Hoofdstuk 2
Sinds Deng Xiaoping begin jaren ’80 het kapitalisme via een achterdeur naar binnen liet glippen, is China bezig met een onstuimige opmars in de wereldeconomie. China’s aandeel in de wereldhandel groeit snel en de verwachting is, dat dit pas het begin is. Inmiddels kijken Chinese bedrijven begerig over de grenzen van hun land. Op zoek naar nieuwe mogelijkheden.
Het gaat fantastisch snel en goed. Waar of niet? Voor wie dan? Voor iedereen? Daarom stellen wij de vraag:
2 Wat zijn de gevolgen voor de doorsnee Chinees?
2.1 Economische groei
Maar liefst 9,7% groeide de Chinese economie in het eerste kwartaal van dit jaar (2004). Daarbij groeit de bevolking de laatste jaren gemiddeld tussen de 1 à 2 procent. Bovendien laat de regering nauwelijks het prijspeil stijgen. Je zou kunnen concluderen dat de welvaart voor gewone burger enorm stijgt. Wat in een land als Nederland inderdaad zo zou zijn, maar dan maak je drie fouten.
Ten eerste, de toestroom van steeds meer mensen van het platteland, die ook in die rijkdom meedelen, is zo groot, wat groei van welvaart beperkt. De productiegroei wordt gestuwd door de buitenlandse vraag, de binnenlandse vraag is nog afdoende.
Het inkomen gaat voornamelijk naar scholing; kennis is de weg naar de wereldtop, en dat ziet het hele volk. Allen zijn bereid om ‘De Grote Sprong Voorwaarts’ te maken, maar nu echt. Hard werken, veel studeren, wonen en leven op basisniveau.
Ten tweede is de grootste uitgavenpost van de bedrijven zijn niet, zoals in de Westerse wereld, de lonen, maar de investeringen in nieuwe fabrieken, uitvindingen, ontwerpen, mogelijkheden, infrastructuur, educatie, enzovoorts. China investeert meer dan 3% van het BBP, volgens sommige buitenstaanders lijkt dit onhoudbaar in de toekomst, dit wordt het fenomeen ‘zeepbel’ genoemd. Maar de regering stimuleert dit, om de prijzen laag te houden, vooruit te komen en steeds meer mensen te laten deelnemen en profiteren van het wonder.
Ten slotte speelt die regering, ook hiervoor al genoemd, een heel grote rol. De overgang van geplande economie naar vrije markteconomie gaat gestaag. Zij leidt de economie en als zij ook maar het idee heeft de controle te verliezen, dan wordt er op de rem getrapt. China bepaalt haar eigen tempo. En dat is misschien wel de grootste ‘zegening van een dictatuur’. Het heeft er in China in elk geval voor gezorgd dat het tijdens een ongebreidelde groeiperiode niet gierend uit de hand gelopen is, omdat er van tijd tot tijd een adempauze is ingelast.
Het grote voordeel hiervan is ook, dat de kloof tussen rijk en arm niet erg groot kan worden. Maar dit betekent ook weer niet dat er géén verschil is. Want het platteland loopt achter in ontwikkeling. Men leeft er nog in dezelfde omstandigheden als decennia geleden en alleen de gelukkigen die hebben besloten om naar de oostkust te trekken komen in een stroomversnelling van welvaart en moderne maatschappij te recht. De nieuwe mensen worden klaargestoomd door zo snel mogelijk industriële kennis en vaardigheden te laten bijbrengen. Er is dus zeker wel sprake van tegenstelling. Maar door de weinige contacten tussen de twee tegengestelde gebieden – zorgvuldig in stand gehouden door de regering – voelt men dit niet zo.
De tegenstelling
Oostkust
Langs die uitgestrekte kust, wordt zeven dagen, varen hoog opgestapelde containerschepen af en aan en hebben moderne auto's de brede boulevards veroverd. En daar flaneren de Han Chinezen. Platteland
Als je vanaf de rijkste stad, Sjanghai, drie uur in westelijke richting rijdt; beheersen uitgestrekte velden en kleine lemen huisjes met ramen van landbouwplastic het beeld. Daar kunnen mensen zich met het verbouwen van voedsel nauwelijks in leven houden. 2.2 Industriële revolutie: Europa versus China Een heel andere situatie dus dan de Industriële revolutie in Europa. Waar de economische groei samenviel met hoogtij vierend liberalisme; een geheel vrije markteconomie waar de grote ondernemers het leven van het volk bepaalde. In China het tegenovergestelde. De strak geleide economie in alle opzichten, gaat over in een vrijere markteconomie met steeds meer internationale handel. Het tegenovergestelde van Europa anno 1800; een nachtwakersstaat met een liberale kijk op economie. Dat betekent ook weer niet dat daar direct allemaal menselijk en eerlijk verloopt. “Mensenrechten zijn dan wel voor het eerst opgenomen in de grondwet, maar of het iets wezenlijks zal veranderen aan zaken als vrijheid van meningsuiting en godsdienstvrijheid valt te betwijfelen. Net als met veel andere ontwikkelingen in China zal het ook hier een kwestie zijn van ‘twee stappen vooruit, één achteruit.” In China wordt er door overheid en ondernemers heel anders tegen mensenrechten aangekeken. China wil vooruit, door zo goedkoop mogelijk te produceren. In de fabrieken betekent dat hard werken op een kluitje voor weinig loon. Hier is de werknemer verzekerd van een gezonde werksituatie: houding, temperatuur, luchtvochtigheid, voorwaarden wat betreft werktijden en rechten als vakantie en zwangerschapsverlof worden voor iedereen in bepaalde mate wettelijk geregeld. Maar er zijn nog weinig mensen in China te vinden die ook vinden dat het zo moet zijn en dan vooral; om er in te investeren. Nu is het nog heel moeilijk om als afnemer een kijkje te nemen op de productieplaatsen. En commentaar geven op de manier van werken zal zeker niet gewaardeerd worden of averechts werken. Buitenlandse ambassadeurs worden met open armen ontvangen, mits zij aankomen met plannen waar voor het Chinese bedrijf eer en winst aan te behalen is. Maar het grote verschil is toch wel dat China’s economische groei niet alleen komt door eigen binnenlandse vraag of een nieuw soort product (zoals textiel voor Europa tijdens de Industriële Revolutie). China’s groei wordt mogelijk gemaakt door de markt buiten het eigen gebied. Het beïnvloedt de prijzen op de wereldmarkt, waar men in eerste instantie alleen denkt aan de lage prijzen van de ‘made in China’ producten. Maar men moet ook denken aan de vraag naar grondstoffen voor al deze producten. Hier wordt verder op ingegaan in het hoofdstuk over de gevolgen voor de Nederlandse/Europese markt. 2.3 Spreiding van welvaart en nationaliteiten Het grote verschil tussen de Industriële Revolutie van Europa in vergelijking met de enorme economische groei in het China van vandaag de dag is de spreiding van die vooruitgang. In Europa veroverde de textielindustrie al snel iedereen. Het vergde veel arbeid en iedereen profiteerde van de dalende prijzen. De sector was veel verweven met anderen en de vergrote koopkracht breidde dit nog meer uit. Dit in tegenstelling tot China waar vooral de technische sector wordt opgepompt en de economie sterk geconcentreerd enkel en alleen in de kustprovincies en Peking. Niet verwonderlijk dat er een enorme stroom arbeidsmigranten is. Peking heeft zijn handen vol aan hen, op zoek naar een beter leven. De partijbureaucraten op het platteland hebben daarom vrij spel. Die verantwoordelijkheid konden zij niet aan. Ze verrijkten zichzelf en de boerengezinnen vervielen tot bittere armoede. De boerengezinnen moesten steeds meer belasting betalen, soms zelfs meer dan de rijke stedelingen. Deze parasiterende bureaucraten worden steeds vaker mikpunt van de onvrede en wanhoop van plattelanders, zo blijkt uit de rellen van de afgelopen tijd. Nationaliteit
Han Chinezen vormen 92% van de bevolking. Zij zijn dus veruit in de meerderheid. De overige 55 nationaliteiten die zijn erkend in 1949, wonen voornamelijk in het midden en westen van China. Zij wonen dus in de hiervoor genoemde uitgebuite gebieden. Vergeleken met de oostkust; is dit ook een onderontwikkeld gebied. Het analfabetisme is daar zeker twee keer zo hoog als aan de oostkust. China probeert al decennialang het beeld in stand te houden dat alle nationaliteiten in goede harmonie leven en dat er geen interne spanningen zijn zoals in de voormalige Sovjet-Unie. Officieel zijn alle nationaliteiten gelijk en bestaat er vrijheid van geloof. Gebieden hebben niet het recht om zich af te scheiden. Rechtvaardige verdeling van welzijn? De gemiddelde Chinees zal nooit het welvaartspeil bereiken wat wij al in 1980 hadden. Ieder gezin een auto bijvoorbeeld. Hier doodgewoon, daar onbereikbaar. Als één miljard Chinezen een auto krijgen, is dat een ramp. Want die mate van vervuiling is te duur om weer ongedaan maken, dat is reëel onmogelijk. Vooral de hoeveelheid vragers (1,3 miljard) naar hogere welvaart is de oorzaak daarvan. Maar toch zullen de Chinezen een hogere welvaart eisen. En dat zal ten koste gaan van onze eigen mate van welvaart. Uiteindelijk zijn we gedwongen tot een mondiale rechtvaardige inkomens- en welzijnsverdeling. Dat is een goede zaak. Een voorstelling
Er zullen steeds meer consumptiegoederen nodig zijn. Wat de mondiale positieve conjuncturele groei in stand houdt. De allocatie van alle productie zal komen op de ideale plek. Dit is geen probleem, want transport blijft goedkoper worden en de logistiek wint nog steeds aan efficiëntie. Men zal moeten (en is daartoe bereid) in het rendement van grondstoffen en apparaten te investeren. Dat is een keus die we maken. Of veel zuiniger met grondstoffen omgaan, dus veel minder gaan autorijden, minder wegwerpverpakking en minder van de eigen auto gebruik maken. Of investeren in de duurzaamheid van onze dierbare hele wereld. Meer recyclen, investeren in rendement, meer openbaar vervoer, perfecte allocatie. Een wereldwijd proces waar iedereen van zal profiteren. China zak ons er toe dwingen.
2.4 Wereldpolitiek versus Chinese politiek: Milieu
De wereldpolitiek heeft nu vooral als doel duurzaam produceren en leven. “Een vorm van (economische) ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie, zonder de mogelijkheden van toekomstige generaties in gevaar te brengen.” En zoals gezegd, China zal dit proces alleen maar versterken.
De mate van verontreiniging die de enorme productie voortbrengt, tast het welzijn van de inwoners. Puur omdat de Chinese centrale overheid dit als een van de laagste prioriteiten ziet. Deze politiek is het resulteert in voor ons goedkope producten, maar dat ‘ons’ is ook weer niet blij met die milieuverontreiniging. Tegenstrijdige én gelijkgestelde belangen. Een compromis lijkt onvermijdelijk, maar diezelfde Chinese centrale overheid luistert niet naar adviezen op dat gebied. De Chinese overheid is Oost-Indisch doof .
Het kan zichzelf besturen en internationale bemoeienis wordt buiten de deur gehouden. Maar meer internationale betrekkingen lijken toch weer onvermijdelijk omdat datzelfde land heel afhankelijk is van de grote hoeveelheden in- en uitvoer. Het land is groot en brengt bijna alles voort, maar niet genoeg om iedereen in voldoende mate van dat alles te voorzien.
Zelfverzekerdheid
China is egocentrisch. En dat heeft een impact. Want in tegenstelling tot de EU denkt men weinig aan toekomst van het land. De welvaart neemt nog steeds toe en de mogelijkheden zijn eindeloos. Dat is waar de Chinese overheid vanuit gaat. Dit betekent in praktijk dat er weinig tot geen rekening wordt gehouden met mensenrechten, oppositie en in het bijzonder; milieu. Want immers, milieubeleid gaat ten koste van de concurrentiepositie. Er zijn nog geen of nauwelijks wetten met betrekking tot mensenrechten en milieu, een kwalijke zaak. In praktijk betekent dat verslechtering van het gehele milieu. In eerste instantie zal dat bij handelsoverleg met ondernemers van westerse bedrijven op weerstand stuiten, maar al snel zullen zij inzien dat individueel hier weinig tegen te doen is. De Chinezen bepalen voorlopig de voorwaarden. Want milieubeleid brengt hoge kosten met zich mee. Wat uiteindelijk de prijs van het product omhoog drukt. Dit wil de Chinese regering voorkomen. Het effect op de lange termijn - verslechtering leefomgeving, gezondheid beroepsbevolking en kwaliteit van bepaalde producten – wil men nog niet onder ogen zien. Water milieu “Want catastrofaal is die verontreiniging in heel China. Een aantal voorbeelden. Van alle middelgrote en grote Chinese steden is 80% zwaar vervuild. Eenderde van het land is door zure regen aangetast.”Maar een blijvend probleem is vooral, dat nu zelfs niet meer de industrie, maar de huishoudens nu de grote watervervuilers zijn geworden. 130 Steden kampen met ernstige schaarste aan schoon drinkwater! “Veel mensen in steden én dorpen zijn genoodzaakt zich te houden aan een rigide waterbeleid, waarbij miljoenen mensen alleen mogen douchen en wassen op een bepaald tijdstip, meestal midden in de nacht.” En dat is eigenlijk toch weer niet verwonderlijk. Als je kijkt naar wat er is gebeurd in de afgelopen 25 jaar; meer dan 500 miljoen Chinezen zijn geïndustrialiseerd. Dat is nog nooit eerder gehaald in de wereldgeschiedenis. Lozen zonder nadenken
Volgens de Chinese regering is het gebrek aan water een gevolg van klimaatveranderingen, maar eigenlijk ligt het aan de manier waarop er de in diezelfde 25 jaar omgegaan is met water. Veel te grote hoeveelheden water die er aan de rivier worden onttrokken. En dat is in principe nog niet eens zo erg, als je het daarna weer in ongeveer dezelfde staat terug laat vloeien. Maar de uiterts ouderwetse fabrieken die zich langs de rivier hebben gevestigd laten het water vol afvalstoffen ongezuiverd weer lozen. Ook de omvangrijke ontbossing die de afgelopen decennia langs de bovenloop van de rivier heeft plaatsgevonden heeft is een oorzaak. En dat is weer een gevolg van de groeiende behoefte aan landbouwgrond om tegemoet te komen aan de vraag naar voedsel. Bron: NRC 2 juni 2004 ‘Buiten Peking is groen gras schaars’ Duurzaam? Water is eigenlijk het ideale middel om vervuiling te verspreiden. Het dringt door tot de grond. Het verdampt en valt ergens anders neer. Dieren en planten nemen het op en laten het ergens anders weer achter of sterven door de giftige stoffen die er in zitten. Kortom, het verplaatst zich zonder het te kunnen tegenhouden. Een vervuilde bodem doet ook af aan het landbouwproduct. En aangezien nog een groot deel van de bevolking van landbouw afhankelijk is, zal de Chinese overheid snel moeten inzien dat het niet langer zo door kan gaan, en toch zal moeten luisteren naar wat milieuorganisaties en de rijke landen al jaren prediken: meer investeren in de duurzaamheid van land en economie. Olympische Spelen
Een echt goede oplossing is er dus niet, want de meeste aandacht gaat niet uit naar irrigatie van het platteland, maar naar de watervoorziening van de hoofdstad Peking. Die moet worden veiliggesteld, zodat de hoofdstad in 2008 goede douches en groen gras te bieden heeft voor alle sporters én toeristen die de stad tijdens de Olympische Spelen van dat jaar zullen bezoeken. Bron: NRC Handelsblad, 2 juli 2004 – ‘Buiten Peking is groen gras schaars’ 2.5 De welvaart neemt toe De nieuwe vorm van economisch beleid heeft zeker tot voorspoed gebracht aan China. Het reële gemiddelde inkomen van de doorsnee Chinees is sterk toegenomen. De links georiënteerde regering heeft het druk gehad met de economie in goede banen te leiden. Ook een rechte inkomensverdeling wordt nagestreefd, in tegenstelling tot het liberale bestuur in Europa tijdens de Industriële Revolutie. Want de situatie is soortgelijk. Velen Chinezen die in de industrie werken, werken in slechte omstandigheden tegen weinig loon. In onze ogen is het harde optreden van de overheid schending van de mensenrechten, maar in de ogen van de gemiddelde Chinees is dat optreden geoorloofd om de stabiliteit in de samenleving te handhaven. Het lage loon is voor hen hoog. De slechte omstandigheden vallen mee. Zij zien de economische groei als een groot wonder, en niet iets om tegen te protesteren. De gemiddelde Chinees is juist gemotiveerd om hard te werken en te studeren om de vooruitgang en voorspoed van het land in stand te houden/te vergroten. Zo denken ook de Chinese ondernemers en zo wordt meer dan 3% van het BBP geïnvesteerd. Vooral in kennis: research en onderwijs. Vele ouders laten hun kind(eren) studeren. Wat resulteert in meer afgestudeerden ingenieurs dan in de Verenigde State4n. Welzijn heeft echter meer aspecten dan welvaart. Welvaart toename van het reële inkomen. Welzijn heeft ook te maken met geluk, gezondheid en milieu. Met dat laatste nemen de Chinese ondernemers en bestuurders het niet zo nauw. Het milieu wordt flink vervuild. De schade aan het milieu en landschap wordt geschat op 170 miljard dollar per jaar. Zestien van twintig meest vervuilde steden van de wereld liggen in China. Helaas is de Chinese overheid voorlopig nog niet van plan hier verandering in aan te brengen, ondanks de druk van internationale organisaties. De welvaart in cijfers
In 2003 overschreed China een belangrijke mijlpaal in de economische ontwikkeling van landen: het BBP per hoofd van de bevolking is nu net boven de 1000 dollar. Ervaring in anderen landen leert dat een BBP tussen de 1000 en 3000 dollar een land grote veranderingen ondergaat op het gebied van sociale en economische structuren, op weg naar een hoger welvaartsniveau. De groep extreem armen is met 400 miljoen mensen afgenomen. Het aantal miljonairs is nu meer dan 100.000. De 40 miljoen Chinezen die op dit moment echt profiteren van China’s economische groei, werken voor goed presterende Chinese bedrijven of bij een westerse onderneming. Belangrijke kanttekening bij al deze cijfers is wel dat er grote regionale verschillen zijn: in oostkust liggen de cijfers op bijna westers niveau, maar in het westen behoren ze tot de laagste van de wereld. Opmerkelijk is ook, dat eigenlijk vrijwel alleen Han Chinezen profiteren, want alle etnische minderheden wonen in de grensstreken en in het achterland. Maar in de toekomst zullen grote verschillen hopelijk steeds meer vervagen. 