1. Korte inhoud
Dit verhaal speelt zich volledig af in het vissersleven, zoals de titel al laat vermoeden. De hoofdfiguren, twee om precies te zijn, zijn de oude man Santiago, die al jaren lang visser is, en zijn beste vriend Manolin, een jonge kerel, die leert vissen en verzot is op honkbal. Over de plaats waar het verhaal zich afspeelt, wordt niet zoveel geschreven, enkel dat het plaats vindt in de Golfstroom. Aangezien er veel Spaanse woorden in het boek gebruikt wordt, vermoed ik dat het verhaal rond Mexico of de Antillen te situeren is. Santiago en Manolin gaan samen veel op pad, vissen ver in de Golfstroom en schuimen na een lange dag de plaatselijke visserscafeetjes, zoals het Terras, af. Helaas
heeft Manolin een strenge vader, die niet veel van Santiago moet weten, zodat ze veel in het geheim afspreken. Met Santiago gaat het niet goed. Het leven zit hem echt niet mee, want hij heeft al in zevenentachtig dagen niets gevangen. Op een dag vertrekt Santiago heel vroeg in de morgen met zijn sloep. Samen met zijn vrienden vaart hij uit, maar dan beslist hij om alleen te gaan vissen. Hij breekt de formatie en vaart heel ver weg. Hij vaart tot hij geen land meer kan zien. Rond de middag stopt hij een maakt de hengels klaar om te gaan vissen. Het zijn er minstens tien, allemaal op een verschillende diepte in het water. Aan de haken hangt hij verse pieren, met daarover sardientje, die Manolin gevangen heeft. Na een tijdje voelt hij dat een vis gebeten heeft. Hij wil de draad inhalen, maar dat lukt hem niet en opeen begint zijn bootje vooruit te varen. Santiago beseft dat hij hier te maken heeft met een reus van een vis. Hij weet dat het een zware strijd zal worden en bereidt zich voor. Hij draait de draad rond zijn hand en legt de hengel om zijn schouder. Het duurt tot ‘s avonds vooraleer hij de vis ziet; het is een enorme zwaardvis, die zelfs groter is dan zijn boot. Tegen de volgende morgen raakt Santiago uitgeput, hij is verbrand door de zon, zijn handen liggen open en hij voelt zich zowel mentaal als fysiek gebroken. Maar ook de vis raakt uitgeput. Na nog een lange dag
begint de vis cirkels rond de boot te zwemmen. Telkens als de vis een rondje zwemt, haalt Santiago de draad binnen totdat de vis aan het wateroppervlak komt zwemmen en dan doodt hij hem met een harpoen. De vis is nog groter dan dat hij eerst gedacht had en noodgedwongen moet hij de vis aan de zijkant van zijn boot binden. Dan kan de lange terugtocht beginnen. Santiago wordt
meermaal door haaien aangevallen. Hij kan er enkele doden, maar dan verliest hij zijn wapens en de resterende haaien eten de hele vis op. Na een verbeten gevecht tegen de vis en de haaien komt hij toch met lege handen thuis. Verbitterd sluit hij zich op in zijn hut. Manolin, die de oude man gemist heeft, gaat hem de volgende opbeuren. Santiago komt er weer bovenop en ze beslissen samen om één der deze dagen te gaan vissen. 2. Bespreking hoofdfiguur
De hoofdfiguur is Santiago. Hij is een oude man vol levenswijsheid. Hij is al heel zijn leven visser en is daarom één van de meest ervaren vissers van de visserplaats, waar het verhaal zich afspeelt. Door dit harde zeewerk is hij lichamelijk wel getekend: p. 9 De oude man was schraal en mager met diepe rimpels achter in
zijn nek. Op zijn wangen had hij bruine vlekken van goedaardige
huidkanker, die da zon veroorzaakt door haar weerkaatsing op
tropische wateren. De vlekken zaten aan beide kanten van zijn
gezicht tot in zijn hals toe en zijn handen hadden diepgekerfde
littekens van het hanteren der zware vissen aan de lijnen. Maar geen van deze littekens waren vers. Verder heeft hij heel veel eerbied voor de natuur en is hij een niet-gelovig
persoon: p. 79 “Maar toch krijg ik hem dood,” zei hij. “In al zijn grootheid en zijn pracht. Hoewel het onrechtvaardig is.” p. 77 “Ik ben niet godsdienstig, maar ik zal tien Onze Vaders en tien Weesgegroetjes opzeggen omdat ik deze prachtige vis gekregen
heb en als ik hem vang, zal ik een bedevaart naar de Maagd van
Cobre maken. Dat is een gelofte.”
p. 89 “De vis is ook een vriend van mij.” Toen kreeg hij medelijden met de vis, die niets te eten had, maar zijn wil om te doden werd
geen ogenblik minder door zijn medelijden. Dit zijn eigenlijk geen letterlijke voorbeelden , maar deze kenmerken kom je toch wel veel tegen vooral als je aandachtig en tussen de regels door leest. Ook is hij een doorzetter: hij heeft al bijna drie maanden niets gevangen en toch blijft hij vissen. Ook houdt hij vol in het gevecht met de vis.
Dit verhaal speelt zich volledig af in het vissersleven, zoals de titel al laat vermoeden. De hoofdfiguren, twee om precies te zijn, zijn de oude man Santiago, die al jaren lang visser is, en zijn beste vriend Manolin, een jonge kerel, die leert vissen en verzot is op honkbal. Over de plaats waar het verhaal zich afspeelt, wordt niet zoveel geschreven, enkel dat het plaats vindt in de Golfstroom. Aangezien er veel Spaanse woorden in het boek gebruikt wordt, vermoed ik dat het verhaal rond Mexico of de Antillen te situeren is. Santiago en Manolin gaan samen veel op pad, vissen ver in de Golfstroom en schuimen na een lange dag de plaatselijke visserscafeetjes, zoals het Terras, af. Helaas
heeft Manolin een strenge vader, die niet veel van Santiago moet weten, zodat ze veel in het geheim afspreken. Met Santiago gaat het niet goed. Het leven zit hem echt niet mee, want hij heeft al in zevenentachtig dagen niets gevangen. Op een dag vertrekt Santiago heel vroeg in de morgen met zijn sloep. Samen met zijn vrienden vaart hij uit, maar dan beslist hij om alleen te gaan vissen. Hij breekt de formatie en vaart heel ver weg. Hij vaart tot hij geen land meer kan zien. Rond de middag stopt hij een maakt de hengels klaar om te gaan vissen. Het zijn er minstens tien, allemaal op een verschillende diepte in het water. Aan de haken hangt hij verse pieren, met daarover sardientje, die Manolin gevangen heeft. Na een tijdje voelt hij dat een vis gebeten heeft. Hij wil de draad inhalen, maar dat lukt hem niet en opeen begint zijn bootje vooruit te varen. Santiago beseft dat hij hier te maken heeft met een reus van een vis. Hij weet dat het een zware strijd zal worden en bereidt zich voor. Hij draait de draad rond zijn hand en legt de hengel om zijn schouder. Het duurt tot ‘s avonds vooraleer hij de vis ziet; het is een enorme zwaardvis, die zelfs groter is dan zijn boot. Tegen de volgende morgen raakt Santiago uitgeput, hij is verbrand door de zon, zijn handen liggen open en hij voelt zich zowel mentaal als fysiek gebroken. Maar ook de vis raakt uitgeput. Na nog een lange dag
meermaal door haaien aangevallen. Hij kan er enkele doden, maar dan verliest hij zijn wapens en de resterende haaien eten de hele vis op. Na een verbeten gevecht tegen de vis en de haaien komt hij toch met lege handen thuis. Verbitterd sluit hij zich op in zijn hut. Manolin, die de oude man gemist heeft, gaat hem de volgende opbeuren. Santiago komt er weer bovenop en ze beslissen samen om één der deze dagen te gaan vissen. 2. Bespreking hoofdfiguur
De hoofdfiguur is Santiago. Hij is een oude man vol levenswijsheid. Hij is al heel zijn leven visser en is daarom één van de meest ervaren vissers van de visserplaats, waar het verhaal zich afspeelt. Door dit harde zeewerk is hij lichamelijk wel getekend: p. 9 De oude man was schraal en mager met diepe rimpels achter in
zijn nek. Op zijn wangen had hij bruine vlekken van goedaardige
huidkanker, die da zon veroorzaakt door haar weerkaatsing op
tropische wateren. De vlekken zaten aan beide kanten van zijn
gezicht tot in zijn hals toe en zijn handen hadden diepgekerfde
littekens van het hanteren der zware vissen aan de lijnen. Maar geen van deze littekens waren vers. Verder heeft hij heel veel eerbied voor de natuur en is hij een niet-gelovig
persoon: p. 79 “Maar toch krijg ik hem dood,” zei hij. “In al zijn grootheid en zijn pracht. Hoewel het onrechtvaardig is.” p. 77 “Ik ben niet godsdienstig, maar ik zal tien Onze Vaders en tien Weesgegroetjes opzeggen omdat ik deze prachtige vis gekregen
heb en als ik hem vang, zal ik een bedevaart naar de Maagd van
geen ogenblik minder door zijn medelijden. Dit zijn eigenlijk geen letterlijke voorbeelden , maar deze kenmerken kom je toch wel veel tegen vooral als je aandachtig en tussen de regels door leest. Ook is hij een doorzetter: hij heeft al bijna drie maanden niets gevangen en toch blijft hij vissen. Ook houdt hij vol in het gevecht met de vis.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
G.
G.
Hoi!
Bedankt voor dit uittreksel, want ik woon namelijk sinds 6,5 maand in Italië, en ik moest dit boek in het italiaans lezen. Ook moest ik er een verslag van maken, en dat natuurlijk in het italiaans. Ik heb het boek wel gelezen, maar het is toch een stuk makkelijker in het Nederlands. Nu weet ik dat ik waarschijnlijk geen onvoldoende haal.
22 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
ey man bedankt voor deze uitreksel... door jou ben ik net over... TNX man!!
21 jaar geleden
Antwoorden