1, Het ongeluk
Het was donker. Niemand had het ongeluk gezien. Een kleine witte auto aan de kant van de brug. Een rivier die onder de weg loopt, en de auto lag in de berm, onder de weg. In de auto lag een dode vrouw, haar naam was Karen Silkwood en ze was 28 jaar oud. Het was 13 november 1974. Hoe kwam de auto van de weg af? Waarom lag de auto zo ver van de weg? Er was niets verkeerd met de auto. Karin Silkwood was een goede bestuurder, dat wist iedereen.
De politie had een simpel antwoord op de vragen. Karen was moe van een lange dag, zo ze viel in slaap terwijl ze auto reed. Het kon makkelijk gebeuren. Ze namen de auto mee naar de garage en ze namen haar lichaam mee naar een ziekenhuis, Sommige mensen waren niet blij met het ongelijk. Als eerste haar vriendje, Drew Stephens. Ook een officiële unie uit Washington. Deze 3 mannen waren aan het wachten op karen op de nacht van het ongeluk. Ze moest een grote bruine envelop met papieren en foto’s brengen. De papieren waren erg belangrijk. De mannen waren aan het wachten op karen in een hotel een paar km van het ongeluk, maar ze is nooit gearriveerd. Toen ze hoorden van het ongeluk, zochten de mannen naar de envelop in de auto, in het ziekenhuis en op het politie bureau. De volgende morgen keken ze over op de kant en in de rivier, maar nergens vonden ze het. Niemand heeft ooit die bruine envelop gevonden.
2, de nieuwe baan
Het verhaal van Karen en de bruine envelop begon in 1972 wanneer ze een nieuwe baan in een kernfabriek in Oklahoma. Voor dat, ze werkte als secretaresse, maar in 1972 ze werd erg moe van die secretaresse leven. Ze keek in de krant en zag dat er een baan was in een kernfabriek. Het loon was veel beter dan een secretaresse loon, en het werk was veel boeiender. Ze ontmoetten Meneer Bailey, de baas van de kerncentrale, en ze was verrast en blij toen hij de baan aan haar gaf. Hij zei dat Karen morgen begon met werken. Op haar eerste dag in de fabriek Karen leerde veel. Meneer Bailey zei haar dat ze een speciale witte jas moest dragen, speciale schoenen en een witte muts. ‘deze kleren beschermen je voor de radioactieve straling’ zei hij. ‘er is natuurlijk niet echt iets gevaarlijks’ alles is hier veilig. We letten er de hele tijd op. ‘dat zie ik’ zei Karen.Je hebt een Identiteitkaart nodig om ’s morgens de fabriek in te komen. Dus geef me een foto van jou en ik geen je een pasje. Een leuke foto van een leuk meisje. Hij lachte. Karen hield niet van die lach.
‘hij denkt dat ik dom ben’ dacht ze. ‘waarom denken mensen altijd dat leuke meisjes dom zijn?’ hij was aan het praten. ‘nou ga ik Mevrouw Phillips bellen’ zij geeft je een rondleiding in de fabriek en laat je jouw laboratorium zien. Wees niet bezorgt - het is erg gemakkelijks. Hij maakte die ene lach weer. De deur ging open en Mevrouw Phillips kwam binnen. De was ongeveer 50 jaar oud en klein en dik. Ze keek bang. ‘je had me nodig, Meneer Bailey’
Ja, Susan. Dit is Karen Silkwood. Ze gaat met jouw werken in jou laboratorium. Kan jij haar rondleiden in de fabriek en haar vertellen over het werk. Oh, ik begrijp het. Natuurlijk doe ik dat, Meneer Bailey. Alstublieft volg me, Miss Slikwood. Toen ze de kamer verliet, Mevrouw Phillips lachte naar Karen en zei, dat was geluk! Meestal als hij me belt, wil hij met mij praten over iets. Please bel me Susan. Kan ik het je vertellen Karen?
Maar natuurlijk, zei Karen. Ze liepen naar beneden door een lange gang met veel deuren en hoeken. Susan opende een van de deuren. Dit is onze laboratorium. Karen zag 6 of 7 mensen in de kamer. Ze waren allemaal in handschoenen aan en hun handen in een grote glazen doos. Er waren gaten in de dozen –groot genoeg voor handen -. Iedereen keek naar Karen. Wat zit er in die doos? Vroeg karen aan Susan. Iedereen lachte. Geen chocolade, zei een werker. Een beer, zei een andere. Luister niet naar hen, zei Susan. Het is brandstof stokken en uranium. We doen uranium in brandstof stokken. Daarom moet je altijd je handschoenen aan. En wanneer je het laboratorium verlaat, altijd je handschoenen uit doen en je handen checken in de scanner. Ze liet Karen de Scanner zien, hij was naast de deur. Als er enige radioactieve straling zit op jouw handen, merkt de scanner dat. En het alarm gaat aan over het hele bedrijf. En als het alarm rinkelt, begint het feest, zei een man. Feest: vroeg Karen. Je kunt je kleren uit doen en gaan zwemmen….Met heel veen water. Hij bedoelt ze wassen je in een douche, zegt Susan. Dat is niet zo belangrijk. Karen ging erg blij naar huis einde van de dag. Ze dacht niet dat het werk erg moeilijk was. En het geld was goed, erg goed.
3, Karen en Drew
Als eerst vond Karen haar nieuwe baan erg leuk. Ze was een normale, dorpsmeisje dat hield van normale dingen: een comfortabel huis, een glaasje bier, en een avond met goede vrienden. Ze had nieuwe vrienden gemaakt in de fabriek. Bovendien hield ze erg van Drew. Hij werkte in een ander deel van de fabriek, maar ze zagen elkaar in de koffiebar. Zij en hem een paar dagen na dat ze begon met werken. In de koffiebar zij en Susan waren aan het lachen om het verhaal in de krant. Toen ze haar voorstelde. Hier is een nieuw gezicht. Ze draaide zich snel om. Een dunne man die bij haar stoel stond met koffie in zijn hand. Wil je voorzichtig zijn met die koffie? Vroeg Karen. Je gooit het bijna over mij heen. Het is te goed om het gebeuren. Niemand mooier in deze fabriek heeft hier ooit gewerkt. Wat zou je vinden van pizza te eten na het werk? Karen wist niet wat ze moest zeggen. Hij heek aardig, maar ze wist niets van hem. Susan wist dat ze aan het denken was. Wees niet bezorgt. Het is alleen Drew. Hij is groot, en praat niet veel, maar hij is niet gevaarlijk. Drew lachte. Dankje, Susan. Ik betaal de koffie de rest van de week. Hij draaide naar Karen. Kan ik voor je een pizza kopen of niet? Wat zegt je? Karen lachte. Ik wil nooit een gratis etentje missen. Toen Karen in het restaurant aankwam die avond, was Drew er al. Hij stond op toen ze binnen kwam en gaf haar een grote lach. Karen dacht over Meneer Bailey zijn lach. Hoe konden 2 lachen zo verschillend zin? Karen vond het niet moeilijk om te praten met Drew. Hij luisterde wat ze zei en lachte om sommige dingen. Het leek net alsof ze met haar favoriete broer praatte. In die volgende week waren ze vaak samen. Iedereen in de fabriek zag hoe vrolijk hun waren. Het leven van Karen ging goed.
4, the douche
Maar in de zomer van 1974 begon alles te veranderen. Op een dag toen Karen en Susan aan het werken waren op het laboratorium. Liet Karen als eerst haar handen controleren door de scanner, en een minuut later controleerde Susan haar handen. Toen kwam er een vreselijk geluid. Het leek op een hoog gegil. Iedereen kon het horen in de fabriek. Susan bewoog niet. Ze keek naar haar handen. Toen vloog de deur van het laboratorium open. 2 mannen in witte jassen rende en pakte Susan bij haar armen. Voordat Karen iets kon doen, ze duwden Susan door de deur. Dat vreselijke geluid ging nog door. Karen schreeuwde: waar nemen ze haar mee naar toe? Niemand hoorde haar. Niemand antwoorden. Toen stopte dat geluid. Karen draaide zich om naar de andere werkers. Waar is ze? In de douche kamer. Karen rende het laboratorium uit over de lange lang naar de douche kamer. In de kamer schreeuwde Susan. Karen duwde de deur open. Susan had geen kleren aan, en 2 mensen douche haar van top tot teen. In haar ogen, in haar oor, overal. Het water raakte haar als stenen. Stop dat! Schreeuwde Karen. Jullie doen haar pijn. Niet zoveel als Radioactieve straling. Een klein stukje vermoord haar. Schreeuwde een man terug. 10 minuten later stopte de douche. Susan haar gezicht was zo wit als sneeuw en ze stond te bibberen van de kou. De mensen checkten met de handscanner haar lichaam opnieuw. OK. Je bent schoon. Doe je kleren aan. Over 5 minuten zijn we terug om en brengen we je naar de medische center voor meer testen. Ze gingen naar links. Susan keek naar Karen. Ze zeiden dat ik schoon was. Van buiten. Maar wat van binnen? Hoeveel Radioactieve straling van binnen> ben ik ‘heet’. Haar geluid was zacht en moe. Ze zag er oud uit. Langzaam, deed ze haar kleren aan. ‘heet’ wat bedoel je? Vroeg Karen. ‘heet’ betekent radioactief. Ik snap het. Karen keek naar haar handen. Waren ze schoon? Hoe nauwkeurig checkt de scanner hun. Ze werkte naast Susan in het laboratorium. En op haar handen zat het wel. Ik ben blij dat je OK bent, Susan. De mannen zeiden dat je OK bent, en de dokters weten dat. Niemand weet dat, Uranium is erg nieuwe. Niemand weet echt wat het met ons kan doen. Een man kwam terug met een vrouw. Kom mee, het is tijd voor je tests. Toen zagen ze Karen bij de deur. Wat doe jij hier? Als je klaar bent met je werk voor vandaag, kan je naar huis. Karen luisterde niet. Ben je OK, Susan? Wil je dat ik mee ga? Susan schudde haar hoofd. Nee, het is goed. Je kunt naar huis, Karen. Ik bel je nog wel. Wees niet bezorgt over mij. En bedankt. De man en de vrouw namen Susan haar armen en liepen naar beneden in de gang, met Susan in hun midden. Ze keek erg wazig en bang.
5, de nieuwe vakbond leider
Na de douche was Susan een moeilijke persoon. Ze was erg stil en lachte niet vaak. Een avond, een paar maanden na de douche, was Karen met Susan aan het drinken in een bar na het werk. Je weet, Karen dat we erg voorzichtig moeten zijn in de fabriek. Het is erg gevaarlijk. Hoe vaak hoorde we het alarm nou? Meer dan anders. En elke keer als we het horen, weten we dat er iemand in gevaar is. Hoe kan het gebeuren? Ik snap het niet, zegt Karen. Dat komt doordat de fabriek 24 uur per dag werkt. De veiligheid van mensen kan niet hun werk goed doen. Ze checken elke dag nauwkeurig, maar wanneer kunnen ze dat doen? Wanneer wij klaar zijn, komen er mensen die ’s nachts werken. De bazen maken zich geen zorgen over het gevaar. Hun enige zorg is het geld. Ik heb 3 kinderen en mijn man is dood. Ik heb geld nodig van de fabriek. Het is meer dan een ander werk in Oklahoma. 3 kinderen zijn duur, erg duur. Natuurlijk, zegt Karen. Ik snap het. Drew en ik hebben er ook over gepraat. Hij denkt hetzelfde. Het is OK voor een sterke man als Drew. Hij kan makkelijk andere banen vinden. Jij moet ook weggaan, Karen. Waarom ga je niet? Omdat ik heb beslist om de dingen hier te veranderen. Ik hou van het werk en de mensen die hier werken. De loon is goed. Maar we hebben meer veiligheid nodig. Dat is het. Dat is niet zo moeilijk. We gaan praten met de bazen en vertellen dat het erg belangrijk is. Ken jij Bob in Laboratorium 16? Nou, ga niet lachen, hij heeft me gevraagd voor de vakbond comité. Die mensen wachten niet op jouw uitspraak. Zei Susan. Waarom niet, zei Karen. En wat dan over jou? Wil jij op mij stemmen? Weet jij hoeveel vrouwen werken op deze fabriek. Maar ik ben de eerste vrouw die vraagt om hun stem. Susan lachte. Oké…
Maar ze kon geen goed antwoord vinden op de vraag van Karen. Een week later, toen we werkers moesten stemmen voor een nieuw comité, had Karen van de meeste vrouwen de stem. En een paar mannen stemden op haar. Ze zagen dat het erg nodig vond om dingen te veranderen in de fabriek, en iedereen was er mee eens dat veiligheid erg belangrijk was. Dus Karen was nu officieel een nieuw lid van de vakbond comité van de fabriek.
