A/B/C/D/E/F Vocabulary (deel 3) Hoofdstuk 5

Beoordeling 7
Foto van een scholier
  • Begrippenlijst door een scholier
  • 4e klas havo | 294 woorden
  • 19 juni 2018
  • 1 keer beoordeeld
Cijfer 7
1 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode

A:

alibi = alibi

arsonist = brandstichter

burglar = inbreker

capital punishment = doodstraf

manslaughter = doodslag

motive = motief

pickpockets = zakkenrollers

prove = bewijzen

robber = overvaller

robbery = overval

shoplifter = winkeldief

statement = verklaring

verdict = uitspraak

B:

approximately = ongeveer

award = toekennen aan

disable = onbruikbaar maken

effort = moeite

evade = ontduiken

injure = verwonden

property = bezit

recover = terughalen

remove = verwijderen

surface = oppervlak

suspect = verdachte

trace = spoor

tunnel = een tunnel graven

vault = kluis

victim = slachtoffer

abduction = ontvoering

caught in the act = op heterdaad betrapt

charge = te beschuldigen van

claim = beweren

collect = verzamelen

conviction = veroordeling

declare = verklaren

defendant = gedaagde

disappearance = verdwijning

evidence = bewijs

felony = zware misdaad

forensic = gerechtelijk

guilty = schuldig

implicate = impliceren; betrekken bij

investigate = onderzoeken

judge = rechter

juror = jurylid

possession = bezit

prosecutor = aanklager

resources = middelen

solve = oplossen

testimony = verklaring

trial = proces

violent = gewelddadig

attempt = poging

civilian = burger

complaint = klacht

escape = ontsnappen

inmates = gevangenen

landmark = bekend punt

lure = lokken

notorious = berucht

penal system = straffenstelsel

penitentiary = gevangenis

premises = gebouw; pand en terrein

presume = vooronderstellen

rigid = streng; star

shackles = kettingen; boeien

C:

cash = inwisselen

counterfeit = vals ; nep

deny = ontkennen

deposit = storting

down payment = aanbetaling

exaggerate = overdrijven

greed = hebzucht

perpetrator = dader

scam = zwendel

transfer = overboeking

urgent = met spoed

warn = waarschuwen

wire = telefonisch overboeken

corpse = lijk

culprit = schuldige

deceive = bedriegen

entitled = recht hebben op

insist = er op staan

paralysed = verlamd

pre- meditated = met voorbedachte rade

suspicion = verdenking

D:

awaiting = in afwachting van

ceasefire = staakt- het- vuren

constitution = grondwet

irregularities = onregelmatigheden

minority = minderheid

misleading = misleidend

separation = scheiding

sentence = vonnis ; straf

take credit for = eisen de verantwoordelijkheid op

tension = spanning

wittness = getuige

E:

attempted = poging tot

foul play = boze opzet

innocent = onschuldig

poison = vergiftigen

suffer from = lijden aan

will = testament

F:

access to = toegang tot
accuse = beschuldigen

allegedly = zoals beweerd wordt

appalling = verschikkelijk

contaminate = sporen uitwissen, bederven

gloomy = donker/duister

horrid = afschuwelijk

outburst = uitbarsting

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.