Aandacht voor jeugdcriminaliteit
Iedereen kent het beeld wel van groepjes jongeren die ‘staan te hangen’. Ze doen vaak niemand kwaad, maar het roept bij veel mensen toch een gevoel van angst op. Ze staan er stoer bij met een sigaretje of een joint en een enkeling met een scooter. Af en toe ontstaat er een opstootje, die het gevolg is van verveling of gewoon een onschuldig stoeipartijtje is.
Jeugdcriminaliteit houdt in dat er schade en/of overlast is door jongeren tussen de 12 en 24 jaar. Dit is een maatschappelijk probleem, want iedereen kan zich onveilig voelen en last krijgen van jongeren die zich niet aan de normen en waarden en de wetgeving houden. Wat zou er gedaan kunnen worden aan jeugdcriminaliteit?
Geweld rond het veld is groepsgedrag. De gewelddadige supporters gaan groepsgewijs naar het stadion en treden in het stadion als een grote groep op. In trein of bus worden veel vernielingen aangebracht. De laatste jaren blijken de supporters in steeds grotere aantallen bewapend met messen, riemen, kettingen, wurgstokjes, hamers, schroevendraaiers en meer van dergelijk wapentuig op te treden. Vaak hebben ze zelfs vuurwapens of bommen bij zich met de bedoeling deze te gebruiken voor eigen verdediging. Binnen de stadions worden er allerlei maatregelen tegen vandalisme genomen, zoals beveiliging door hekwerken en zware politiebewaking.
In bussen, treinen en trams wordt veel vernield. Het kapot snijden van de bekleding van banken, het met viltstiften van alles en nog wat bekladden, het opentrappen van deuren en het kapot gooien van ruiten.
Er is hier zowel sprake van schade voor de passagiers maar er is ook schade voor het vervoersbedrijf. Schade voor de passagiers omdat die last van de vernielingen hebben zolang die niet hersteld zijn.
Schade voor het vervoersbedrijf, omdat dit voor de herstelkosten moet opdraaien.
Wat ook veel voorkomt bij het reizen met het openbaar vervoer is zwartrijden, dit wordt als een groot probleem beschouwd en wordt hard door de NS aangepakt. Hoge boetes worden uitgeschreven als je zonder kaartje zit en een conducteur komt hierachter.
Vandalisme rond het openbaar vervoer wordt voornamelijk gepleegd door jongens. De leeftijd ligt tussen de twaalf en achttien jaar met een top bij vijftien jaar.
Wat is nou de reden voor deze groep jongeren, voornamelijk jongens om zoveel vandalisme te plegen?
Hier zijn een aantal reden voor. Het begint allereerst bij de ouders van de jongere. De opvoeding komt deze tijd steeds meer in het geding doordat steeds vaker beide ouders werken. Hierdoor blijft er minder tijd voor het kind over. Dit kan een nadelig effect hebben op het kind. Als je thuis komt uit school wil je toch wel even lekker bij kletsen met één van je ouders of met iemand in ieder geval. Dit kan bij veel probleemjongeren niet. De opvoeding van de ouders is hiermee dus ook een grote oorzaak. Daarnaast spelen rond de 15-jarige leeftijd vrienden een grote rol in het leven van een kind. Zij hebben veel invloed op elkaar. Dit kan uitmondden in een gezellige, goede vriendengroep die helemaal niet vandalistisch zijn, maar het kan ook verkeerd gaan. Ze beginnen buiten te hangen en stoken elkaar op dat ‘die kutschool geen zak aan is’ en ‘dat je er toch niks aan hebt’. En ze gaan misschien wel net zoals in het voorbeeld de verkeerde kant op. Dan hangen ze op straat en dit kan wel gezellig zijn, maar elke avond hangen op straat moet na een tijdje zeker wel voor verveling gaan zorgen. Deze verveling kan in erg foute gebeurtenissen uitmondden. Hierdoor worden bijvoorbeeld allerlei dingen vernield of de openbare orde verstoord.
Wat valt er nou te doen aan deze gewelddadige jongeren?
Daar zijn verschillende mogelijkheden voor die taakstraffen worden genoemd. Deze taakstraffen zijn in drie groepen onder te verdelen: de werkstraf, de leerstraf of een combinatie van beiden.
Voor overtredingen als diefstal, inbraak, autokraak, mishandeling, joyriding en vernielingen kan een jongere een taakstraf krijgen. Met een taakstraf hoef je niet in de gevangenis en je kunt het combineren met school of werk, de taakstraf moet dus in de vrije tijd worden uitgevoerd. Van de taakstraf kan de jongere iets leren.
Het is niet alleen straf, de jongere doet kennis en werkervaring op en went aan een vast dagritme.
Er zijn aan een taakstraf strenge eisen verbonden; je moet op tijd komen, niet spijbelen of de kantjes eraf lopen.
Ook moet je, je net als iedereen aan de regels houden en een goede inzet en goed gedrag vertonen. Als beloning hierop kun je sneller van je taakstraf afkomen. Je hoeft dan in plaats van bijvoorbeeld 100 uur, maar 90 uur te werken. Alle afspraken worden zwart op wit vastgelegd door een coördinator. Bovendien krijg je maar één waarschuwing.
Als je de taakstraf goed uitvoert, maakt de instelling of organisatie een rapport voor de kinderrechter of de officier van justitie. Zijn zij tevreden en heb je een gesprek gevoerd met de coördinator dan zit je straf erop.
Doe je de taakstraf niet goed, dan loop je het risico in de gevangenis te komen of een geldboete te moeten betalen.
De aanpak van jeugdigen die voor het eerst in aanraking komen met de politie omdat ze een strafbaar feit hebben gepleegd, is er zoveel mogelijk op gericht de jongeren buiten het strafrechterlijk circuit te houden of hen er zo snel mogelijk weer uit te leiden. De politie kan na een gesprek met de jongere en de ouders/verzorgers, die op hun verantwoordelijkheid voor het kind kunnen worden aangesproken, en het opmaken van een rapport de zaak zelf afdoen.
Werkstraffen zijn de wellicht de bekendste en in ieder geval de meest voorkomende taakstraffen. De werkstraf kan oplopen tot maximaal 200 uur. Je moet werken bij een niet-commerciële instelling. Dat kan zijn als bijvoorbeeld schoonmaken in een ziekenhuis of onderhoudswerk in een kinderboerderij.
De leerstraf is onder andere gericht op verbetering van de houding en het gedrag van de jongere, om te voorkomen dat deze in het vervolg op het goede pad blijft. Er wordt vooral geprobeerd de sociale vaardigheden van de jongere te verbeteren, omdat veel van de jongeren die een delict hebben gepleegd niet goed kunnen omgaan met andere mensen.
Ik denk dat de leerstraf wel de beste oplossing is. Alleen een straf in de vorm van een werkstraf is niet genoeg. Veel jongeren vinden het juist wel lekker om even te werken en niet naar ‘die stomme school te hoeven’.
De werkstraf is wel goed, want het is geen commerciële instelling dus jongeren leren ook werken zonder dat daar een beloning tegenover staat.
Toch denk ik dat een combinatie van een werkstraf en daarna een leerstraf het beste zou zijn. Sociaal weten veel jongeren niet hoe ze zich moeten gedragen. Dit hebben ze thuis dan niet geleerd of ‘fout aangeleerd’. Ze weten vaak niet hoe ze een CV moeten schrijven of hoe ze een sollicitatiegesprek zo veel mogelijk in hun voordeel kunnen houden.
Dit zou verbeterd moeten worden. En doordat ze deze vaardigheden aangeleerd zouden krijgen zouden ze misschien hun kansen zien vergroten en daarbij ook een grotere motivatie krijgen om hun opleiding af te maken en daarna werk te zoeken.
En niet nog meer vernielingen aan de samenleving toebrengen.
REACTIES
1 seconde geleden
P.
P.
Dit is een uiteenzetting, geen betoog...
10 jaar geleden
Antwoorden