2.6 De touwtjes in handen {Antwoord op deelvraag 2: Wat zijn de gevolgen voor de doorsnee Chinees?} Het blijkt dat - ook al is er een proces van democratisering en liberalisering – de centrale overheid in China overal nog een dikke vinger in de pap heeft en het volk hier vrede mee lijkt te hebben. De wereld daar in tegenstelling niet. Want diezelfde Chinese laat zich niet de wet voorschrijven door bijvoorbeeld Washington of Brussel. De doorsnee Chinees gaat er gemiddeld volgens de statistieken op vooruit (inkomen). Maar in praktijk blijkt dat eigenlijk verschillende factoren dit weer tegenwerken: Ten eerst profiteren voornamelijk de inwoners aan de kust hiervan. Het achterland blijft op een laag niveau qua bestaansmogelijkheden en vooruitgang. Bovendien kampen diezelfde kustgebieden met sterke milieuverontreining. De kwaliteit van de leefomgeving gaat in kwaliteit juíst aan de kust sterk achteruit. In sommige steden hebben kinderen zelfs nog nooit de zon gezien in zijn volle glorie door de dagelijkse smog! Langzaam zullen steeds meer mensen nodig zijn voor de industriële productie. Deze nieuwe mensen worden van het platteland gehaald. Dit verdeelt de welvaart steeds meer over de enorme hoeveelheid mensen, in de loop der tijd zullen steeds meer mensen meedelen in de economische groei. De overheid ziet dit ook als haar doelstelling. Maar negatieve effecten zoals de enorme milieuverontreiniging zullen tegengewerkt moeten worden om ook de welzijnsstandaard op lange termijn op peil te houden.
Langs die uitgestrekte kust, wordt zeven dagen, varen hoog opgestapelde containerschepen af en aan en hebben moderne auto's de brede boulevards veroverd. En daar flaneren de Han Chinezen. Platteland
Als je vanaf de rijkste stad, Sjanghai, drie uur in westelijke richting rijdt; beheersen uitgestrekte velden en kleine lemen huisjes met ramen van landbouwplastic het beeld. Daar kunnen mensen zich met het verbouwen van voedsel nauwelijks in leven houden. 2.2 Industriële revolutie: Europa versus China Een heel andere situatie dus dan de Industriële revolutie in Europa. Waar de economische groei samenviel met hoogtij vierend liberalisme; een geheel vrije markteconomie waar de grote ondernemers het leven van het volk bepaalde. In China het tegenovergestelde. De strak geleide economie in alle opzichten, gaat over in een vrijere markteconomie met steeds meer internationale handel. Het tegenovergestelde van Europa anno 1800; een nachtwakersstaat met een liberale kijk op economie. Dat betekent ook weer niet dat daar direct allemaal menselijk en eerlijk verloopt. “Mensenrechten zijn dan wel voor het eerst opgenomen in de grondwet, maar of het iets wezenlijks zal veranderen aan zaken als vrijheid van meningsuiting en godsdienstvrijheid valt te betwijfelen. Net als met veel andere ontwikkelingen in China zal het ook hier een kwestie zijn van ‘twee stappen vooruit, één achteruit.” In China wordt er door overheid en ondernemers heel anders tegen mensenrechten aangekeken. China wil vooruit, door zo goedkoop mogelijk te produceren. In de fabrieken betekent dat hard werken op een kluitje voor weinig loon. Hier is de werknemer verzekerd van een gezonde werksituatie: houding, temperatuur, luchtvochtigheid, voorwaarden wat betreft werktijden en rechten als vakantie en zwangerschapsverlof worden voor iedereen in bepaalde mate wettelijk geregeld. Maar er zijn nog weinig mensen in China te vinden die ook vinden dat het zo moet zijn en dan vooral; om er in te investeren. Nu is het nog heel moeilijk om als afnemer een kijkje te nemen op de productieplaatsen. En commentaar geven op de manier van werken zal zeker niet gewaardeerd worden of averechts werken. Buitenlandse ambassadeurs worden met open armen ontvangen, mits zij aankomen met plannen waar voor het Chinese bedrijf eer en winst aan te behalen is. Maar het grote verschil is toch wel dat China’s economische groei niet alleen komt door eigen binnenlandse vraag of een nieuw soort product (zoals textiel voor Europa tijdens de Industriële Revolutie). China’s groei wordt mogelijk gemaakt door de markt buiten het eigen gebied. Het beïnvloedt de prijzen op de wereldmarkt, waar men in eerste instantie alleen denkt aan de lage prijzen van de ‘made in China’ producten. Maar men moet ook denken aan de vraag naar grondstoffen voor al deze producten. Hier wordt verder op ingegaan in het hoofdstuk over de gevolgen voor de Nederlandse/Europese markt. 2.3 Spreiding van welvaart en nationaliteiten Het grote verschil tussen de Industriële Revolutie van Europa in vergelijking met de enorme economische groei in het China van vandaag de dag is de spreiding van die vooruitgang. In Europa veroverde de textielindustrie al snel iedereen. Het vergde veel arbeid en iedereen profiteerde van de dalende prijzen. De sector was veel verweven met anderen en de vergrote koopkracht breidde dit nog meer uit. Dit in tegenstelling tot China waar vooral de technische sector wordt opgepompt en de economie sterk geconcentreerd enkel en alleen in de kustprovincies en Peking. Niet verwonderlijk dat er een enorme stroom arbeidsmigranten is. Peking heeft zijn handen vol aan hen, op zoek naar een beter leven. De partijbureaucraten op het platteland hebben daarom vrij spel. Die verantwoordelijkheid konden zij niet aan. Ze verrijkten zichzelf en de boerengezinnen vervielen tot bittere armoede. De boerengezinnen moesten steeds meer belasting betalen, soms zelfs meer dan de rijke stedelingen. Deze parasiterende bureaucraten worden steeds vaker mikpunt van de onvrede en wanhoop van plattelanders, zo blijkt uit de rellen van de afgelopen tijd. Nationaliteit
Han Chinezen vormen 92% van de bevolking. Zij zijn dus veruit in de meerderheid. De overige 55 nationaliteiten die zijn erkend in 1949, wonen voornamelijk in het midden en westen van China. Zij wonen dus in de hiervoor genoemde uitgebuite gebieden. Vergeleken met de oostkust; is dit ook een onderontwikkeld gebied. Het analfabetisme is daar zeker twee keer zo hoog als aan de oostkust. China probeert al decennialang het beeld in stand te houden dat alle nationaliteiten in goede harmonie leven en dat er geen interne spanningen zijn zoals in de voormalige Sovjet-Unie. Officieel zijn alle nationaliteiten gelijk en bestaat er vrijheid van geloof. Gebieden hebben niet het recht om zich af te scheiden. Rechtvaardige verdeling van welzijn? De gemiddelde Chinees zal nooit het welvaartspeil bereiken wat wij al in 1980 hadden. Ieder gezin een auto bijvoorbeeld. Hier doodgewoon, daar onbereikbaar. Als één miljard Chinezen een auto krijgen, is dat een ramp. Want die mate van vervuiling is te duur om weer ongedaan maken, dat is reëel onmogelijk. Vooral de hoeveelheid vragers (1,3 miljard) naar hogere welvaart is de oorzaak daarvan. Maar toch zullen de Chinezen een hogere welvaart eisen. En dat zal ten koste gaan van onze eigen mate van welvaart. Uiteindelijk zijn we gedwongen tot een mondiale rechtvaardige inkomens- en welzijnsverdeling. Dat is een goede zaak. Een voorstelling
Er zullen steeds meer consumptiegoederen nodig zijn. Wat de mondiale positieve conjuncturele groei in stand houdt. De allocatie van alle productie zal komen op de ideale plek. Dit is geen probleem, want transport blijft goedkoper worden en de logistiek wint nog steeds aan efficiëntie. Men zal moeten (en is daartoe bereid) in het rendement van grondstoffen en apparaten te investeren. Dat is een keus die we maken. Of veel zuiniger met grondstoffen omgaan, dus veel minder gaan autorijden, minder wegwerpverpakking en minder van de eigen auto gebruik maken. Of investeren in de duurzaamheid van onze dierbare hele wereld. Meer recyclen, investeren in rendement, meer openbaar vervoer, perfecte allocatie. Een wereldwijd proces waar iedereen van zal profiteren. China zak ons er toe dwingen.
China is egocentrisch. En dat heeft een impact. Want in tegenstelling tot de EU denkt men weinig aan toekomst van het land. De welvaart neemt nog steeds toe en de mogelijkheden zijn eindeloos. Dat is waar de Chinese overheid vanuit gaat. Dit betekent in praktijk dat er weinig tot geen rekening wordt gehouden met mensenrechten, oppositie en in het bijzonder; milieu. Want immers, milieubeleid gaat ten koste van de concurrentiepositie. Er zijn nog geen of nauwelijks wetten met betrekking tot mensenrechten en milieu, een kwalijke zaak. In praktijk betekent dat verslechtering van het gehele milieu. In eerste instantie zal dat bij handelsoverleg met ondernemers van westerse bedrijven op weerstand stuiten, maar al snel zullen zij inzien dat individueel hier weinig tegen te doen is. De Chinezen bepalen voorlopig de voorwaarden. Want milieubeleid brengt hoge kosten met zich mee. Wat uiteindelijk de prijs van het product omhoog drukt. Dit wil de Chinese regering voorkomen. Het effect op de lange termijn - verslechtering leefomgeving, gezondheid beroepsbevolking en kwaliteit van bepaalde producten – wil men nog niet onder ogen zien. Water milieu “Want catastrofaal is die verontreiniging in heel China. Een aantal voorbeelden. Van alle middelgrote en grote Chinese steden is 80% zwaar vervuild. Eenderde van het land is door zure regen aangetast.”Maar een blijvend probleem is vooral, dat nu zelfs niet meer de industrie, maar de huishoudens nu de grote watervervuilers zijn geworden. 130 Steden kampen met ernstige schaarste aan schoon drinkwater! “Veel mensen in steden én dorpen zijn genoodzaakt zich te houden aan een rigide waterbeleid, waarbij miljoenen mensen alleen mogen douchen en wassen op een bepaald tijdstip, meestal midden in de nacht.” En dat is eigenlijk toch weer niet verwonderlijk. Als je kijkt naar wat er is gebeurd in de afgelopen 25 jaar; meer dan 500 miljoen Chinezen zijn geïndustrialiseerd. Dat is nog nooit eerder gehaald in de wereldgeschiedenis. Lozen zonder nadenken
Volgens de Chinese regering is het gebrek aan water een gevolg van klimaatveranderingen, maar eigenlijk ligt het aan de manier waarop er de in diezelfde 25 jaar omgegaan is met water. Veel te grote hoeveelheden water die er aan de rivier worden onttrokken. En dat is in principe nog niet eens zo erg, als je het daarna weer in ongeveer dezelfde staat terug laat vloeien. Maar de uiterts ouderwetse fabrieken die zich langs de rivier hebben gevestigd laten het water vol afvalstoffen ongezuiverd weer lozen. Ook de omvangrijke ontbossing die de afgelopen decennia langs de bovenloop van de rivier heeft plaatsgevonden heeft is een oorzaak. En dat is weer een gevolg van de groeiende behoefte aan landbouwgrond om tegemoet te komen aan de vraag naar voedsel. Bron: NRC 2 juni 2004 ‘Buiten Peking is groen gras schaars’ Duurzaam? Water is eigenlijk het ideale middel om vervuiling te verspreiden. Het dringt door tot de grond. Het verdampt en valt ergens anders neer. Dieren en planten nemen het op en laten het ergens anders weer achter of sterven door de giftige stoffen die er in zitten. Kortom, het verplaatst zich zonder het te kunnen tegenhouden. Een vervuilde bodem doet ook af aan het landbouwproduct. En aangezien nog een groot deel van de bevolking van landbouw afhankelijk is, zal de Chinese overheid snel moeten inzien dat het niet langer zo door kan gaan, en toch zal moeten luisteren naar wat milieuorganisaties en de rijke landen al jaren prediken: meer investeren in de duurzaamheid van land en economie. Olympische Spelen
Een echt goede oplossing is er dus niet, want de meeste aandacht gaat niet uit naar irrigatie van het platteland, maar naar de watervoorziening van de hoofdstad Peking. Die moet worden veiliggesteld, zodat de hoofdstad in 2008 goede douches en groen gras te bieden heeft voor alle sporters én toeristen die de stad tijdens de Olympische Spelen van dat jaar zullen bezoeken. Bron: NRC Handelsblad, 2 juli 2004 – ‘Buiten Peking is groen gras schaars’ 2.5 De welvaart neemt toe De nieuwe vorm van economisch beleid heeft zeker tot voorspoed gebracht aan China. Het reële gemiddelde inkomen van de doorsnee Chinees is sterk toegenomen. De links georiënteerde regering heeft het druk gehad met de economie in goede banen te leiden. Ook een rechte inkomensverdeling wordt nagestreefd, in tegenstelling tot het liberale bestuur in Europa tijdens de Industriële Revolutie. Want de situatie is soortgelijk. Velen Chinezen die in de industrie werken, werken in slechte omstandigheden tegen weinig loon. In onze ogen is het harde optreden van de overheid schending van de mensenrechten, maar in de ogen van de gemiddelde Chinees is dat optreden geoorloofd om de stabiliteit in de samenleving te handhaven. Het lage loon is voor hen hoog. De slechte omstandigheden vallen mee. Zij zien de economische groei als een groot wonder, en niet iets om tegen te protesteren. De gemiddelde Chinees is juist gemotiveerd om hard te werken en te studeren om de vooruitgang en voorspoed van het land in stand te houden/te vergroten. Zo denken ook de Chinese ondernemers en zo wordt meer dan 3% van het BBP geïnvesteerd. Vooral in kennis: research en onderwijs. Vele ouders laten hun kind(eren) studeren. Wat resulteert in meer afgestudeerden ingenieurs dan in de Verenigde State4n. Welzijn heeft echter meer aspecten dan welvaart. Welvaart toename van het reële inkomen. Welzijn heeft ook te maken met geluk, gezondheid en milieu. Met dat laatste nemen de Chinese ondernemers en bestuurders het niet zo nauw. Het milieu wordt flink vervuild. De schade aan het milieu en landschap wordt geschat op 170 miljard dollar per jaar. Zestien van twintig meest vervuilde steden van de wereld liggen in China. Helaas is de Chinese overheid voorlopig nog niet van plan hier verandering in aan te brengen, ondanks de druk van internationale organisaties. De welvaart in cijfers
In 2003 overschreed China een belangrijke mijlpaal in de economische ontwikkeling van landen: het BBP per hoofd van de bevolking is nu net boven de 1000 dollar. Ervaring in anderen landen leert dat een BBP tussen de 1000 en 3000 dollar een land grote veranderingen ondergaat op het gebied van sociale en economische structuren, op weg naar een hoger welvaartsniveau. De groep extreem armen is met 400 miljoen mensen afgenomen. Het aantal miljonairs is nu meer dan 100.000. De 40 miljoen Chinezen die op dit moment echt profiteren van China’s economische groei, werken voor goed presterende Chinese bedrijven of bij een westerse onderneming. Belangrijke kanttekening bij al deze cijfers is wel dat er grote regionale verschillen zijn: in oostkust liggen de cijfers op bijna westers niveau, maar in het westen behoren ze tot de laagste van de wereld. Opmerkelijk is ook, dat eigenlijk vrijwel alleen Han Chinezen profiteren, want alle etnische minderheden wonen in de grensstreken en in het achterland. Maar in de toekomst zullen grote verschillen hopelijk steeds meer vervagen. 2.6 De touwtjes in handen {Antwoord op deelvraag 2: Wat zijn de gevolgen voor de doorsnee Chinees?} Het blijkt dat - ook al is er een proces van democratisering en liberalisering – de centrale overheid in China overal nog een dikke vinger in de pap heeft en het volk hier vrede mee lijkt te hebben. De wereld daar in tegenstelling niet. Want diezelfde Chinese laat zich niet de wet voorschrijven door bijvoorbeeld Washington of Brussel. De doorsnee Chinees gaat er gemiddeld volgens de statistieken op vooruit (inkomen). Maar in praktijk blijkt dat eigenlijk verschillende factoren dit weer tegenwerken: Ten eerst profiteren voornamelijk de inwoners aan de kust hiervan. Het achterland blijft op een laag niveau qua bestaansmogelijkheden en vooruitgang. Bovendien kampen diezelfde kustgebieden met sterke milieuverontreining. De kwaliteit van de leefomgeving gaat in kwaliteit juíst aan de kust sterk achteruit. In sommige steden hebben kinderen zelfs nog nooit de zon gezien in zijn volle glorie door de dagelijkse smog! Langzaam zullen steeds meer mensen nodig zijn voor de industriële productie. Deze nieuwe mensen worden van het platteland gehaald. Dit verdeelt de welvaart steeds meer over de enorme hoeveelheid mensen, in de loop der tijd zullen steeds meer mensen meedelen in de economische groei. De overheid ziet dit ook als haar doelstelling. Maar negatieve effecten zoals de enorme milieuverontreiniging zullen tegengewerkt moeten worden om ook de welzijnsstandaard op lange termijn op peil te houden.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
J.
J.
Mooi werkstuk kan je mij alsjeblieft vertellen waar je al de informatie vandaan heb gehaald. Alvast bedankt voor de moeite
18 jaar geleden
AntwoordenP.
P.
goed ding jooow
18 jaar geleden
AntwoordenR.
R.
You are the Bomb
14 jaar geleden
AntwoordenC.
C.
Wat zijn jouw bronnen geweest voor je verslag?
13 jaar geleden
Antwoorden