Benzine prijzen

Dure benzine jaagt niemand de auto uit

De benzineprijs zit op een recordhoogte, maar de automobilisten lijken er niet echt mee te zitten. Ze rijden er geen kilometer minder om en leggen met hooguit een opgetrokken wenkbrauw 65 euro neer voor een volle tank euroloodvrij. Dat is bijna 150 gulden. “Mensen beseffen nog steeds niet dat 1,30 euro bijna 3 gulden is.

Je staat er niet bij stil, je gooit je tank vol en dan zie je het; “Benzine is duur, maar je denkt er niet echt over na. Omdat er wereldwijde vraag is naar benzine, wordt de brandstof flink duur. Als er bijvoorbeeld weer vakanties voor de deur staan, kan dat een prijsstijging van brandstof tot gevolg hebben. Een groot deel van de brandstofprijs is belasting. De prijs van een liter euro loodvrij bestaat voor ongeveer 87 cent uit BTW en accijns. De “kale” prijs komt uit op circa 41,4 cent. Samen maakt dat een prijs van 1,283 cent per liter.

De literprijs moet wel heel erg stijgen voordat mensen de fiets of het openbaar vervoer nemen. Vrijwel alle automobilisten dien in de avondspits hun tank volgooien peinzen er niet over de auto minder te gebruiken, nu de adviesprijs voor een liter euro loodvrij op een recordhoogte van 1,309 euro staat. Veel mensen hebben hun auto nodig voor hun werk, en kunnen hem absoluut niet missen. Sinds 1990 is de accijns die de overheid op een liter euro loodvrij heft, gestegen van 35,5 naar 66,5 eurocent. De olieprijs zorgt de laatste maanden voor een verdere groei van de benzineprijs. Het remt de groei van het aantal auto’s op de Nederlandse wegen niet af. Die is tussen 1991 en 2002 met bijna 1,6 miljoen gestegen. En ondanks de duurdere benzine is het aantal totaal door automobilisten afgelegde kilometers in diezelfde periode omhooggegaan van 74,7 miljard naar 91,9 miljard. Er is geen drempel, geen bepaalde literprijs waarbij mensen de auto vaker laten staan, concludeert Rob Boon van Bovag. Toen de literprijs in 1974 één gulden naderde, dacht iedereen: ‘als die prijs daar ooit boven komt, kun je het wel schudden. Later zeiden ze dat van twee gulden. Nu zit de literprijs omgerekend bijna op drie gulden”. Hoe dan ook, gereden zal er worden. Of de olieprijs stijgt of de overheid de prijzen verhoogt, voor veel automobilisten is er geen alternatief voor de eigen wagen. Mensen gaan alleen minder rijden als er in een klap een bedrag bij komt. “zegt Rob Boon van Bovag. “En dan nog is het effect tijdelijk. Als je wilt bereiken dat mensen vaker de auto laten staan, moet je de benzineprijs nog veel meer verhogen. Accijnsverhogingen dienen alleen om de schatkist te vullen.

Argumenten:
Als de automobilisten straks minder auto kunnen rijden omdat de benzine te duur is, zullen ze de fiets of het openbaar vervoer moeten nemen, hierdoor is er minder verkeer op de weg, en wordt het milieu minder belast.

De overheid wordt er beter van, zij verdienen hier veel geld mee.

Door de hoge benzineprijzen spreken meer mensen af op carpoolplaatsen om samen verder te rijden.

Automobilisten stappen over op het goedkopere diesel of LPG. Op dit moment ligt de adviesprijs voor een liter diesel 42 cent onder de prijs van euro loodvrij, en de prijs van de LPG zit op ongeveer 36 cent, alleen voor deze brandstoffen betaal je meer autobelasting.

Automobilisten kunnen niet meer met de auto naar het werk, de afstand voor fietsen is te groot, en de andere vervoerskosten worden niet vergoed, hierdoor moeten mensen verhuizen naar grote steden en de randstad, omdat daar het meeste werk te vinden is.

Conclusie:
Ik denk dat de automobilist gewoon doorrijdt als de prijzen stijgen, maar het moet niet al te gek worden. Waarschijnlijk worden de prijzen niet veel hoger want dan komen er wel weer benzineoorlogen, en dat kan fataal worden voor de tankstation-ondernemers, die moeten de laagste prijzen aanhouden om goedkoper te zijn dan de concurrent.

Alternatief:
Ik vind dat de overheid de accijnzen op de brandstoffen moet verlagen, hierdoor kunnen de tankstation-ondernemers de brandstof veel goedkoper aanbieden, en kan de consument weer onbezorgd tanken. Een andere optie is het openbaar vervoer veel goedkoper maken, zodat meer mensen de trein of de bus nemen.