The Unknown Quantity door Mignon G. Eberhart

Beoordeling 0
Foto van een scholier
Boekcover The Unknown Quantity
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 3917 woorden
  • 30 augustus 2012
  • nog niet beoordeeld
Cijfer
nog niet beoordeeld

Boek
Vertaald als
Verliefd op de dubbelganger
Auteur
Mignon G. Eberhart
Genre
Thriller & Detective
Taal
Nederlands
Vak
Eerste uitgave
1953
Pagina's
192
Oorspronkelijke taal
Engels

Boekcover The Unknown Quantity
Shadow
The Unknown Quantity door Mignon G. Eberhart
Shadow

Gegevens van het boek
Auteur: Mignon G. Eberhart (1899 – 1996)
Oorspronkelijke titel: The Unknown Quantity
Voor het eerst gepubliceerd in: 1953
Nederlandse titel: Verliefd op de dubbelganger
Vertaling: Jacques J. Besançon
Omslagontwerp: Studio Spectrum
Uitgever: Uitgeverij Het Spectrum NV, Utrecht/Antwerpen, 1964, 1e druk, Prisma Detective Pocket 12
Aantal pagina’s: 192
Genre: detectiveroman

Samenvatting van het boek
Sarah Travers-Halsey is inmiddels vijf jaar getrouwd met Arthur Travers die een belangrijke functie in de olie-industrie heeft. Op verzoek van Arthur is Sarah van New York naar San Francisco gevlogen en ze wacht nu op hem in een hotel. Daar wordt ze gebeld door een advocaat die James (“Jake”) Dixon heet. Hij zit beneden in de lobby en wacht eveneens op Arthur. Sarah nodigt hem uit bij haar op de kamer op Arthur te wachten. Als Sarah Dixon ziet, valt het haar op, dat hij heel erg op Arthur lijkt.

Even later belt Arthur Sarah op. Hij wil ook Dixon spreken en het blijkt dan, dat hij voor een zeer belangrijke en geheimzinnige (regerings)opdracht weg moet. Sarah moet weer naar huis gaan, waarbij Dixon haar zal vergezellen. Later vertelt Arthur Sarah, dat het voor de opdracht noodzakelijk is, dat zijn concurrenten niet doorhebben, dat Arthur bezig is met de genoemde opdracht (die met een oliebron te maken blijkt te hebben). Daarom moet Sarah Dixon tijdelijk in huis nemen en net doen of Dixon Arthur is. Van een afstand kan niemand immers het verschil zien en zo kan Arthur dan in alle rust zijn geheime opdracht uitvoeren. Dixon is volgens Arthur door en door betrouwbaar en dus zal er niets gebeuren. Sarah heeft er niet zo heel veel zin in, maar stemt uiteindelijk toe.

Sarah vraagt zich af waarom Arthur eigenlijk met haar getrouwd is. Volgens haar is dat niet uit liefde gebeurd. Ook zij is van haar kant niet meer verliefd op Arthur. Als Arthur wegrijdt in een taxi, ziet Sarah, dat hij achtervolgd wordt door een man - een zekere Robinson - die ze ook al in het vliegtuig en in haar hotel is tegengekomen. In een nabijgelegen park ontmoet Sarah Dixon en legt hem uit wat de bedoeling is. Dixon vindt het allemaal wat vreemd, maar besluit Sarah toch maar te vergezellen. Eigenlijk zouden beiden in het park Arthur nog een keer ontmoeten, maar Arthur komt niet opdagen. Daarom besluiten Sarah en Dixon maar naar het vliegveld te gaan om terug te keren naar New York.

Het huis van Sarah en Arthur ligt aan het Saguache-meer, ongeveer honderdzestig kilometer ten zuiden van New York. Het ligt schitterend en wordt verzorgd door een nieuwe huisbewaarder, Sam Cleetch. Dixon moet eerst nog voor zaken in de stad zijn en geeft aan die avond naar de villa te komen. Als hij ’s-avonds arriveert, vertelt hij Sarah, dat hij net gehoord heeft, dat Arthur vermoord is. Hij lag neergestoken in het park in San Francisco en kwam daarom dus niet opdagen toen Sarah en Dixon hem daar wilden ontmoeten. De definitieve identificatie is nog niet rond, maar dat zal volgens Dixon niet lang duren.

Dixon wijst Sarah erop, dat zij nu een verdachte is. Zij heeft immers op een bankje in het park met Dixon zitten praten - een agent heeft dat gezien - en Dixon wordt door iedereen voor Arthur aangezien. Sarah is dus de laatste met wie “Arthur” gezien is en omdat Arthur rijk is, is daarmee ook een motief gegeven. Dixon adviseert Sarah daarom de politie maar te bellen en de situatie uit te leggen. Het zal wel een lastige klus worden, maar dat is beter dan niets doen. Sarah denkt echter aan Arthurs woorden om een week lang niets te doen, zelfs al zou hem iets overkomen. Er was immers gevaar aan zijn opdracht verbonden en anders zou hij wellicht voor niets gestorven zijn. Ze kan natuurlijk ook nog met het departement bellen en om raad vragen. Dixon zegt tegen Sarah, dat hij, wat ze ook mocht besluiten, haar zal helpen. Hij houdt namelijk niet van moord en zal zich dus bij haar keuze neerleggen.

Die nacht begint de hond van Sarah hard te blaffen. Sarah vraagt zich af of er misschien iemand rond het huis loopt. Dixon kan echter niemand vinden. Sarah besluit haar tante Julia Halsey te vragen bij haar te komen logeren. Dan voelt ze zich wat veiliger. De volgende dag belt Rose Willman - de secretaresse van Arthur - Sarah op. Zij weet niets van de opdracht van Arthur, maar meldt Sarah, dat een zekere Richard Wells op kantoor naar Arthur vroeg. Zij vertrouwt het niet helemaal en denkt, dat Wells een valse naam opgaf. Sarah vraagt zich af of Wells die nacht wellicht rondom het huis liep. Zou hij voor een concurrent werken en Arthur in de gaten moeten houden? Als Dixon en Sarah later buiten bij het meer wandelen, zien ze een lijk in het water liggen. Het blijkt de tuinman Alfred Costellani te zijn. Ook hij is neergestoken. Costellani had een paar dagen vakantie gevraagd om zijn dochter op te zoeken. Sarah is dus nogal verbaasd zijn lijk hier te zien. Dixon moet nu de politie inschakelen en vertelt Sarah, dat hij voor Arthur zal doorgaan om zo de opdracht van Arthur niet te verstoren. De locale politie kent Arthur niet persoonlijk en dus zou dat geen problemen moeten geven.

De politie arriveert en neemt de moord op Costellani in onderzoek. Sarah en Dixon vertellen niets over de opdracht van Arthur. Dixon denkt, dat de moordenaar Costellani misschien voor Arthur aangezien heeft. Ook mogelijk is, dat Costellani de moordenaar op de een of andere manier in de weg gestaan heeft. Wellicht denkt de moordenaar, dat zijn aanslag in San Francisco mislukt is en is hij nu naar het meer gekomen om zijn werk af te maken. Dan arriveert Lisa Bayly, een vriendin van Arthur. Ze is nogal opgewonden en vertelt Sarah, dat Arthur en zij verliefd op elkaar zijn en met elkaar willen trouwen. Sarah is geschokt, maar niet verbaasd. Ze vroeg zich namelijk al langere tijd af waarom Arthur met haar getrouwd is, terwijl Lisa vele malen mooier en knapper is. Lisa vraagt of Arthur er is en Sarah ontkent dat. Als Lisa weer vertrekt, arriveert tante Julia. Dixon vertelt haar wat er allemaal precies aan de hand is. Julia betreurt de gang van zaken, maar geeft aan Sarah op alle mogelijke manieren te willen helpen.

Die nacht wordt het huis van Sarah door twee onbekende mannen bezocht. De ene komt per auto en breekt in en de ander komt per roeiboot over het meer. Als Sarah en Dixon wakker worden van het geluid, schiet een van de mannen met een pistool. Niemand raakt gewond en de beide mannen nemen de benen. Volgens Dixon moeten de mannen samengewerkt hebben. Het doel van hun komst blijft echter onbekend. Wellicht kwamen ze om Arthur te bedreigen of zelfs te vermoorden en schoten ze toen ze geluid hoorden. Sarah en Dixon besluiten om de politie niet in te schakelen. Dat kan later altijd nog. Arthur had een koffertje aan Dixon in bewaring gegeven met daarin belangrijke papieren. Dixon en Sarah gaan het koffertje - dat ze in een bankkluis in New York gedeponeerd hebben - inspecteren. Tot hun grote verbazing blijkt het koffertje leeg te zijn. Ze vragen zich af wat voor bedoeling Arthur daarmee had, want het kan niet in de tussentijd leeggehaald zijn.

Als Sarah en Dixon weer thuiskomen bij het huis aan het meer, worden ze opgewacht door Lisa en de politie. De politie wil Dixon nog enkele vragen stellen. Als Lisa Dixon ziet, snapt ze, dat er iets niet klopt. Sarah vertelt haar daarom wat er precies aan de hand is. Lisa doet vervolgens vervelend en suggereert, dat Sarah verliefd is op Dixon en ook iets met de moord op Arthur te maken heeft. Arthur was immers een rijk man en Sarah als zijn weduwe nu dus ook. Lisa is daar duidelijk teleurgesteld over. Kennelijk verwachtte ze ook geldelijk voordeel van haar relatie met Arthur. Als Lisa vertrekt, vertelt ze de politie, dat Dixon Arthur niet is en dat Sarah kennelijk verliefd is op Dixon. Daarmee creëert ze een situatie van verdachtmakingen en de politie vraagt dan ook onmiddellijk om uitleg van de situatie.

Dixon en Sarah vertellen de politie vervolgens precies de feiten zoals die zich tot nu toe hebben voorgedaan. De politie vindt het een wat ongeloofwaardig verhaal - daarin bijgevallen door Lisa -, maar besluit dit veiligheidshalve toch eerst maar te verifiëren bij het departement. Dixon overhandigt de politie ook de kogel die door een van de inbrekers afgeschoten is. Lisa probeert de politie te bewegen Dixon en Sarah te arresteren voor de moord op Arthur, maar de politie vindt het daarvoor nog te vroeg. Ze nemen de zaak in onderzoek en vertrekken. Ook Lisa vertrekt. Die nacht bezoekt Richard Wells het huis. Hij denkt, dat Dixon Arthur is en wil met hem praten. Dixon speelt het spel mee en probeert meer informatie uit Wells te krijgen.

Wells blijkt samen te werken met Robinson. Robinson heeft Arthur kennelijk al eerder bezocht. Hun doel lijkt om Arthur te bewegen zaken met hen te doen. Voor wie beiden werken wordt echter niet duidelijk. Wells bedreigt Dixon met een revolver. Van de moord op Costellani blijkt Wells overigens niets af te weten. Sarah komt vervolgens naar beneden en herkent Wells als de man die eerder 's-nachts per roeiboot naar het huis kwam en inbrak. Wells neemt daarop de benen, achtervolgd door Dixon. Dixon vindt Wells later dood in het botenhuis. Hij blijkt ook te zijn neergestoken. Sarah belt de politie en als die later komt kijken, blijkt de roeiboot, waarin het lijk van Wells lag, verdwenen te zijn. Dixon ligt bewusteloos in het botenhuis. Kennelijk heeft de moordenaar hem neergeslagen en is vervolgens met de boot weggevaren.

De politie onderzoekt de zaak, maar de roeiboot wordt niet gevonden. De politie wordt hierdoor nóg wantrouwender ten opzichte van het verhaal van Sarah en Dixon. Dat wordt nog erger als de politie hun vertelt, dat ze navraag bij het departement gedaan hebben. Het departement ontkende, dat Arthur voor een regeringsopdracht weg zou zijn. De politie is hierdoor geneigd te geloven, dat het verhaal van Sarah en Dixon niet klopt. Een van de politiemannen wil hen zelfs al arresteren voor de moord op Arthur, maar Dixon geeft aan, dat dat niet kan, omdat Arthurs lijk nog niet geïdentificeerd is. Verder geeft Dixon nogmaals aan, dat hij en Sarah niets met de moorden te maken hebben. Dixon besluit zelf maar achter de waarheid aan te gaan. Er zijn immers diverse aanknopingspunten. Zo kan de roeiboot met het lijk van Wells niet zo maar van het meer verdwijnen.

Dixon ontdekt, dat op een verborgen plek aan het meer een eenvoudige hut staat. Die hut blijkt verhuurd te zijn geweest aan een onbekende man. Dat zou Wells dus geweest kunnen zijn. Als Dixon en Sarah in de hut gaan kijken, vinden ze wel gebruikerssporen, maar geen belangrijke aanwijzingen. Kennelijk zijn die verwijderd. Navraag in het dorp leert hen verder, dat er een onbekende vrouw geweest is die naar de hut gevraagd heeft. Zou die vrouw Lisa geweest kunnen zijn? Heeft Lisa wellicht iets met deze zaak te maken? Dixon en Sarah komen er niet uit. Ze worden vervolgens bezocht door Rose Willman. Zij heeft van Arthurs dood gehoord en is woedend op Sarah en Dixon. Ze denkt, dat zij Arthur vermoord hebben. Ze gelooft niet in een relatie tussen Arthur en Lisa en blijkt zelf op Arthur verliefd te zijn geweest. Rose zint op wraak en zegt Sarah en Dixon voor de moord op Arthur achter de tralies te zullen krijgen. Als Rose weg is, geeft Dixon aan, dat hij verliefd is geworden op Sarah. Hij kan dat verder niet verklaren. Sarah geeft aan, dat ze ook van Dixon is gaan houden.

