Nederlands Taalschat blok 4 opdr 19
Spreekwoord-Definitie
De lamme leidt de blinde | Twee mensen hebben beiden een gebrek en helpen elkaar, maar het levert niet veel op |
In het land der blinden is eenoog koning | Tussen mensen die niets kunnen, valt iemand die een beetje presteert al gauw op |
Daar zul je je geen buil aan vallen | Daar is niet veel risico aan verbonden |
Eigen schuld, dikke bult | Je bent zelf verantwoordelijk voor tegenvallers |
Duizend doden sterven | Het zeer zwaar hebben of heel erg bang zijn |
Eruitzien als de dood van Pierlala | Eruitzien als een geraamte |
Oost-Indisch doof zijn | Net doen alsof je iets niet hoort (omdat het je niet uitkomt) |
De ouderdom komt met gebreken | Als je ouder wordt, krijg je steeds meer kwalen |
Iemand hartkloppingen bezorgen | Iemand erg laten schrikken |
Iemand/iets kunnen missen als kiespijn | Helemaal niet op iemand of iets gesteld zijn |
Het middel is erger dan de kwaal | De oplossing van het probleem levert meer nadelen op dan het probleem zelf |
Deze vergelijking gaat mank | Deze vergelijking klopt niet |
De pleuris is uitgebroken | Er zijn grote moeilijkheden ontstaan |
Een rolberoerte krijgen van het lachen | Vreselijk moeten lachen |
De laatste stuiptrekkingen | De laatste, krampachtige uiting voor het definitieve einde |
Zout in de wond wrijven | Iemand kwetsen als hij het al moeilijk heeft |
Zachte heelmeesters maken stinkende wonden | Halve maatregelen verergeren het probleem alleen maar |
Oud zeer | Iets wat al heel lang narigheid veroorzaakt |
Een ziekte komt te paard en gaat te voet | Mensen worden vaak plotseling en snel ziek maar genezen langzaam |
Dat klopt als een zwerend vinger | Dat klopt precies, zo is het maar net |
REACTIES
1 seconde geleden