onderneemt en we lezen in het volgende hoofdstuk door de ogen van een ander familielid hoe en waarom iets ondernomen werd.
Het decor waarin het verhaal speelt, is voornamelijk de boerderij van de familie Blieck: de Ferme Dhoogelaere. De boerderij ligt in het Franse deel van Vlaanderen, dicht bij de Franse grens. Andere ruimten zijn bij de vriendin van Georges in Steenvoorde en tijdens de wielerkoersen zoals Parijs-Roubaix en de Ronde van Vlaanderen, waarin Georges meereed. De laatste ruimte is bovenop de Mont Ventoux. Dit is ook een belangenruimte omdat het beklimmen van de Mont Ventoux symbool staat voor de overwinning van de grote obstakels in je leven. Met hulp van zijn broers weet Georges dat te overwinnen.
De vertelde tijd is ongeveer drie weken: de verteltijd 212 bladzijden. Door het grote lettertype en de ruime bladspiegel is de roman te lezen in circa drie uur.
Samenvatting van de inhoud
De hoofdstukken hebben telkens een andere ik-verteller. (zie verhaalopbouw) In de samenvatting is ervoor gekozen om met het eerste woord van de samenvatting van dat hoofdstuk aan te geven wie de verteller van dat hoofdstuk is.
1: Clovis Blieck is de oudste zoon (40) van het boerengeslacht Blieck . Hij is nogal koppig. Van de hele familie geeft hij nog het meeste om Gustave: Hij noemt hem “een groot kalf, maar ploeteren en zwoegen als een Brabants trekpaard”. Zijn jongere broertje Georges is profwielrenner. Volgens Clovis heeft deze Georges niets van zijn moeder, omdat zij een harde vrouw is en voor niemand uit de weg gaat. Hij vraagt zich zelfs af of Georges wel een zoon van zijn vader Modeste is, die tien jaar geleden stierf. Juist omdat Georges zo anders is dan zijn broers. Helemaal geen echte boerenjongen.
2: Georges is de belangrijkste zoon de familie. Hij heeft zich in een rap tempo ontwikkeld tot een goede wielrenner. De hele familie staat klaar om hem te helpen, maar Clovis heeft de touwtjes in handen, bij zijn broers en zus is hij dan 'Le Grand Chef'. Georges traint liever op de fiets dan dat hij op de boerderij werkt. Er zijn zes kinderen in de familie: Clovis, Gustave, Jeanne, de enige dochter, Maurice, de geestelijk gehandicapte Louis, die dagen bezig is met het schoonmaken van de fiets van Georges. Maurice woont in Parijs en heeft sinds jaren niets meer van zich laten horen.
3: Moeder Rose is de vertelster: zij heeft vijf zonen en een dochter. Ook heeft ze een aantal miskramen en drie abortussen gehad, omdat ze vaak direct na een bevalling alweer zwanger bleek te zijn. De kinderen lijken wat hun gedrag betreft op Modeste, behalve Maurice, die heeft meer het karakter van een meneer. Rose denkt dat Louis’ onvermogen veroorzaakt is doordat Modeste dronken was toen hij met haar vrijde doordat zij probeerde de zwangerschap af te breken met zeepsop. Har enige dochter Jeanne is ongetrouwd, maar heeft wel een kind. Van wie dat is wil ze niet zeggen. Rose suggereert dat het kind wel eens van Modeste of van Clovis kan zijn.
4: Gustave: is de tweede oudste zoon in de familie, hij is drie jaar jonger dan Clovis. Die houdt zich behalve met het werk op de boerderij ook met de contracten van Georges bezig. Er is zelf een sportwinkel naar Georges Blieck genoemd. Hij heeft fans tot ver in de omstreken. Gustave is nog vrijgezel. Clovis is de enige die al eens getrouwd is geweest. Het is slecht afgelopen, daarom praat hij er liever niet over. Clovis betrapte zijn vrouw met een andere man in een louche café. Hij sloeg toen eerst haar, daarna de man en tenslotte het hele café kort en klein. Nu heeft hij stiekem een vriendin. Niemand weet wie de biologische vader van Mireille(17), het dochtertje van Jeanne is. Ook hij denkt aan zijn vader of zijn oudste broer.