6, de ontmoeting in Washington
Een maand of 2 later ging het alarm opnieuw af. Dit keer was Karen aan het Scannen. Ze draaide zich snel om naar de mannen in witte jassen. Maar naar haar douche ze vroeg hun veel vragen over de veiligheid in het bedrijf. Ze waren bang. Ze wisten dat zij een van de leden van de vakbond comité was en ze waren bang voor haar. Al de bazen wisten Karen voor het comité werkte omdat ze altijd een notaboek in haar hand had. In haar notaboek schreef ze altijd wanneer de scanner alarmeerde, elke douche en elk ander gevaar in de fabriek. Ze vroeg veel mensen een paar vragen en schreef ze op. Het notaboek was erg vol. In september 1974 had de vakbond comité een ontmoeting. Iedereen kon zien dat de veiligheid in het bedrijf erg slecht was. Het comité had geschreven naar de vakbondsleiders in Washington en vroeg om hulp. 2 dagen later was er een telefoontje uit Washington. De leiders wilden de vakbond comité zien natuurlijk in Washington. Voor Karen was deze reis naar Washington een groot avontuur. Ze wilde het witte huis en alle andere leuke plaatsen in de eerst plaats van de USA zien. Maar ze had weinig tijd. Ze had veel tijd nodig voor het lange bezoek . Als eerste luisterde de leiders naar het verhaal van Karen en de andere over het bedrijf. Hun gezichten gingen steeds minder vrolijk staan. Karen wist precies wat er aan de hand was. De bazen maakte foto’s van de opberging en keken of het veilig was. Maar ik weet dat ze geheimzinnig deden over de negatieven. En waarom doen ze dat? Omdat het niet veilig is. Zei een van de leiders tegen Karen. Snap je wat je zegt mevrouw Silkwood? Het leven van veel mensen is in gevaar, als je gelijk hebt. Uranium is erg, erg gevaarlijk. Ik vertel u wat die mensen van die foto laboratorium vertellen. Zei Karen. Als het waar is, wilt de regering de zaak sluiten. Weet je wat dat betekend? Veel mensen verliezen hun baan. Het verhaal staat dan op elke voorpagina van elke krant. Karen keek niet blij. Wij willen alleen dat de managers een paar dingen in de fabriek veranderen en dat er meer voorzichtigheid is voor de veiligheid. Ik denk dat het te laat daarvoor is.
Na het gesprek leed een van de leider Karen naar de gang. Wacht voor mij een minuut, alstublieft. Zei hij. Hij nam Karen mee naar een kleine kamer en sloot de deur. Hij wilde niet dat iemand hen hoorde. Karen, we hebben een proef van de negatieve nodig. Zonder de negatieven gelooft niemand ons verhaal. Kan je aan een paar proeven komen? Wat voor proef heb je nodig? Iemand die naar binnen gaat in het fotografie laboratorium en die steelt een paar negatieve. We hebben het negatieve nodig voordat ze het zullen veranderen. Weet jij waar ze de negatieve bewaren? Ja, dat weet ik. Zie karen zacht. Maar het is erg moeilijk. Ik werk niet in het fotografie laboratorium. Als een van de managers me ziet, hoe moet ik dat uitleggen wat ik doe. Ik weet het niet. Daar kan je over nadenken. Maar we kunnen je niet helpen zonder die proeven. Er viel een ijzige stilte voor een minuut. Karen keek uit het raam. Het was een mooie avond. Ze dacht over die koude lach van Meneer Bailey en Susan haar gegil in de douche. Ik ga het doen, zie ze. Goedzo. Het is erg gevaarlijk. Niemand mag weten wat je aan het doen bent. Geen vrienden van het comité, niemand. Ik ben de enige persoon die het weet. Ik bel je over een week en je kunt vertellen of je het hebt. Niemand? Kan ik het niet vertellen aan mijn vriendje Drew? Vroeg Karen. Nee, het kan gevaarlijk zijn voor iedereen die het weet. Ik snap het. Ik ga doen wat ik kan, zei Karen langzaam. Wees heel, heel voorzichtig. Je bent een dappere vrouw. Ik vind het goed dat je er mee eens bent. Karen stond op. Buiten was de zon aan het schijnen, maar het voelde koud en alleen. Kan ik jouw bellen als ik iemand nodig heb om te spreken? Maar natuurlijk. Elke minuut, dag of nacht. Dit is mijn kaartje met mijn naam en telefoonnummer. Karen nam de kaart aan. Ze zag dat zijn naam Pete was. Ze keek naar hem en verliet de kamer.
7, de bruine envelop
Wanneer ze terug was uit Washington, wachtte Drew op het vliegveld. Heb je een leuke tijd gehad? Niet echt. De dingen in het bedrijf waren slechter dan verwacht. De vakbondsleider gaan dokters sturen die met iedereen gaat praten over het gevaar van Uranium. Slecht Karen. Je ziet er erg moe uit. Laten we naar huis gaan, lekker bier drinken en naar muziek luisteren. Vergeet de fabriek voor een avond. Karen keek naar Drew, naar zijn sterke gezicht. Ze wilde het hem vertellen, maar nee, ze mocht het aan niemand vertellen. Ze maakte een lach. OK. Wat vind je van een pizza in onze favoriete restaurant? Zei ze. De hele maand oktober 1974 vertelde Karen niemand over haar geheim, maar ze voelde zich erg eenzaam. Ze begon met ’s nachts te werken want dan werkte er minder mensen, en zo was het makkelijker op naar het fotografie laboratorium te gaan. Heel langzaam en behoedzaam, stalde ze de negatieven. Ze deed de foto’s in een bruine envelop en deed de envelop in een geheim gat in de muur van haar huis. Niemand wist dat het er was. Overdag werkte ze niet, het was moeilijk te slapen. Ze was bang voor de tijd. Ze voelde dat mensen op haar wachtte. De doktoren in Washington en de werkers. Nadat dat wilde iedereen haar helpen. Ze waren erg bang toen ze hoorde hoe gevaarlijk Uranium was. Daarom begon Karen een nieuw logboek. Overal waar ze ging in het bedrijf, was het logboek ook. De bazen zagen karen en zagen het logboek. Op een dag liet ze het even op de tafel liggen om suiker te halen in de koffiebar voor 2 minuten. Een manager probeerde het te pakken, maar een andere werker stopte hem. Wat ben je aan het doen? Dat is Karen haar boek. De manager’s hoofd liep rood aan en legde het boek weer neer. Maar de managers waren nu altijd aan het kijken naar haar. Het was nog moeilijker op de fotografie laboratorium in te gaan. Maar in de laatste week van oktober vertelde ze de vakbondsleider in Washington dat ze alle negatieven had. Dat is wonderbaarlijk, zei Pete’s zachte stem. Wanner je klaar bent, neem ik je mee om te praten met een belangrijke man van de New York Timers. Wij geven het verhaal aan de kranten, en die vertellen de wereld erover. Dan heeft de regering en de managers van de fabriek iets te doen over het gevaar van jouw werk. Geef me iets meer tijd, zei Karen. En ze legde de hoorn neer.
8, a ‘heet’ huis
Aan het begin van november was Karen klaar voor het gesprek met de New York Times journalist. De bruine envelop was vol. Toen Drew zijn werk wilde opgeven in de fabriek, het was te gevaarlijk. Hij wilde dat Karen het ook deed. Nu niet, zei Karen. Ze wilde erbij zijn met het gesprek met de New York Times. Ze wist dat ze daarna het bedrijf zou verlaten. Maar hoe ging ze dat zeggen tegen Drew? Karen was weer overdag aan het werken, en in de avond van 6 november toen ze in de scanner op weg naar huis, ging het alarm af. Ze had een andere douche. Na de douche ging ze naar huis, erg moe en niet blij. Toen ze thuis was, ging ze naar de badkamer voor een snelle douche en ging nar de keuken om brood te maken voor de volgende dag in de fabriek. Toen ging ze naar bed. De volgende morgen, 7 november, stond ze op en ging ze naar haar werk. Ze vergat haar brood uit de koelkast mee te nemen. Op weg naar het laboratorium passeerde ze de scanner. Toen hoorde ze weer het alarm geluid. Iedereen stopte met wat ze aan het doen aren. Het alarm ging nooit aan als er iemand binnen kwam. Alleen als ze weggingen. Iedereen keek naar Karen. Misschien is er wat met de scanner. Zei Susan. Maar de mannen in het wit kwamen en namen Karen mee uit de kamer. Nee, alstublieft…niet weer. Mijn hele lijf doet pijn van gister. Maar niemand luisterde. Ze douchte haar opnieuw. Maar da de douche deden ze niet weer de scanner test. Er was iets radioactiefs in haar lichaam. Wat betekent dat? Vroeg Karen. Niemand antwoorden. De dokter kwam en deed de test opnieuw. Hij schudde zijn hoofd. Waar was jij afgelopen avond> vroeg hij. Hier, zij Karen. Ik werkte laat.
Waar ging je heen na het werk?
Naar huis, natuurlijk. Ik was moe en ging naar bed.
Weet je het zeker?
Zeker? Natuurlijk, ik weet het zeker.
Heb je iemand anders gezien?
Alleen het andere meisje in me huis, Paula. Ik wenste haar goede nacht, ze lag al in bed. OK, laten we gaan. Zei een man in het wit.
Waar>
Wat is je adres?
26 Third Avenue west…waarom?
Ga ik de auto. En stel geen domme vragen. We beantwoorden geen vragen van dieven. Dieven? Wat heb ik gestolen?
Ga ik de auto.
Iemand duwde Karen in de witte auto. Het zat vol met mannen in het wit. Ze droegen allemaal die speciale witte kleren and mutsen die hun gezicht en lichaam beschermde, ze hadden allemaal een scanner. Ze reden naar Karen’s huis en opende de deur met Karen’s sleutel. Blijf in de auto. Zei een man in wit gewaad tegen Karen. Maar Karen luisterde niet naar hem. Ze volgde hem tot het huis en keek door de ruiten. De mannen gingen met hun scanners langs het huis, alles was radioactief de keuken, de slaapkamer, de badkamer. De keuken was erg ‘hot’, and toen de mensen de koelkast opende, was het geluid van de scanners erg luid. Het geluid kwam van de sandwiches. Ik wed dat ze dit vannacht heeft gemaakt, zei een man. Stom meisje. Ze heeft geluk dat niemand het gegeten heeft. Ze deden het brood voorzichtig in een zak. Dat was slechts het begin. Alles spullen van Karen werd in zakken gedaan, haar kleren, haar boeken, haar foto’s. Toen ze de foto van Drew pakte, kon Karen niet langer stil staan. Wat zijn jullie aan het doen? Het is maar een foto! Wees stil! Zeiden ze haar. Snap jij nou niets? Jou huis is erg radioactief. De muren zijn ook ‘hot’. We kunnen niets in je huis laten staan. Dat is niet veilig. Denk aan de andere mensen. Nou gaan we het huis sluiten en niemand mag er meer in. Bel je vriendin Paula en vertel haar dat ze andere slaapplek moet vinden. Vertel haar niet te veel. Niemand moet weten wat hier gebeurt. Mensen snappen dat niet en maken zich zorgen en worden bang. Dat is niet goed voor de fabriek. De fabriek…? Wie maakt zich nou zorgen over de fabriek? En wat dan met mij? Als mijn huis radioactief is, ben ik dat ook. Zegt karen. Waarom dacht je daar niet aan voordat je dat uranium stal? Ga naar je vriendjes zijn huis. Ga niet weg. Praat met niemand. We bellen je morgen en vertellen wat je moet doen. Ze deden alles in de auto en reden weg. Karen stond alleen midden in de straat. Ze dachten dat ze een dief was. Wie nam nou Uranium mee uit de fabriek? Iedereen wist hoe dom en gevaarlijk dat was. Ze keek naar haar lege huis. Er was niets meer in haar huis, behalve de bruine envelop in een gat in de muur.
9, waarheen?
Karen probeerde te denken. Ze was ‘heet’. Misschien was ze dood aan het gaan. Ze was een gevaar voor andere mensen, gevaarlijk voor Drew. Ze kon hem niet bellen. Ze was alleen. Ze vergat Pete in Washington. Ze zat op de grond te huilen. Ze wilde snel doodgaan. 3 uur later vond Drew haar daar. Ze zat stil op de grond. Haar gezicht was wit en leeg. Ze keek niet op toen hij naar haar toeliep. Karen, mijn Karen, kom met me mee. Iemand van de fabriek belde me. Ik weet alles. Karen…kijk naar me. Kom niet dichterbij, ik ben gevaarlijk voor jou. Wees niet zo dom, ik heb gesproken met een dokter van de fabriek. Hij zei dat jij voor niemand gevaarlijk was. Je hebt een douche gehad, dus je lichaam is niet radioactief. Karen keek ik zijn gezicht. En jij gelooft hem? Geloof jij nog iemand van die plek? Geloof jij dat ik uranium stal van de fabriek? Natuurlijk niet. Hebben ze dat tegen jou gezegd? Dat is vreselijk! Wacht tot morgen. Wanner ik daar heenga, gaan ze sorry zeggen dat ze dat ooit tegen jou hebben gezegd. Het is goed zo, Drew, ik ga dood. Zei Karen zacht. Ik weet niet hoe het gebeurt is, maar ik weet een ding. De mensen van die fabriek willen me dood zien. Karen…je bent moe. Je hebt een vakantie nodig. Je moet net zoals mij de fabriek verlaten. Ga met me mee naar huis. Huis? Ik heb geen huis meer. Karen zet haar handen op haar hoofd. Drew keek naar het lege huis. Zijn gezicht is wit en bang. Hebben ze dat gedaan? Karen….Mijn huis is jouw huis vanaf nu. Hij pakte haar handen en zette ze op zijn gezicht. Hij helpt haar in zijn auto, en ging naar huis.
10, Karen praat met Drew.
Die nacht konen Karen en Drew niet slapen. Ze zaten aan het praten. Hoe kan je huis zo radioactief zijn? Dat is DE vraag, zei Drew. Ik denk, antwoordde Karen, dat iemand iets radioactiefs in mijn tas heeft gedaan die avond voordat ik weer naar de fabriek ging. Ik herinner me dat ik mijn tas op de tafel had laten liggen voor een paar minuten koffie te drinken in de avond. Maar, Karen, wie deed dat? En waarom? Drew, ik ga je iets vertellen. Misschien ga ik dood nu, maar er moeten geen geheimen zijn tussen ons. Ik was er mee eens dat ik die foto’s moest stelen om bewijs te hebben. Ik heb de negatieven gestolen uit het fotografie laboratorium. Misschien zag iemand mij. Een van de managers. Je hebt foto’s gestolen? Wat voor foto’s? Waarom? Karen vertelde alles aan Drew. Hij was erg stil toen ze klaar was. Aan het einde, hij pakte haar hand. Karen, dit is erg gevaarlijk. Ik ben bang voor jou veiligheid. Misschien wilt iemand jou vermoorden. Wist jij niets van het gevaar toen de vakbond je vroeg dit te doen? Waarom was je er mee eens dit te doen? Omdat het me uitmaakt, Drew. Iemand moest dit doen. Waarom ik niet? Ik was bezorgd om jou, om Susan, om iedereen die ooit heeft gewerkt in de fabriek. Als we het gevaar niet stoppen, gaan we allemaal dood. Snap je het? Ja, ik snap het, zei Drew zacht. Maar ik snap niet dat jij al het gevaarlijke en moeilijke werk alleen doet. Jij moet niet alleen meer werken. Ik ben al de tijd bij je. Niemand gaat jouw meer pijn doen. Karen lachte. Het was goed om je het te vertellen. Ik heb een vriend nodig, en jij bent de beste vriend die er is. Maar het is niet lang meer. Na de ontmoeting met New York Times is alles bijna al klaar. Ik ga voor een paar dagen of meer. Maar ik vertel jou alles over nu. De volgende morgen belde Karen Pete in Washington en de vakbond comité in de fabriek. Ze vertelde hun over haar huis en dat de managers haar een dief noemde. Uit Washington klont Pete’s stem bang en bezorgt. De bedrijf managers proberen je bang te maken. Zeg niets, doe niets. We spreken hun en vertellen hun dat we weten wat er is met jou. Je hebt medische testen nodig en dat vertellen we hun. Karen wachtte in Drew zijn huis de hele dag. In de avond rinkelde de telefoon.
Mevrouw Silkwood? Zei meneer Bailey zijn stem koud. Jij en Drew en je vriendin Paula moeten naar Los Alamos voor testen. De doktoren daar weten alles over uranium en radioactiefheid. We hebben de vakbond gesproken. Wij betalen voor de reis en zij betalen de test. Maar wij weten dat jij uranium hebt gestolen - dat is de reden dat je zo radioactief was. Daar is geen ander antwoord op. Karen keek naar Drew. Jij en ik gaan naar Los Alamos voor medisch onderzoek. Maar ik ben er zeker van, dat de managers het weten. Ze weten wat ik echt gestolen heb. En ze gaan kijken als je weg bent waar het ligt. Ze vertellen aan iedereen dat ze kijken voor gestolen uranium. Maar ze vinden niets. Ze vinden ook geen negatieven.
11, de nachtelijke rit
Karen, Paula en Drew gingen naar Los Alamos voor de testen. De doktoren zeiden dat Karen’s lichaam een beetje radioactief was, maar Paula en Drew waren in orde. Dat was erg goed nieuws. Ze vertelde Karen dat ze nu niet in gevaar was. Maar ze vertelde ook dat ze niets wisten over de toekomst. Het duurt een paar jaar, zeiden ze, voordat we weten dat je helemaal in orde bent.
Hoge bergen rondom Los Alamos, Paula, Drew en Karen hadden een feest in een klein restaurant. Karen voelde zich stukken jonger. Ze ging niet dood. Zij en Drew hadden een toekomst voor eeuwig. Ze danste allemaal tot middernacht. De volgende morgen zouden ze teruggaan naar Oklahoma. Karen moest terug omdat ze een afspraak had die avond met de vakbond van de fabriek en daarna een afspraak met Pete en de Journalist van New York Times. Het was een belangrijke dag voor haar. Toen ze aangekomen waren bij het vliegveld in de ochtend. Eerder in die ochtend had Karen naar haar huis gereden. Ze was alleen omdat Drew aan het werk was. Ze had de sleutel en ging zachtjes naar binnen. Ze was binnen voor 3 minuten en ging daarna naar de afspraak met de vakbond van de fabriek. Die nacht van de afspraak, had Karen een grote bruine envelop in haar tas, de envelop was te groot voor in haar tas, iedereen kon hem zien. Alle werknemers waren erg blij toen ze hoorde dat Karen in orde was. Ze waren bang dat ze erg ziek was, maar toen ze haar vrolijk zagen kijken voelde iedereen zich beter. Ze kijkt zo blij, net zoals toen ze een jaar geleden begon te werken, dacht Susan. Een aardige, vrolijke meid, wie houdt van goede tijden en goede lachen. Na de afspraak wilde een paar mensen praten met Karen over de afgelopen dagen. Sorry, zei ze. Ik kan nu niet praten. Ik moet naar een andere afspraak. Met de goeduitziende Drew? Vroeg iemand met een vriendelijke lach. Ja, zie Karen. Met Drew. En nog 2 andere mensen, ze lachte. Moet ik je meenemen in mijn auto? Vroeg haar vriend Bob. Nee, bedankt, zei karen. Mijn auto staat hier. Het was al donker toen Karen de Fabriek verliet. Ze lachte naar al haar vrienden, en ging in haar kleine witte auto zitten en reed weg.
Karen is nooit gearriveerd bij de afspraak met Drew, Pete en de journalist van New York Times. Op de weg van de afspraak, een paar km van de kerncentrale, is ze verongelukt bij een muur bij de rivier. Het was 13 november 1974. Niemand heeft ooit de bruine envelop gevonden.
REACTIES
1 seconde geleden
A.
A.
uuhm, dit is het boek maar dan in het nederlands, helpt mij niet echt of verder te komen dus.
13 jaar geleden
AntwoordenO.
O.
handig toch als je geen Engels kan
Of geen zin hebt om t in t Engels te lezen
10 jaar geleden
J.
J.
helemaal toppie
11 jaar geleden
Antwoorden