Juist op het moment, dat Dixon en Sarah elkaar kussen, gaat de deur open en komt Arthur binnen. Sarah is verbijsterd, maar Arthur geeft aan, dat zijn missie succesvol verlopen is. De missie moest in het diepste geheim plaatsvinden. Hij zegt, dat er geen relatie is tussen hem en Lisa. Van Wells heeft hij nog nooit gehoord en ook Robinson is hem niet bekend. De dode man in San Francisco is kennelijk een zwerver of zo geweest. Arthur betreurt, dat de politie in de zaak gemengd is en is verder ook onaangenaam verrast door de omhelzing van Dixon en Sarah. Hij wil, dat Dixon het huis onmiddellijk verlaat. Dixon staat er echter op, dat Arthur eerst de politie inlicht. Arthur doet dat. Daarna vertrekt Dixon naar New York; hij zegt tegen Sarah, dat hij nog terugkomt.

Als Dixon weg is, vraagt Sarah Arthur waarom hij haar niet laat gaan. Arthur geeft aan, dat hij niet met Lisa wil trouwen. Omdat hij een belangrijke positie heeft, hoort daar ook een knappe vrouw bij. Sarah is die vrouw. Arthur wil haar dus niet laten gaan. Hij vertelt Sarah, dat hij de carrière van Dixon kan breken. Ook is Julia financieel afhankelijk van Arthur. Julia heeft zelf geen geld en is ziekelijk. Arthur betaalt haar medische kosten. Arthur heeft Sarah dus in de tang. Sarah vraagt zich af of Arthur geen moordenaar is. Misschien is hij wel betrokken bij alles wat er gebeurd is. Misschien was hij wel de tweede bezoeker ’s-nachts toen er ingebroken werd. Misschien heeft Arthur Wells vermoord.

De volgende dag arriveert Rose. Ze wil met Arthur praten. Ze gaan samen naar het botenhuis. Sarah is nieuwsgierig naar wat ze te bespreken hebben en volgt hen stiekem. In het botenhuis hoort Sarah wat Arthur en Rose bespreken. Het blijkt, dat Lisa per se met Arthur wil trouwen. Ze zegt, dat ze gezien heeft, dat Arthur, toen hij met Lisa in het huis aan het meer was om met Robinson te spreken, op een gegeven moment uit het botenhuis kwam met vuile en bebloede handen. Waarschijnlijk heeft Arthur dus Costellani vermoord, want die had Lisa zien luistervinken toen Arthur Robinson ontving. Lisa wil dit als pressiemiddel naar Arthur toe gebruiken. Rose vindt Lisa gevaarlijk worden en zegt dat ook tegen Arthur. Rose zegt verder alles voor Arthur te willen doen. Ze wil echter niet, dat Arthur met Lisa trouwt. Arthur geeft aan, dat hij dat ook helemaal niet van plan is. Verder begrijpt Sarah uit het gesprek, dat Rose degene is die naar de hut gegaan is en dat Wells die hut een paar dagen gebruikt heeft. Wells vertelde Rose toen, dat Arthur hem niet kon ontlopen en dat hij dat dus maar beter ook niet kon proberen.

Na het gesprek haast Sarah zich naar huis om niet gezien te worden. Rose vertrekt en Arthur vertrekt kort daarop. Sarah denkt, dat Arthur Lisa aan de tand gaat voelen. Sarah gaat het huis uit om te kijken of Dixon wellicht nog terugkomt. Aan het begin van de oprijlaan ziet ze de brievenbus staan en ze kijkt erin. Er blijkt een brief in te liggen die aan haar geadresseerd is. De brief is persoonlijk bezorgd, want er zit geen postzegel op. Sarah gaat weer naar binnen en leest de brief. Hij blijkt van Wells te zijn. Wells legt haar uit, dat hij ooit voor verduistering veroordeeld is en dat hij toen het door hem verduisterde geld aan Arthur overgedragen heeft om dat voor hem te bewaren. Arthur belegde het geld intussen en verdiende daar zijn fortuin mee. Toen Wells uit de gevangenis kwam, wilde hij zijn geld van Arthur terug en daarom zocht hij hem steeds op. Wells heeft helaas geen bewijs tegen Arthur. Wells sluit een briefje van Arthur bij, waarin staat, dat hij een afspraak met Wells gemaakt heeft om hem ergens te ontmoeten.

Dan begrijpt Sarah hoe de zaak in elkaar zit. De hele zaak is door Arthur bedacht om Wells te kunnen vermoorden en zichzelf een alibi te verschaffen. Costellani heeft hij natuurlijk ook vermoord, omdat deze hem kennelijk om de een of andere reden in de weg stond. De dode man in het park in San Francisco zal dan waarschijnlijk Robinson wel zijn. Die moest Arthur natuurlijk ook uit de weg ruimen. Kennelijk had Wells wel een voorgevoel, want hij is niet naar de plaats van de afspraak gegaan. Hij bezocht Arthur thuis, waar hij kennelijk minder gevaar voor zijn eigen leven verwachtte. Arthur moet dan ook de tweede man geweest zijn die in het huis inbrak.

Als Arthur terugkeert, vlucht Sarah naar haar eigen kamer. Ze laat daarbij per ongeluk de brief van Wells vallen. Arthur leest de brief en beseft, dat Sarah de zaak door heeft. Hij vertelt Sarah, dat ze niets tegen hem kan bewijzen en vernietigt de twee briefjes. Arthur erkent ook, dat hij helemaal niet weg was voor een regeringsopdracht. Daarom sprak het departement ook de waarheid toen de politie daar informatie inwon. Als het avond wordt, hoort Sarah Dixon buiten. Hij raadt haar aan in haar kamer te blijven. Later hoort Sarah zijn stem weer; hij roept haar naar buiten. Sarah gaat naar buiten en wordt dan door Arthur overmeesterd. Kennelijk deed Arthur Dixon na, maar Sarah weet zeker, dat de eerste keer de stem echt van Dixon was. Ze rukt zich los en vlucht naar het botenhuis, achtervolgd door Arthur.

Bij het botenhuis probeert Sarah een roeiboot los te maken om zo in het donker het meer op te kunnen roeien. Arthur zal haar daar niet meer kunnen zien en achtervolgen. Ze drijft met de boot echter weer naar de waterkant en Arthur probeert haar daar uit de boot te gooien. Dan horen ze de stemmen van de politie die het botenhuis doorzoekt. Sarah hoort de agenten zeggen, dat ze de zaak tegen Arthur rond hebben. Ze hoort verder ook de stem van Dixon. Sarah begint te roepen. Dixon rent naar haar toe en Arthur slaat op de vlucht. Enkele politieagenten zetten de achtervolging in. In het huis vertelt Dixon, dat hij na zijn vertrek in de buurt van het huis gebleven is. Zo ontdekte hij, dat Arthur het lijk van Wells in een voor anker liggende motorboot op het meer verstopt had. Vervolgens haalde hij met een roeiboot bij het botenhuis een betonblok op en gooide het lijk vervolgens overboord. Dixon ontdekte ook, dat Arthur al die tijd in een nabijgelegen motel verbleef. Dixon heeft ook de politie ingeschakeld.

De hele zaak was door Arthur opgezet om Wells te kunnen vermoorden en een alibi te hebben. De bedoeling was om Wells elders te vermoorden. Arthur zou dan een alibi hebben in de persoon van Dixon die sterk op hem leek. Arthur vermoordde ook Costellani en Robinson. Costellani hoorde per ongeluk te veel en moest dus dood en dat gold ook voor Robinson die een partner van Wells was. Arthur was vroeger advocaat en verdedigde toen Wells. Met het door Wells verduisterde geld kocht Arthur een paar olieconcessies. Hij werd daar erg rijk mee en had toen geen zin meer om Wells het geld terug te betalen toen deze uit de gevangenis kwam. Dixon heeft ook Lisa gesproken en zij heeft toegegeven, dat zij en Arthur enkele weken terug in het huis aan het meer waren, omdat Arthur daar Robinson zou ontvangen. De politie heeft daarmee voldoende bewijs om Arthur te verhoren. Zo ver komt het echter niet, want plotseling klinken er schoten in het bos en blijkt Arthur dood te zijn. Sarah en Dixon besluiten hun toekomst verder samen door te brengen.