5: Georges traint vaak, hard en lang. Hij heeft zijn zinnen gezet op de Ronde van Vlaanderen, de belangrijkste Vlaamse wielerklassieker. Soms rijdt hij opzettelijk midden over de kasseien, om zich te harden. Hij denkt dat de organisatie probeert de wielerkoersen zo moeilijk mogelijk te maken, omdat de supporters en de pers dat leuk vinden. De wedstrijden zijn van kapitaal belang: financieel en publicitair. Hij en alle andere renners worden gedreven door de zoete smaak van de zege. Clovis en Gustave zitten hem altijd op de huid als het even wat minder goed gaat. Als hij thuiskomt van de training, staat er meestal een warm bad klaar. Louis pakt zijn fiets aan.
6: Jeanne, (35) is de enige dochter van papa Modeste en mama Rose. Ze is ongehuwd en moeder van de 17-jarige Mireille Zij doet alle werkzaamheden in het huis. Van Mireille hoeft ze geen hulp te verwachten, zij heeft meer van Clovis en Gustave weg. Ze voelt zich geïsoleerd, want alleen sterke vrouwen als mama Rose kunnen zich handhaven in dit milieu. Ze vertelt ook dat Modeste en Clovis vroeger hun handen niet konden thuishouden.
7: Clovis ziet Georges terugkeren van zijn training. Jeanne en Rose gaan met Georges naar binnen, Gustave gaat Georges masseren en Louis verzorgt de fiets. Georges wil het liefst geen koersen rijden waarin geklommen moet worden, want hij is geen klimmer. De Tour de France van verleden jaar was een teleurstelling geworden, hoewel hij aan het begin een etappe had gewonnen.
8: Gustave vertelt dan verder over de Tor. De Mont Ventoux aan het einde van de Tour de France was de ergste berg waar alle renners tegenop zagen . Gustave, Clovis en de rest van de wielerfans hadden zich langs de weg opgesteld. Halverwege stond Gustave. Hij liet Georges opgeven, tot groot ongenoegen van Clovis, die liever had dat Georges was doorgereden.
9: Rose vertelt dat Georges ondanks zijn grote bekendheid altijd een gewone jongen gebleven is. Georges en Louis bezitten een aangeboren vriendelijkheid, die de anderen niet hebben. De anderen zijn veel ruwer en driftiger van karakter: Clovis en Gustave hebben een opgevoerde Jeep waarmee ze door de streek crossen en mensen de stuipen op het lijf jagen. Ook Georges is anders dan de anderen van zijn leeftijd: hij heeft geen vriendin en gaat niet uit. Hij traint hard om goede koersen te rijden en hij lijkt het nog leuk te vinden ook, denkt Rose.
10: Georges vindt dat de training niets vergeleken is met de koers zelf. Daarom is het goed dat Clovis en Gustave hameren op goede training. Tijdens de koers denkt Georges aan die dingen die bij het verloop van de koers in hem opkomen: als het bijvoorbeeld erg slecht gaat, denkt hij aan het slachten van varkens op de boerderij, daar moest hij niets van hebben, terwijl zijn vriendjes juist kwamen kijken naar het bloedige schouwspel. Hij fietst zo hard om het gruwelijke leven van de boerderij te ontvluchten.
11: Clovis beschrijft de dag dat de Ronde van Vlaanderen op het programma staat. Voor de zekerheid gaan ze met twee auto's, omdat je auto’s immers nooit kunt vertrouwen. Clovis ergert zich aan het gezwets van Gustave, die al zijn 'wijsheid' uitstort vóór de koers. Natuurlijk weet iedereen dat een ongetraind of zwak iemand de zware Ronde van Vlaanderen niet kan rijden, daarom heeft de moeder van Rose, Mémère, een kaars opgestoken voor Georges. Zij is dementerende.
12: Gustave heeft met de verzorgers van Georges' ploeg afgesproken dat hij het voedsel en de drank voor Georges zelf zal klaarmaken. Zij volgen de koers in hun auto. Zo nu en dan snijden ze een stuk af om weer vooraan te komen. Als er twee Belgen ontsnappen, maakt Gustave zich zorgen, Clovis blijft rustig en is van mening dat ze worden teruggepakt; Georges rijdt lekker vooraan.
13: Georges vertelt “live” uit de koers. Hij kent alle hellingen in de Vlaamse koers. Hij heeft die kennis dagen van tevoren van buiten geleerd, want in de koers mag er niets fout gaan. Tijdens de koers denkt hij aan allerlei dingen en bidt hij dat het goed gaat. Hij weet niet hoe de situatie nu is, op welke plaats hij ligt, hoe het vooraan zit. Iedereen in de kopgroep werkt samen om elkaar verder te helpen.
14: Moeder Rose durft nooit tv te kijken, als Jeanne en Mireille het wielrennen volgen. Ze denkt dat het ongeluk brengt voor Georges. Ze had eigenlijk liever niet dat Georges wielrenner werd, omdat hij vroeger zo’n verlegen mannetje was, maar hij kan zich prima redden in de wielerwereld. Toen haar man tien jaar geleden stierf, had ze geen vrienden en moest ze zich alleen redden met de zorgen om Georges.
15: Georges rijdt in de kopgroep van de Ronde van Vlaanderen, maar hij maakt zich zorgen over het laatste gedeelte van de klassieker bijvoorbeeld de klim op de Muur van Geeraardsbergen. Er mag niets fout gaan, daarom bidt, iets wat hij alleen doet als hij het erg moeilijk heeft. Clovis rijdt in zijn Mercedes naar hem toe tussen de volgauto’s en geeft hem wat zelfvertrouwen.
16: Jeanne zit met Mireille voor de tv. Ze roepen, schreeuwen en brullen zo hard dat Louis en de hond er bang van worden. Mama Rose komt pas kijken als Georges over de eindstreep is. Clovis is boos over de eindspurt: Georges is tweede geworden, vlak na een Belg. Jeanne daarentegen is ontzettend trots. Op de boerderij is het de volgende dag een komen en gaan van journalisten en cameramensen.
17: Clovis is erg kwaad op Gustave. Toen de pers op de boerderij kwam, heeft Gustave zich laten interviewen. Er komt een pakket van Maurice, die jaren niets van zich heeft laten horen. Clovis belooft dat hij zijn baard laat staan, totdat Georges een klassieker heeft gewonnen. Als Gustave zegt dat hij weet dat hij een vriendin heeft en dat hij haar alleen bezoekt vanwege de seks, wordt Clovis kwaad.
18: Rose vertelt dat Jeanne ineens op het idee gekomen is om een koers van dichtbij mee te maken. Niemand kan haar dat uit het hoofd praten. Jeanne is in de afgelopen dagen erg veranderd. Ze praat veel meer en ze wil vaker ergens naartoe. Diep in haar hart wil Rose ook wel eens naar een koers, maar ze kan haar eigen zoon niet zo zien lijden.
19: Gustave ziet dat iedereen in dienst is van Georges. Clovis doet alsof zijn wielrennende Georges alles aan hem te danken heeft. Papa Modeste zou ook trots zijn op Georges als hij nog leefde. Modeste had niet veel vrienden in zijn leven gehad. Hij vertrouwde Gustave nog het meest. Iedereen denkt dat papa Modeste gestorven is aan zijn drankzucht, maar dat is niet waar. Gustave hoorde tien jaar geleden een ruzie in de schuur tussen Modeste en Clovis.Er werd over Jeanne gesproken. Even later dacht Gustave aan iets dat Modeste hem eens had gezegd: "als er ooit iets met mij gebeurt, moet jij voor Louis zorgen". Als Gustave terug in de schuur komt, heeft papa Modeste zich opgehangen
20: Georges denkt erover na dat er nog drie dagen voor Parijs-Roubaix resten, ook al zo’n barre wielerklassieker in de hel van het Noorden van Frankrijk. Als Georges in zijn eentje wil gaan trainen, wil Clovis meegaan, maar dat is tegen de plannen van Georges. Hij gaat stiekem naar zijn vriendin, Marie-Anne, in Steenvoorde. Het is ook de vriendin van Mireille en die is er vanmorgen al naar toe gefietst, alleen om hem een plezier te doen en te regelen dat Georges haar kan bezoeken. Zij is ook de enige die van deze vriendschap weet. Georges gaat naar haar toe en zij begint zich uit te kleden, waarna ze seks met elkaar hebben. Zijn broers mogen dat niet weten, omdat die denken dat seks voor zo’n belangrijke koers niet goed is. Verder leeft hij heel gezond en seks drie dagen voor de wedstrijd, daarvan zal hij wel herstellen.
21: Clovis, Georges en Gustave staan bij de start van Parijs-Roubaix. Er komt een deftig geklede meneer aanlopen. Het is Maurice. Hij komt speciaal voor Georges komt kijken. Hij moet er toch wel 60 km. voor omrijden, omdat de start niet echt in Parijs is. Hij vraagt hoe het met iedereen gaat. Clovis en Gustave hebben hun eigen bezigheden tijdens de koers. Speciaal voor deze koers hebben ze de fiets van Georges geprepareerd.
