Tekstverband |
signaalwoorden |
Concluderend |
Dus, concluderend, de slotsom is, dan ook |
Doel-middel |
Om te, waarmee, opdat |
Oorzaak/gevolg |
Doordat, daardoor, zodat, waardoor, dan ook |
Opsommend |
En, vervolgens, niet alleen...maar ook, zowel…als |
Redengevend |
Want, omdat, daarom, immers |
Samenvattend |
Kortom, samenvattend, alles bij elkaar |
Tegenstellend |
Maar, echter, toch, enerzijds…anderzijds |
Uitleggend |
Bijvoorbeeld, dat wil zeggen, met andere woorden |
Vergelijkend |
Net zo als, zoals, evenals |
Voorwaardelijk |
Mits, wanneer, als, indien |
Informeren: Hij beoordeelt gegevens niet, maar verstrekt ze alleen. Tekstsoorten: nieuwsbericht, logboek, notulen, encyclopedie tekst.
Uiteenzetten/ verklaren is ook een informerend schrijfdoel; de schrijver vertelt de lezer hoe het zit, hoe iets werkt.
Tekstsoorten: handleiding, instructie.
Opiniëren De schrijver wil de lezer aan het denken zetten, hem een eigen mening laten vormen, ook door te laten merken hoe hij er zelf over denkt.
Tekstsoorten: achtergrondartikel, ingezonden brief, commentaar, opiniërend artikel.
Overtuigen: De schrijver wil dat de lezer zijn mening overneemt.
Tekstsoorten: ingezonden brief, commentaar
Activeren: De lezer moet iets gaan doen.
Tekstsoorten: pamflet, open brief, reclame/advertentie, recensie
Amuseren: Hij wil dat de lezer geniet van zijn tekst. Alle verzonnen teksten vallen hieronder
Tekstsoorten: gedicht, verhaal, opstel, liedtekst, sprookje, roman (leesboek)
REACTIES
1 seconde geleden