Waar heb jij je schoolspullen gekocht?

Doe mee aan het Back To School onderzoek over schoolspullen en maak kans op een Bol.com bon van 25 euro.

Blazen tot honderd door Geert van Beek

Beoordeling 7.1
Foto van een scholier
Boekcover Blazen tot honderd
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas havo | 1890 woorden
  • 12 november 2003
  • 49 keer beoordeeld
Cijfer 7.1
49 keer beoordeeld

Boekcover Blazen tot honderd
Shadow
Blazen tot honderd door Geert van Beek
Shadow
ADVERTENTIE
Laat van je horen: schrijf een brief en kom in de krant 📰

Ook dit jaar organiseert Nieuws in de Klas een schrijfwedstrijd waarbij het winnende verhaal wordt gepubliceerd in de krant. Schrijf jij het meest vlammende betoog, best onderbouwde of scherpste opinie over wat er nu speelt in de wereld, dichtbij of ver weg? Of het nu gaat over het milieu, geloof, vluchtelingen of het nieuwe kabinet, AI of gender-issues, alle meningen zijn welkom. 

Doe mee!
1. Samenvatting De jongen loopt helemaal alleen de wereld in, hij laat de rest achter zich. Hij loopt richting de rivier. Hij wil zich bevrijden van het alledaagse leven. Dan komt Moniek. Even schrikken ze van elkaar, maar samen gaan ze verder. Onderweg komen ze onder andere door een vuilnisbelt waar Maurits een rond schilderijtje meeneemt. Dan komen ze bij het einde van het weiland, bij de rivier. Ze renner verder en stoppen om even in het water te gaan. Dan zien ze een hond drijven. Maurits slaat de hond kapot. Dan lopen ze weer terug de bewoonde wereld in. Dan gaat Maurits weer weg, het is nu noodweer. Overal is water. Weer gaat Moniek mee, die dit keer erg bang is. Ze vinden een boot waarmee Maurits verder wil gaan, maar de wind is te sterk. Dan komen ze een man met een hond tegen. Ze lopen weer terug. Een paar dagen later als de winter heeft toegeslagen, gaat hij weer op pad. Overal ligt nu ijs. Maurits wil verder gaan dan het afgezette gebied, Moniek niet en uiteindelijk gaat hij alleen verder. Hij gaat verder de polder in, richting de rivier. Hij steekt de rivier over en blijft daar even. De avond begint er aan te komen. Maurits begint aan zijn tocht terug. Het is doodstil. Als hij terugkomt, is de baan verlaten. Als de man hem ziet spreek hij hem aan. Hij vertelt dat er drie mensen zijn verdronken. Ook Moniek was daarbij. Nadat hij in het café is geweest gaat hij terug naar het wak. 2. Structuur 2.1 Perspectief In het hele verhaal tref je het vertellersperspectief aan, dit zie je aan bijvoorbeeld: “Toen holde hij weg over de dijk” (blz. 59). Het verhaal is wel vreemd geschreven omdat de jongen al zijn belevenissen steeds omzet in een soort krantenbericht. Dit maakt het af en toe ook verwarrend. Er is geen sprake van meervoudig perspectief, af en toe lees je wel de gedachten van de jongen, maar vertelt door de verteller. Vaak zijn die gedachten geformuleerd als een soort krantenberichten, wat het af en toe verwarrend maakt. Bijvoorbeeld: “Wie heeft zich ooit zo gevoeld als ik.” dacht de jongen. “Een eenzame poolreiziger heeft zich losgemaakt van de expeditie om de eerste te zijn”. Na deze zin komt de verteller weer aan het woord: De elementen waren hem goed gezind, gaven hem een stootje in de rug. In de laatste alinea is het alleen de verteller die aan het woord is, de gedachten van de jongen mag je zelf bedenken en er wordt gebruik gemaakt van citaten.
2.2 Tijd Het verhaal speelt zich in de tegenwoordige tijd af. De jaargetijden zijn als volgt verdeelt: Hoofdstuk I: Speelt zich af in de zomer, het begint herfst te worden. Hoofdstuk II: Speelt zich af in de herfst, en een stukje in de winter. Hoofdstuk III: Speelt zich af in de winter. Hoofdstuk IV: Speelt zich ook af in de winter. Het verhaal is chronologisch vertelt, er zitten alleen kleine flashbacks in. In het verhaal komen per hoofdstukken tijdsprongen voor, zoals van hoofdstuk III naar hoofdstuk IV, daar zitten een paar dagen tussen. De schrijver legt de nadruk op de belangrijke stukken in het verhaal, daar geeft hij als het ware meer tijd aan. 2.3 Ruimte Het verhaal speelt zich wel in Europa af, maar waar is niet precies te zeggen. Ik denk dat het of in Noord-Nederland of in Noord-Duitsland is. Ze praten namelijk over het water richting de Noordzee en over de lucht uit Finland die ze ruiken. De lucht ruikt naar bevroren meren, bossen, houthakkers en kolenbranders. Het speelt zich telkens af in een klein dorpje, met aan de rand daarvan grote weilanden en als grens een grote rivier. In hoofdstuk I lopen de hoofdpersonen vanuit het dorp naar de dijk toe, ze komen langs een pompstation en een café. Over de dijk liggen de uitgestrekte velden en weilanden. Daar lopen ze wat rond en uiteindelijk gaan ze weer terug naar huis. In Hoofdstuk II doen ze alsware bijna hetzelfde, met het verschil dat bijna overal water is, er is dus meer avontuur. In Hoofdstuk III is het water veranderd in ijs, weer trekken ze er op uit. Deze keer is de ruimte wel groter omdat Maurits nu de rivier oversteekt in zijn eentje. Hoofstuk IV speelt zich af van de plek waar Maurits is als hij terugkeert, tot het café waar hij naartoe gaat. 2.4 Personen De hoofdpersonen in het verhaal zijn: Maurits, Moniek, Eventueel de hond die elk hoofdstuk terugkeert? Maurits is een niet al te grote jongen, hij draagt een petje en heeft een stoppelig kuifje. Hij is een echte avonturier en heeft dan ook een schedel vol met deuken. Hij heeft veel sproeten en een hard, benig lichaam. Hij is erg mager en heeft x-benen. Hij draagt een strakke broek en een floddertrui van zwart. Overal rinkelt hij omdat hij altijd op alles voorbereid wil zijn. Maurits is zoals gezegd een echte avonturier, dit merk je ook aan de gedachten die hij altijd heeft. Van alles wat hij meemaakt maakt hij meteen een soort krantenbericht, hij maakt het wat mooier en spectaculairder en hij is dan ook een echte dromer. Verder is hij nergens bang voor en een beetje apart. Ik denk dat hij graag beroemd zou willen worden, hij ziet zichzelf ook vaak zo. Moniek is een ingetogen meisje, ze heeft zwart ponyhaar en is erg vrolijk. Ze draagt dan ook sandalen en een gele jurk. Ze is vaak bang en kijkt goed uit. Vaak is ze het niet eens met de plannen van Maurits en op het laatst word Maurits hier dan ook voor afgestraft (Moniek verdrinkt). Toch passen ze goed bij elkaar, dat blijkt wel uit de liefde voor elkaar, en wanneer die tot uiting komt (de kus). Ik denk dat dit komt door de waardering voor elkaar. Ze zijn wel bijna helemaal anders, Maurits is nergens bang voor en een echte avonturier, maar Moniek moet hier niet altijd alles van hebben en is vaak bang dat er iets gebeurt. Hierdoor is dit haar uiteindelijk ook fataal geworden denk ik.
2.5 Thema Het thema avontuur. Het boek is ingedeeld in 4 hoofdstukken. In elk hoofdstuk wordt een andere scène beschreven en telkens hebben de hoofdpersonen hier te maken met van allerlei avonturen. Overal in het verhaal komt dit terug. Ook de gedachten van de hoofdpersoon richten daarop. Al in het eerste hoofdstuk zoeken ze dit avontuur op. Dan is het nog niet zo spannend maar die spanning wordt naarmate je verder leest opgebouwd. Ook de hoofdpersoon verwijst hier enkele keren naar. Een voorbeeld hiervan: in het eerste hoofdstuk denkt hij bij zichzelf: “Nu heb ik een alibi,” “een waterdicht alibi. Ik ben er helemaal alleen op uitgetrokken.” Daarmee geeft hij dus aan dat hij op zoek is naar avontuur. Iets verder op staat dan ook: De jongen haalde diep adem om zich te bevrijden van de verte van het alledaagse leven. Om het avontuur van de verte aan te durven. Ook dit duidt hierop. De titel Blazen tot honderd slaat op een van de telkens terugkomende elementen in het verhaal. Een hiervan is de hond die in elk hoofdstuk terugkomt. Met de titel Blazen tot honderd doelt de schrijver op het blazen op een paardebloem waar zaadjes instaan. Als je deze er allemaal in een keer uitblaast, wordt je honderd jaar. Ik denk dat de titel eigenlijk twee betekenissen heeft. Als eerste blazen tot je een ons weegt (altijd doorgaan) en als tweede het blazen om honderd jaar te worden. Je blaast tot je er zeker van bent dat je honderd wordt. De hond is hier een goed voorbeeld van. Deze komt elk hoofdstuk voor. Ik denk dat het telkens gaat om wat voor rol de hond in het hoofdstuk speelt. In het eerste hoofdstuk slaat Maurits een hond kapot, wat je in verband kunt leggen met hoe Maurits is, hij is hard, bitter, onverslagen en nergens bang voor. Hier wil hij dit mee duidelijk maken. 3. Beoordeling Ik vond het boek leuk om te lezen, hoewel het af en toe wel verwarrend was en niet altijd interessant. Het was een best moeilijk boek voor mij, er werd niet echt met moeilijke woorden gebruikt maar je moest vaak diep nadenken, wat dan weer tegenvalt. Toch hield ik de moed erin en na afloop was ik eigenlijk meer blij als opgelucht dat ik het uit had. Alles bij elkaar was het toch zeker de moeite waard om het te lezen. Het was best boeiend omdat er voortdurend spanning is, wat ik erg waardeer omdat boeken lezen niet mijn sterkste kant is. Elk hoofdstuk begint met iets rustigs en wordt steeds spannender. Het avontuur komt steeds terug, alleen het laatste hoofdstuk wijkt hier in dat opzicht een beetje vanaf. Het avontuur staat in principe steeds centraal in alle gebeurtenissen. Het thema is dan ook niet voor niets avontuur. Ook is het een goed boek omdat je bijna bij elke gebeurtenissen vergelijkingen kan maken met je eigen wereld. Het is erg realistisch geschreven, er komen geen dingen in voor die in het dagelijks leven niet zouden kunnen. Ik denk dat je zo alles beter begrijpt en hierdoor beter in het verhaal zit. Bij verhalen ga ik vaak fantaseren hoe zoiets in het echt eruit gezien zou hebben. Door een verhaal erg realistisch te maken lukt dit beter. De vele indrukken en gevoelens in het boek maken het een voor mij gevoelig boek. In het boek wordt tussendoor ook nog over liefde gesproken. De liefde tussen de twee hoofdpersonen. Deze bloeit als het ware op tot het stopt bij de dood van het meisje op het einde van het boek. Ondertussen denkt de jonge zovaak aan haar. Op een bepaalde manier waarderen ze elkaar zo goed dat ze elkaar wel leuk vinden. Ook is het erg geloofwaardig geschreven. Dit komt natuurlijk omdat het zo realistisch geschreven is, maar toch. Alles in het boek wordt ook goed en duidelijk beschreven. Hierdoor krijg je een betere indruk, die het geheel vaak geloofwaardiger maakt. Ook is het samenhangend, alles wat in het boek gebeurt wordt weer met iets anders in verband gebracht. Zo kan je ook de titel verklaren. Bijna alles wil eigenlijk iets zeggen, heeft een betekenis. Vooral het realistische en het geloofwaardige van het boek maken het voor bij een goed boek. Zoals ik al zei ben ik niet zo’n boekenlezer, maar als ik boeken lees is het wel belangrijk dat de schrijver mijn aandacht erbij ziet te houden (wat moeilijk is) en dat ik het ook nog interessant vind. Bij dit boek is dat aardig gelukt. Verder vond ik het laatste hoofdstuk veruit het beste. Ik sta er nog steeds versteld van hoe de schrijver zoveel kan zeggen in zo weinig woorden. Sterker nog, na de eerste keer dat ik dat hoofdstuk las was me nog maar een kwart duidelijk van wat het eigenlijk allemaal wilde zeggen. Het is kort geschreven en toch boeiend. Ook omdat het zo anders is als de andere hoofdstukken wordt het interessanter. Het is misschien wat verwarrend en mysterieus maar dit kan ook wel weer gunstig zijn omdat je hierdoor aandachtiger gaat lezen. Ik kan dus wel stellen dat het voor mij echte Literatuur is, met een grote L. Ik heb genoten van het boek en van de vele dingen die mij geprobeerd werden duidelijk te maken.

REACTIES

E.

E.

He kerel als je voor de volgende keer weer een
boekverslag op scholieren.com gaat zetten wil je het dan goed doen
wat dat wat je nu hebt is nog slechter als basisschool

dus je weet he voor de volgende keer
laterr

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Blazen tot honderd door Geert van Beek"