Boerekermis door Lukas Rotgans

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
Boekcover Boerekermis
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 2466 woorden
  • 20 maart 2002
  • 25 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
25 keer beoordeeld

Boek
Auteur
Lukas Rotgans
Genre
Blijspel
Toneelstuk
Taal
Nederlands
Vak
Eerste uitgave
1708
Geschikt voor
vwo
Punten
1 uit 5
Oorspronkelijke taal
Nederlands
Literaire thema's
Liefdesrelatie: happy end

Boekcover Boerekermis
Shadow
Boerekermis door Lukas Rotgans
Shadow
De motivatie van de boekkeuze

Het boek ‘Boerekermis’ van Lukas Rotgans heb ik gekozen, omdat ik het boek zag staan in de schoolbibliotheek. Er waren niet veel boeken meer in de bibliotheek uit de 16e, 17e en 18e eeuw, dus was het niet zo moeilijk kiezen. Ik wilde eigenlijk een boek met een vertaling naast de gewone tekst, maar toen die er niet meer waren en ‘Boerekermis mij wel leuk leek, heb ik dat boek gekozen, nadat ik het eerst had doorgebladerd.
Van tevoren had ik niet zoveel verwachtingen. Ik dacht alleen dat het wel zou gaan over boeren, zoals ik al had gelezen bij Bredero. En dat er waarschijnlijk een heleboel rare dingen op de kermis zouden gebeuren, omdat ik had gelezen dat boeren zich alleen maar lieten leiden door primaire levensbehoeften.

De korte weergave van de inhoud

Het eerste boek
Nadat de dichter op de vroege ochtend wordt gewekt door boerenjongens en meisjes die op weg zijn naar de jaarlijkse kermis, volgt hij hen om het feest te kunnen beschrijven.
De jongens en meisjes worden bij de brug door een oude man uitgenodigd om aan tafel te komen. De dichter gaat verder naar de kermis en komt twee goochelaars, de kaatsbaan, de kegelbaan, de kermiskraam, de wafelkraam en een paar dronkaards. De dichter houdt dan een redevoering tegen de drank.
Langs een oud vrouwtje die oliekoeken verkoopt gekomen te zijn, komt de dichter bij een aantal vrouwen die aan het kletsen zijn. De eerste vrouw praat over het huwelijk van Koenraat en Fytsje Krelis. Fytsje werd namelijk geslagen door haar man. Vervolgens gaat ze verder over Joost, die volgens haar te ijverig en verwaand is. Daarna vertelt ze aan de andere vrouwen over Wyntje Floris, die al haar geld heeft uitgegeven en over Niesje Jaspers, die de schuldeisers van haar overleden man bedrogen heeft.
Een andere vrouw vertelt dan het verhaal van Klaartje, een mooi maar wel altijd kwaadsprekend en schijnheilig meisje, dat zich door een man uit de stad heeft laten verleiden. Styntje Jans vertelt dan over Pleuntje Roemers, die ook al schijnheilig is en kwaad spreekt. Zij vertelt ook over de flikflooierij en schijndeugd van Pleuntje. Als Styntje stopt met vertellen, neemt een andere vrouw het voor Pleuntje op. Deze vrouw blijkt de schoonzus van Pleuntje te zijn, daarom ontstaat er een groot gevecht, dat pas ophoudt als er water over de vechtende vrouwen wordt gegooid. De dichter gaat dan lachend weg en dat is het einde van het eerste boek.

Het tweede boek
De dichter beschrijft vervolgens op de kermis het volksvermaak van het trekken van de Gans. De boeren moeten rijdend op wagens de met vet besmeerde kop van een aan zijn poten opgehangen gans eraf trekken.
Hierna gaan de boeren ringsteken. Een boerin moedigt haar vrijer aan met een in een boek gelezen compliment, waarvan ze doet alsof zij het zelf heeft bedacht. Maar dit helpt niet, want het oude paard van Jorden wil niet lopen. De volgende deelnemer valt dronken van zijn paard. De derde deelnemer, afkomstig uit het naburige dorp, steekt tenslotte de ring.
Het volgende volksvermaak is het knuppelen van de pauw, waarbij met een stuk hout een aan een paal gebonden pauw geraakt moet worden. Een dichter houdt hier in onbegrijpelijke taal een redevoering tegen, daarom schrijft Lukas rotgans daarna over buitensporige dichters.
Nadat Frans de pauw met wel zeven voet gemist heeft, woont de dichter in een tent ‘de klucht van Cornutus’ bij, waarin er wordt gespeeld tegen advocaten en horendragers. Als de dichter uit de tent gaat, wordt er door rederijkers een toneelstuk opgevoerd over Aran en Fitus. Het toneelstuk wordt meteen bekritiseerd door de dichter. De dochter van Aran, Rozelyna, wordt verkracht en haar man vermoord. Omdat de dichter hierdoor geschokt is, gaat hij weg en komt hij een liedjeszanger tegen, die over zijn liedjes vertelt.
Vervolgens ziet hij hoe er op een groot vuur een hele os wordt geroosterd, luistert hij naar het gezwets van een kwakzalver en bekijkt het jonkspel (danspartij van de jeugd), wat hij ook nog uitvoerig beschrijft. Er zit daar ook een jongeman, die verdrietig is over het verliezen van zijn geld op de kegelbaan. Dit is voor de dichter een mooie gelegenheid om te vertellen over de grote macht van de geldgod, waarbij hij ook vertelt over een boer, die het geld van zijn peettante aan het verkwisten is. De toezichthouder van de danstent vertelt de dichter over zijn vader, die toen het hem goed ging bij een ieder gezien was, maar toen het slecht ging, door iedereen met de nek werd aangekeken. Terwijl de man dit vertelt ontstaat er een vechtpartij, wat de dichter doet besluiten weer eens naar toe te gaan. Het is bovendien ook al avond.
Uitgewerkte persoonlijke reactie

Onderwerp
Het onderwerp van het boek is de boerenkermis. Dit onderwerp vind ik niet echt interessant, omdat het niet echt aansluit bij mijn belevingswereld. Tegenwoordig zijn er geen kermissen meer, waar alleen boeren heen gaan, maar worden de kermissen door bijna alle bevolkingslagen bezocht. De dingen die plaatsvinden op de kermis vinden tegenwoordig ook bijna allemaal niet meer plaats op een kermis, daarom sluit het ook niet aan bij mijn belevingswereld. Het onderwerp wordt door de schrijver wel uitgebreid uitgewerkt, omdat de schrijver alles wat er op de boerenkermis gebeurt bijna beschrijft.
In het boek wordt er als visie op de boerenkermis gegeven, dat de boeren zich alleen maar bezighouden met hun primaire levensbehoeften, omdat het vooral over seks en dronkenschap gaat. Verder wordt er als visie gegeven dat de boeren niet beschaafd zijn, omdat er ook steeds vechtpartijen plaatsvinden.

Gebeurtenissen
Gebeurtenissen die belangrijker zijn dan andere gebeurtenissen kan ik in het boek niet vinden, omdat de gebeurtenissen uit het boek een opsomming zijn van de dingen die er gebeuren op de boerenkermis. De gebeurtenissen spelen een belangrijkere rol dan de gevoelens en gedachten van de personages. Er worden namelijk niet veel gevoelens en gedachten van personages beschreven, alleen over gevoelens als bijvoorbeeld een boer verdrietig is, omdat hij al zijn geld is kwijtgeraakt op de kegelbaan van de kermis.
Het verband tussen de gebeurtenissen is gemakkelijk te verklaren, want de dichter uit het boek komt al lopende over de kermis verschillende mensen en volksvermaken tegen, die dan achter elkaar op chronologische volgorde beschreven worden.
De gebeurtenissen vind ik niet herkenbaar voor mij, omdat ze niet aansluiten op de huidige belevingswereld. Maar daarom zijn de gebeurtenissen vaak wel verrassend en grappig.
Personages
Het verhaal heeft eigenlijk geen echte hoofdpersoon, omdat de dichter alle personages achter elkaar beschrijft. Omdat de dichter alles beschrijft kun je hem misschien de hoofdpersoon noemen, maar je leert hem verder niet kennen, omdat er geen karaktereigenschappen van hem beschreven worden, maar hij degene is, die alles beschrijft.
De personages uit het verhaal zijn wel levensecht, omdat ze gewoon doen waar ze zin in hebben en vaak dronken zijn of vechten of aan het kletsen zijn. Je kunt je niet goed verplaatsen in een van de personages, omdat ze meestal maar heel even beschreven worden of aan het woord zijn en ze in een andere tijd leefden. Van alle personages vind ik de kletsende oude vrouwtjes bijvoorbeeld niet sympathiek. Er zijn niet echt personages die ik heel erg sympathiek vind.
Het gedrag van de meeste personages keur ik af, omdat ze bijvoorbeeld dronken aan het ringsteken zijn of een pauw martelen of al roddelend alle mensen uit de buurt bespreken.
Opbouw
De opbouw van het verhaal is totaal niet ingewikkeld, omdat er geen flashbacks zijn. Ik vind het wel prettig dat er geen flashbacks zijn, want dan zou het verhaal helemaal niet meer te volgen zijn met al die personages en gebeurtenissen er nog bij.
Het verhaal is niet spannend, omdat het geen spanningsboog heeft, maar er een aantal verschillende gebeurtenissen beschreven worden. Omdat ik het verhaal niet spannend vond, begon het mij ook niet op een bepaald moment te boeien, maar heb ik het gewoon doorgelezen. Bij sommige dingen wilde ik toch soms nog weten hoe de boeren in die tijd leefden.
Aan het slot waren er niet veel vragen, die ik toen nog had. Dit vond ik wel prettig.
Taalgebruik
Het boek was geschreven in het Nederlands van het begin van de achttiende eeuw. Omdat er geen vertaling bij stond, heb ik het daarin ook gelezen. Gelukkig was het taalgebruik niet echt moeilijk en de woorden,die wel moeilijk te begrijpen waren, werden uitgelegd, zodat het gemakkelijk te volgen was. De verhouding tussen dialoog en beschrijving vond ik wel aardig goed. Er waren meer beschrijvingen (er was natuurlijk ook veel te beschrijven op de boerenkermis) dan de dialogen. Soms werd dit toch nog wel een beetje saai.
Het taalgebruik paste heel goed bij de personages en het onderwerp, omdat de boeren op de boerenkermis natuurlijk niet erg beschaafde taal gebruikten.
Voorlopig eindoordeel

Het onderwerp en de gebeurtenissen lagen niet in mijn belevingswereld, daarom was het niet erg herkenbaar. Maar omdat ik door het verhaal ook nog wel nieuwsgierig werd, hoe de boeren in de achttiende eeuw zich vermaakten en dergelijke was het ook nog wel interessant. Maar omdat de beschrijving wel erg lang werd, was het toch niet echt boeiend. Verder vond ik de tekst niet erg diepzinnig.

Verdiepingsopdracht

De relatie met de sociaal-economische achtergronden
Het verhaal is verband te brengen met de stedelijke gedragscode, omdat er bij die gedragscode aan het publiek altijd een morele spiegel werd voorgehouden. Geliefd was hierbij het schetsen van boers en onbeschaafd gedrag als ongewenst gedrag. Ook hier in Boerekermis laat Lukas Rotgans zien hoe het juist niet moet.
Hieraan kun je ook duidelijk zien dat er een standenmaatschappij is. De boeren en de mensen uit de stad horen allebei bij totaal andere standen. Door de stedelijke gedragscode kijken de burgers uit de stad erg neer op de boeren van het platteland.

De relatie met de culturele achtergronden
Er bestaat een verband tussen de tekst en het frans-klassicisme. Lukas Rotgans is dan ook niet voor niets een van de voornaamste vertegenwoordigers van het klassicisme. Dit is bijvoorbeeld te zien aan het begin van de tekst; hier begint Rotgans met als aanhef een komische nabootsing van de inzet van een heldendicht. Het bestaat uit een korte omschrijving van het thema, de proposito, en een aanroeping, invocatio, van een of andere godheid; volgens de regels van het frans-klassicisme. Daarom wordt de Boerkermis ook vaak een boertig heldendicht genoemd, wat niet helemaal juist is, omdat de dichter dat niet helemaal doorzet.
Tussen de tekst en ‘utile’ en ‘dulci’ bestaat ook een verband, omdat in de tijd dat Rotgans zijn verhaal schreef, deze theorie een grondregel was voor de literatuur. Hij zorgt bij de lezers niet alleen voor vermaak, maar wil hen ook wat leren. Die lering kun je bijvoorbeeld duidelijk zien bij de passages over de drank, waarbij de schrijver zijn kans schoon ziet om op te schrijven hoe slecht de drank wel niet is; je ziet dit ook als een jonge boer verdrietig is, omdat hij zijn geld heeft verloren op de kegelbaan, dan houdt de dichter namelijk een redevoering over de macht van de geldgod. De ‘utile’ is verder natuurlijk nog terug te vinden in de moraal van het verhaal, waarmee de dichter het publiek ook nog wat wil bijbrengen.
De relatie met de literaire stromingen en genres
Het verhaal van de Boerekermis is niet alleen tot een bepaalde stroming te rekenen, omdat zoals ik al heb verteld bij de culturele achtergronden het voor een deel een boertig heldendicht is. Deze stijl past hij behalve bij het begin nog maar erg incidenteel toe.
In de grote beschrijvende passages van het verhaal komt de kluchtenliteratuur uit de 17e en begin 18e eeuw in aanmerking. Dit is vooral zo, omdat allerlei motieven uit de kluchten stereotiep zijn, namelijk de verhalen van de roddelaarsters, de gierigheid, de verkwisting, vrijen en trouwen. Deze motieven komen ook voor bij de blijspelen.
Alle typen uit het verhaal, zoals de boerenrederijkers, de kwakzalver, de roddelende vrouwen en de hebzuchtige advocaten komen ook allemaal uit de kluchten. Veel imitatie van het ‘Boerengeselschap’ van Bredero, is er ook te vinden in ‘Boerekermis’, bijvoorbeeld de hele lijn van het verhaal is van Bredero afkomstig.
Functies voor het oorspronkelijk publiek
Het oorspronkelijke publiek van ‘Boerekermis’ waren de burgers uit de stad, die leefden volgens de stedelijke gedragscode. Het verhaal hield de burgers een morele spiegel voor en liet hen zien hoe ze zich niet moesten gedragen. De boeren lieten zich namelijk alleen maar leiden door primaire levensbehoeften (zuipen, eten en vrijen) en volgens de gedragscode mogen de burgers uit de stad dit echt niet doen. Het verhaal gold natuurlijk ook als vermaak voor de burgers.
Evaluatie

Mijn eerste persoonlijke reactie is niet veranderd na het maken van de verdiepingsopdracht, omdat ik na het lezen van het boek, maar voor het maken van de persoonlijke reactie, al de inleiding in het boek had gelezen van L. Strengholt, waardoor de culturele achtergronden enz. mij al wel duidelijk waren en ik al goed een mening kon vormen over het boek. Mij eindoordeel is dus het zelfde als mijn eerste voorlopige eindoordeel.
Na het uitvoeren van de verdiepingsopdracht begrijp ik nog niet waarom de boeren het zo leuk vinden om pauwen te mishandelen en eerst een gans te doden en dan daar een spel mee gaan spelen. Alleen dat komt niet echt doordat ik in een andere tijd leef, omdat zulke dingen nu ook nog gebeuren met bijvoorbeeld stierengevechten. Maar in Nederland gebeuren zulke dingen tegenwoordig niet meer.
Ik ben wel tevreden over het uitvoeren van de beschrijving, omdat dat wel redelijk snel ging en het niet echt moeilijk was. De samenvatting is best wel lang geworden, maar dat vond ik ook wel logisch omdat er zoveel dingen plaatsvonden in het verhaal.
De uitvoering van de verdiepingsopdracht vond ik best wel moeilijk. Ik kende de theorie al wel goed, maar het was lastig uit te zoeken wat nu precies bij dit verhaal hoorde, ook omdat er niet een duidelijke literaire stroming aan te geven was of een genre.
Het lezen van de tekst viel best wel mee, omdat er veel aantekeningen onder stonden en sommige ander woorden makkelijk te begrijpen waren, omdat ze al veel op het Nederlands van nu leken of soms op het Duits (bijvoorbeeld spansseren = wandelen).
De volgende keer als we weer een leesverslag moeten maken, ga ik wat eerder een boek lenen, zodat ik na het lezen van het boek nog genoeg tijd heb voor het maken van het boekverslag. Nu had ik daar maar een kort weekje voor.
Als ik eerder een boek leen, heeft dat ook als voordeel bij een oude tekst dat er dan nog wel een uitgave met vertaling te leen is. Het lezen ging nu ook best wel snel, maar met een vertaling erbij gaat dat dan waarschijnlijk helemaal snel.

REACTIES

M.

M.

Ik vind het best wel slecht dat je niet de hoofdpersonen hebt beschreven.

23 jaar geleden

M.

M.

ik vind het een leuk boek,want mijn schoonfamilie werkt ook op de kermis,het is alleen iets te uitgerekt,vind ik het mag dus wat korter volgende keer beter? alvast bedankt en veel succes ermee.

23 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.