Zakelijke gegevens:
a) Günter Grass
b) Katz und Maus, Steidl, Göttingen, 1961-2, 172 blz. (eerste druk 1961).
c) Roman
Eerste reactie:
a) Ik heb dit boek niet om een speciale rede gekozen. Het leek me een goed boek, ook omdat Grass de Nobelprijs voor literatuur heeft gekregen.
b) Het is een verwarrend boek in het begin. Je weet niet in welke relatie de ikpersoon tot de hoofdpersoon staat. Ook door de enorm lange zinnen en vele samengestelde bijvoeglijke naamwoorden is het moeilijk om te lezen.
Verdieping:
a) In het verhaal gaat het om Joachim Mahlke, zoon van een machinist, die bij
zijn moeder en Tante opgroeit. Zijn vader leeft niet meer. Hij is katholiek, gelooft niet in God, vereert wel de Heilige Maagd Maria en zit op het “Conradium Gymnasium”. Hij hoort bij een jongensgroep op school en brengt met hen veel tijd door op een schip, het wrak van de Poolse mijnenveger 'Rybitwa'. Hij hoort niet echt bij de groep, want hij is een beetje anders: hij bewerkt zijn haar met suikerwater, heeft veel last van verbranding door de zon en zijn belangrijkste verschil met de rest is zijn kolossale adamsappel. Die laatste probeert hij met en schroevendraaier die continue om zijn nek hangt te verbergen. Hij wil altijd overal de beste in zijn en doet alles met publiek en voor publiek. Hij roept altijd dat hij later een clown wil zijn. Hij behoort dan wel niet echt tot de groep, maar deze zal zonder hem niet hetzelfde zijn.
Het verhaal wordt verteld door Pilenz. Hij behoort tot dezelfde groep als Joachim. Hij schrijft het verhaal, omdat hij een schuldgevoel heeft. Hij is namelijk degene geweest die de kat op Mahlke’s keel heeft gezet (de kat zag de adamsappel aan voor een muis).
Als Mahlke kort na het begin van de oorlog 14 jaar word, kon hij noch zwemmen, noch fietsen. Hij mag gymles verzuimen, omdat hij een ongelooflijk zwak gestel heeft. In korte tijd leert hij zichzelf echter zwemmen en kon zo met de rest van de groep mee zwemmen naar het wrak. Hij dook heel vaak naar beneden om allerlei dingen uit het wrak mee naar boven te brengen. Daarmee kreeg hij aandacht van de groep. Ook in de gymles deed hij mee, en wilde altijd de beste van allemaal zijn.
Het verhaal begint op het punt dat Mahlke al kon zwemmen (d.m.v. flashbacks krijg je zijn achtergrond te horen). De jongens bevinden zich op een weide naast een slagbalveld. Pilenz en een medescholier zetten de slapende Mahlke een kat op zijn nek, omdat hij zo’n grote adamsappel heeft, die bovendien steeds als een muis beweegt. Mahlke komt er met een paar krassen vanaf.
Mahlke probeert altijd om zijn adamsappel te verbergen en draagt daarom altijd zijn schroevendraaier om zijn nek, en later zijn kwast. Ook heeft hij altijd zijn Maagd Maria om zijn hals hangen.
In de winter houdt een luitenant, een voormalige leerling van het gymnasium die een ridderkruis gehad heeft, een toespraak in de aula. Mahlke streeft daarna ernaar ook ooit met een ridderkruis in de aula op te kunnen treden. Bovendien zou zo’n kruis zijn adamsappel goed kunnen bedekken. Na de redevoering houdt een leraar een saaie en nationaal-socialistische toespraak.
Nog voor de volgende zomervakantie ontdekt Mahlke bij de redding van een vierde klasser een ingang van de cabine van de radiotelegrafist van de mijnenveger. Behalve hem mag niemand de cabine zien, en hij richt de cabine in met het grootste deel van zijn bezit, zoals boeken en een grammofoonplaat. Hij speelt daar zo luid muziek, dat het boven op het dek te horen is: onderwatermuziek. Later probeert hij de plek in een Mariakapel te veranderen.
Dan treedt een tweede Ridderkruisdrager in de aula op. Terwijl de soldaat als herinnering aan een gymnastiekles deelneemt, steelt Mahlke het kruis. Hij brengt het echter een paar dagen later bij de leraar en wordt van school getrapt. Hij gaat naar de “Horst-Wessel-Oberschule“ en meld zich later vrijwillig dan militair. Hij wordt soldaat, krijgt het Ridderkruis en wil op zijn oude school een voordracht over het front houden. Maar de leraar staat hem niet toe een redevoering te houden. Een paar dagen later treft hij de leraar alleen en slaat hij hem in zijn gezicht. Mahlke heeft zijn vakantiedagen opgemaakt en wil niet meer terug naar het leger. Hij gaat naar de cabine en is daar waarschijnlijk verdronken, Pilens krijgt namelijk geen teken van leven meer van hem.
b) Het verhaal speelt zich af in Duitsland en bedraagt een periode van 2 à 3 jaar.