22: Georges is erg blij dat zijn broer Maurice bij de start was. Marie-Anne, Jeanne, Mireille en Marie-Anne's broer staan langs de kant op hem te wachten. Als hij zo goed blijft rijden, mag hij van de ploegleiding ook later in het jaar de Ronde van Lombardije rijden. Af en toe komt Clovis in de buurt. ’t Is weer verbazingwekkend hoe die zich overal tussen weet te dringen. De hel van het Noorden begint met venijnige kuilen en scherpe kasseien .De echte wielerkenner herkent de plaatsen waar de wielerwedstrijd langskomt.
23: Rose merkt op dat ze niet veel liefde in haar leven heeft gekend. Na haar huwelijk met Modeste is er nog een keer een man in haar leven geweest, een artiest. Hij heette Georges Taconi als artiest, maar zijn Vlaamse naam was Vermeulen. Op dat moment was Louis haar laatste kind en wilde ze er geen meer, omdat Louis debiel was. Van Georges Taconi kreeg ze toch nog een kind: Georges. Vandaar dat de jonge Georges heel anders van bouw is dan zijn vier broers en zijn zus. Het geheim komt nu toch uit.
24: Gustave staat bij de plek waar in de koers altijd ongelukken gebeuren. Dan is er opeens een valpartij. Tot zijn grote schrik is Georges erbij betrokken. Georges is helemaal van de kaart. Hij wil weer op zijn fiets stappen, maar valt bijna om. Zijn stuur is gebroken. Een arts onderzoekt Georges, maar hij is volgens de arts oké. Clovis arriveert met schrik op de plaats van het ongeval. Georges wil op weg naar huis niet naar het ziekenhuis, terwijl Clovis en Gustave het zekere voor het onzekere willen nemen. Thuis klaagt hij over een stekende hoofdpijn en wil hij naar bed. De volgende morgen zal de huisarts moeten komen.
25: Jeanne vertelt dat Mireille met haar schoolvriendin Marie-Anne heeft geregeld dat ze met Marie-Anne's broer naar Georges gaan kijken. Het is de eerste keer dat Jeanne het meisje ziet. Ze weet niet dat het de vriendin van Georges is. Het is een enorme drukte langs de koers Er gaat het gerucht rond dat Georges Blieck is gevallen en afgestapt. De broer van Anne-Marie vloekt, de meisjes beginnen te huilen en Jeanne vraagt aan omstanders of het erg is. 's Nachts als iedereen slaapt zijn Clovis en Gustave in de kamer die toegang geeft aan het kamertje waar Georges ligt. Jeanne hoort hen vreselijk ruzie maken.
27: Gustave en Clovis waken bij de kamer van Georges. Clovis is in een diepe slaap gevallen. Om tien uur gaat Gustave bij Georges kijken. Hij komt tot de ontdekking dat Georges geen adem meer haalt. Hij rent overstuur naar Clovis toe. Die gelooft hem eerst niet, maar Georges is echt gestorven. Ze zijn reddeloos en radeloos en beven van de zenuwen. Ze krijgen ruzie over waarom Georges gestorven is . Jeanne hoort het, en als ze komt kijken, wordt ze weggestuurd door Clovis. Clovis en Gustave maken zich zorgen over de reacties van Louis en Mama Rose.
27: Clovis en Gustave bedenken een plannetje om Georges de laatste eer te bewijzen. Ze doen Georges zijn fraaiste wielertricot aan en zetten hem dood achter in de Mercedes. Gustave stippelt de route uit die ze moeten rijden. Ze vertrekken stiekem om niemand wakker te maken. Ze gaan naar Frankrijk en rijden de hele nacht door. Als ze onderweg stoppen, gooien ze een deken over Georges heen, zodat het ongewenste kijkers niet opvalt dat er een lijk in de auto zit. Om tien uur de volgende ochtend zijn ze op de eindbestemming: op de Mont Ventoux. Ze rijden met de dode Georges de gehate berg op. Hij had die altijd al willen beklimmen maar het was hem nog niet gelukt. Boven op de berg aangekomen, stappen ze beiden uit en beginnen te huilen; Clovis en Gustave die nog nooit echt gehuild hebben.
Personages
Van de belangrijkste personages worden hieronder nog even de eigenschappen aangegeven.
Mama Rose is de moeder van Clovis, Gustave, Jeanne, Maurice, Louis en Georges, en de echtgenote van papa Modeste. Ze heeft in haar leven niet veel echte liefde gekend. Modeste werd na hun huwelijk langzamerhand een dronkaard. Na zijn overlijden is er één keer kort een man in haar leven geweest op wie ze verliefd was: Georges Taconi. Ze heeft het meeste op met Georges, omdat die uit liefde is geboren. Louis is gehandicapt waarschijnlijk omdat Modeste zo dronk toen hij verwekt werd of door de pogingen tot abortus die ze heeft ondernomen.
Papa Modeste is de vader van Clovis, Gustave, Jeanne, Maurice, Louis, maar niet van Georges; hij is de overleden man van Rose. Nadat hij en Rose getrouwd waren, raakte hij langzamerhand aan de drank. Er werd gezegd dat hij aan de drank gestorven is, maar dat is niet waar. Hij had zich na een ruzie met Clovis opgehangen. Het was een erg gesloten man, die zelden iets van zijn binnenste liet zien. De ruzie was gegaan over de zwangerschap van Jeanne. Er wordt gesuggereerd dat er van incest sprake was.
Clovis is de oudste van de zoons. Hij en Gustave regelen alle zaken voor Georges. Clovis kan erg gemakkelijk van humeur wisselen. Het is een harde werker die het af en toe hoog in de bol heeft (Bijvoorbeeld als hij met zijn Mercedes langs de koerscommissarissen rijdt). Hij was getrouwd, maar zijn vrouw heeft hem in de steek gelaten. Hij heeft nu in het geheim een vriendin die in de stad woont. Hij gaat er alleen heen voor de seks. Gustave weet daarvan. Hij is het- ruwe bolster-blanke-pit-type.
Gustave is de tweede oudste van de familie. Hij is wat rustiger dan Clovis. Hij en Clovis liggen vaak met elkaar overhoop, maar als het om Georges gaat, helpen ze elkaar zoveel als het maar kan. Hij is de masseur van Georges en geeft ook aanwijzingen aan de coureur.
Jeanne is de enige dochter van Rose en Modeste. Ze komt zelden buitenshuis en doet alle huishoudelijke werkzaamheden. Wel heeft ze een dochter uit een of andere vluchtige relatie. Ze heeft nooit verteld wie de vader is. Het is waarschijnlijk het kind van haar eigen vader. Ze is niet iemand om in een stad te gaan wonen, maar iemand die van aanpakken houdt.
Georges is de belangrijkste persoon van de hele familie. Hij is veel rustiger en minder opvliegend dan bijvoorbeeld Clovis of Gustave, omdat Georges een andere vader heeft. Op jonge leeftijd is hij al profwielrenner en rijdt hij vooraan in verschillende koersen. Iedereen in de familie is in de weer voor hem. Met het wielrennen ontvlucht hij het harde leven van de boerderij, iets waar hij van jongs af aan niets aan vond. Hij is populair. Hij overlijdt na een val tijdens een wielerkoers. Direct na de val lijkt hij in orde, maar de nacht erna overlijdt hij in zijn slaap.
Recensies en waardering
Op 21 september 1990 oordeelt Govert van Veen in het Brabants Nieuwsblad redelijk positief over de roman onder de titel “Over familie-en fietsbanden.” Hij vindt dat het meer een familieroman is dan een wielerroman. “In de roman is gekozen voor een opvallende verteltrant. Een voor een komen de familieleden van het gezin Blieck aan het woord. Voor het verloop van het verhaal is dat geen belemmering. Dat zegt veel over de kwaliteiten van Vandeloo als rasverteller. Niet voor niets behoort hij in België tot de meest gelezen schrijvers, en hij is nu ook in deze regio bekend. De inhoud laat zich even vlot lezen als vertellen. Op 2 november 1990 presenteert André Matthijssen in de Haagsche Courant een aantal Vlaamse schrijvers die ons niet liggen. Hij bespreekt ook de nieuwe roman van Vandeloo. “Het is teveel een eenvoudige, volkse roman die de Nederlandse literatuurliefhebber weinig te bieden heeft, hoe groot de liefde voor het koersen ook mag zijn”. En even verder over de stijl: “Het is een sappig Vlaams wieleridioom. Vandaar natuurlijk dat dit boek zo goed scoort. Ook het einde is mooi en tragisch: dat moet gezegd. Maar wedden: geen Hollander die het pikt.!” Ronduit negatief scoort de roman bij Jooris van Hulle op 6 oktober 1990 in De Standaard. “Op zich een niet oninteressant gegeven uiteraard, dat door Vandeloo echter grondig verknald wordt door de manier waarop hij het heeft uitgewerkt.: voorspelbaar, clichématig en oppervlakkig. …..Wie het boek al na twintig bladzijden niet geërgerd heeft dichtgeklapt, wacht nog een totaal onwaarschijnlijke ontknoping.”
Op dezelfde dag constateert Johan Diepstraten in “De Stem” dat het een boek is om in één adem uit te lezen. Maar hij interviewt de schrijver over zijn boek en dan komt het vaakvoor dat de recensent de roman wat beter beoordeelt. In het algemeen wordt het boek dus niet zo gewaardeerd in de recensies. Het leest echter lekker vlotweg en voor wie al te moeilijk wil grasduinen in de literatuur, is het best een lezenswaardige roman. Meer een boek voor havo-5 dan voor vwo-6. Goed te combineren met de romans van Mart Smeets en Tim Krabbé.
Over de schrijver Jos Vandeloo
Jos Vandeloo werd geboren te Zonhoven op 5 september 1925 in een mijnwerkersgezin. Zijn vader was mijnwerker, later mijnopzichter. Jos Vandeloo volgde de lagere school in zijn geboortedorp. Middelbaar onderwijs genoot hij te Hasselt. Daarna kreeg hij een opleiding als scheikundige in de mijnindustrie. Als steenkolendeskundige werd hij naar het buitenland gezonden, o.a. naar het Ruhrgebied. Herinneringen aan zijn mijntijd vindt men o.a. terug in "Een mannetje uit Polen" (1965) en "De muggen" (1973). Hij ervoer zijn technische opleiding echter als te beperkt en ging aan de Koninklijk Academie en het Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen Nederlandse en Franse letteren studeren. Hier doceerde hij later trouwens een paar jaar "Literatuur". Na tussen 1945 en 1955 reeds tientallen korte verhalen geschreven te hebben, debuteerde hij in 1955 voorgoed met de dichtbundel "Speelse parade". Hij vestigde zich te Antwerpen en werkte voor de uitgeverij Manteau. Ondertussen was hij in 1949 gehuwd met Lisette. Uit dit huwelijk werd in 1950 de zoon Ferdy geboren. In 1954 kwam dochter Anita ter wereld, nog in 1964 gevolgd door zoon Dirk.
In de jaren '60 was Jos Vandeloo een tijdlang 's zaterdags sportverslaggever bij de toenmalige BRT. Sinds 1982 is hij fulltime schrijver. Bekend werd hij met het verhaal "De muur" (1958), dat eigenlijk getuigt van een weinig optimistische levensvisie, en met "Het gevaar" (1960) waarin de schrijver als één van de eersten de gevaren van de atoomenergie naar voren brengt. Zij literaire loopbaan wordt tweemaal onderbroken door een inzinking, nl. in 1963 toen zijn oudste zoon een ernstig verkeersongeval meemaakte, en in 1969 toen hij zelf het slachtoffer werd van een verkeersongeval.
De voornaamste thema's in het werk van Jos Vandeloo zijn de eenzaamheid, de vervreemding, de angst, de gevaren van de moderne maatschappij, dit alles doorweven met een drang naar een soort irreële paradijselijke leefwereld. Op een sobere doch doordringende wijze heeft hij het over de belaging van onze maatschappij door de toenemende technische mogelijkheden.
Jos Vandeloo werd met zijn verhalen en romans in heel Europa bekend. Zijn werk werd in de meeste Europese talen vertaald, tot het in het Russisch toe. Hij behoort tot één van de meest gelezen auteurs van zijn generatie met o.a.) "De croton" (1962), de Vijand (1964), “De coladrinkers" (1968), "Mannen" (1975), "Les Hollandais sont là" (1985), "De vogelvrouw" (1993). Naast romans, verhalen en gedichten schreef hij een groot aantal scenario's voor de Vlaamse en Nederlandse televisie, toneelstukken en kinderverhalen. Zijn werk werd bekroond met verscheidene literaire prijzen.
REACTIES
1 seconde geleden