Toonder, M., De andere wereld. Z.p. [Utrecht], 1982[1979].
Samenvatting van het verhaal
Olivier B. Bommel woont in Rommeldam, in zijn slot Bommelstein. Hier woont hij samen met zijn Butler.
Op een dag loopt Kweetal, een slimme man, langs de Zwarte Bergen, op weg naar het Zwompzin. Onderweg komt hij Lut Lierelij tegen. Hij is een muzikant. Kweetal had een rugzak meegenomen, waarin de oloroon zat. Lut vond dat hij het ding, wat niet goed werkte, het liep namelijk drie dagen achter, in het water moest gooien. Kweetal deed dit. In het meer ontstonden rook en sterke stromingen.
Op een nacht, Bommel lag in zijn bed, kwamen er Apoka’s langs. Zij stichtten een kampvuur en zongen daar liederen. Bommel werd hier wakker van, rende naar buiten en joeg de Apoka’s weg. De dag daarop ging hij naar de heer O. Fanth, baas van de Rommeldamse Courant. Ook hij had Apoka’s in de tuin. Tom Poes, een vriend van Bommel, gaat uitzoeken waarom al die Apoka’s hier heen gekomen zijn. Hij wordt door de Apoka’s naar Salem, een oude man die niet fit genoeg meer was om mee te reizen, gestuurd. Ondertussen is Bommel gevraagd om een toespraak op tv te houden over de Apoka’s. Dit loopt geheel de mist in en bijna iedereen is het niet met hem eens. Bommel raakt hiervan in een depressie. Hij loopt richting het Zwompzin, langs mevrouw Doddel. Op weg naar het meer komt hij Tom tegen. Hij loopt mee naar het meer. Bommel en Tom willen wel eens weten of al die geruchten waar zijn. Dus gaan ze naar Wannes Waggel, de veerman. Toen Bommel wilde instappen, viel hij naast de boot en komt in stromingen terecht.
Pee Pastinakel en Kweetal ontmoeten elkaar ergerns in het woud. Lut Lierelij kokm er ook bij. Zij overtuigen Kweetal ervan dat hij de oloroon maar uit het water moet halen. In die tijd zorgt Bommel ervoor dat het hele Apokavolk een tocht maakt langs het Zwarte Meer richting Rommeldam. Tijdens die toch valt Bommel weer in het water. Kweetal heeft de oloroon al weer uit het water gehaald. Bommel wordt deze keer uit het water gehaald door Tom en Wannes. Bommel zei dat het wel heel lang had geduurd voordat ze hem kwamen redden. Eigenlijk was hij maar een paar seconden onder water, maar door de oloroon, die drie dagen achter liep, leek het drie dagen te duren. Alles waarvan hij dacht het meegemaakt te hebben was dus een droom.
Interpretatie:
Motieven:
Derde wereldmotief: De Apoka’s worden vergeleken met de mensen in de derde wereld.
Het (bijzondere of laatste-) oordeelsmotief: De Apoka’s denken dat hun wereld vergaat.
Standsverschillen en rassenproblematiek: de romeldammers pikken het niet dat de Apoka’s op hun gebied leven
Het schuldmotief: Bommel voelt zich schuldig tegenover de Apoka’s (hij steunde ze niet) en de Rommeldammers (hij hielp ze niet)
Eenzaamheidsmotief: Bommel voelt zich vaak eenzaam
Natuurmotief: de natuur probeert de Apoka’s te doden
Queeste motief: Bommel en de Apoka’s ondergaan een zoektocht.
Kweetal - Wistik uit de Kleine Johannes
Wringerds - plantensoort, mensen die ze uitbuiten
Dubloenen - geld waar de piraten mee betaalden
Apoka’s - Pandaberen verwijzen naar uitsterven. De naam verwijst naar het einde van de wereld
Markies de Canteclaer - Canteclaer uit ‘van den vos Reynaerde’. Naam verwijst ook naar Chante Clair, goed zingen
Argus - uit de mythologie; Argus Panoptes. Hij had over zijn hele lichaam ogen, en moest alles weten.
Zwarte Water - de Styx (rivier naar de onderwereld) en naar het woord zwet, wat grens betekent.
Tijd:
Tijd is heel belangrijk in het verhaal. Wanneer Bommel wordt opgezocht door de Apoka’s, is hij al in Apoka geweest. Zelf herinnert hij zich hier niks meer van. Dit komt door de oloroon, die drie dagen verkeerd liep.
Plaatjes:
Er zijn drie kleuren: zwart, grijs en wit. Deze worden gebruikt om in te kleuren, voor schaduwen, bij close up’s en personen in de verte zijn altijd helemaal zwart.
De wolken hebben geen strepen er omheen. Soms alleen om duidelijk te maken wat het is (wolk of land) De wolken liggen op de horizon.
Kaders worden overal gebruikt, alleen niet bij een close-up.
Emoties worden weergeven door middel van streepjes naar buiten of druppeltjes. De eerst wordt ook gebruikt voor beweging.
De achtergrond heeft in de buurt van Zwarte Water veel mist en is minder duidelijk. Aan achtergrond kun je zien wat voor gebied het is: (Apoka) bergachtig, kaal - gevaarlijk gebied, (Rommeldam) bloemen overal - leuk gebied
Repoussoir wordt gebruikt in Rommeldam, in Apoka en in een kamer om ruimte te creeeren.
De personages zijn afgebeeld naar hun karakter.
Personages:
Grote personages:
Olivier B. Bommel (Ollie), Joost, Tom Poes en de Apoka’s
Kleine(re) personages:
Journalist Argus, Kweetal de Breinbaas, Lut Lierelij, Burgemeester Dickerdack, Markies de Canteclaer, O. Fanth, Kruidenier Grootgrut, Buurvrouw Doddel, Wammes Waggel, Groepje boze Rommeldammers
Taal:
Recensies:
Het komt erop neer dat de Bommelverhalen allemaal sterk op elkaar lijken: Bommel werkt zichzelf in de problemen en Tom Poes helpt hem daar uit. De Volkskrant noemt het dan ook ‘een gesloten circuit’.
Maar men vond het wel een waardig Boekenweekgeschenk.
Verdieping
Heel het verhaal speelt zich af in de omgeving van Rommeldam. Het is een heuvelachtig gebied. Het ligt namelijk vlak bij de Zwarte bergen, het vormt dus ook de scheiding tussen de normale wereld en de andere wereld, de dood in dit geval. Om deze vergelijking kloppend te maken, stelt het Zwarte Water de Styx voor, waar de veerman, Wammes Waggel om een gift vraagt om mensen over te zetten. In Apoka leven wringerds, gevaarlijke planten die de Apoka’s uitbuiten. Hier kunnen ze niet leven omdat ze dus anders uitgebuit zouden worden. Als ze daar niet zouden wonen, moeten ze in het gevaarlijke deel van Apoka gaan wonen. Dit is vulkanisch, dus ook hier kunnen ze niet leven. Daarom gaan ze naar Rommeldam. Apoka is ook afgeleid van Apocalyps, wat het einde van de wereld betekent.
Rommeldam is een klein dorp. De naam is afgeleid van de stad Rotterdam. Het heeft zijn eigen courant. In Rommeldam wordt veel gewerkt. Veel verkopers werken op zichzelf (kruidenier, groothandelaar).
Bommel woont in een groot slot, Bommelstein. Waarschijnlijk ligt er een enorme tuin omheen, hij kan namelijk rustig wandelen in zijn tuin vol met bloemen. Het huis heeft vier torens en lijkt op een kasteel.
O. Fanth woont in een enorme villa met zijn eigen golfbaan. De villa is gebouwd in een klassieke stijl. Op zijn golfbaan staan allerlei kampementen van de Apoka’s. Fanth is hier natuurlijk niet blij mee. Hij wil graag alles voor zich zelf houden. Zijn golfbaan was bovendien nog niet ingezaaid!
Mevrouw Doddel woont in een klein huisje. Niet alles hoeft groot te zijn. Dit kleine, schattige huisje past waarschijnlijk bij haar karakter, een aardig vrouwtje met dat geen groot, duur huis nodig heeft. De schrijver wilt hiermee duidelijk maken dat niet alles groot en duur hoeft te zijn.
Receptie:
Dit is een erg leuk boek om te lezen. Het leest heel makkelijk door alle plaatjes, die vertellen het verhaal in grote lijnen. Wat ook wel leuk is, is dat het verhaal over emigratie gaat, een veel besproken onderwerp deze tijd. Het is een echte aanrader. Het is leuk voor iedereen om dit boek te lezen!
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden