Absolutisme.
Het absolutisme is een regeringsvorm waar het staatshoofd alle macht heeft, dit systeem is gebaseerd op een algemene onderwerping aan het staatsbelang. Vroeger was dit de meest voorkomende vorm, het was toen zo dat het meestal de koning de absolute monarch was die gelinkt werd aan goddelijkheid. De democratie van Athene vormde een pioniersrol met als doel het absolutisme te kunnen doorbreken wat vooral tot grote buitensporigheid leidde. Het Amerika voor Columbus, Azië en Europa leefden al eeuwen onder het absolutisme dat meestal op een godsdienst was gebaseerd. De koning nam zowel de wetgevende als uitvoerende macht als taak op zich, hij was dus oppermachtig. De belastingen werden voor hem opgehaald, hier betaalde hij het leger, ambtenaren en lakeien mee. Vanaf de 18e eeuw werd er meer rekening gehouden met de wil van het volk, de Franse revolutie heeft aan deze staatsvorm voorgoed een eind gemaakt.
ancien regime.
Met ancien regime wordt de periode bedoeld uit de Europese geschiedenis die begint aan het einde van de Middeleeuwen en eindigt met de Franse revolutie. Het is een tijd waarin de meerderheid van de Europese bevolking nog van de landbouw leeft en in kleine dorpen op het platteland woont. De samenleving is verdeeld in drie standen. Het bestuur is verbrokkeld en de politiek is in handen van een kleine groep bevoorrechte personen uit de samenleving. Toch heeft de ancien regime al moderne kenmerken. Ze zeggen daarom ook wel eens dat het de vroegmoderne of nieuwe tijd is.
Verlichting.
Met de Verlichting wordt de periode bedoeld van ongeveer 1650 tot 1800, waarin een verandering van denkwijze plaats vond in grote delen van Europa. In deze tijd bepaalde de godsdienst de manier van denken grotendeels. Er kwam een groep verlichtingsfilosofen op die de zelfde gedachten na streefden. Godsdienstige gedachten moesten niet langer het denkbeeld vormen, er moest meer aandacht komen voor zintuiglijke waarnemingen en de conclusies die uit die waarnemingen getrokken konden worden. Het logisch denken moest boven de godsdienstige overheersing staan. Mensen werden in hun handelingen en vooral gedachten beperkt door hun geloof: “God is het antwoord op alle vragen.” Door de verlichtingsfilosofen werd het licht als het ware aangedaan. Gedachten stonden niet langer in het teken van god maar in het teken van zintuiglijke waarnemingen.
Verlicht absolutisme.
Absolutisme waarbij de vorst zich niet meer beriep op zijn goddelijk recht op de troon, maar op zijn nut voor zijn volk. De verlichte despoot voerde hervormingen door in de geest van de Verlichting, maar daarbij was van volksinvloed geen sprake. Een verlicht-absolutistisch vorst kan men het devies toelichten: alles voor, maar niets door het volk.
Rationalisme.
Het rationalisme houdt het standpunt in dat de zekerheid van de kennis gebaseerd is op het feit dat het denken doorslaggevend is in het ontstaan ervan. Weliswaar is de bron van alle kennis de zintuiglijke ervaring, maar het is het menselijk denken dat over dat gene wat ik in de ervaring waarneem, zegt wat het is dat ik waarneem. Mijn zintuigen nemen iets waar, het verschijnt als gewaarwording in mijn bewustzijn en mijn denken zegt bijvoorbeeld dat het een hond is.
Het denken speelt dus een doorslaggevende rol. Het begrip hond kan bovendien niet uit de ervaring komen. Ik kan iets pas al hond herkennen als ik al op de een of andere manier het beeld, of begrip van een hond ken.
Voltaire.
De Fransman Voltaire werd in 1694 geboren in Parijs als François Marie Arouet. Deze schrijver en filosoof wordt als de belangrijkste vertegenwoordiger van de Verlichting beschouwd. Voltaire schreef niet alleen filosofische boeken en artikelen, maar ook drama, romans, geschiedkundige werken, theaterrecensies en essays over strafrecht en staatkundige aangelegenheden.
Hij kan worden beschouwd als een belangrijke voortrekker van de Franse Verlichting. Nooit heeft een schrijver zo de wetenschap en de brede algemene ontwikkeling van zijn leven en van zijn tijd beheerst als Voltaire. Goethe stelde dat Voltaire de aanstichter was van de Franse Revolutie, omdat hij de oude banden van de mensheid zou hebben losgemaakt.
Constitutionele monarchie.
Nederland is een constitutionele monarchie. Dat betekent dat de positie van de koning(in) is vastgelegd in de Grondwet, ook wel constitutie genoemd. In de Grondwet staat dat de koning samen met de ministers de regering vormt. De koning is het staatshoofd van het Koninkrijk der Nederlanden.
Ons land kreeg in 1815 een monarch (in de praktijk: een koning) als staatshoofd. Toen werd ons land dus een monarchie. Officieel is dat nog altijd zo, maar de invloed van het volk op de regering, via het parlement, is zodanig (geworden) dat we net zo goed kunnen spreken van een parlementaire democratie. Hoe dan ook: een en ander is geregeld in de constitutie (grondwet).
De constitutionele monarchie heeft de rol van het staatshoofd vastgelegd in de grondwet. In de praktijk komt het er dan op neer dat de macht bij het parlement ligt en niet bij het staatshoofd. Hoe dit precies wordt ingevuld verschilt per land. In een absolute monarchie heeft het staatshoofd onbeperkte regeringsmacht.
Grondrechten.
De grondrechten worden ook wel de mensenrechten genoemd. De tweede generatie van de mensenrechten staat voor economische, sociale en culturele rechten. Die rechten leggen de nadruk op sociale rechtvaardigheid. Iedereen heeft namelijk recht op voedsel, inkomen, onderdak, scholing en medische zorg bij ziekte. Dat zijn rechten die ieder mens heeft.
Mercantilisme.
Het mercantilisme is een economische stroming die is ontstaan in de 17e eeuw. De Mercantilsten zagen de internationale handel als de grootste bron van welvaart, waarbij rijkdom werd gemeten in hoeveelheden goud en zilver. Het streven was meer te exporteren dan te importeren met als doel de goud- en zilvervoorraden verder aan te vullen. In deze stroming werd met inflatie niet of nauwelijks rekening gehouden. De leer van het Mercantilisme moet gezien worden in het licht van een maatschappij waarin nog sprake was van feodale hiërarchie (alleenheerschappij van de adel) en een geringe economische groei. Als reactie op deze stroming ontstond in de 18e eeuw de Fysiocraten.
De begrippenlijst gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden