Cursus 1.1
De watersnoodramp was een ramp in de nacht van februari in 1953. Er was springvloed, vloed en storm. De mensen vonden het maar niks en gingen rustig naar bed maar wat ze niet wisten was dat de dijken het niet zouden houden en dat er een gat in de dijken kwamen de mensen gingen rustig slapen zoals ik al zei. Tot dat het water binnen de huizen stroomden en de kerkklokken luiden pakte de mensen hun spullen en vluchtte het dak op totdat ze gered zouden komen worden.na 5 dagen kon je pas de schaden zien meer dan duizenden mensen en dieren zijn hierdoor gestorven en verdronken na de watersnoodramp werd er een deltaplan uitgevoerd het was een ingewikkelde idee maar het werkt want als het water hogen dan 3 meter komt te staan dan gaan de sluizen dicht en waarom de sluizen open zijn is voor de natuur de dieren gaan van zoet water naar zout water of andersom.
Hoog en laag Nederland en NAP.
Nap is dat je boven de Amsterdamse peil eigenlijk bedenkt heet Normaal Amsterdamse Peil dus als je boven Nap zit dan zit je in hoog Nederland dat betekent dat we sommige heuvels hebben. In laag Nederland dan zit je onder NAP bijvoorbeeld Zeeland en in laag Nederland kon het zo zijn dat als we net als vroeger de dijken hadden dat het nog kon overstromen.
Legenda
Een hoogtelijn is de verschillende plekken dat je ziet hoe hoog Nederland is. en er is ook een zandmotor er is zand van de zee weggehaald en op het land gezet. De zandmotor was een makkelijke project zou je denken maar het was wel moeilijk en er was veel tijd in besteed. het is een bescherming tegen het water. van waar de naam heb ik helaas niet gevonden sorry
Anwar Assakour 2MH2
Cursus 1.2
Duinlandschap
Nederland heeft stranden van Zeeland tot de Schiereilanden. En de duinen beschermen tegen het water er is ook en verschil duinen en dijken dijken zijn door de mensen aangelegd en duinen door de natuur.
Zeekleilanschap
Is geschikt voor akkerbouw er zijn daar veel sloten en plassen en graslanden je kan er veel verbouwen
Laagveenlandschap
Laagveen wordt meestal gevoed door mineraalrijk (oppervlaktewater of grondwater. Het wordt gekenmerkt door pH-neutraal of basisch water, met een relatief hoog niveau aan opgeloste mineralen, maar met weinig andere plantenvoedingsstoffen.
Hoogveenlandschap
Hoogveen heeft voor zijn groei een vochtig en gelijkmatig klimaat nodig. De hoeveelheid neerslag moet meer zijn dan het verlies van water door afvoer en verdamping; bovendien moet deze gelijkmatig over het jaar verdeeld zijn.
Rivierkleilanschap
Elke keer als een rivier overstroomt, bezinken op de oever kleideeltjes die met het water worden aangevoerd vanuit de bergen. In rivierklei kan bodemontwikkeling niet zo gemakkelijk op gang komen. Bij een volgende overstroming raakt de klei immers bedekt met een nieuw laagje.
Zandlandschap
Het zandlandschap beslaat grote delen van het noorden, midden en zuiden van ons land. Weliswaar bestaat het zandlandschap overal uit zand.
Lösslandschap Löss bestaat uit zeer fijne korrels, die kleiner zijn dan die in dekzand: ze zijn zo'n 2-50 μM. Löss bestaat voor zo'n 75% uit kwartskorrels.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden