Het verhaal begint als Joseph Davranche 100 sous geeft aan een oude man met een witte baard. Dit deed hem namelijk herinneren aan zijn jeugd. Zijn ouders waren arm, en zijn zussen op trouwbare leeftijd. Elke zondag trokken ze hun beste kleren aan en gingen wandelen bij de haven en altijd had zijn vader het over zijn broer, oom Jules. Hij is de enige hoop van de familie, maar ze hebben sinds hij vertrokken is slechts twee brieven gekregen. Toen ging de jongste zus trouwen met een jongeman, die wel geld zag in die oom van haar. Na het huwelijk maakte de familie een reisje naar Jersey. Op die boot was een matroos die schelpen openmaakte. Deze leek verdacht veel op Jules volgens zijn vader en zijn moeder herkende hem later ook. Zij spoorde z’n vader aan inlichtingen over hem in te winnen. Het bleek hem inderdaad te zijn. Toen moest Josheph Jules de schelpen betalen die ze hadden gekregen. Hij gaf hem 90 sous, plus 10 sous extra wat hem een woedende moeder op leverde. Nadat ze in Jersey aangekomen waren heeft hij zijn oom nooit meer gezien. En daarom geeft hij zwervers elke keer 100 sous.
La parure ( het sieraad)
Er was eens een knappe en charmante, maar arme jonge vrouw die trouwde met een ambtenaar van het ministerie van onderwijs. Ze droomde ervan rijk te zijn en op een dag werden zij en haar man uitgenodigd op een nogal belangrijk feest. Eerst wilde Mathilde niet gaan omdat ze geen mooie jurk had. Toen kreeg ze van haar man F 400,- om een jurk te kopen. En toen ze geen sieraden erbij had, leende ze die, op advies van haar man, van haar rijke vriendin Jeanne Forestier. Ze koos een prachtige ketting met diamantjes. Het bal was geweldig en ze was een groot succes. Maar toen ze thuis kwam bleek de ketting kwijt te zijn. Ze waren in alle staten. En zoeken dat ze deden, maar het sieraad bleef weg. Toen kochten ze, deels met geleend geld, een nieuwe ketting en gaven die terug aan haar vriendin. De zes jaar die daarop volgden waren jaren van diepe armoe omdat ze dat geld moesten terug betalen, maar liefst F 3600,- Aan het eind van die zes jaar komt Mathilde Jeanne tegen en vertelt wat er eigenlijk gebeurt is. Na het verhaal aangehoord te hebben trekt Jeanne bleek weg. Wat bleek: de oorspronkelijke ketting kostte slechts F 500,- want de kralen waren nep!
Miss Harriet
1 Op een dag zaten er zeven man in een rijtuig. Eén van hen wees op een konijn. De baronnes van Serenne wou een verhaal horen om vrolijk van te worden. En dus vroeg ze dat aan een oude schilder, een man die meer avonturen zou hebben beleefd dan de hertog van Richelieu.
11 Toen Léon Chenal vijfentwintig was trok hij van herberg naar herberg, genietend van het vrije leven als schilder. Op een dag kwam hij bij de herberg van madam Lecacheur, een oude boerin. In de kamer naast die van hem zat een Engelse die al op leeftijd was. Toen hij wat aan het eten en drinken was zag hij zijn buurvrouw in de tuin. Ze was een wat vreemd figuur en ze gedroeg zich schuw tegenover hem. Wanneer hij vriendelijk tegen haar doet, negeert ze hem, hoewel ze geen kwade bedoelingen heeft.
Hij vindt uit dat ze Miss Harriet heet, dat ze protestants is en protestantse propaganda leest en die ook uitdeelt. In het dorp wordt ze daarom een heiden genoemd en gaat het gerucht dat ze rijk is en haar hele leven door alle landen reist omdat haar familie voortvluchtig is. Mme Lecacheur noemde haar zelfs duivels, hoewel ze tegenover haar heeft bekend van de schilder te houden.
111 Na een tijd waren Léon en Miss Harriet onafscheidelijk. Ze trokken veel met elkaar op en later ging ze ook nog de hele dag kijken hoe hij schilderde. Want dat vond ze toch zo geweldig. Ze verafgoodde zijn schilderijen gewoon. Maar op een dag kwam ze niet meer. Ze heeft namelijk een heel onvoorspelbaar en vreemd karakter en ze besloot gewoon niet meer te gaaan.
1V Toen de schilder zijn nieuwe schilderij bekeek, een meisje en een jongen zoenend in de mist, stond plotseling Miss Harriet achter hem. Hij gaf haar het schilderij, en terwijl ze naar het keek begon ze te huilen. Léon probeerde haar enigszins, op een wat onbeholpen manier te troosten.
Die avond bij het eten deelde hij mee dat hij weg zal gaan. Dit vond Mme Lecacheur niet zo leuk: ze was net aan hem gwend geraakt. Na het eten greep hij in een opwelling Céleste vast maar toen hij zich omdraaide zag hij zijn oude vriendin.
Nadat Miss Harriet de schilder had betrapt met Céleste, vluchtte ze weg. Léon wordt de hele avond achtervolgt door schuldgevoelens. Dan meldt Mme Lecacheur de volgende dag dat ze weg is. Even later haalt Céleste wat fris water uit de waterput en ze stuit op iets op de grond. Mme Lecacheur en Léon komen erbij staan. Het meisje dacht dat het een paard was, maar even later zagen ze de waarheid. Het was Miss Harriet.
Hij vond een briefje in haar zak dat ze op het laatste moment heeft geschreven. Er staat in dat ze begraven wil worden in het dorp, op de plek waar ze haar laatste dagen heeft meegemaakt. Léon is vertwijfeld en vraagt zich af of hij schuld heeft aan haar dood. Zo eindigt hij zijn verhaal. De vrouwen huilen en het hele rijtuig is geladen met triestheid.
La dot ( de bruidschat)
Meester in rechten Simon Lebrument trouwde met Jeanne Cordier. En Simon had de klanten van een andere meester overgenomen, ene Papillon, en daarvoor moet hij hem betalen. En laat Jeanne nou F 300 000,- bezitten. Dat komt dus goed van pas. Nadat hij zijn schoonfamilie had overtuigd had van zijn voorzichtigheid met geld vertrok hij met zijn jonge vrouw én de hele bruidschat naar Parijs. Dan was hij er even tussenuit met haar en kon hij Papillon terugbetalen. Eenmaal in Parijs stelde hij voor eerst naar een restaurant te gaan voor ze naar het hotel gingen. ’t Was redelijk ver weg, en hij besloot dat ze met de omnibus zouden gaan. Zij werd snel gezegd onder te gaan zitten terwijl hij naar boven ging om minstens één sigaar te kunnen roken voor het eten. Jeanne voelde zich eenzaam en triest en de mensen om haar heen gingen langzamerhand weg. Ze vond dat het wel erg lang duurde, maar ja, Simon zal toch wel weten waar hij mee bezig is. En dat wist hij zeker. Op het laatst zat niemand meer in de omnibus, ook haar man niet. Ze vroeg de chauffeur wat ze moest doen maar hij vond het een grote grap. Ze besloot naar haar neef Henry Barral te gaan, die bij het ministerie van Marine werkte. Hij vertelt haar wat haar man heeft gedaan. Met al het geld is hij gevlucht naar België. Jeanne is helemaal van slag en Henry besluit haar naar een restaurant te brengen waar ze samen wat kunnen eten.
Denis
1 Marambot is een oude apotheker die nooit getrouwd geweest is. Hij deelt zijn huis met zijn dienaar Denis. Op een dag ontvangt hij een brief over een juridisch proces dat hij heeft met monsieur Malois. Malois heeft zich echter teruggetrokken en morgen krijgt Marambot zijn geld: F 5000,-. Maar, hoewel hij niet erg rijk is, is hij erg onverschillig tegenover geld. Dit in tegenstelling tot Denis. De dag erop ontvangt Marambot vier brieven en Denis moet ook weer vier enveloppen posten. Als hij ziet dat één ervan geadresseerd is aan Malois denkt hij dat daarin het ontvangstbewijs van het geld zit. Die avond komt hij in zijn slaapkamer en steekt de verraste man met een mes. Alles is met bloed besmeurd. Het gaat hem natuurlijk om het geld maar Marambot vertelt hem dat Malois zich helemaal niet terugtrekt en het proces toch plaats zal vinden. Maar verzwakt door de vele verwondingen raakt hij buiten bewustzijn. Als hij de volgende morgen weer bijkomt, zit alles natuurlijk onder het bloed. Hij vraagt zich af wat hij nu moet doen. Blijven liggen en hopen dat er iemand komt, of hulp halen. Maar dat laatste kan levensgevaarlijk zijn in zijn toestand. Het eerste trouwens ook.
Tot zijn grote verbazing komt Denis echter terug en verschoont hem, zijn lakens en verbindt zijn wonden. Hij maakte werkelijk alles schoon. Hij zei: ‘ Als u me niet aangeeft zal ik u even trouw dienen als eerst’. Zijn meester had geen kracht om tegen te spreken en stemde maar toe.
11 Denis zorgde de weken erop goed voor de oude apotheker en de man voelde zich al gauw wat beter. Hij zei eerst dat hij hem zou ontslaan als hij beter was, maar eenmaal beter hield hij hem.
Toen hij op een morgen klaar was met zijn ontbijt hoorde hij lawaai in de keuken: Denis werd gearresteerd door drie politie agenten. Hij had namelijk twee eenden gestolen bij de buurman, monsieur Marambot. Denis dacht eerst dat hij verraden was door Marambot, maar deze verzekerde hem dat dat niet zo was. Hij noemde daarbij, in aanwezigheid van de agenten, de poging tot moord. Oeps, dat is niet echt bevorderend…
111 De verklaring voor het vreemde gedrag van Denis wordt in deze paragraaf verklaard. Hij heeft vlagen van krankzinnigheid. Voordat hij bij Marambot kwam heeft hij in een herstellingsoord gezeten, vertelt zijn advocaat. De jury en rechter zijn echter nog niet overtuigd. Ze vragen Marambot waarom hij hem hield, hij was er immers niet minder gevaarlijker op geworden?! Nou, zei die Marambot. Het is moeilijk personeel te vinden tegenwoordig, en hij zal vat geen betere hulp vinden…En de rechtbank verklaarde hem onschuldig.
REACTIES
1 seconde geleden
T.
T.
merciiii!
12 jaar geleden
Antwoorden