Reinaert de vos
Vragen en opdrachten
A-vragen
1. Hofdag in het dierenrijk ( vers 1 tot 496)
1. Mensen werden door middel van de proloog enthousiast gemaakt voor het verhaal dat ging komen, dus als de verteller een spannende proloog had, wilden de mensen ook graag naar het verhaal blijven luisteren.
2.
Isengrijn - Reinaert verkrachtte zijn vrouw
Courtois - Reinaert stal van hem een worst
Pancer - Poging tot moord van Reinaert op Cuwaert
Cantecleer - Reinaert had Coppe vermoord
Uiteindelijk werd op grond van Cantecleers klacht tot vervolging van Reinaert besloten
3. - Reinaert zei dat hij kluizenaar was geworden - Cantecleer wist dat de koningsvrede van kracht was, dus Reinaert mocht hem en zijn familie niks aandoen.
2. Willem die Madocke maakte. Literaire productie in de Middeleeuwen
8. Het was heel erg duur om een boek te maken, dus er was wel iemand nodig die dit kon betalen.
9. Vaak noemt de schrijver zijn naam niet in het verhaal, en
als hij het wel doet, dan doet hij dat in de loop van de proloog. Willem maakt zijn naam gelijk aan het begin van de
proloog bekend.
10. Er werden niet veel exemplaren van een boek gemaakt. Als er weinig exemplaren zijn, gebeurt het snel dat het boek weg is, dat er geen exemplaren meer van te vinden zijn. Ook werd vaak het boek bij het kopiëren verkeerd overgeschreven, dus had je geen boek meer die dezelfde tekst had als het origineel.
3. Lotgevallen van een beer (vers 497 tot 1042) 14. Bruun is zo hebberig wat betreft de honing, dat hij de regels vergeet en Reinaert met ‘jij’ en ‘lieve neef’ aanspreekt.
15.a “Matigheid is onder alle omstandigheden goed” Dit betekent zoiets als: te veel is altijd slecht, laat het altijd gematigd b Bruun is heel erg hebberig naar de honing en ook vast niet van plan er matig mee te doen. Waarschijnlijk wil hij alles opeten.
16. Zo kan Reinaert er niet op aangesproken worden dat hij Bruun heeft verwond en er kan niet worden bewezen dat Bruun bij Reinaert is geweest om hem te dagvaarden.
4. Dierenmanieren. Dieren in de middeleeuwse literatuur
22. De vos was een schadelijk roofdier en een beruchte kippendief die op het platteland honger en gebrek kon veroorzaken
23. - Dieren mochten als transportmiddel of als voedsel voor de mens worden gebruikt. - Het dier was met zijn gedrag mensen tot positief of negatief voorbeeld.
5. De kater en de das (vers 1043 tot 2049)
28. Bij de eerste twee dagingen lokt Reinaert de afgevaardigden in de val en doet hij er dus alles aan om niet mee naar het hof ven de koning te moeten. Bij de derde daging gaat Reinaert vrijwillig mee naar het hof en legt hij zelfs een biecht af bij Grimbeert.
29. De eerste keer valt Julocke in de rivier, de pastoor gaat haar redden. De jacht op Bruun wordt gestaakt, niemand heeft meer aandacht voor hem en Bruun kan wegzwemmen en zo zijn leven redden. De tweede keer redde Tibeert eigenlijk zichzelf door de pastoor zo ernstig toe te takelen dat deze flauwviel. Julocke droeg hem weg om hem te verzorgen en iedereen was Tibeert vergeten. Tibeert kon hiervan gebruik maken door de strik door te bijten en te ontsnappen.
30. De nieuwsgierigheid van het publiek, van de lezers.
6. Recht en onrecht. Juridische aspecten in de Reinaert
35. vete-recht: Het slachtoffer mocht de dader precies hetzelfde aandoen. (oog om oog, tand om tand)
procesrecht: Het slachtoffer kon de dader aanklagen, door middel van een proces werd dan gekeken of er schuld kon worden bewezen.
36. Hij vraagt zich af of het nieuwe procesrecht wel zo goed functioneert. Hij denkt dat uiteindelijk het recht toch weer in eigen hand genomen zal worden. Of dat er zo recht gesproken wordt dat de rechter er zelfalleen maar beter van wordt.
7. De rollen omgedraaid (vers 2050 tot 2795)
40. Reinaert leidt de aandacht naar Isengrijn (vers 2095) en laat het publiek denken dat Isengrijn altijd heel gemeen was tegen Reinaert. Dan begint hij over een schat die hij in zijn bezit heeft (vers 2134), en hoe hij die schat had gestolen. Daarna vertelt hij over een moordaanslag die op de koning gepleegd zou gaan worden (vers 2148). Hij vertelt dat zijn
vader, Isengrijn, Tibeert Grimbeert en Bruun in het complot tegen de koning zouden zitten. ( vers 2248 – 2250)
Reinaert vertelt een heel verhaal over zijn vader, de schat en het complot tegen de koning en leidt zo de aandacht van zichzelf af.
41. - Reinaert zegt dat zijn vader en Grimbeert in het complot tegen de koning zaten. Door dit te vertellen, schendt hij een erecode: in een clan verraadt men elkaar niet. (vers 2520 – 2527)
- Reinaert zegt niet meer te liegen vlak voor zijn dood omdat hij niet naar de hel zou willen. (vers 2164 – 2238)
8. Lering en vermaak. Het publiek van de Reinaert
47. Bij een dierenverhaal worden de mensen niet bij name genoemd en moeten de mensen vaak lachen om de domheid van ‘anderen’, terwijl het verhaal eigenlijk over henzelf gaat. Dit is dus een handige manier om kritiek te leveren op het publiek, omdat ze je er niet op aan kunnen spreken dat er kritiek op hen geleverd wordt. Misschien merkte veel mensen wel niet eens dat het verhaal over hen ging.
48. Omdat Reinaert meineed pleegt, grote leugens vertelt en lak heeft aan God en gebod. Dit zou de burgerij, en elke andere middeleeuwer, niet graag over zichzelf zeggen.
9. Eind goed, al goed? (vers 2796 tot 3469)
52. Firapeel stelt voor Belijn de ram aan Bruun, Isengrijn en Hersint te ‘geven’ (= vogelvrij te verklaren) als verzoening voor het onrecht dat hen is aangedaan en te hopen dat Bruun en Isengrijn zich met de koning willen verzoenen. Vervolgens stelt hij voor Reinaert vogelvrij te verklaren.
53. Nee, het verhaal heeft geen happy end. Nobel heeft zich tegen de onschuldige familie van Belijn gekeerd, waardoor er weer nieuwe vetes ontstaan en Reinaert loopt nog steeds vrij
rond.
10. Voor elk wat wils. De Reinaert door de eeuwen heen.
De antwoorden gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden