Gegevens van het boek
Auteur: Charles Berlitz (1914 – 2003)
Oorspronkelijke titel: Without a trace
Voor het eerst gepubliceerd in: 1977
Nederlandse titel: Spoorloos in de Bermuda Driehoek
Vertaling: Corinne van Moorselaar
Omslagillustratie: René Nijhof
Uitgever: Uitgeverij J.H. Gottmer, Haarlem, 1977, 1e druk, Trefreeks (geen nummer)
Aantal pagina’s: 189
Genre: geschiedenis
Samenvatting van het boek
In zijn “Voorwoord” geeft Berlitz aan dat zijn eerste boek uit 1974 veel reacties losmaakte. Zowel positieve als negatieve. Berlitz heeft zijn tweede boek niet geschreven om de door derden uitgeoefende kritiek te weerleggen maar om nieuwe gebeurtenissen in de Driehoek te onderzoeken en nieuwe ontwikkelingen in de Driehoek te signaleren. De auteur is na zijn eerste boek namelijk bedolven onder brieven en telefoontjes van mensen die eigenaardige persoonlijke ervaringen in de Driehoek hadden. Ook zijn er na het verschijnen van Berlitz’ eerste boek diverse expedities naar de Driehoek geweest die bijzondere resultaten opleverden.
Berlitz geeft aan dat de Bermuda Driehoek – gelegen in de Atlantische Oceaan tussen Bermuda, Florida en de veertigste meridiaan – al vele tientallen jaren een geschiedenis kent van verdwijningen van o.a. schepen en vliegtuigen. Er zijn veel verslagen van en zelfs ooggetuigeverslagen. Vaak worden daarin magnetische verschijnselen zoals rondtollende kompassen genoemd. Het gaat om te veel verdwijningen om zo maar toevallig genoemd te worden. Wat precies de oorzaak van de verdwijningen is, is onbekend. Sceptici wijzen op diverse aannemelijke verklaringen zoals plotseling opkomende stormen of zeebevingen. Wetenschappers zien de Driehoek dus niet als een wetenschappelijk fenomeen. Toch zijn er volgens Berlitz genoeg aanwijzingen die tot een andere conclusie zouden kunnen leiden.
Berlitz geeft een historisch overzicht van de fenomenen in de Bermuda Driehoek. Christoffel Columbus maakte in zijn scheepsjournaal al gewag van vreemde gebeurtenissen in de Driehoek, zoals merkwaardige wervelwinden en een tollend scheepskompas. Ook Shakespeare maakte in zijn “The Tempest” een opmerking over de Driehoek. Ongetwijfeld had hij die van scheepslui opgevangen. Ook Charles Lindbergh had in 1928 problemen met zijn kompassen toen hij in de buurt van de Driehoek vloog. Berlitz geeft in ruim twaalf pagina’s een indrukwekkend overzicht van verdwijningen van schepen, vliegtuigen en mensen in de Bermuda Driehoek. Uiteraard zal voor een aantal verdwijningen een verklaarbare reden gevonden kunnen worden. Maar er blijven er ook te veel over waarbij dat niet het geval is. En dus is er wel degelijk sprake van een mysterie in de Driehoek.
Kenmerkend voor de meeste verdwijningen in de Driehoek is het ontbreken van wrakstukken en overlevenden. Als een schip vergaat, zijn er praktisch altijd wrakstukken te vinden. In de Driehoek is dat anders. Wel zijn er praktisch altijd radioberichten van bemanningen opgevangen voordat deze verdwenen en die berichten duidden niet altijd op bijzondere omstandigheden. Vaak was er niets bijzonders te vermelden en dan verdween men plotseling van de radar. Berlitz geeft hiervan diverse voorbeelden. Een van de bekendste is Vlucht 19, die bestond uit vijf torpedo-bommenwerpers die op 5 december 1945 van Fort Lauderdale opstegen voor een oefenvlucht en in de Driehoek spoorloos verdwenen. Er was vóór de verdwijning een intensief radiocontact met de thuisbasis maar de oorzaak van de verdwijning bleef onopgehelderd. Pikant detail daarbij is overigens dat het na de verdwijning van Vlucht 19 gezonden reddingsvliegtuig, een Martin Mariner, ook spoorloos verdween in de Driehoek.
In ieder geval is duidelijk dat bij de verschillende verdwijningen steeds een zelfde aantal fenomenen een rol speelde. Het gaat dan om opeens slecht werkende instrumenten, desoriëntatie van de bemanning, plotseling verlies van radiocontact en plotseling opkomende witte of lichtgevende mist. Volgens Berlitz is het duidelijk dat er in de Driehoek toch sprake moet zijn van bijzondere (aard)magnetische gebeurtenissen die er kennelijk voor zorgen dat apparatuur van passerende schepen en vliegtuigen opeens gaat disfunctioneren. Verder merkt Berlitz op dat nergens anders op onze planeet – met uitzondering van de Duivels Zee die overigens op precies dezelfde plek aan de andere kant van de aardbol (in de buurt van Japan) ligt – zo veel mysterieuze fenomenen voorkomen als in de Bermuda Driehoek.
Na het verschijnen van zijn eerste boek over dit onderwerp werd Berlitz bedolven onder ervaringen van gepensioneerde koopvaardij- en marinemensen die in de Driehoek ook mysterieuze ervaringen hadden. Berlitz gaat uitvoerig in op een aantal voorbeelden die zouden kunnen leiden tot de conclusie dat hier sprake is van buitenaardse activiteiten. Zo viel op diverse cruiseschepen die in de Driehoek voeren de electriciteit uit, zagen bemanningen van vliegtuigen enorme watermassa’s uit zee opstijgen en bemanningen van schepen spookeilanden uit zee opdoemen. De autoriteiten wisten met deze ervaringen kennelijk niet goed raad, want de rapporten verdwenen allemaal achter slot en grendel.
Ook zijn in de wateren rond de Driehoek prehistorische monsters gezien. Dat wordt althans gezegd. Zo zou een kapitein die in 1973 met zijn mini-onderzeeër in de Driehoek op onderzoek was een plesiosaurus gezien hebben. Verder zijn er de nodige UFO’s waargenomen. Berlitz geeft daarvan diverse voorbeelden. Ook zou een straaljager van het type F-101 in mei 1960 bij het maken van een proefvlucht op de militaire luchtmachtbasis Edwards in Californië “opgenomen” zijn in een grote vliegende schotel. De schotel verdween maar het verdwenen vliegtuig verscheen na ongeveer tien uur weer in de lucht met een nogal verwarde piloot erin. Hij verklaarde met vliegtuig en al ontvoerd te zijn door “aliens” en door hen ondervraagd te zijn. Hij bleek in zijn toestel nog dezelfde hoeveelheid brandstof te hebben die hij ook had op het moment van zijn verdwijning. Daarmee zou hij dus nooit zo’n tien uur in de lucht hebben kunnen blijven. De piloot verdween vervolgens in een militair psychiatrisch ziekenhuis en van het voorval werd nooit meer iets gehoord.
Berlitz besteedt ook aandacht aan het mysterie van Atlantis, het verdwenen eilandenrijk waarover Plato al schreef. Er is ontzettend veel over Atlantis gespeculeerd en geschreven. In veel oude culturen vind je er ook sporen van terug. Berlitz gaat uitgebreid op het verhaal van Plato in en merkt in ieder geval op dat in vroeger tijden de oceanen minder diep en uitgestrekt waren. Veel poolijs was nog niet gesmolten. Daarom was er bijvoorbeeld rond Florida en de Bermuda Driehoek veel meer land boven water dan nu. Grotten die nu onder het zeeniveau liggen lagen toen aan de oppervlakte. Berlitz suggereert dat Atlantis wel eens in de Driehoek gelegen zou kunnen hebben. Hij noemt als voorbeeld de grote door mensen gemaakte stenen die nu onder water bij Bimini op de Bahama’s liggen. De stenen werden in 1968 ontdekt. In wetenschappelijke kringen ontstond een stevige discussie over de vraag of Atlantis nu wel of niet hier gelegen heeft.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden