Gebruikte editie voor het boekverslag
Gebruikte druk: 2e
Verschijningsdatum eerste druk: oktober 2007
Oorspronkelijke titel: Die Stunde zwischen Hund und Wolf
Vertaling door Els Snick
Aantal bladzijden: 164
Uitgegeven bij: Cossee te Amsterdam
Beschrijving voorkant
De editie is mooi uitgevoerd en ingebonden. Op de voorkant staat een jonge vrouw in een rode coat die een omgeklapte paraplu tegen probeert te houden.
Genre van het boek
Er is sprake van een psychologische roman over eenzaamheid, leegte van de tijd en een verhouding tussen twee zussen.
Er is geen motto.
Het boek heeft geen opdracht
De flaptekst
Na jaren zonder contact komen twee zussen elkaar weer tegen. Ines, de grillige schilder, vraagt om hulp, maar stuit op kilte en afkeuring. Haar zus wil een streep onder het verleden zetten. Ze wil niet terugvallen in haar oude patroon van eeuwig en altijd de helpende hand toe steken.Met de wereld van haar zus – alcohol, liefdesaffaires, mislukking, zelfhaat en zelfmedelijden, steeds weer in die volgorde – wil ze niets meer te maken hebben. Maar ze wordt er wel in toenemende mate door gefascineerd. Als zij een affaire begint met Kai, de vriend van Ines, raakt ze in een dubieuze, roesachtige toestand van geluk, die ze merkwaardig genoeg toeschrijft aan het hernieuwde contact met haar zus.
Het uur tussen hond en wolf toont de desoriëntatie van een generatie die aan het leven de allerhoogste eisen stelt, maar steeds weer strandt op menselijke banaliteiten. Schijnheilige levensconcepten houden de illusie van een veelbelovende toekomst overeind. Soms is er van het leven en het hunkeren naar liefde en naar een zinvol en veilig bestaan amper meer over dan teleurstelling. Maar de hoop op verandering en de oude droom van carrière, liefde en een opwindend bestaan blijven hardnekkig knagen – een toestand die Silke Scheuermann melancholiek, humoristisch en aangrijpend weet uit te beelden.
Titelverklaring
In een interview met het blad “Spiegelonline” (27 maart 2007) verklaart Silke S. de titel zelf.
SPIEGEL ONLINE: Die "Stunde zwischen Hund und Wolf" bezeichnet den Moment, in dem Ines sich unter Alkoholeinfluss verwandelt. Wofür stehen die Tiere ?
Scheuermann: Der Hund steht für das Domestizierte, der Wolf für das Unheimliche. Wenn Tiere in den Alltag einbrechen, dann ist das ein schlechtes Zeichen. Sie deuten an, dass etwas nicht stimmt. Ich werde oft gefragt, ob der Wolf ein Werwolf sei. Ich habe aber eher an diese französische Redewendung gedacht . "Entre chien et loup" wird die Tageszeit genannt, in der der Tag zur Nacht wird.
Op blz. 65 van de roman geeft vriend Kai aan dat Ines van een hond in een wolf kan veranderen wanneer ze teveel drank op heeft. Ze slaat dan om van een aardige vrouw in een monster en vertoont vele kwaadaardige trekjes van dieren. (De hond die in een wolf verandert, vergelijkbaar met de man die in de West-Europese sage en soms sprookje (Roodkapje) in een “weerwolf” verandert.) Kai zegt tegen de vertelster dat hij dit het uur tussen hond en wolf noemt.
Structuur en/of verhaalopbouw
Het verhaal is niet ingedeeld in hoofdstukken. De ikvertelster, een dertigjarige, naamloze vrouw, vertelt over de ontmoeting van haar vier jaar oudere zus Ines. De vertelling duurt enkele weken, totdat Ines in een kliniek voor haar behandeling tegen alcoholisme wordt opgenomen. Er zijn tussen de passages witregels opgenomen, waarmee vooral verspringing van tijd wordt gerealiseerd. Verder wordt het verhaal vrij chronologisch verteld: er wordt weinig prijsgegeven over het verleden van de beide zussen. Dat lijkt opzet van Silke Scheuermann te zijn, waardoor het verhaal voor de lezer niet alles inkleurt.
Gebruikt perspectief
Er is sprake van een ikvertelster, die 30 jaar is, naamloos en die een\e 4 jaar oudere zus heeft. Zelf is ze min of meer een controlfreak (wat te zien is aan haar dagelijks af te leggen baantjes in het zwembad) . Ze is de protagoniste (hoofdfiguur) die weergeeft hoe haar zus altijd haar leven heeft beheerst. Haar zus is kunstenares (ze maakt schilderijen) en lijkt in een crisis te verkeren. De ikvertelster is journaliste en is kort ervoor teruggekeerd uit Rome naar Frankfurt (am Main)
Tijd van het verhaal
Er worden geen concrete data en jaartallen genoemd, maar er is sprake van een actueel verhaal in de 21 e eeuw.
Plaats van handeling
De plaats van handeling is de Duitse stad Frankfurt. Op zich is de stad niet van belang, ware het niet dat het symbolische decor van een grote stad noodzakelijk is voor de ondersteuning van de thematiek van eenzaamheid.
Samenvatting van de inhoud
De vertelster, een dertigjarige journaliste, wordt opeens geconfronteerd met de komst van haar zus Ines Franzen die vier jaar ouder is. De vertelster (die dus ook Franzen moet heten) is net teruggekeerd uit Rome, waar ze met een Italiaan getrouwd is geweest en als correspondent voor een krant heeft gewerkt. Uit alles blijkt dat ze niet zo blij is met de confrontatie met haar zus. Toch gaat Ines met de vertelster mee naar diens appartement, waar ze later wordt opgehaald door haar vriend Kai, wat een aantrekkelijke man is volgens de ikfiguur.
Kort daarop belt Kai op en zegt dat hij graag met de jongere zus wil spreken. De vertelster stemt erin toe. Kai is kunstfotograaf en maakt o.a. foto’s voor reclameboodschappen. Kai vraagt of Ines een tijdje kan komen inwonen bij haar zus, omdat ze uit haar woning moet, maar die wil daar zeker niet op ingaan. De volgende dag bezoekt ze een schilderijententoonstelling van Francis Bacon, waarop voornamelijk afbeeldingen te zijn van verdierlijkte mensen. (een terugkerend motief in de roman- zie ook de titel) Daarna loopt ze langs de Main en voelt zich “niets” .Een regel waarmee het boek ook begint.
Later bezoekt de vertelster Kai op zijn werk. Ze heeft eerst een gesprek met een medewerker van zijn kantoor, de jonge Flett, die er een theorie op nahoudt dat het meest romantische moment van een mens altijd verbonden is met consumptie van eten of drinken.
De vertelster gaat later met Ines winkelen en bezoekt daarna met haar een bar. (Orion Bar) Gestimuleerd door de drank begint Ines zeer verleidelijk te dansen: ze gaat geheel op in de dans. De vertelster ontmoet in die bar ook Carol, een vriendin van Ines met wie ze enige tijd een relatie heeft gehad. (het wordt niet geheel duidelijk of dit een op seks gebaseerde lesbische relatie is geweest) Maar Carol laat een aantal dingen over zus Ines los. Die is intussen al behoorlijk dronken geworden en wil dat Kai hen komt halen, maar Carol brengt de zussen thuis naar het huis van Kai.
Die is op dat moment niet thuis en de vertelster blijft (ingedommeld) wachten totdat Kai wel thuiskomt. Hij kleedt Ines uit en legt haar op bed. Hij vertelt haar dat Ines eigenlijk een alcoholiste is, bij het gebruik van drank ieder ogenblik kan omslaan in een bui van woede, agressie, melancholie. Hij noemt dat het uur tussen hond en wolf. Hij houdt van Ines maar hij vindt die omschakeling verschrikkelijk. Hij vraagt hoe ze naar huis zijn gekomen en de vrouw vertelt dat Carol hen gebracht heeft. Hij lijkt een beetje jaloers op Carol en vertelt bovendien dat die momenteel een vriendin heeft die een voorliefde heeft voor het maken van horrorfilms (Rebecca)
Een paar dagen later komt de vertelster bij de kapper vandaan en ze ontmoet een collega van haar werk die zich had ziek gemeld. Deze Richard is onlangs gescheiden en de lezer raadt het al: het komt tot een aardige partij seks. Een vrijpartij die tot plezier van beide partijen leidt. Aan de andere kant is er wel sprake van seks zonder liefde of genegenheid. Direct daarop belt Ines naar de vertelster om te zeggen dat Carol hen voor een etentje heeft uitgenodigd. Ze eten in een Thais restaurant en ook Rebecca ( de nieuwe vriendin van Carol) is aanwezig. Na afloop gaan ze met zijn vieren naar Rebecca’s huis. Het komt erop neer dat Rebecca en Carol kwetsende opmerkingen maken tegen Ines. Bovendien gaan ze aan de champagne. De vertelster wordt later door haar zus afgezet maar ze gaat later die avond toch naar het huis waar Ines met Kai woont. Ines zet het weer op een zuipen en sluit zich op in de badkamer. De vertelster belt Kai en die komt naar huis toe. Hij zegt dat Ines altijd mensen om haar heen heeft kunnen verzamelen die ze als het ware in haar macht houdt. Dan vertelt hij dat hij ooit als alcoholiste had leren kennen, toen hij zogenaamde bezorgritjes voor haar maakte. Als taxichauffeur leverde hij dan drank af bij de verslaafde alcoholisten. Op een keer was hij blijven wachten om te zien wat voor soort mens Ines was. Hij was verrast door haar schoonheid. Wanneer hij dat verteld heeft, worden ze verrast door een val van Ines in de badkamer. Ze is total loss en bovendien gewond en ze moet naar het ziekenhuis worden vervoerd. De vertelster bezoekt haar daar en neemt verrassenderwijs whisky mee voor haar zus. Vlak bij het ziekenhuis is de dierentuin en de vertelster gaat daar na afloop van het bezoek aan haar zus ook heen. Daarna gaat ze naar de woning van Ines en bekijkt de krabbels die ze als voorstudies voor haar schilderijen heeft gemaakt. Ze leest ook de legende van Apollo, heerser van de sferen en de tijd. De drie dierenkoppen van de slang symboliseren de drie aspecten van de tijd: de leeuw is het heden, de wolf het verleden en de hond de toekomst. Wanneer ze in het appartement is, komt Kai thuis . Het kan natuurlijk niet uitblijven : zij en Kai hebben seks op de vloer van het appartement. Het gaat op een vrij tederloze manier. Daarna eten ze samen nog iets in een nachtwinkel. Aangezien Ines in het ziekenhuis ligt, verblijft de vertelster enige tijd bij Kai en ze vertelt hem het een en ander over haar jeugd. Ze heeft altijd tegen haar oudere zus opgekeken die heel mooi was, terwijl zij zelf eigenlijk maar een dikkerdje was. Ze vertelt Kai over haar ervaringen met een plastisch chirurg die ze had geraadpleegd om liposuctie laten doen. Ze heeft echter geen vet maar vlees en hij raadt het haar heel erg af.
Wanneer ze Ines bezoekt, heeft ze opnieuw sterke drank bij zich. Ines vertelt dat ze na haar ontslag uit het ziekenhuis over een week, kan worden opgenomen in een ontwenningskliniek.
Ook Carol komt die keer bij Ines op bezoek. ’s Avonds ontmoeten de vertelster en Carol elkaar in de bar waar ze al eerder zijn geweest (Orion Bar) Ze praten over de lesbische relaties van Carol met Ines en Rebecca. Ook Kais relatie met Ines komt ter sprake. Hij had Carol gezegd dat ze Ines mocht bezitten als dat beter voor haar was. Op de terugweg loopt de vertelster naar huis en besluit dan maar weer langs Richard te gaan. Ze praten over een groots opgezette reclamecampagne waarin een Joodse vrouw de oorlog in herinnering brengt. Richard weet dat de vrouw op de foto wel joods eruit ziet, maar eigenlijk de vrouw van een ex-nazi is. Daarna hebben ze opnieuw seks en de vertelster beseft dat het geen seks was om de begeerte maar seks om te vergeten, zoals Ines de drank nodig had om te vergeten. Midden in de nacht gaat ze weer bij hem weg.
De volgende dagen ziet ze noch Kai noch Richard noch Ines. Ze besluit in een videotheek een aantal pornofilms te huren (misschien van Rebecca?) Maar ook bij het bekijken van de films krijgt de vertelster een leeg gevoel over zich. Ines heeft gevraagd of haar jongere zus haar naar de kliniek wil brengen en die doet dat. In een bos onderweg wil Ines uitstappen
Ze gaat op een plek in het bos huilend zitten en drinkt alcohol. Wanneer ze Ines zo ziet zitten, heeft de vertelster hoop dat het later allemaal weer goed zal komen, dat zij en Ines structuur in hun leven terug zullen vinden. Daarna rijden ze door naar de kliniek waar Ines door haar zus wordt afgezet. Ze blijft nog een hele tijd zitten en ziet tenslotte een vrouw en een kind naar buiten komen die blijkbaar bij de vader op bezoek zijn geweest. Ze zou de vrouw van alles willen vragen bijv. hoe het eraan toe ging in de kliniek. Daaruit blijkt dan toch de betrokkenheid die de vertelster met haar zus heeft.
Thematiek en interpretatie
Centraal in de roman staat de verhouding tussen de twee zussen in een moderne wereld. De jongere zus heeft altijd tegen de oudere opgekeken, omdat die mooier en succesvoller was. Zelf was ze een dikkerdje, maar ze ervoer ook steeds dat de zus voor een groot deel beslag op haar legde. Dat was altijd zo geweest en het zal altijd zo blijven. Nauwelijks is de vertelster terug uit Rome of haar zus duikt weer op en zou eigenlijk het liefst bij haar in huis komen. Op dat moment kan ze nog hard reageren dat ze dat niet wil, maar gaandeweg de handeling slaagt haar zus er toch in om haar voor zich te winnen in die zin dat ze zich zorgen gaat maken om het lot van Ines. Die is namelijk sterk aan de alcohol verslaafd geraakt, waarschijnlijk door een aantal mislukkingen in relaties (o.a. met Carol) en zit nu ook in een dip wat haar creativiteit betreft. Wanneer Ines dan dronken wordt en zich bijna in het uur tussen hond en wolf bevindt, grijpt de jongere zus toch in. Ze brengt haar zus naar het ziekenhuis, maar bezorgt haar daar vreemd genoeg toch weer sterke drank en zet haar uiteindelijk af in een ontwenningskliniek. Het einde is erg open, want er zelfs maar geen suggestie van de vertelster
over de afloop. Wel heeft ze even ervoor in de passage waarin ze Ines heeft gezien in het bos
hoop gekregen dat er toch nog enige structuur in het leven van beiden zou kunnen komen.
Want eigenlijk zijn beide jonge vrouwen gedesoriënteerd in een anonieme samenleving van een grote stad. De kunstenares in Ines kampt met een tekort aan creativiteit en haar relaties (o.a. Kai en Carol) maken haar leven niet eenvoudiger. Ze weet ook niet of ze wel lesbisch is. Om te vergeten stort ze zich in de drank. Datzelfde overkomt de jongste zus min of meer. Omdat Scheuermann zo weinig vertelt uit het verleden van de hoofdfiguren, blijft er veel te raden over: waarschijnlijk was er vroeger wel sprake van jaloezie tussen de twee zussen, waarbij de jongste altijd heeft opgekeken tegen het oudere, mooiere en flamboyantere zusje Ines. Ook haar vlucht naar Rome heeft blijkbaar niet veel anders opgeleverd dan een verbroken relatie (zelfs huwelijk ) met een Italiaan. Teruggekeerd in Frankfurt wordt ze onmiddellijk weer herenigd met haar zusje die een groot beslag op haar leven en tijd wil leggen. De controlfreak die ze is, raakt daardoor van de wijs. Haar manier om een uitweg te zoeken in het doolhof der vergetelheid en van de complexe maatschappij is seks met mannen. Zowel Richard als Kai moet eraan geloven en hoewel de fysieke bevrediging niet slecht is, zijn het eigenlijk ook voor haar substitutiepogingen om te kunnen vergeten. (datgene wat in het verleden is gebeurd waarover niet al te veel wordt prijsgegeven of moet de angst voor de toekomst worden weggestopt?) Immers, de symboliek van het sterrenbeeld Apollo met de driekoppige slang beeldt uit dat de wolf het verleden is en de hond de toekomst. Of is de hond het symbool van de trouw en het goede en de wolf het symbool van het verraderlijke en het slechte? Blijven de hoofdfiguren zich niet tussen die twee uitersten begeven, al gloort er aan het eind een sprankje hoop in de laatste ontmoeting in het bos op weg naar de ontwenningskliniek..
Wat de symboliek betreft is er ook nog twee keer sprake van een bijeenkomst in de Orion Bar Ines, Carol en de vertelster ontmoeten elkaar daar. De bar is genoemd naar de Griekse mythologische figuur die met zijn hond over de wereld zwierf.
Lees uit Wikpedia wat over Orion en Apollo staat geschreven en probeer de symboliek van de mythe op de roman toe te passen.
Orion is een jager uit de Griekse mythologie. Hij is de enige persoon op wie Artemis verliefd raakte. De broer van Artemis, Apollo keurde echter deze liefde af, en stuurde een reusachtige schorpioen achter Orion aan. In een poging om aan het monster te ontsnappen dook Orion in zee en zwom in de richting van Delos. Apollo zag dat, riep zijn zuster en wees naar het hoofd van Orion. "Zie je die man daar zwemmen?" vroeg hij. "Dat is een misdadiger die één van je nimfen heeft verkracht! Wedden dat je hem niet kunt raken?" Dit liet Artemis zich geen tweemaal zeggen. Zonder verder na te denken greep zij haar boog en trof de stip in de verte. Toen zij merkte wat zij had aangericht, was zij ontroostbaar en probeerde Orion op haar manier onsterfelijk te maken. Zij zette zijn sterrenbeeld aan de nachtelijke hemel, waar hij voor eeuwig de Schorpioen probeert te ontvluchten. Zelf besloot zij nooit meer op iemand verliefd te worden.
Lees ook hieronder het interview van Silke Sleuermann met Arjan Peters in De Volkskrant. In Duitsland werd het boek alom geprezen als exponent van een nieuwe Duitse schrijversgeneratie. Voor het lezen van boeken voor de literatuurlijst Duits lijkt de roman me in eerste instantie geschikt voor eindexamenkandidaten vwo.
Recensies
Alle Lansu in Het Parool van 13 december 2007 is niet zo enthousiast over de in Duitsland zo goed ontvangen roman.
Maar van die allerhoogste eisen en die oude droom heb ik bij deze jonge vrouwen niet echt veel kunnen bespeuren. Ja, ze hunkeren naar liefde, maar dat doen ze zo zonder overtuiging en passie, met zo veel naïviteit, dat de teleurstelling eigenlijk al in het verlangen besloten ligt. Daarom wordt hun onmacht ook nooit schrijnend.
En dan heb ik het nog niet gehad over het damesbladenproza waarin dit alles verbeeld wordt: 'Die avond liet ik de rol van een vrouw tot leven komen die mij in een andere gemoedstoestand vreemd zou zijn en die hunkerde naar liefde, een vrouw die bereid was op elke duwende, trekkende of vragende aanraking te reageren - en die beantwoordde met bewegingen waardoor ook haar wensen gerespecteerd konden worden.' Bent u er nog?
Nog één voorbeeld dan. Als ze door Kai naar bed wordt gedragen gaat dat zo: 'Ik zag de haast verloren geraakte mogelijkheid dat mijn leven, dat me steeds een opeenvolging van losse, onsamenhangende fragmenten had geleken, toch nog ooit één geheel zou kunnen worden.'
Dat het lot van de zusjes mij tamelijk koud liet, heeft verder alles te maken met de afstandelijke, nogal zielloze vertelstem.
Over de schrijfster
Bron: Wikepedia
Silke Scheuermann studierte Theater- und Literaturwissenschaften in Frankfurt am Main, Leipzig und Paris. Nachdem sie ihre ersten Gedichte in Literaturzeitschriften veröffentlichte, erschien 2001 ihr erster Lyrikband unter dem Titel Der Tag an dem die Möwen zweistimmig sangen. 2004 folgte ihr zweiter Band Der zärtlichste Punkt im All. Für das Jahrbuch der Lyrik 2007 (2006) wurde sie als Mitherausgeberin hinzugezogen. Neben Lyrik schreibt sie auch Prosa. 2005 veröffentlichte sie ihren Erzählband Reiche Mädchen, 2007 ihren ersten Roman Die Stunde zwischen Hund und Wolf, für den sie im gleichen Jahr mit dem Förderpreis zum Grimmelshausen-Preis ausgezeichnet wurde. Im Sommersemester 2007 trat sie eine Gastprofessur am Deutschen Literaturinstitut Leipzig an. Ebenfalls 2007 wurde sie zum Klagenfurter Wettlesen um den Ingeborg-Bachmann-Preis eingeladen.
Silke Scheuermann lebt in Frankfurt am Main.
Bibliografie
Eerder verscheen van Scheuermann een verhalenbundel “Omgeven door bliksem”
Bijlage: interview met Silke in De Volkskrant
In De Volkskrant van 30 november 2007 heeft de bekende recensent Arjan Peters een
interview afgedrukt met de schrijfster over deze roman. Hieruit wordt hieronder geciteerd.
Wie is de hoofdfiguur? Over haar jeugd horen we bijna niets, en van die tijd in Rome vernemen we kortaf dat ze daar getrouwd is geweest.
Scheuermann knikt. ‘Dat gebrek aan informatie is mijn opzet geweest. Het ging mij om de tegenstelling tussen die zussen: de ene een controlfreak die elke morgen in het zwembad ligt, de jongere een excentrieke kunstenares. De verschillen zijn duidelijk, maar al snel verandert daar iets in. De vertelster begint zelfs na enige tijd een verhouding met de vriend van haar zus, zodat er een complexe mengeling plaatsvindt.
‘Dat intrigeert me meer dan wanneer ik met een verklaring op de proppen was gekomen, zoals je die veelal in romans aantreft, door bijvoorbeeld uitgebreid te vertellen over de gedeelde jeugdjaren van die zussen. Verre van avontuurlijk.
‘Een verklaring maakt alles zo banaal, en kloppend. Door die de lezer te onthouden, spoor ik hem aan mee te kijken naar wat hier gebeurt, als met een camera. De waarneming van het heden is intenser als je niet wordt gehinderd door geruststellende informatie over de achtergrond van de personages.’
De vertelster voelt zich niets, ‘hier in dat, dat – ik zocht een scheldwoord – dat Nietrome, Nietparijs en Nietnew York’, zoals ze zegt als ze naar de rivier de Main blikt, bang te verdwijnen in een kolk die ze niet meer kan bedwingen.
Scheuermann: ‘De ervaring van een nieuwkomer in een grote stad. Ik woon in Frankfurt, en hoewel er charmanter plaatsen denkbaar zijn, denk ik dat dit verhaal zich in alle grote steden had kunnen afspelen. De vrees om te verdrinken in de anonimiteit. Je moet in een stad je eigen spoor achterlaten.’
Tijdens die verkenningen raakt de vertelster in figuurlijke zin steeds verder van huis, ze vergelijkt mensen veelvuldig met dieren, alsof er een permanente transformatie plaatsheeft. Zelfs in een bladenkiosk zit er eentje – als een dier in zijn terrarium.
‘Het was een van die kioskvrouwen van wie je je afvroeg of ze nog leefden of gewoon nog niet gevonden waren, met een prehistorisch hoofd dat direct op de schouders vastzat, net als bij een schildpad.’
Silke Scheuermann: ‘Op dat moment is de vertelster bang dat ze zelf ook zo eindigt.’ Het heden, de leeuw tussen hond (het verleden) en wolf (de toekomst) volgens de Griekse legende van Apollo, wordt bij de Duitse schrijfster een beangstigende, maar ook komische en avontuurlijke tussenfase – het is een fase waarin wij ons feitelijk elke seconde bevinden.
‘Aan het eind,’ zegt ze, ‘staat die zin waar de ochtendlijke zon de vertelster in de greep heeft: ‘(…) en ik keek naar de opgaande zon als naar een vijand die de kamer met zijn bewoners overwon doordat hij die steeds lichter maakte, een vijand die me telkens weer verraste met zijn uitzonderlijke schoonheid, ook nu weer, nu ik zag hoe de zonnestralen door de gordijnvezels priemden, hoe ze kleur kregen en als kleine, lichtgevende rasters, als zonnevlekken door de kamer wandelden, het tapijt overstaken, op de onderkant van het dubbele bed hupten, tot bij ons; ze marmerden de deken en mijn onderbeen in een onregelmatig patroon, als de huid van een exotisch dier.’
Scheuermann: ‘In de Europese traditie is het gebruikelijk de verandering van mens en dier als negatief te bezien, als een straf van de goden. Ik vraag me dat af, en deed dat al toen ik de Griekse mythen en sagen las tijdens mijn studie theater- en literatuurwetenschap. In Egypte is die verandering soms positief.
‘Ik word door dat tussengebied aangetrokken. In mijn gedichten wemelt het van heksen, trollen, weerwolven en waternimfen die zich daar ophouden. Het uur tussen hond en wolf is een realistische roman, maar aan de aantrekkingskracht van de ontregeling is zelfs voor de vertellende controlfreak niet te ontkomen.
‘Die kun je met taal bewerkstelligen: door vergelijkingen en associaties kun je de tover honoreren. En door die vertelster naar een Francis Bacon-tentoonstelling te laten gaan, waar ze oog in oog komt te staan met zijn portretten van verdierlijkte mensen.’
Zo’n verband ziet ze pas achteraf. ‘Tijdens het schrijven gebeurt veel onbewust, zoals je het beste gedicht maakt zonder te weten wat je doet. Mijn zinnen vertrekken vaak vanuit een realistische situatie, maar gaandeweg komt er een lyrische wending in; hoe dat verloopt weet ik zelf niet, maar ik beschouw het als geluk. Dan weet ik iets op het spoor te zijn.’
De vertelster wordt een ander leven in getrokken, gaat relaties aan, en vervalt toch in het patroon dat ze haar drinkende zus wil helpen: ze brengt Ines stiekem whisky als die in het ziekenhuis is beland, en rijdt haar ten slotte naar een ontwenningskliniek in de heuvels op een grondgebied dat Schlangenbad heet, een naam als uit een sage.
Die Ines heeft het mooi voor elkaar. Er gaat weer voor haar gezorgd worden. Zij is eigenlijk de grote constante in de roman, níet de redderende zus.
Scheuermann: ‘Vindt u dat? De oudere zus die van kinds af degene was die voordeed hoe je je moest gedragen, blijkt geen houvast te zijn. Voor de jongere is het misschien prettig te merken dat er ook nog een leven mogelijk is waarin je niet op alles greep hebt. Maar aan het eind van het verhaal weet de lezer helemaal niet meer hoe het met beiden verder gaat.
‘Daar wil ik hem hebben. Ik hoor van veel lezers dat ze graag een vervolg op deze roman willen. Ze verlangen een verklaring of oplossing. Gaat er één sterven, zoals zoveel verhalen eindigen – dan wéten we dat tenminste.
‘Tja. Ines kan ook haar leven weer op orde krijgen in die kliniek.’ Maar ze is ook in staat om kort na haar aankomst uit te breken. ‘Ja, dat zou handig zijn voor een vervolgdeel! Dat ik mijn personages tussen polen laat zweven, bezorgt lezers een ongemakkelijk gevoel.’ De gulle lach van Scheuermann verraadt dat ze daarmee voorlopig hoogst tevreden is.
In Duitse kritieken wordt haar werk – poëzie, de verhalenbundel Omgeven door bliksem (2006), de nieuwe roman – nadrukkelijk beschouwd als dat van een nieuwe generatie: de wemel van relaties, de flirt met de zelfkant, jonge personages wier levens niet op zekerheden stoelen, vervreemdende situaties in nachtlokalen en bistro’s.
Voor haar is ook dat niet zeker. Scheuermann: ‘Ik denk niet aan mijn generatie, die zich al dan niet aan traditionele verhoudingen zou spiegelen. Bij het schrijven zag ik twee individuen voor me: de zussen. Niet omdat ik dat zelf ken – ik heb alleen een broer, die computerspelletjes maakt in Amerika, maar ik wil weten hoe dat is: opgegroeid zijn met, vastzitten aan iemand die op je lijkt, maar die toch anders is.’
REACTIES
1 seconde geleden