Het wordt verteld door een bijpersoon, die dat in de ikpersoon doet. We zien het leven van de hoofdpersoon dus door de ogen van een kennis van hem. Het wordt in de verleden tijd verteld. Het is in chronologische volgorde, maar er zitten ter verduidelijking flashbacks in. De belangrijkste persoon is Joachim Mahlke, van de andere personages weet de lezer nagenoeg niets. Mahlke is een jongen die buitengesloten wordt door zijn uiterlijk. Hij wil in alles de beste zijn, overal beter in zijn dan de rest. Hij vereert de Heilige Maagd Maria, maar gelooft niet in God.
c) Het thema is oorlog en het beter willen zijn dan de rest. De titel slaat op het feit
dat de kat, Mahlke, altijd zijn muizen, zijn medemensen, wil overheersen. Er is dus een kat-en-muis-motief in het boek.
d) Dit werk is geschreven in 1961. In de jaren zestig waren de realistische en
psychologische roman erg in. Dat zie je ook wel terug in dit boek: de ikpersoon legt zijn gedachtegang bloot.
Informatie over de schrijver:
Ginter grass (geb. 16.10.1927 in Danzig), Duits schrijver.
Jeugd
Grass stamde uit een kleinburgerlijk, katholiek gezin en groeide op in Danzig. Al vroeg was hij enthousiast voor de nationaal-socialistische beweging. In 1937 werd hij lid van het Jungvolk. Hij werd in de oorlog ingezet als hulp bij de luchtdoelartillerie en uiteindelijk in tanks. De laatste dagen van de oorlog bracht hij, vanwege een zware verwonding, door in het ziekenhuis. Vervolgens kwam hij in Amerikaanse krijgsgevangenschap, waar hij zich bewust werd van het misdadige van de nazi-ideologie. Sindsdien is grass een van de meest kritische waarnemers van de Duitse geschiedenis en van de huidige maatschappij.
Eerste gedichtenbundel
Grass studeerde, nadat hij in een steengroeve had gewerkt, van 1949 tot 1956 aan de kunstacademie in Düsseldorf en in Berlijn. In deze tijd ontstond zijn eerste gedichtenbundel `Die Vorzüge der Windhühner` (1965), die getuigt van de `existentiële noodzaak` en `vrijheid` van de fantasie ten opzichte van de beperkingen van de realiteit. In 1955 werd Grass lid van de Gruppe 47, waar hij tot het laatst toe lid van bleef. Hij bracht meerdere jaren in Parijs door, waar zijn beroemde roman `Die Blechtrommel` (1959) ontstond. Sinds eind jaren `50 leeft hij als onafhankelijk schrijver in Berlijn.
Schrijven na Auschwitz
Grass formuleerde zijn zelfbewustzijn als schrijver als volgt: `Een schrijver, kinderen, is iemand, die tegen het verstrijken van de tijd schrijft` (`Aus dem Tagebuch einer Schnecke`, 1969). Het beslissende moment voor het werk van Grass` werken is de cesuur van Auschwitz en Adorno`s verdict, `na Auschwitz een gedicht schrijven is barbaars`. Grass zag dit niet als een verbod, maar als maatstaf voor een `schrijven na Auschwitz` (poëtische lezing 1990). In deze zin speelt het waarschuwen en het herdenken in zijn werken een wezenlijke rol. Zijn verhalen maken er aanspraak op politiek relevant te zijn in zoverre ze een realiteit beschrijven, die tot nu toe nog niet te voorschijn is gekomen om zo de historiografische kennis bijv. het bewustzijn van het individu te veranderen. Daarbij gaat het bij Grass nooit om een mogelijk utopische hoop, veeleer is voor hem - met Albert Camus` nieuwe uitleg van de antieke mythe van Sisyfos - het zich zonder illusies op het heden richten, de enig mogelijke ethische houding.
REACTIES
1 seconde geleden
I.
I.
kat - muis = Kat - Adamsappel van Mahlke of Mahlke als person! Dus niet Kat = Mahlke en Muis = andere personen!
19 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
Goed verslag! hier ben ik blij mee :)
14 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Mahlke hoort bij een groep, hij hoort niet echt bij de groep, en Pilenz behoort tot dezelfde groep waar Mahlke dus niet bijhoort? Beetje vaag. Voor de rest prima verslag
14 jaar geleden
AntwoordenT.
T.
Eeuhm... hij wil altijd overal de beste in zijn? in het boek wordt juist gezegd dat hij in verschillende dingen zo goed is, maar dat hij altijd bescheiden is..
Voor de rest prima
14 jaar geleden
Antwoorden