Beoordeling van het boek
Eberhart wordt ook wel de Amerikaanse Agatha Christie genoemd. Door haar lange leven kon ze veel boeken schrijven en ze werd daar ook heel rijk mee. Eberhart was getrouwd met een ingenieur en doordat deze op verscheidene plaatsen in Amerika werkte, verhuisde het gezin regelmatig. Omdat Eberhart zich regelmatig verveelde als haar man van huis was, begon ze met het schrijven van detectiveverhalen. Haar eerste boek verscheen in 1929. Eberhart was een uitermate succesvolle auteur. In de jaren veertig van de vorige eeuw scheidde ze van haar man, hertrouwde, maar scheidde twee jaar later al weer om vervolgens opnieuw met haar eerste man te hertrouwen.

Het aardige aan deze detective is, dat er naast de zuivere detective-elementen ook ruimte is ingericht voor een stuk romantiek en spionage-elementen. Sarah geeft immers al snel aan het begin van het boek aan, dat ze niet (meer) verliefd is op haar man. Ze vraagt zich dan ook af waarom deze met haar getrouwd is. Langzaam maar zeker zie je in het boek, dat er een relatie aan het ontstaan is tussen Sarah en Dixon. Vrij voorspelbaar natuurlijk, zeker nu ook Dixon al vrij vroeg in het boek aangeeft niet getrouwd te zijn. Eberhart is overigens niet de enige detectiveauteur die deze techniek toepast. De Engelse detectiveschrijver Edgar Wallace (1875 – 1932) doet dat ook praktisch altijd. De spionage-elementen geven het boek een extra spanningslading. Je voelt als lezer deze spanning direct vanaf het begin. In alle (begin)hoofdstukken wordt deze spanning opgebouwd door de geheimzinnige opdracht die Arthur kennelijk moet vervullen. De regering wordt er en passant ook in gemengd en dan heb je natuurlijk al snel spionageachtige elementen in een boek. Het is dan wel jammer te moeten constateren, dat hier uiteindelijk niets van over blijft; er blijkt immers aan het einde van het boek geen sprake te zijn van een regeringsopdracht.

Ik heb zitten puzzelen met betrekking tot de Amerikaanse titel van het boek. In hoofdstuk 11 van het boek vond ik het antwoord op mijn vraag waar de titel op slaat. Dixon zegt daar, dat hij uitgaat van de integriteit van het verhaal van Arthur, maar dat dat in feite een onbekende grootheid is (“unknown quantity”). Dixon en Sarah weten immers niet waar Arthur nu precies mee bezig was en in hoeverre zijn verhaal klopt. De Nederlandse vertaling van de titel van dit boek staat overigens wel heel ver af van de betekenis daarvan. Ik heb vaak moeite met vertalingen van boektitels in het Nederlands. Ook met deze. Om te beginnen is daar het taalkundige verschil. Maar verder krijgt de Nederlandse titel ook een heel andere lading dan de oorspronkelijke. De vertaling roept een romantische sfeer op en die is er natuurlijk ook wel, maar toch is die hier minder belangrijk. Het gaat uiteindelijk toch om een mysterie en enkele moorden. Ik vind daarom, dat de vertaling van de titel de plank hier mis slaat.

Ik heb een beetje gemengde gevoelens over dit boek. Het is beslist een spannend en goed geschreven boek. Ik zou het alleen geen “zuivere” detectiveroman willen noemen. In een dergelijke roman heb je een of meerdere moorden, waarna de detective op het toneel verschijnt en zijn analytisch onderzoek start. Het uiteindelijke resultaat daarvan is de ontmaskering van de moordenaar(s) met een uitleg van zijn motieven. Dit boek is niet volgens het zojuist genoemde patroon opgebouwd en heeft veel meer iets van een thriller. Er wordt immers constant een geheimzinnige en vage spanning opgebouwd. Op bladzijde 110 weet je ook nog net zo veel als op bladzijde 10. Het geheimzinnige werk waarmee Arthur mee bezig is, wordt er gaandeweg het boek ook niet duidelijker op. Pas aan het einde wordt duidelijk hoe de zaak werkelijk in elkaar steekt. Dat blijkt allemaal nogal ingewikkeld te zijn, vind ik. De verhaallijn is in feite ook vrij dun. Laat ik het dan maar zo zeggen: als detectiveroman valt het boek me tegen, maar als thriller vind ik het een goed verhaal.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.