Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Alle woorden van blok 1, VT1 4vwo

Beoordeling 4.8
Foto van een scholier
  • Begrippenlijst door een scholier
  • 4e klas vwo | 487 woorden
  • 23 april 2003
  • 35 keer beoordeeld
Cijfer 4.8
35 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Frans woorden VT 1

trait= streep
dépendre de= afhangend van
souvent=vaak
la vitesse= de snelheid
la distance= de afstand
les véhicules= de vervoersmiddelen
rouler=rijden
s´afficher= verschijnen
le compteur= de teller
l´évaluation= de schatting
aisé= gemakkelijk
le réseau= het wegennet
êntre équipé de= voorzien zijn van
un marquage au sol= een wegmarkering
normalisé= gestandaardiseerd
pour que=opdat
séparer=scheiden

la signalisation= de markering

la voie de droite= de rechterrijbaan
la bande d´urgence= de vluchtstrook
il suffit de= het is genoeg om te
compter=tellen
qui vous précède= die voor u rijdt
trop près= te dichtbij
en cas de= in geval van
la visibilité réduite=het verminderd zicht
les intempéries= de slechte weersomstandigheden
la pluie=de regen
le brouillard= de mist
un point de repère= een aanknopingspunt

le temps de reaction= reactietijd
les feux stop= remllichten
eviter= voorkomen
persevoir= waarnemen
excéder= overschrijden
dance= opeengepakt
reduire= verminderend
vigilant= oplettend
conserver=houden

baignades= het zwemmen
camping= camping
sécurité routière=veiligheid

animaux=dieren
campagne= platteland
randonnée= bergen
voile= zeilen
pêche= vissen
forêt=meer
soleil=zon
respecter= respecteren
assurer= verzekeren
rouger=verbieden
jauner=afraden
demander= vragen
attacher=vastmaken
observer=storen
reserver=bekijken
jouer=spelen
refermer= weer sluiten
porter= dragen
emporter= meenemen
informer= zich op de hoogte stellen
méfier=wantrouwen
faudra=nodig hebben
penser=denken
……=plagen
taquiner=worden
laisser= achteraten
allumer= aansteken
utiliser= gebruiken
exposer= zich blootstellen

le drappeau= de vlag
la transquilité= de rust

le voisin=de buurman
la permission= de toestemming
la voiture= de auto
la ceinture= de riem
la parcours= het ritje
le parc= het park
la réserve= het reservaat
le culture= de akker
la cloture= het hek
la chaussure de marche= de wandelschoen
le météo= het weerbericht
la montagne= de berg
brassière de sauvetage= het reddingsvest
le vent de terre= de landwind
la permission= de vergunning
les déchets= het afval
le feu de camp= het kampvuur
le protection= de bescherming

mode= manier
déplacement= verplaatsing
utilisé=gebruikt
domicile=woning
études=de studie
préféré=lievelings
le choix= de keuze


des exos= des exercises
maths=mathématiques
un petit déj=un petit dejeuner
une mob= une mobylette
mon scoot= mon scooter
une manif=manifestation
sympa= sympathique
un resto= un restaurante
un intello=un intellectuel
un ado= adolescent
une caric=caricature
le ciné=cinéma
le bahut= middelbare school
mes potes=makkers, mijn vrienden
papoter=kletsen
son look=uiterlijk
branché=in de mode
le conseil= de raad
indiquer=aangeven
la précaution= de voorzorgsmaatregel
éviter=vermijden
embouteillé=verstopt, overvol
le pire==het ergste
se déplacer=zich verplaatsen
soit=oftewel
le bouchon= de file
malgré=ondanks

l’ étalement=de spreiding
un engorgement=een verstopping
le réseau routier= het wegennet
la tranche horaire= de periode
principal= voornaamste
l’itinéraire= de route,het trajecrt
surchargé=verstopt,overvol
dégager=wegleiden
la voie= de weg
encombré=verstopt, overvol
contourner=om…..heen rijden
au lieu de= in plaats van
déduire=aftrekken
le péage=de tol
rater le train= de trein missen
quotidien= dagelijks
se rendre à= zich begeven naar
la fierté= de trots
la certitude= de zekerheid
agité= levendig
désormais=inmiddels
l’ époque=het tijdstip
un usager= een gebruiker
se connaître= elkaar kennen
le prétexte= de aanleiding
l’ambiance= de sfeer

se rappeler= zich herinneren
les horaires= de dienstregelingen
une association= een vereniging
les habitués= de vaste klanten
les vacanciers= de vakantiegangers
bruyant= lawaaierig
perturber= verstoren
l’habitude= de gewoonte
confesser= toegeven
se lier d’amitié vriendschap sluiten
ce foutu réveil= die rotwekker
qui déconne= die kuren heeft
la mise en place= het aantrekken
le gilet de sauvetage= het reddingsvest
débarrassez-vous de= ontdoe u van
nous plongeons= we storten in zee
la soute= het bagageruim
dépêchez-vous= haast u
je préviens= ik waarschuw
rapatrié=teruggestuurd (naar uw eigen land)
ouste= vooruit

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.